Buitenlandse!) Overzicht.
Nationale Militie.
Voor Ingezeten wordt gehouden
Art. 16. De inschrij ving geschiedt
Art. 17. Voor de Militie wordt niet
ingeschreven
hebben bereikt, (dat zijn zij die in het
jaar 1867 Zijn geboren,) en overeenkomstig
'het voren9taaude in deze Gemeente tot aangifte ver
plicht zijn, op, om zich op de volgende dagen ter
Secretarie aan te melden van des voormiddags 10
tot des namiddags 1 ure en zich in de daarbij ver
melde orde te doen inschrijven, te weten
zij, wier geslachtsnaam begint met de Letter A. B.
C. D. E. F. G. H. I. J. K. L. en M. tusschen
den 2 en 15 Januari 1886 eu zij, wier geslachts
naam begint met de Letter N. O. P. Q. R. S.
T. U. V. W. X. Y. en Z. tusschen den 15 en
31 Januari 1886.
Voorts strekt tot informatie van
de belanghebbenden
dat ieder gehouden is te zorgen dat
hij bij de inschrijving Wijk en Nommer
zijner woning juist kan opgeven,
POSTERIJE1T.
Burgerlijke Stand.
sedert langen tyd onderscheiden heeft noodlottig ge
weest te zyn. De «Almanak van Gotha" vult 5
uauw-gedrukte bladzijden met de optelling der tal
rijke vorstelijke personen die tot de Sayu-Wittgen-
hein-Hobensteinsche hoofdtakken behooren, en of
schoon een gedeelte deser vorsten sedert ongeveer een
halve eeuw naar Ruslaud verhuisd is, schijnen sy
ook daar geen zijde gesponnen te hebben, daar jüisl
tot dit gedeelte Vorst Peter Wittgenstein behoorde,
die, ofschoon eeu groot grondeigenaar, onlangs zijne
renten voor eene met de Noordduitsche bank te
Hamburg gesloten leening niet betalen kon. Vorst
Lodewijk schijnt zijn faillietverklaring aangevraagd
te hebben, om zich van de schulden zijner voorvaderen
te zuiveren zyü grondeigendommen zijn uitgestrekt
en voor een groot gedeelte met hout begroeid. Vol
gens de wet kunnen zij niet gesplitst of verkocht
worden, omdat het hier een fidei-commia geldt.
Omtrent het tabaksgewas in Gelderland, schryft
men uit Wageningen het volgende
De tabakshandelaars alhier hebben bij de verschil-
lenne planters reeds een kijkje genomen. Over het
algemeen is het gêwas van 1885, zoowel in Maas en
Waal als in de Betuwe en op de Veluwe klein, ge
deeltelijk smal van blad en doorgaans dikbladig. Het
gewas van 1884 leverde veel beter dekblad, en de
planters bedongen daarvoor een goeden prijs men
verwacht echter, dat het meer gebrekkige 1885er
gtwas niet zooveel zal opbrengen. Er schijnt nog
geen behoefte aan de J885er tabak te bestaan; ook
is het bekend, dat van vorige gewassen nog verschil
lende kerfsoorlen tegen lagen prijs te ^oop zijn."
De heer Heldt komt in De Werkmansbode terug
op zijn uitwerping uit het «Bond voor algemeen
kies- en stemrecht".
Hij stemt toe, dat zijn standpunt te Sneek in-
genomeu in stryd is met de letter, echter niet met
den geest der statuten.
Wel wordt iB art. 1 gesproken van het geven van
kiesrecht aan alle meerderjarige ingezeteuen maar
over de nadere beteekeuis van dit woordje" «alle",
of daaronder ook de vrouwen behooren, is om der
eenheidswille nooit een stemming uitgelokt.
De heer Heldt wijst er verder op, dat het woord
stemrecht in den titel«Bond voor algemeen kies-
en stemrecht" de beteekeuis heeft van «het recht
des volks om te verwerpen of aan te nemen de
wetten, die door de vertegenwoordiging, by algemeen
stemrecht gekozen, gemaakt zijn."
De schrijver gelooft, dat vele ledeu van het Bond
deze bijzonderheid niet kennen, of zoo zg het wel
doeu, de spoedige invoering van dat recht niet
mogelijk achtten. Toch hebben de vele tegenstanders
ook hierin weder ter wille der eenheid berust.
Over deze en andere vragen werd in het Bond
nooit een ernstig debat gevoerd. Ze zjjn zwevende
-gelaten, omdat men wist, dat zelfs de woordvoerders
het niet op alle hoofdpunten eens waren. Iu zooverre
is algemeen stemrecht een leuze, eu het Bood altijd
geweest een aanknoopings- en vereenigingspunt van
die allen, die van hoegenaamd geen census wat
ook huurwaarde en dergelijke is willen weten,
maar het beginsel huldigen, dat het recht tot keuze
der vertegenwoordiging aan heel het volk toekomt
behoudens uilsluitingen van tijdelijken of blgvenden
aard, die alleen verdedigbaar zijn op grond van het
belang van den Staat eu de maatscbappy. Over al
lerlei uitsluitingen, die zelfs de radicaalste voorstan
ders maken, kan men twisten, maar zij raken het
beginsel niet.
Dat begiusel, zegt de beer Heldt beb ik hoog
gehouden, ik houd dat nog en ik zal dat houden,
niettegenstaande men mij als een meineedige, afval
lige en onwaardige heeft uitgeworpen en ik mag
mij er bovendien in verheugen, dat de uitsluitingen,
die jk in 't algemeen belang noodig acht, de ergste
nog niet zyn en zij zeker hoegenaamd niets afdoen
aan het beginsel en aan de reden waarom de toe
passing daarvaa wordt gevraagd het belang.
De heer Heldt herinnert ten slotte aan een feit
)vaaruit blijkt, dat, indien er iemand is, die beginselen
heeft verloochend, deze dan in de eerste plaats de
heer Domela Nieuwenhuis zelf is.
Protesten van de zyde der werklieden tegen de
handelwijze van het Bond blgven niet uit. Wij vinden
er in De Werkmanabode twee een van de Schilders-
vereeniging Schoonheid, die zegt uit het Boud te
zullen treden, indien Heldt niet in eere wordt her
steld eu* een van de vereeniging Fraueker voor
Algemeen Stemrecht, welke verklaart den heer Heldt
haar volle vertrouwen te schenken als vertegenwoor
diger der werklieden-party.
Duitscbe bladen maken melding van een zonderling
geval. Te Jena is een zestienjarige knaap die er,
oppervlakkig gezien, als een oud man van 70 jaren
uitziet, met slap eu gerimpeld vel over het ge,beele
lichaam. Alleen aan zgn haar, oogen eu tanden is
het te zien, dat hy nog jong is, hij is in een jaar
zoo geworden.
Volgens Professor Roszbach is de huid van den
jonkman blgven groeien, lerwyl ijjn lichaam onder-
tusschen niet in grootte toenam. De huid is hem nu
als een te groot kleedingstuk.
Misschien groeit de jongeling, die voor het overige
gezond en krachtig is, mettertyd nog wel in
zgn huid.
Zaterdag werd te Amsterdam de vergadering van
Afgevaardigden der Liberale Unie gehouden, om de
overtuiging der Unie uit te sprekeu over de drie
staatkundige quaestien van deu dag.
De Voorzitter, prof. van Hamel, opende de vergade
ring met een toespraak, waarin hij^ als 't doel der
vergadering schetste om te komen tot gemeenschap-
pelyke overtuigingen, die natuurlyk zgn ontstaan
eu geboreu uit de overleggingen in den kring der
onderdeelen vrijelijk gevoerd. Er is als het ware
een gistiugsproces in werking gebracht, waarin
meeniugen en tegenmeeningen elkaar hebben ontmoet,
aangetrokken en verdrongen, en dat thans tot een
uitslag moet leiden.
«Die uitspraken, zeide hg, kunnen geene andere
bedoeling hebben en ook daarbij moet ik even
verwijleu dan den geest der liberalen buiteu den
kring der volksvertegenwoordiging te doeu kennen
met betrekking tot de algeraeeue richting, waarin,
naar hunne wenschen zich het staatkundig leven
des lands moge bewegen. Noch voorparlement,
noch bijparlement mogen of willen wy zyc. De
leiding van dat staatkundig leven behoort bij hen
die tot leiding zgn geroepen daar ligt het zwaarte
punt. Om die reden voeren uitspraken van ver-
eenigingen als de onze eenig gevaar altoos met
zich. Een gevaar, dat nioet worden aanvaard, met
al het goede dat dergelgte uitingeu der openbare
meeniog verspreiden, maar een gevaar, dat behoort
te worden getemperd. Eu naar onze meening kan
het worden getemperd, wanneer gelyk ik het uit
drukte, die uitspraken zich tot het aanwyzeu van de
«algemeeue richting" der wenschen bepalen."
Na eenige opmerkingen over de drie aauhangige
quaesties, deelde de pres. ten slotte mede, dat het
bestuur naar aanleiding vau eeu samenkomst met
eenige werkgevers en werkliedeu bezig is met een
memorie over de sociale wetgeving.
«Het zal wel u aller meening ziju, aldus besloot
hg, dat eene ingrijpende hervorming vau het kies
recht tot stand komen moet, en u aller wensch, dat
de organen der wetgevende macht daartoe mogen
overgaan, ouder geen anderen drang, dan die huuuer
overtuigiug omtrent hare urgentie.
«Daarna zulleu de vragen van sociale wetgeving,
die ik bedoelde, een nieuweu en frisschen geest
brengen im ons staatkundig leven eu zullen, naar ik
hartgrondig hoop, ook door de groote beteekeuis van
deze vragen, audere quaestiëo, die thans tot ver
deeldheid en onvruchtbaarheid schijneu te doemen,
worden overgohaduwd en teruggedrongen, tot heil
vau ouze welvaart, van onze eenheid eu van onze
nationale kracht."
Door de heeren Fockema Andreae, W. A. van
Hoek, B. de Recht, B. Denekamp en M. P. Troelstra,
is de volgende motie ingediend
Het is wepscbelyk dat ar,t. 76 der Grondwet worde
gewijzigd als volgt
«De leden vau de Tweede Kamer der Staten-
«Geueraal worden rechtstreeks gekozen door de
«meerderjarige Nederlaudache mauneu, die bg de
«wet niet van bet kiesrecht zijn uitgesloten.
//De kiezere vullen persooolyk hun stembriefje in,
«ter plaatse waar het stembureau zitting houdtde
«wet regelt verder de wijze waarop de verkiezing
«plaats heeft.
«Totdat de wet, in dit artikel bedoeld, zal zgn
«tot stand gekomen, worden op de kiezerslysteu ge-
«bracht, zij die in het afgeloopen jaar op de kohieren
«der pergoneele belasting in de gemeeote hunner
«inwoning ziju aangeslagen en hun aanslag hebben
«voldaan."
Na de openingsrede lichtte de heer Fockema
Andreae deze motie toe. Tegen deze toelichting
niet tegen de motie, hadden de heeren Levy en Sassen
bezwaren, terwgl de heeren Waller uit Auna
Paulovrna, Cohen Stuart uit Alkmaar, Bool uit
Leiden en De Louter uit Utrecht haar bestreden
en de heeren Koekebakker uit Giethoorn eu Van
der Zee 'uit Enschedé eu de mede-voorstellers haar
verdedigden. Professor de Louters bewering, dat uit
de motie moedeloosheid eu onmacht sprak, waar
alles aan den gewonen wetgever werd overgelaten,
alsmede dat de bevolking ten platten lande geen kies
recht verlangt als onverschillig omtrent de politiek,
werd ernstig bestreden. Prof. De Louter repliceureudv,
wilde dat men beslist zou zeggen, wat meu wilde.
Algemeen stemrecht of uiet, of hoe men de capaciteit
zou definieeren. De heer De Bieberstein uit Maas
tricht wilde lezen en schrijven als minimum capaciteit
gesteld zien, terwgl hij eischte dat alle kiezers in de
belasiingeu zouden deelen naar huu vermogen.
Vervolgens wordt tot stemming overgegaan. De
vraag of wyziging van art. 76 noodzakelyk is wordt
met algemeeue stemmen (72) toestemmend beant-
woord die of algemeen stemrecht tbaus behoort te
worden ingevoerd ontkennend met op 5 na algemeeue
stemmen.
Bevestigend met 65 tegen 7 stemmen de vifeg
of het wensohelyk is ovei' te gaan tot eeu JmK
krompen uitbreiding dpr kiesbevoegdheid, o<3Pm
den werkman» stand, en bevestigend met 63 tegen
9 die, of voor de toekomst de ruimste uitbreiding,
geleidelijk en op grondslag der geschiktheid moet
worden rnogelyk gemaakt.
Thans komt de motie-Fockema in stemming, die
met 43 tegen 29 stemmen wordt verworpen, waarna
met 53 tegen 19 steramen wordt aangenomen, dat
de Grondwet de hoofdbepalingen omtrent kiesbe
voegdheid (behalve algemeene voorschriften, waarom
trent geen verschil bestaat) moet bevatten. Vervolgens
wordt de zesde der gestelde vragen «Is het weusche-
lijk de grenzen der kiesbevoegdheid niet door
positieve eischen, maar alleen door uitsluiting vau
bepaalde categoriën van personen aan te geven P*
met 53 tegen 19 stemmen ontkennend beantwoord.
Nu een principiëele beslissing was gevallen, meende
de heer Zaayer uit Leeuwarden, dat over de overige
vraagpunten, omtrent de aan te nemen maatstaven,
niet moest worden gestemd. Een motie iu dien ziu
werd, na bestryding door prof. De Louter, en onder-
steuuing door mr. Levy, aangenomen met 43 tegen
29 stemmen.
Door het centraal bestuur van het Alg. Ned.
Werk!. Verbond is een schrijver, aan de afdeelingeo
gericht, met verzoek een, antwoord te geven op de
volgende vragen
lo. Acht gij het vaststellen van een normalen
arbeidsdag uoodzakelijk
2o. Wenscht gy vaststelling en regeling van den
arbeidstijd bij de wet
3o. Tot welk getal uren per etmaal wenscht gg
den arbeid beperkt
4o. Wenscht gij eenzelfden werktijd bepaald voor
alle beroepen en bedrijven, en zoo neen, voor welke
acht gij dau uitzonderingen, hetzij geregeld of op
sommige tydstippeu, iu beperkten of uitgebreideo
zin weuschelijk P
5o. Wenscht gg het door u in 't algemeen of
met inachtnemiug van uitzonderingen gestelde mali-
mum dadelijk ingevoerd of met overgangstermijnen,
b. v. beginnende met 12, na drie jaar 11, na 6
jaar 10 uur enz.?
öo, Wenscht gij absoluut verbod om van den
eenmaal vastgesteldeu werktijd af te wyken, in ieder
geval, of kunt ge u er mede vereenigen, dat öf voor
bepaalde gevallen eu bedryven, óf voor alle werk
zaamheid in erkende onvoorziene en buitengewone*
omstandigheden, of in beide gevallen, speciale uit
zonderingen werden toegelaten
7o. Wenscht gij bg erkenning van noodzakelijke
of onvermijdelijke uitzonderingen, dat bg de toepas
sing daarvan; het loon voor de nren welke het als regel
gestelde aantal overschrijden, met b. v. 20 k 25
pCt. worde verhoogd P
8. Indien gij de in vraag 6 bedoelde uitzonderin
gen wenscht of het toelaten daarvau onvermijdelijk
acht, tot welke beroepen en bedrijven moeten dis
naar uw meening dan worden beperkt?
9o. Wenscht gij znlk eeu wet ook in toepassig
te brengen op arbeid, die in huis voor eigen reke
ning of voor rekening van anderen wordt verricht
(tehuiswerkers of oudernemersv zonder gezellen)
10°. Kunt gij ook voorbeelden opgeven omtrent
overmatigen arbeidatyd, hetzij in uw vak of nw
omgeving P
llo. Hebt gg ook nog'op- en aanmerkingen van
algemeenen aard, waartoe vorengaande vragen n geen
aanleiding gaven
Het bestuur verzoekt niet alleen rde antwoorden
te mogen ontvangen, maar ook een afschrift van de
notulen der vergaderingen, waarin dievragen zijn
behandeld, of een zoo dnidelyk raogelyke samenvat
ting vau hetgeen door verschillende sprekers, bij de
behandeling van elke vraag, zuowel voor als tegen
is op- en aangemerkt of toegelioht.
Het ligt in de bedoeling van het bestnur, de ver
schillende antwoorden en toelichtingen samen te
vatten iu een rapport en dit in 't licht te geven.
De speelbank te Monte-Carlo. Door een internatio
naal comité te Nizza werd dezer dagen aan de regeerin
gen van al de Europeescbe Staten een memorie ge
zonden, met het doel een gemeenschappelijke h indeling
op diploraatieken weg tegen Karei III, vorst van
Modbco, te bewerken. Het document bevat eeu uit
officieele bronnen opgemaakte lijst der zelfmoorden
van 1877 tot 1885 te Monte-Carlo gepleegd.
Niet minder dan 1820 dwazen hebben op deze
schandelijke wijze het leven verloren. Op die lyst
zijn vermeld de namen, de woonplaatsen en de sterf
dagen der zelfmoordennars, beuevens eeu reeks brieven
waarin zij de reden huuner daad opgeven. Bijna
•Hen vervloeken daarin het oogenblik waarop zy te
Monte-Carlo gekomen ziju. Duitschland komt voor
ongeveer een tiende op de lgst der slachtoffers voor;
Italië, Frankrijk en Rusland hebben de meesten
geleverd; Engeland en Amerika zyu door het kleinste
getal vertegenwoordigd. De meeste zelfmoordenaars
moesten, nadat zij hnn vermogen verspeeld hadden,
git de armenkas begraven worden. Uit byna alle
landen van Europa eischte de hartstocht van het
tpel slachtoffers. Naar men zegt heeft de consul-
generaal van Italië te Nizza het initiatief genomen
tot het samenstellen vau de lijst en bet inzeuden
van de memorie. Italië staat niet op goeden voet
met vorst Karei III, omdat deze aan den nieuweu
consul te Monte-Carlo, wien het speelhol een grnwel
is, bet exequatur geweigerd heeft.
De onderhandelingen tusschen Servië *n Bulgarije
zgn geschorst, in afwachting van het besluit der
mogendheden.
Vorst Alexander beeft nogmaals op een spoedige
beslissing aaugedrougeu, daar de Serviërs blijkbaar
tijd zoeken te winnen, ten einde ban krachten te
herstellen. De bemiddeling der Porte wees Alexander
echter van de hand. Op de mededeeling vau den
groot-vizier dat Madjid Pacba als gemachtigde des
Sultans den vrede zou komen sluiten, antwoordde de
vorst, dat bg dit volkomen overbodig achtte. Niet
alleen vielen de voorwaarden, welke bg den Serviërs
stelde, niet binnen de termen van het Berlijuscbe
tractaat, maar bovendien verklaarde Servië uitsluitend
aau Bulgarije den oorlog, en vond Turkije toen
geen aanleiding om zich in den stigd te mengen.
Evenwel verwacht men van de onderhandelingen
tusschen Oostenrijk eu Rnsland weldra eeu goeden
uitslag. Vermoedelijk zal een internationale commissie
benoemd worden, ten einde beide partijen de haar
toekomende stellingen aan te wijzen, zoolang over
deu vrede wordt onderhandeld. Ook vermeerdert
het vooruitzicht op eene spoedige oplossing der
quaestie en Oost-Rumelië. Volgens de Timen heb
ben de drie keizerrijken zelfs reeds hnn eiscb tot
herstel van het atatu quo laten vallen en aan deu
Saltan de regeliug van den toestand in overleg met
de Bulgaren overgelaten. In allen gevalle wordt de
benoeming van vorst Alexander tot gouverneur van
Oost-Rumelië eu zyne verzoening met deu Czaar
waarschijnlijk geacht.
Het nieuwe Engelscbe Lagerhuis zal volgeos de
«Pail Mali Gaz." bestaan uit 333 liberalen, 251 con
servatieven en 86 Parnellisteu. De vereenigde conser
vatieven en Parnellisten Tellen dus 337 ledeu, en
hebben een meetderheid van 4 stemmen boven de
liberalen. Volkomen zeker ia echter deze verhouding
nog niet, omdat vyf herkiezingen moeten plaats heb
ben. Vermoedelijk zullen tg echter geen belangrijke
wijzigingen in den toestand brengen. Iu het geheel
hebben de liberalen 17 «temmen verloren, terwgl de
conservatieven 12 eu de Ieren 23 stemmen bebbeu
gewonueu. De liberalen wonnen 80 zetels op het plat
teland, maar verloren er 91 iu de steden, terwijl de
Tories op het platteland 18 plaatsen verloreu en er
33 in de steden wonnen. De «Pall Mall" is verder
van oordeel, dat Salisbury volstrekt niet behoeft af
te treden de Parnellisten, zegt bet blad, zgn gekozen,
zoo niet om hem te steunen, dan toch om Gladstone
te bestrgden Salisbury behoeft dus niet aan te ne
men, dat hij in de minderheid is en haudelt dus
volstrekt niet iuoonstitulioneel, wanneer zijn ministe
rie aan het bewind blyft.
De Obaerver zegt, dat in de vorige week van
gedaebien gewisseld is tusschen Gladstone en Paruell
met het oog op een gemeenschappelijk bandelen in
de aanstaande parlementszitting.
De Daily Chronicle verneemt, dat Salisbury het
Parlement zal ontbinden, wanneer de Regeering door
een eventueels coalitie van liberalen eu Parnellisten
een nederlaag mocht lyden.
De schermutselingen tusschen de Engelsohe troepen
en de Arabieren in Soedao duren voort. Volgen»
den' militairen correspondent van de «Daily News",
wordt er ernstig over gedacht om Dougola weer
te bezetten. Wanneer dit niet geschiedt, wordt een
terugtocht noodig geacht, daar het Engelsche garni-
zoeu te Kosheh eu Akasheh gevaar loopt van de
basis te worden afgesneden. Tot dusver is echter
de gemeenschap gehandhaafd. Volgeus berichten van
Ipiounen is de legermacht der Arabieren 7000 man
sterk. Daarvan zijn 1100 met geweren gewapend,
terwgl er 250 ruiters bij zijn. Ook hebben zg zes
kanonueu en ovtrvloed van munitie. Deze stryd-
macht is niet tegen de Eugelsohen opgewassen, zoodat
Kalief Abdullah eeu oproeping heeft gericht tot alle
geloovigeu, om zich ouder zijn vanen te scharen.
Ook Wft hg den Sultan van Darforr gelast hem
3000 man te zeudeu.
De Belgische Kamer heeft de wet op de middelen
aangenomen. Door een der leden werd geklaagd over
het iuvoerreoht op vreemde tabak, waardoor de smok
kelhandel sterk in de hand wordt gewerkt, doch de i
Minister Beernaert antwoordde, dat de stand der fi
nanciën de afschaffing van dat recht uiet gedoogde.
In Franklgk bespreekt men weder ijverig de
ministerieele crisis, die onherroepelijk, indien niet
alle voorteekenen bedriegen, op de behandeling der
Tonking-credieten moet volgen. Brisson zelf heeft
de beraadslagingen over Tongkin geëischt voor de
bijeenroeping van bet congres. Iu de laatste dagen
liepen er allerlei geruchten over het aftreden van
Brisson. Wie zal het hem euvel duiden, dat hij
wenscht heeu te gaan, nn de gang vau zaken een
zoo treurig verloop neemt P
Brisson kan echter zijn post op dit oogenblik
niet lafhartig verlatenbg moet zijn standpunt
voor de kamer verdedigen, verklaart zij zich uit
drukkelijk tegen hem en zijn politiek, die erg
opportunistisch getint raakt, welnu dan is het tyd-
•tip daar, dat hij zgn taak uit de hauden kan geven.
De strijd over de credieten belooft hevig te zijn.
Carailie Pelletao, die zich in de kamer en in zijn
blad La Juatice als een vurig voorstander van de
ontruimiug deed kennen, ia door de Commissie tot
rapporteur gekozen. Het jaar 1885 zal geen afscheid
nemen zonder in Frankrijk nog een groot debat
over de koloniale politiek te aanschouwen.
Over de beslissing, welke de Kamer zal nemen,
worden allerlei gissingen gemaakt. De Parijsche cor
respondent van de limes meent, dat er nog kans
bestaat op de goedkeuring der credieten. De 220
opportunisteu zullen zeker voor-en de 150 radicalen
tegen steramen, zoodat de linkerzijde den doorslag
moet geven. De monarchisten zullen, nn het geheele
volk zich tegen de ontruiming heeft verklaard, niet
durven medewerken om de Fransche vlag uit het
veroverde Tonkin weg te nemen. Wanneer dus geen
overloopers de gelederen der radicalen versterken, ia
het zeer waarschijnlijk dat de opportunisten de over
winning behalen.
Volgens particuliere mededeeling, welke het Berl.
Tageblalt uit Rome heeft ontvangen, is het maag-
lijden vau Paus Leo XIII in den laatsten tijd zeer
verergerd, zoodat de toestand vau den patiëut op
het Vaticaan aanleiding geeft toe ernstige ongerust
heid. Paus Leo XIII, die in 1877 .tot Paus werd
beuoemd, zal weldra den leeftijd vau 76 jaten
bereikt hebban.
INSCHRIJVING VOOR DE
EERSTE KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge-
ra cc ii te Gouda,
Gezien art. 19 der wet van den 19den Augustus
1861 Staatsblad no. 72).
Herinneren alle belanghebbenden aan hnnne ver
plichting tot het doen van aangifte ter inschrijving
voor de Nationale Militie, in de maand Januari
1886 en brengen ter hunner kennis de volgende
bepalingeu der genoemde Wet:
ART. 15. Jaarlyks wordeu voor de Militie in
geschreven alle mannelijke ingezetenen, die op den
lsteu Januari van het jaar hun 19de jaar waren
ingetreden.
lo. Hij wieus vadeA of, is deze overleden, wiens
moeder, of, zgu beide overleden, wiens voogd inge
zeten is, volgeus de Wet vku 28sten Juli 1850
Staatsblad uo. 44)
2o, Hg die geen ouders of voogd hebbende, ge-
dureude de laatste aan het in de eerste zinsnede van
dit artikel vermelde tijdstip voorafgaande achttien
maanden in Nederland verblyf hield
3o. Hij, vau wiens ouders de laugsilevende inge
zeten was, al is eiju voogd geen ingezeten, mits hij
binnen het rijk zgn verblijf houdt.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling
beboorende tot eenen staat, waar de Nederlander niet
aan de verplichte krijgsdienst is ondtrworpen, of
waar ten aansien der dienstplichtigheid bet begiusel
van wederkeerigheid is aangenomen.
lo. Vau een ongehuwde in de Gemeente, waar de
vader, of, ia deze overleden, de moeder, of ziju b iden
overledeu, de voogd woont
2o. Van een gehuwde en van een een weduwnaar
in de Gemeente waar hij woont
3o. Van hem, die geeu vader, moeder of voogd
heeft of door deze is achtergelaten, of wieus voogd
buiten 's lands gevestigd is in de Gemeente waar hij
woont
4o. Van den buiten 's lands wonenden ZOon viin
een Nederlander, die ter zake van 's lauds dienst iu
eeu vreerad land woont, in de Gemeente waar zijn
vader of voogd het laatst in Nederland gewoont heeft.
lo. De in een vreemd Ryk achtergebleven zoon
van een ingezeten die geen Nederlander is
2o. De in een vreemd Rijk verolyfhoudende ou-
derlooze zoon van een vreemdeling al is zgn voogd
ingezeten
3o. De zoon van den Nederlander,die ter zake
van 's lands dienst in 's Rijks overzeesche bezittingen
of koloniën wooot.
Art. 18. Elk die volgens art. 15 behoort te
worden ingesohreveu, is verplicht zich daartoe bg
Burgemeester en Wethouders aau te geven tusschen
den lsten en 31sten Januari.
Bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis, is
zgn vader of, is deze overledeu, zgne moeder, of zgn
beiden overleden, zijn voogd tot het doen van die
aaugifte verplicht.
De wijze, waarop van het doen van de aangiftfc
blijken moet, wordt door Ons bepaald.
Art. 20. Hij, die eerst na het intreden van
zijn 19e jaar, doch voor het volbrengen van zijn
20ste, ingezeten wordt, is verplicht zich, zoodra dit
plaats beeft, ter inschrijving aan te geven bij Bur
gemeester en Wethouders der Gemeente, waar de
iuschrijving volgens art. 16 moet geschieden.
Daarby gelden de bepalingen der 2e en 3e zin
snede van art. 18.
Zijne 'inschrijving geschiedt in het register van
het jaar, waartoe hij volgens zijnen leeftyd behoort.
Burgemeester en Wethouders voornoemd roepen dien
tengevolge de ingezetenen die hun 18de jaar
dut het register van inschrijving op den 31sten
Januari des namiddags teu 4 ure voorloopig wordt
gesloten en dat zg, die alsdau verzuimd hebben de
voorgeschreven aangifte te doen, iugevolge art. 183
der Wet rervallen in eene boete van 25.— tot
100.-
dat ieder, die voor de Militie moet worden inge
schreven, zich behoort te voorzien van een extract
uit het geboorte-register hetwelk bij de aangifte moet
worden medegebracht
dat dit extract aan hen, die binnen deze Gemeente
zijn geboreu, op hunne aanvrage op het Bureau van
deu Burgelijken Stand gratis zal worden uitgereikt,
terwijl zij, die elders geboren zijn, zich ter Gemeente
secretarie kunnen aanmelden, teneinde genoemd ex
tract van het Gemeentebestuur hunner geboorteplaats
te doen aanvragen, en
GOUDA, den 14 December 1885.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VAN BERGEN IJZEN DOORN.
De Secretaris,
BROUWER.
LIJST van BRIEVEN geadresseerd aan onbekenden.
Lindeman, Amsterdam A. v. d, Berg, Amster
dam H. J. Schalm, Haarlem; Mevr. C. Voortaller,
Rotterdam G. H. Jelderdn, Rotterdam
BRIEFKAART.
F. v. d. Steen, Rotterdam
Verzonden geweest naar BELGIE
Bracclon, Antwerpen
Verzonden geweest naar DUITSCHLAND
G. Harden, Hannover
Verzonden geweest naar FRANKRIJK:
Mignotten Picard, Chassaque
Verzonden geweest naar NED. OOST-INDIE
G. A. de Korte, Soerabaija
De Directeur vau het Postkautoor,
SIMONS.
GEBOREN13 Dec. Arie, ouders L. Heerkens en J.
Bouter. Aart, ouders H. Brouwer en H, van Uonen
14. Alphonsus Johannes Augustinus, ouders G. J. Heetman
en C. W. Elens Frodericus Arnoldos, ouders F. van
Waas en H. C. Schetfers. Antbonie, ouders A. Nonneren
M. Bakker. 15. Adriana, ouders P. I.uijueuburg en D E.
Everling. Bartel, ouders F. C. Bik eu B. Rook huizen.
OVERLEDEN 13 Dec H. A. W. 't Hart, 1 j. 8 ra.
G. Bik, 70 j. 14> C. H. van der Heiden, 2 j. 5 ra.
G. van Vliet, 4 m. G. Versteegt, Wed. van L. A.
ONDERTROUWD: J. Eegdwnan (van Bergambacht) en
C. van Vliet.