Bniteolaodscb Overzicht
KENMSGEriNU.
In d« Baart. Ci. breng» de heer Ph. S. Frank
weder de behandeling in herinnering, welke wjjten
dr. J. G. Waardenburg, te Haarlem, in 1866 heeft
toegepast op de oholeraljjders onder de werklieden
"o l <ler ®rma I>r*,'naire Co. aldaar.
Zg bestaat hoofdaakelgk in het apoedig brengen
der lgders naar eene kamer, waar eene gemiddelde
warmte ran 100 gr. Fahr. wordt onderhouden en bij
herige verschguselen in eene kamer ran 60 gr
Reaumur (144 gr. F.) 't laatste tevens met aanwen
ding van matrassen en sakken gevuld met heet zand
en tnwrgringen. Duor die hooge warmte wordt sterk
sweeten opgewekt, inwendig worden de bekende ohole-
radroppels gegeven. In den tgd van 2 maanden
werden al de in meer of minderen graad aangetasten,
ten getale van 84, aldus genesen, op één na, die een
geheelen dag had laten voorbijgaan alvorens sich
onder behandeling te stellen. Twee werklieden, die
thuis wensohten te worden verpleegd, besweken aan
de siekte.
,„JD de fabriek was de genoemde behandeling moge-
lgk, omdat men door middel van stoom de vereischte
warmte kon onderhouden. Daarom wordt aanbevolen
in cholera-hospitalen een vertrek in gereedheid te
houden, waar eene gelijkmatige hitte ran 106—110
gr. Fahr. wordt gevonden.
Tot opening ran de Maandag en Dinsdag gehouden
Alg. \ergadertng der Maatschappij tot Nut ran 't Al
gemeen hield de voorzitter, mr. Quack, een rede J
over de roeping en de taak dier Maatsohappij,
waarin luj o. a. het volgende zeide
Aan de sociale gedaohte, die den grondslag
uitmaakt van onze //Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen', moeten wij sterker dan ooit - nu onze
Maatsohappg reeds een eeuw bestaan heeft
vasthouden. Ons volk heelt het meer dan ooit
noodtg. De verdeeldheid wast, de tweestrijd ont-
brandt telkens heftiger. Elke dag schijnt ons haast
te verkondigen, dat verbrokkeling der maatsohappe-
Igke krachten aan de orde is. Krakeelen van allerlei
aard houden ons bezig. Het dierlyk instinct en
de ruwe krachten schijnen bij de mensohen ontketend
Maar bg die teekenen des tjjda behoef ik niet i
lang stil Ie staanzjj spreken trouwens luide
genoeg Missohien zgn hel slechts de opborrelingen
het schuim van een stroom, die io de verte ont
zettend komt aanzwellen. Wg bedoelen de gewel
dige beweging, die Europa thans beroert en ontroert
de vaart en den vooruitgang der democratie. Reeds
la het algemeen stemrecht meester in Frankrijk en
Dmtsohlaud in Engeland is het bijna een vol
dongen feit en ons land zal na eenig toeven wel
dat voorbeeld volgen. Welnu, aan die democratie
moeten wil zjj gezond kuunen arbeiden kennis
en karakter toebedeeld worden, en in beide opzichten
kan onze „Maatschappij '°t Nut van 't Algemeen"
de grootste diensten bewijzen.
Ziedaar onze taak.
De Demooratie moet in kennis vooruitgaan. Het
„Nut" is hier op zgn eigen terrein, het terrein van
het onderwgs. Toch geloof ik, dat het „Nut" in
de laatste twintig jaren, door slechts alleen op de
bres te staan en voortreffelijk, manmoedig op
de bres te staan voor het lager Rekenonderwijs
iu tegenoverstelling van betgeen de kerkelijke
partgen willen, zgn taak niet altijd even ruim en
breed beeft opgevat. Zeer zeker moet het bij ons
een beslist uitgemaakte zaak zyu, datals wer
keljjk eens de Staat het lager onderwya weder
volkomen aan de vege maatschappij mocht overlaten,
als de Staat op dit gebied eens weder zich ginu
onttrekken wij, het „Nut van 't Algemeen", gereed
z "aaD O" de» door de Staat verstootene op te
nemen ten einde de volksschool duurzaam te bezielen
met den geest, waarin onze instelling die honderd
jaren heeft gekweekt. Dit zij een paal boven water
Maar er is op dat terrein van het onderwijs meer
te doen dan het lager onderwijs, in den volgens ons
goeden geest te ontwikkelen. Het moet de taak van
het „Nut' wezen voor de ganscbe kindsheid en
jeugd van het volk onderwgs beschikbaar te stellen,
op eiken trap der jeugd, totdat de jonge man of
jonge vrouw zelf den werkkring des levens opvat.
Hier °P du gebied zijn groole leemten aan te
wgzen. De behoefte wordt des te grooter, naarmate
de democratie wast. De bewaarschool moet voor het
«Ik de kleine kinderen bg de hand nemen en met
teederheid omvatten. De ambachtschool moet den
jongen aankomenden werkman doen begrijpen wat
bedrevenheid, geoefendheid en opvatting in het'werk
beteekenen, De teekenschool moet fijne, sluimerende
talenten bg den knaap te vourscbgn roepen. Heeft
inderdaad niet het „Nut" een gewichtige roeping te
vervullen, door het jonge volk bjj geheel zgn leer
school in den arbeid ter zijde te staan Laten wn
eens goed bedenken welke kracht onze kleine natie
zou hebben, wanneer onze werkbazen en werklieden
ia hun bedrijf groudig ea fijn ontwikkelde menschen
waren. Stel dat ons rolk in dit opzicht een model-
wa9' ron "ao 0Die productiekracht en onze
welvaart niet tienvoudig verhoogd worden En
inderdaad wekken wij hier sleohts op wat ingeslapen
was, want in vroegeren tgd deden wij Nederlanders
ons dagelgksch werk zoo goed. Utrechtsohe trijp,
Fnesch smeed- en drgfwerk, Delftsch aardewerk,
Hollandsohe eiken kasten, Goudsch glasschilderwerk
zgn gangbare namen door geheel Europa. De Hol
landsoheschildergeu der XVIIde eeuw, in het toover-
aohtig rgksmuseum, thans zoo volkomen te waardeeren,
geven voortreffelijke modellen voor de meubileering
onzer kamers. De lichtkroon of luohter op de
sohilderg van Gerard Dou brandt bg al ouze naburen,
trouwens, tg wisten wat wg in den arbeid waard
waren Toen later Lodewgk XVI nog zgn boek
schreef of liet schrgven: „Handleiding voor de
kunst van den slotemaker», gaf hg het uit alt een ver
taling uit het Hollandsoh. Dit behoort nu alles tot
het verleden. Maar de zin voor sohoone vormen kan
by onzen arbeidersstand weder worden gewekt, het
oog weder geoefend, de vingers weder geleid. H.' rseus
moeten weder worden gegeven aan hen, die sleohts
handen hebben. Zeker, ik ontken niet, dat in de
laatste jaren door ons een stoot is gegeven, om ons
jonge geslacht in de richting van de kunstnijverheid
te brengen. Maar ook dit is slechts een fragment
van bet geheel. Hier gold het alleen de kloof te
dempen tusschen handwerk en kunst Maar bij ge
heel zgn arbeid moet het volk worden opgeleid en
onderwezen. De hand van het „Nul" moet hier
gevoeld worden. Eu dat alles moet voor het volk
gedaan worden, omdat onze lagere klasse een volk
van zelfstandige mannen worden moet. Zn moeten
meer weten dan lezen en schrijven. Daar moet
herheid in hun botsten huizen, omdat tg moeten
gevoelen, dat zjj iets kunnen doen en dat zij daarom
iets beteekenen. Dan alleen is de waanwijsheid, de
ha ve kennis, de oppervlakkigheid, de invloed der
bolle theoriën te overwinnen, als slenr en slender
bg ieder werkman wjjkt voor doorzicht en meestersohap
in eigen vak dan is onze democratie gezond. Dan
heerschen er begrippen van evenredigheid en orde.
Arbeidsloon kan dan weder synoniem worden met
arbeidsvrucbt. De goed onderwezen arbeider stelt
dan weder belang in zgn werk, omdat hetgeen door
hem verwerkt wordt niet louter is een quaestie van
loon voor zoo en zooveel arbeidsuren. De democratie
ontgaat haar geraarlgkse klip, wanneer er positieve
sï" "L 'a£ere standen wordt gevonden.
Maar oebalve kennis heeft de democratie karakter
""r'i.'u'-j het weleu der democratie is gelijkheid,
gelgkhetd voor allen. En vanzelf leidt dat begrip
van gelgkheid lot jaloerschheid en tot al de slechte
hoedanigheden, die aan jaloerschheid verbonden zijn.
Die jaloerschheid, vooral bg de minder bevoorrechte
standen moet worden bestreden. Hier nu kan het
Weder de taak onzer Maatschappij zjjn om zonder
ophef, maar zeer werkdadig op te treden. Zjj heeft
voor die taak een adelbrief, waarop zjj kan wjjzen,
en hl» eenig orediet in dezen arbeid haar zal geven.
ïNa' too1h, k"am voort uit de gezeten burgerij,
uit de burgerklasse van ons volk, en haar eerste
gevoel was mededoogen voor den toestand van den
gemeenen man. Hier geschiedde dus dadelijk ge-
eel het omgekeerde van wat men in naburige landen
ft zien gebeuren. „La bourgeoisie salisfaite" is
ama(ldwoord, dat elders telkens in den mond
wordt genomen. Ik geloof niet, dat onze burgerg
te kwetsende aanduiding verdiend heeft. Zeker
niet in het begin onzer werkzaamheid. Wel moet
het met smart erkend worden, dat ons „Nut" in de
laatste vgfentwintig jaren de teekenen der tijden in
^LnPZ'n "1Ct "llljd heeft b«Krepe». dat het de
arbeidersbeweging buiten zijn sfeer en buiten zgn
te her»^ 8elata»maar juist hier is terrein
met het Tn-e" T 16 bckenüen- De bemoeiing
wellten Pe »fonds »a» werklieden wjjst trouwens,
Ten hLTV" °P, T" gaan" Maar *»et is slecht,
een begin. Want ook hier moet het „Nut', gedachtig
aan de sociale gedachte, waaruit het ontsprong, breed
van het "vota 0gïa^eD- Op de zeden en gewoonten
'olk raoeJt "arden ingewerkt. Niet de be-
moeten 'woTdèn ïen^.Vn moet T't
d^b^Lr,avOe"trkne„m0^amei, 8"e°' 'ea mi"8te
Wat dit beteekent?
Men moet begrippen van voorzorg, beleid en
bren„eng H .'"t' ,e
deel I fFi"l j' beeft dit vroeger vooreen
en yk door 'Paarbanken op te richten
en die instellingen zoo goed en zoo toegankelijk
invtard d'He' WaS *ooral een zedelijke
invloed, die zoo werd beoogd. De werkman die
walrdT91! '"diensten spaart, begint zjjn eigen
in de t 4 le ,e °0?e"' en gaat zich een plaats
voldnnn veroveren. Doch het „Nut", te
helf. ,i r eersten g°ed bekroonden stap,
heeft sinds dien tgd te veel de armen langs het lijf
laten hangen. Van het groote en gewichtige samen-
stel der verzekermgs-inrichtingen heeft ouze Maat-
sc appij voor de lagere klassen niet genoeg partij I
weten te trekken. Eerst in de allerlaatste jaren heeft
zg het pensioenfonds van werklieden helpen oprichten
Doch waar zgn de verzekeringen tegen ongelukken
tegen invaliditeit P Het is waar, het „Nut" kan
fund h me' "Ir ""T met ei|?en b'aobten tot
stand brengen. Maar het had sterker de ,|en,
kunnen verheffen, om zulke voorzorgsbanken te dn™
verrijzen. Heef, ook het „Nut" in bet ooöperstt
wezen wel eens ingegrepen P Heeft het van het
leerlingschap niet al te laat kennis genomen p Heeft
het voor arbeiderswoningen, voor quaesties van nor-
malen arbeidsdag en arbeidersrechtbauken hart gehad?
Vestigt het genoeg de aandacht op de participatie
in winsten van ondernemingen, ook door de arbeiders?
Heeft het t probleem der vroege huwelijken met al
den nasleep van hun gevolgen voor den arbeidersstand
besproken en toegelicht P Er is, dunkt mfi hier
een ruim térrein om te arbeiden. Kenmerkend voor
het „Nut" moet echter hier vooral de strekkina zelve
van dien arbeid wezen. Het is hier de opvoeding
tot zelfregeering, die voor de leden van den
arbeidersstand, voor al de mingegoeden wordt be-
eWat moet er van de wassende demo-
cratie iu de volgende eeuw terecht komen, wanneer
de a.anden, die een overwegende plaats in den Staat
komen vragen, die de Regeering van den 8taat zouden
willen overnemen, wanneer deze niet eerst eigen be-
langen beleidvol hebben weten te behartigen, wanneer
zg niet eerst ziohzelven hebben weten te regeeren?
Het „Nut" wanneer de oude geeet der Nieuwenhny.
zens over hun instelling vaardig werd, zou hier zulk
een heerljjk werk voor de toekomst doen. Zelf uit
gaande van het sociaal beginsel dat het leven hier
op aarde vooral een leven voor anderen is, kon het
dit denkbeeld ook aan de arbeidende stauden helder
maken, eo de democratie der toekomst de klippen
doen vermijden, waarop thans b. v. de Frausohe de-
mocratie telkens dreigt te stranden. Dan alléén zou
onze democratie begrjjpen, dat zonder karaktervorming
ook door haar weinig kan worden tol stand gebracht!
Zij zou dan, goed geleid, haar twee grootste fouten
wellicht ontgaan haar haast om vruchten te plukken
'™'da' ZÜ rjjp zjjn, en haar zwakheid of toeganke
lijkheid voor algemeene, vsge en quasi-eenvoudige
stellingen en gegevens. Beide die fouten eo wie
met den arbeidersstand heeft omgegaan, weet hoezeer
deze haast nooit rekening houdt met het begrip van
ontwikkeling door den tjjd, nooh met de stelling dat
alles hier op aarde een betrekkelijke w aarde of waar
heid heeft eb niets absoluut geldt beifle die fouten
hangen samen met gemis aan zelfbeperking, aan
zelfregeering.
kurekter komt het bjj de democratie aan, en!
het „Nut" is aangewezen om hier een goed voorbeeld
te geven.
„Wanneer nu onze „Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen» in dien geest werkzaam ie, wauneer zjj
goed voor oogen houdt, dat zjj kennis en karakter bjj
het volk moet bevorderen, dan werkt zjj de sociale
gedachte uit, die de grondslag van haar wezen ie.
Hef voornaamste der voorstellen in de Alg.
Vergadering van het „Nut" was dat van het departe-
ment Ngmegen, luidende: „de vergadering trekt
het besluit van 1883 omtrent de stichting der
Kweekschool van bewaarschoolhoudereasen in.»
Op dit voorstel was een amendement ingediend
door het departemeot Amsterdam, ?an dezen iuhoud
„De vergadering trekt het besluit van 1883,
omtrent de stichting der kweekschool van bewaar
schoolhoudereasen in, voor zoover daarbij aan het
Hoofdbestuur overgelaten is de keus der plaats,
alwaar de kweekschool zal gevestigd worden, eu besluit:
alsnog aan een oommissie, bestaande uit zeven
personen, die tot dusverre in de zaak niet betrok-
oq "Ie"ee"> e» benoemen op de wjjze in
art. 39 der wet voorgeschreven, op te dragen een
gemotiveerd rapport uit te brengen over de
vraag: welke plaats ook in verband met den
financieelen toestand der quaestie te beschouwen
kweekschool meeS' ge8ohikte '00r 'e«l'gi»K
de plaats van vestiging te doen bepalen door
vergad parlementen, op de eerstvolgende algemeene
Staande de vergadering werden verschillende amen
dementen en subamendementen ingediend, die echter
allen, voor zoover zjj in stemming kwamen, ver
worpen werden. Het eindresultaat der beraadslaging
was, .dat het voorstel van Amsterdam met 491 tegen
439 stemmen werd aangenomen.
Uit Atjeh wordt aan De Locomotie) geschreven,
onder den datum van 16 Juni: In den nacht van
den 1 len Juni was alles in rep en roer. Van alle
kanten kwamen beriohten bij den officier der hoofd-
fle te Kota Petjoet werden om baif één twee
sc oten gelost; te Panditi was een schot gehoord;
te Penajoeng was gevuurd en in het groot militair
hospitaal te Kota Alara heerschte de grootste ver
warring. Een zieke, die aau hallucinaties 'leed,.
droomde dat Atjehers het hospitaal binnen waren ge-
drongen en op hem aanvielen. Hjj begon te schreuwen
en dit was voldoende om eene onbeschrijfelijke wan
orde te doen ontstaan. Men was daar zoo geheel
de kluts kwjjt dat, naar men zegt, zes personen
licht gewond werden. De schrik voor de Atjehers
zit er zéé in, dat het meer dan treurig is.
Uit Deli schrijft men van 20 JuniDe gruwe
lijke moord II. Donderdag door twee Chineesehe
koelies op den heer Danckaerts gepleegd, zal natuur
lijk niet nalaten het geheele land in opsehuddiug en
beroering te brengen. De heer D., een aslistent, die
volgens het algemeen gevoelen eerder te zacht eu
meegaande was voor zijn koelies dan omgekeerd en
van wien administrateur gp collegas o. a. verklaren,
dat zij hem nooit eene hand naar een koelie zagen
uitsteken, is intusschen als offer gevallen. Des mor
gens had hjj bjj de inspectie der velden aan Lim
A Tay order gegeven eenige jonge plantjes, die in
éénzelfde gat gestopt waren er uit te nemen en over
te planten, en toen moet hem door deze reeds toege
roepen zgn, dat als die plantjes uit den grond
moesten, D. er ooder zoude komen. Ongelukkig ge
noeg boorde D. zulks niet, of nam geene notitie
van die bedreiging, en 's middags in het veld komend,
om te zien of de order was opgevolgd, ontving hjj
onverhoeds van een der twee koelies, die steeds in
eikaars gezelschap waren, een parangslag over het
hoofd, die tot de hersenen doordrong en hem deed
ineenzakken. De twee Chineezen brachten hem nog
verschillende doodeljjke wonden op het achterhoofd
toe, en niettegenstaande er genoeg Chineezen in de
nabjjheid waren, werden de moordenaars niet aange
houden, maar wisten te ontvluchten. Dr. Martin,
in allerijl geroepen, kon niet meer helpen eh 's nachts
om 12 uur bezweek Danckaerts aan de bekomen
wonden.
Omtrent bet onverwacht optreden van een nieuwen
Minister van Marine, verhaalt men in den Haag
de volgende bijzonderheid
Het ontslag van den Vorigen Minister was zoo
geheim behandeld, dat zelfs de kamerbewaarders
van andere Ministers, die gewoonlijk spoedig lont
ruiken, er ditmaal niets van wisten. Maandag 11.
kwam iemand bjj een kamerbewaarder en vroeg
om den Minister te spreken. De kamerbewaarder
vroeg wien bjj bjj den Minister moest aaodienen,
waarop de aangekomene antwoordde„Den Mi
nister van Marine." De kamerbewaarder gir.g bjj
den Minister in zijn kabinet, en zeide „Excel
lentie, er ia een Heer om n te spreken, die zegt,
dat hjj Minister van Marine is, maar ik moet er
bijvoegen het is de heer Taalman Kip niet. Zal
ik maar zeggen, dat Uwe Excellentie niet te
spreken is P
Tot verbazing van den kamerbewaarder, gaf de
Minister last om dadeljjk den Heer, die beweerde
Minister van Marine te zjjn, toe te laten. De
kamerbewaarder meende intusschen maatregelen te
moeten nemen om dadeljjk te kunnen toespringen
indien het werkeljjk blijken mooht dat er gebruik
was gemaakt van eeu andere qualiteit om onge
rechtigd 's Ministers kabinet binnen te dringen I
De correspondent van den Petter-Lloyd te Karlsbad
vertelt het volgende omtrent een eerste ouderhoud
dat Bismarok met dootor Schweninger had.
„Wat den vorst bewoog den geneesheer te consul-
teereu, weet ik niet; maar zooveel is zeker dat hjj hem
liet roepen. De doctor liet zich door den rjjkskanae-
jütr diens Ijjdensgesohiedenis vertellen en deed, toen
Mj gereed was, allerlei vragen.
Aanvankelijk gaf Bismarok bereidwillig antwoord,
maar toen er geen einde aan het vragen kwam, werd
hjj van seconde tot seoonde ongeduldiger en gaf aan
zjjn ongeduld ten slotte met de barsche opmerking
lucht: „Vraag niet zooveel I"
Op vasten en volstrekt niet onderdanigen toon ant
woordde Schweninger: „Zeer goed, Durehlauoht, wan
neer ge echter genezen wilt worden zonder dat men
u iets vraagt, moet ge een vee-arts laten komen; die
geneest zonder te vragen."
De vorst was sprakeloos van verbazing over het on
beschofte antwoord en wierp den geneesheer een
woedenden blik toe, die er eohter volstrekt niet door
van streek geraakte.
Er volgde een tameljjk lange pauze en toeu zeide
de vorst zeer kalm „Als het dan niet anders kan,
vraag dan in 's hemels naam verder, maar ik ver-
waoht dan ook van u dat ge u als geneesheer
even hoogst bekwaam zult toouen als iu qualiteit
van lomperd.»
Men heeft gezegd, en bet staat zelfs in de
boeken te lezen het zul dus wel waar zjjn
dst onder de ooievaars de echtbreuk met onver
biddelijke gestrengheid gestraft wordt. Op vervaarlijk
geschreeuw van den bedrogen echtgenoot verzamelt
sich eene geheele schare langbeeneu om vonnis te
'ellen. Het is eigenljjk een soort van bloedwraak,
die hier geoefend wordt, elk lid van het onteerde
vogelengeslacht bejjvert zich de borst van de schul
dige open te rijten. Dat echter bij de rechts
pleging onder de ooievaars qpk verzachtende om
standigheden in aanmerking genomen «orden, blijkt
uit het volgende geval, dat in dit voorjaar op eene
hofstede op het Deenscbe eiland Funen plaats had.
Dit jaar kwam het wgfje alleen terug. Dagelijks
zag men baar geduldig wachtende op het nest
staan, maar er verliepen verscheidene weken, zonder
dat baar echtgenoot terugkeerde.
Na verloop van eenigen tgd vertoonde zich in
de buurt eene jonge mannetjes-ooievaar hij maakte
zich op zijne wijze beminnelijk bjj bet treurende
wijfje en wilde haar gaarne het verlies van den
beminden echtgenoot vergoeden. Zjjn aanzoek werd
echter alles behalve vriendelijk opgenomen de
spanning tusschen den vrjjer en het standvastige
wijfje gir.g in een heftigen slrjjd over, die verschei
dene dagen duurde. Daai echter het mannetje steeds
uitbleef rn er groote waarsohjjolijkheid bestond, dat
hjj verongelukt was, of zjjne zinnen op eene andere
Bchoone ooievaarswereld gesteld had, liet da onbe
storven weduwe zieh eindelijk troostenwat met
strjjd begon, eindigde in teederheid en het paar
genoot nu ten volle het huwelijksgeluk, navét"
loop van een korten tgd was het nest gezegend
met eieren. Terwjjl het paar zich nu iu eeu hui
selijk geluk verheugde, kwam op zekeren dag de
wettige echtgenoot gezond en wel, met krachtige
vleugelslagen op bet nest aanvliegen. Hjj was alles
behalve vriendelijk, toen hg zag dat een ander zijne
plaats had ingenomen. Een felle strgd tegen zjjn
mededinger eindigde daarmede dat deze deerlijk
gehavend de vlucht moest nemeo.
He» wgfje, dat onder het gevecht als eene be
rouwhebbende zondares op het nest had gestaan,
ontving daarna eene ernstige afstraffing vso haar
vertoornden echtgenootde eieren, deze getuigen
der ontrouw, werden onmtedoogend nit het nest
geworpen en daarna werd bel leven tusschen man
en vrouw voortgezet, zonder dat eene wolk den
hemel van hun geluk verduisterde: ten bewijze
daarvan lagen weldra nieuwe eieren in het nest.
Het mannetje beeft dus verzachtende omstandig
heden in aanmerking genomenmaar wat zijne
reis vertraagd heeft ja, dat weet de bericht
gever niet te zeggen.
Ferry heeft te Lyon eene ptoote rerkiezingsrede
gebonden.
Deze rede wa§. handigdat zal niemand ont
kennen. Is bet Clémencean's streven de radikalen
af te scheiden van de gematigden, Ferry heeft ge-
aotwpord met een scheiding te maken tusschen
oprechte radikalen en intransigenten. Daarmede heeft
hij een dubbel doel voor oogen gehad de eenheid
te constateeren der gouvernementeele meerder
heid en den slechten indruk uit te wisschen van zijp
bekende rede te H&vre, waarin by verklaard heeft, dat
het gevaar voor de republiek ter linkerzijde is gelegen.
Thans is by voor sommige opportunistische bladen
zelfs te radicaal gewtest, bepaaldelijk voor den
//National", die hem afvaltook de „Terops" had
gewild, dat hy meer had doen uitkomen, dat het
radikale programma niet door de gouvernementeele
meerderheid kan worden aanvaard. Maar het blad
troost zioh met de overweging, dat het zijn doel
niet was thans een programma te geven, maar een
gedragsiyn te teekenen. Zoo beschouwen ook de
aan Ferry verknochte bladen zyn redemet vol
komen meesterschap, zeggen zij, wees hy aan, in
welken geest en met welk beleid een meerderheid
moet werkzaam zyo, om vrnohtbaar te zyn voor
het land. Algemeen wordt daarby uit zyn rede
gedistilleerd, dat het zyn streven volstrekt niet is
zich te stellen in de plaats van het gouvernement,
dat hy integendeel ten warmste steunt. Dit mag
volkomen waar zyn, maar toch sprak hij geheel als
een president-minister en toch Zal het volk hem wel
beschouwen als de eigenlyke ziel van het gouver
nement.
Gladstone, de grootste Staatsman dien Engeland
tegenwoordig bezit, is op reis naar Noorwegen, ten
einde daar genezing te zoeken voor een keelaau-
doening, waarvoor zijn .geneesheer een zeetochtje
zeer heilzaam achtte.
z/Deze tyding verwekte groote ontsteltenis onder
de liberalen, waut natuurlyk zegt o. a. de Pali
Mall Gazette kan de welsprekendste mond van
geheel Engeland niet onvoorwaardelijk voor een
maand door den geneesheer worden gesloten, zonder
dat zeer overdreven geruchten worden verspreid over
de ongesteldheid, welke dezen maatregel noodzakelyk
maakte. Dat de liberalen bun leider niet kunnen
missen, behoeft geen betoog, maar wanneer wij
den Nestor en den Chiysostomu9 der Engelsche
liberalen een goede rei9 toewenschen, dar. geschiedt
dit volstrekt niet uit partybelang, want Gladstone's
naam en roem is tevens de roem voor al zijn
laudgenooten."
ïn denzdfden geest spreken ook de andere Engel
sche bladen, die daarmede volkomen de meening
van het volk weergeven. Aller oogen volgen Glad
stone op zyn reis en ieder Engelschman wenscht
het spoedig herstel van den beroemden landgenoot.
Dat de liberalen echter in de tegenwoordige om-
staudigheden meer dan ooit iu spanning zjjn, laat
zion licht verklaren, want vau de gevolgen van de
zeerei, en de uit.praalc van dec geneezheer zal bet
afhaügtn, of Glad.ioue zieh weer candidaat itelt te
Midlothian en bij de aanstaande verkieziogen als
leider zgner partjj optreedt. Tot dusver heeft de
groole staatsman nog geen beslissing genomen, maar
deze zal terstond na afloop der rijs volgen. Voor
de liberale partij is dit een feit van hst hoogste
gewicht, daar Gladstone's naam en welsprekendheid
nog steeds denzelfden invloed oefenen op het volt
en de liberalen alleen onder zijo leiding zeker kun
nen ztjn van de overwinning.
De Afghaansohaansche quaestie is weer een tijd
perk van stilstand ingetreden.
De keizer van Rusland vertoeft met zijn gemalin
Jiog steeds in Finland, waar beiden met groote
geestdrift worden ontvangen en de minister van
buitenlandsche zaken de heer Von Giers gebruikt
de baden te Franzenbadt. Gewichtige besluiten zjjn
Z1JU dus vooreerst niet te wachten, terwjjl de offi-
cieele mededelingen, welke eenig licht in de
duisternis kunnen verspreiden, steeds sebaarscher
worden. De laatste bron waaruit iu den laatsten
tgd nog wel eens iets werd gehoord, het Engelsche
parlemeut, zal weldra ook opdrogea, want naar alle
waarschijnlijkheid rullen de werkzaamheden deze
week zoover vorderen, dat de leden Zaterdag a s
huiswaarts kuDueu keeren. V
Vooreerst moet men zich dus wter^alleen
terreden stellen met hetgeen de Engelsche bladen
aangaande den staat van zaken melden. Zoo wordt
heden weer medegedeeld, dat onverpoosd aau de
versterking van Herat wordt gewerkt. Twee duizend
man zjjn bezig om de bastions en walleu te be
vestigen en de stad van een grooten voorraad
koren te voorzien, want de inwoners zijn vast
besloten zich tot het uiterste tegen de Russen te
verdedigen. Evenmin zitten de Russen stil, zoodat
de spoorweg naar Askabad vermoedelijk reeds in
October gereed zal zyn.
Het eenige belangrijke dezer tijding is, dat
wanneer Herat ia voldoenden staat van tegenweer
is gebracht, geen sprake meer kan zijn vau een
overrompeling der stad door de Russen bij eeu
mogelijke afbreking der onderhandelingen. De
Times voegt er nog bg, dat de Afghanen zioh
strikt aan de afspraak houden en hun voorposten
geen stap verder laten gaan, dan hun gebied reikt.
Wanneer er dus op de grenzen een botsing ont
staat voegt het blad er bij is dit de schuld
der Turkomaunen, die werkeljjk door de oorlogs
toebereidselen der Russen in een hoogst krijgs
zuchtige stemming verkeeren.
De cholera maakt in het zuiden nog vele slacht
offers, maar schjjnt zich in Frankrijk niet uit te
breiden. Behoudens een verdacht sterfgeval, dat
zich te Touloa voordeed, ia de epidemie tot 'dus
ver nog tot Marseille beperkt. In Italië neemt de
regeering strenge maatregelen, en vooral warden deze
verlangd door de berolking van het zuiden, die in
het vorige jaar zoo geduoht door de vreeseljjke ziekte
werd geteisterd.
Vau Spai-je heeft nu het zuideljjk gedeelte, eu
vooral Granada het meest te lijden. Te Madrid
bljjft de toestand bevredigend, daar de ziekte er zich
niet veel uitbreidt. Van 32 provinoiëu zjjn nog
slechts 10 onbesmet. In de orerige werden rolger.s
de officieele opgaven iu de eerste week van Augus
tus aangetast 29,612 personen, waarvan 10,8g2
overleden.
Afloop van Openbare Verkooplngen
van Onroerende Goederen.
VEILING 12 AUGUSTUS.
Huis en Erf, Hoogstraat A. 128, 6720.— kooDer
J. C. Sibbes Jr.
Idem, K«rnemelkslool R. 378, ƒ660.—, k. S. Linders
Idem, Vgkerstrnat F. 117, 400.—, k. G. Haagsman'.
Idem, Gang Lange Groenendaal I. 94, 300k.
C. vau Veen Az.
Twee Huizen en Erven, Patadgs bjj de Vogelenzang,
M. 21 en 22, 660k. S. Linders.
De BURGEMEESTER van GOUDA, brengt bij
deze ter kennis van de belanghebbenden, da! door
den Heer Provincialen' Ibspecteur der Directe Be
lastingen ènz» te Rotterdam, op den 8« Augustus
1885 is executoir verklaard het Kohier no. 6 voor
de Belasting op het personeel dienst 1885/86,'
Wjjk O. lot en met T.