I I I 1 lï I I i I 11 N° 3349. BBS 1886. S! I AAS f 1.20 EN bü AK, ticien, 1, (jouda. xten. cht, :en in den L SPÏJ 1 BINNENLAND. I Zondag 7 Febroarl. Nieuws- en %o. 1 ■j Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. I I JAS. ii 1 Mel eel Hui» LEN, open UÜR met ir No. 1255 I H f fit sus. 5$ I 9.- -7T— I I i ‘i t1 i 9 10 len, worden tr tegen den j 1 KOOP een franco brie- Courant. I Burgerlie- >or ing »r. HOORN, ,n vertrek- 'luweelen 1 -j 'n t0|° I ‘M de zoogenoemde sociale bejderszaak de 5 Ons» Omtrent een geschil, dat tuischen den minister van binnenlandsche zaken en den kolonel kommandant der dienstdoende schutterij te ’s Hage was ontstaan Amsterdam handelde orer ffeen Spreker noemde dit een vraagstuk en van politieke beteekenis, van 9,15 9,29 9,40 10,15 i 8’- 8,35 I- 8,46 quaestie, waaronder spreker verstond bet roeken naar de wijze, boe de aarde het best dienstig kan worden gemaakt aan bescheiden wenscben en begeerten. Spreker begon met als lijn gevoelen te uiten, dat het woord van mr. Modderman misverstaan is, toen hij zeide dat, vóór deze eeuw ten einde zou spoeden, er wellicht een geweldige ommekeer zou plaats grijpen. Dit woord werd zeer waarschijnlijk ge sproken onder omstandigheden die daartoe alleszins aanleiding gaven, nl. toen men, debatteerende bij het maken van wetten, tot de conclusie kwam, dat van wetten alleen niet alles te wachten is. Spreker wilde niet gewagen van een wetboek van den arbeid daarin lag, meende bij, eene tegenstelling alsof men zeggen wilde: de arbeid beeft geen wet, geen recht, wel bet kapitaal. Een wetboek voor den arbeid had eene geschiedenis, zeide spreker, en hij herinnerde die kort, om later de tegenstelling, beter te doen uitkomen. Voor elf jaar had de afgevaardigde van Gouda, dr. Kuyper, de be werking van een wetboek over den arbeid aanbevolen als t een stekje van vreemden bodem, waartegen de toen malige minister Van Lijnden het bekende satirieke woord bezigde, dat het stekje wel eens als een stokje kon gebezigd worden door hen voor wie het stekje werd geplant. Een wetboek voor den arbeid vond spreker een gröot woord, en hij wil daarin dan ook eene tegen stelling bestrijden. Eene dergelijke wetgeving is afgekeurd op grond van inmenging van staatsalmacbt, en niet ten on rechte. Spreker acht dan ook een gemeen recht voldoende, een speciaal recht on nood ig. Hij noemt vele bestaande rechten en wetten in deze materie op, al* het recht van vereeaiging, de wat van 1879 die de vrybeid van arbeid tegen ieder geweld beschermt, wetten op coöperatie, de wet tot regeling der tucht op koopvaardijschepen, op den kinderarbeid enz. Met de bestaande wetten kan men wel niet volstaan, maar men heeft maar voort te gaan, om te zien of er bijzondere wetten noodig zijn. De vraag is nuop welke wijze moet de Nederlandsche wet geving ten opzichte dezer wetgeving voortgaan Hoe zal men thans handelen Het juiste stand punt aan te geven zon zeer moeielyk zijn, doch lo. bestaat er behoefte aan ordening der vraag stukken, 2o. moet de beteekenis der vraagstukken worden doorzien, 3o. moeten de beginselen er van ter sprake worden gebracht en 4o. zal men moeten aanwyzen de methode waarnaar rechtsvoorschriften zullen worden gemaakt. Uitvoerig stond spreker stil bij eenige categoriën van bestaande en wenschelijke rechtsvoorschriften, als kinderarbeid, waarvan hij uitbreiding en ver scherping dringend noodiakelyk achtte, de opleiding van werklieden in werkplaatsen, waarbij hij invoering van bet livrettenstelsel wenscbte, en privaatrechtelijke verhouding tusschen den werkman en patroon, de beperking van den arbeidstijd, bet toezicht in werk plaatsen en fabrieken ten bate van gezondheid en veiligheid, coöperatie, verzekering bij ziekte en over lijden, en eindelijk de adviseerende arbeidskamers en kamers van geschillen. De bespreking dezer' vraagstukken werd eene ordening genoemd. De vraag is nu, hoe de Nederlandsche staatsmachten die hebben aan te vatten. Daarbij komen twee hoofdbeginselen in aanmerking, namelijk dat het recht niet is eene inventie, maar dat bet leeft, ontstaat en zich ontwikkelt in de rechtsovertuiging van het volk, en dat het recht in die rechtsovertuiging moet worden gezocht. De te volgen methode zou zyp, dat de wet op den kinderarbeid moet worden afgedaan, en dat de arbeiderskamers alom worden aangesteld tot onderzoek van allerlei vraagstukken den arbeid en den werkman betreffende. Of dergelijke wetgeving al dadelijk zeer veel tot verbetering van de sociale toestanden zal bijdragen, daaraan twijfelt hij, doch al gevoelt men dit aan vankelijk in kleinen kring, zij zal zeker tot algemeene welvaart medewerken. In de gelegenheid gesteld om van gedachten te wis- j selen, geeft de heer F. Domela Nieuwenhuis, uit ’s Hage, zijne ingenomenheid te kennen, dat de ar- in dit gebouw ter sprake is gebracht. goüdsche courant. en dat dreigde een oogenblik ernstige gevolgen te zullen hebben, deelt de briefschrijver uit de hofstad aan de Midd. Ct. het volgeude mede Indertijd werd een kapitein door een majoor voor het front der troepen berispt, omdat de eerste het raadzamer bad gevonden ^hall* te komnSC&deeren dan, door zijn troep te laten voort marcheren, de manschappen aan eene aanraking met de stoomtram bloot te stellen, Onze majoor vond dit niet militair genoeg een schutter moet niet bang zijn »oor de buffers >van een locomotiefje. De kapitein liet zich die voor de discipline verderfelijke terechtwijzing niet welge vallen en vroegLzijn eervol ontslag. Dit werd hem verleend en tevens werd hem bij hetzelfde koninklijk beslui', bet recht toegekend om de uniform, aan zijn rang verbonden, te blijven dragen. Dat was te veel eer voor een zoo vermetel officier, vond de kolonel, en nu vroeg dete zijn ontslag/ De bedoelde bijvoe ging bleek door den heer Heemsckerk persoonlijk, maar zeker bij vergissing, in bel besluit ook op den Haagscben officier toepasselijk te zijn gemaakt, terwyl zij alleen voor een lid eener andere schut terij moest gelden. Hoe kon de minister zich toch zoo vergissen Enfin, de zaak is nu weer in orde de beer Van Hardeuferoek beeft tyn verzoek om ontslag ingetrokken en soo ia alles afgeloopen met sisser, die het commandeurskruis van den Gouden Leeuw van Nassau op de borst van den kolonel deed terecht komen. Sinds 1 Jan. fungeert te Goudriaan een nieuwe kerkeraad, door het classicaal bestuur benoemd de vroegere was in bet verloopen najaar door genoemd bestuur ontslagen. Het O nil. Po/sfsMwarsM bevat da volgende waar schuwing. Op het gebird van bedrog, om geen ander woord te bezigen, ie door eenige personen te Amsterdam weder iets nieuws bedacht, eene speculatie op het gevoel van diereuvrienden en liefhebbers van kana rievogels. Slechts eene advertentie in het N. r. d. D. is genoeg om een aardig voordeel te behalen. Zoo geschiedde ook dezer dagen. In genoemd blad werd ten geschenke aangeboden een Saksische kanarievogel, door eene naar Indië vertrekkende familie. De kosten der advertentie moesten natuurlijk door den ontvanger van den gevederden zanger betaald worden, echter geheel ten voordeele van de linnenmeid, die bet vo geltje altijd had opgepast. Iemand schreef op de advertentie, vroeg de voorkeur, en jawel, reeds den volgenden dag kwamen er aan zyne woning twee mannen (bonden- en vogelkoopers) met een mooi geel vogeltje. Het kooitje werd terug verzocht, tevens oen qui- tantie vertoond van de advertentiekosten, ten bedragen van ƒ2.80, zoodat met inbegrip van de nog geschon ken fooi voor de linnenmeid, bet kanarietje zoo wat betaald was. Later bleek echter dat bet vogeltje een pop was, hoogstens 25 a 50 cent waard. lotusschen is gebleken dat een der mannen een kistje bij zich droeg waarin een groot aantal vogels was (waarschynlyk alle van naar ludiê vertrekkende familiëu) terwyl de tweede ren aardig pakje brieven in de hand had, allen van liefhebbers, die op zijn advertentie hadden gereflecteerd en nog bezocht moes ten worden. Op dezelfde wyze handelen sommigen met bonden. Uitsluitend aan dierenvrienden wordt dan voor ƒ17.50 of 12.50 een rashond te koop aangeboden, met inbegrip van halsband en ketting, gewoonlyk een fraai exemplaar, ziekte gehad, mak by kinderen trouw, niet zelden van op deze of gene tentoonstel ling bekroonde ouders. En wat leveren zy dan Of een gewoon exemplzèr zonder eenige handelswaarde of een bond waarvan zij hel eigendomsrecht zeer moeilijk zouden kunnen bewijzen. Door het bestuur van de vrye gemeente daartoe uitgenoodigd, hield prof. mr. G. van Hamel Don derdag avond in Amsterdam eene voordracht, waarin hij handelde over ffeen wetgeving op den arbeid." Spreker noemde dit een van sociale maakt bet deel uit GOUDA, 6 Februari 1886. In de 'gisteren gebonden vergadering van de afd. Gouda aan bet N. O. G. ia met algemeene stemmen besloten, bet adres ran het Hoofdbestuur aan de 2e Kamer, verzoekende onveranderd behoud van art. 194 der Grondwet te ondersteunen. Het denkbeeld door enkelen geopperd, om het Hoofd bestuur uit te noodigen aan lijn voornemen af te zién, rond slechts bij 4 der aanwezigen ingang. De beer Kruisheer gaf eene verhandeling orer den gunaligen invloed eau de klassificatie op ons Lager Onderwijs, ten beste. Voor de rechtbank te Amsterdam werd Donderdag de zaak behandeld ran den sociaal-democraat For- tnijn, die beschuldigd wordt smaadwoorden gebezigd te hebben tegen de openbare antoriteiten in eene openbare bijeenkomst op 24 Norember 11. Vier getuigen waren gedagraard, waaronder rich be- ronden de reralaggerere rao het Handeltblad en het Dagbl. t. Nederland. Het Openbaar Ministerie eischle schuldigverklaring en als straf 250 boete, subsidiair twee maanden gevangenisstraf, benevens de kosten aan het geding. De uitspraak ie op Donderdag a. el. bepaald. De beklaagde rerdedigde zichzelf en ontkende de bedoeling tot beleediging. Wanneer by in de uiteengejaagde vergadering in het Café Zincken bad kunnen spreken, zou dit gebleken zyn. Merr. Bulkley, mej. Scblingemann en Kloppers hebben appèl aangeteekend tegen het vonnis, door de rechtbank te Arnhem over ben uitgesproken. In De Tydepiegel beeft de heer J. dE. C. A. Timmerman, te Amsterdam, zyn denkbeelden uit- eengezet over .het middelbaar en gymnasiaal onder wys», naar aanleiding van de daaraan nu klevende bezwaren voor de leerlingen en voor het ouderwys. De eerstbedoelden zijn: lo. overstelping met leer stof; 2o. dat ouders eu kinderen veel te vroeg ge steld worden voor de noodzakelijkheid der keuze van een beroep, meer in het byzonder ter beoordeeling van den aanleg voor universitaire studie. Daarnevens heeft het onderwys, op H. B. S. en gymnasium, deze moeielykbeid: er ie te weinig lijd beschikbaar voor hetgeen onderwezen moet worden. De heer T. zou nu wenscben: een soort van middelbare school, waar de leerling op 10-jarigen leeftyd sou worden toegelaten en die hem in vijf jaren grondig onderwys zou geven alleen in Neder- landsobe taal, wiskunde, geschiedenis en aardrijks kunde van Nederland en Latyn. Van die voorbe reidende school zouden do jongens dan, op omstreeks 15-jarigen leeftijd, overgaan naar hel gymnasium (met 8-jarigeu cursus), welks leervakken geen uit breiding zouden behoeven, maar grondiger beoefend zouden worden, of wel degenen, die dan geen lust of aanleg voor universitaire studie bleken te hebben, naar de (eeuigezins in de leervakken be perkte) H. B. school met 7-jarigeu cursus. De voordeelen van zijn stelsel vat de heer T. aldus samen: .Men zou verkrygen betere ver- deeling der leerstof, minder lesuren per week, gron diger ouderwys in talen, omdat bet Latyn daarby als grondslag zou worden genomen, en, als gevolg hiervan, ook lydwiust bij het asnleeren der nieuwe talenverder een brerderen grondslag van ontwik keling voor allen, dus ook voor hen, die later geen academische opleiding wenschee te ontvangen, en eindelijk de mogelijkheid om die opleiding alsnog deelachtig te worden voor ben, die dat later, bv. op 20- of 25-jarigen leeftyd mochten verlangen.* Verder ontwikkelt de beer T. zijn gedachten om trent de aansluiting van bet militair onderwys aan 1 zijn stelsel, en over de eenigazins andere eischen, aan een deel der leeraren te atellen.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1886 | | pagina 1