S00QDÏÏ1TSCHE OM. Buiteniandsch Overzicht. ADVEKTENTIËN. MARKTBERICHTEN. Burgerlijke Stand. Gouderak Stolwijk Reeuwijk Zevenhuizen tot uiterlijk 11 dezer. Van DANTZIG.f liad, met dit guiutig onderaeheid, dat da Maat- zchappjj eteeda zorgt dat iemand, die werken wil, ook werken kan, en doof werkvenchaffiug ran al lerlei aard in alle jaargetijden de menechen in de de gelegenheid etelt om in eigen onderhond te voorzien. Te rergeeft eoekt men te Frederiksoord naar eeo geetiehtieder geiin woont er in een afzonderlek huisje, en aan niemand kan het belet worden, wan neer het hem in de Maatschappij ran Weldadigheid niet befalt, tioh elders te eestigen «aar hij wil. Seeds meermalen heeft de Sedaotie fan bet Utr. Lil. de aandacht gefestigd op de onoordeelkundige beplanting van onze wegen en straten, pleinen of grachten. Wat de eersten betreft, beveelt zij nog maals aan de beplanting met rruchtboomen, waar door een belangrijke bron van inkomsten zou geopend wordeniets wat vooral in onze dogen niet te ver smaden is. Men vreest de baldadigheid onzer jongens en de roofzucht der meer bejaarden. Zjj vreest eohter niet, dat die ondeugden bij ons zooveel grooter zonden zjjn dan in andere landen, waar men ziob door dia vrees niet heeft laten terughouden. Als grond hier voor wjjst zq op de beplanting met milddragende vruchtboomeu van den Maasdijk van Heusden tot Woudrichem, waaraan de dorpen Aalburg, Wijk, Veen, Andel, Giessen en Rijswijk liggen en waar toch nooit een geval van eeoigszins noemenswaardige ontvreem ding is voorgekomen; alsmede op de gunstige ervaring welke de Maatschappij Een nationaal belang daar omtrent reeds heeft opgedaan. Wat de sierboomen betreft, wijst zij op de nadeelen, welke linden, kastanjes, iepen, eiken en benken op leveren; terwijl zij daarentegen aanbeveelt: platanen, rood- en dubbelbloemige kastanjes, aeer platanoides, acer dasyoarpum, acacia bessoniana, tilia alba specta- bilis (zilverlinde), tilia dasystyla, (krimiinde), catalba syringgaefolia en de lijsterbes. Onze wegen en vaarten, onze steden en dorpen zouden op die wijze aanmerkelijk kunnen verfraaid worden. De Redactie van het Utr. Lil. spreekt hierbij den wensch uit, dat ook onze boomkwee kers, door billijke aanbiedingen aan plaatselijke be sturen, medewerken om het beoogde doel te be vorderen. «De Volksstem» van Pretoria komt op tegen de voorstelling van Reuters telegram van 15 Juli over den stand der spoorweg-concessie gegeven. Het telegram luidde «Sterke oppositie werd in den Raad aan den dag gelegd tegen de termijn der Nederlandsche Spoor wegconcessie, welke alleen door de persoonlijke be moeiingen van den President tot bedaren werd ge bracht. De uitslag is, dat de Volksraad besloten heeft om de Regeering te machtigen wijzigingen te verkrijgen, bjj gebreke waarvan kennis moet worden gegeven, dat, tenzij de werken binnen zes maanden worden -begonnen, de concessie vervalt. Er zal waarschijnlijk oppositie onthtaan, wanneer de bezwa rende bepalingen in de concessie verleden jaar in geheime zitting aangenomen aan het land bekend worden.» Het besluit zelf echter luidde «De Volksraad besluit, de aanbevelingen der Spoor- wegcommissie thans aan de orde, goed te keuren en draagt verder aan de Regeering op om, zoodra zij znlks in het belang van onzen Staat acht en ten einde onnoodige vertraging te voorkomen, om de zes maanden kennisgeving aan de concessionarissen te geren.» De aanbevelingen der Spoorweg-Commissie, luiden aldus «Lettende op hare opdracht, uwe commissie gelas tende zoodanige recommandatie aan haar rapport toe te voegen, als zjj io het belang der zaak mag wen- acheljjk achten, wenscht den E. A. Volksraad aan te bevelen aan de H. Ed. Regeering op te dragen a. Met de Portngeesche Regeering in onderhan deling te treden, ten einde een goede verstandhou ding te treffen aangaande den bouw en de exploitatie van de beide seclies der spoorlijn, meer bepaalde lijk aangaande een vergelijkend tarief van ver voer en b. met den conseasionaris in Nederland te cor- respondeeren over 1. de wenschelijkheid, dat de eerste sectie van den spoorweg verlengd worde in plaats van tot Nelapruit tot aan plaats van G. Mare of van de Lange, of, ingeval er geen onover komelijke bezwaren bestaan, de route door de goud vellen te kiezen tot ergens in den omtrek van Klipatapel2. dat de spoorlijn zoo spoedig mogelijk van daar verlengd worde tot aan Pretoria3. dat over het geheel de tijdsbepaling zooveel mogelijk verkort worde.» De alles verschroeiende hitte, die wjj in de laatste weken hebben gehad verzekert een hooggeleerd schrijver in de Peeler Llogd is een gevolg van de buitengewone hoogte, die de zon-protuberanzen (stroo men van gloeiend waterstofgas) ditmaal bereikten. Van de hoogte der protuberansen hangt de norma liteit of abnormaliteit der warmteverhoudingen onzer aarde en der andere planeten af. Wanneer de protu beransen 12,000 kilometer hoog zijn, hetgeen onge veer overeenkomt met de doorsnede der aarde, eene normale temperatuur. Maar niet zelden bereiken deze wisselende zonnevlammen eene hoogte van 100,000 kilometer en wanneer dit tegen het einde van den winter plaat^ heeft, verhuizen de winterjassen naar de kleêrkastgebeurt dit echter in deu zomer, zooals nu in de tweede helft van Augustus, dan worden we door die ondragelijke hitte, droogte en andere nood lottigheden gekweld, welke zioh de tradioneele «oudste bewoners» niet herinneren. De protuberauzen zjjn het veelvuldigst en het sterkst op het einde van Juni en in det midden van October, het minst beteekenend in de tweede helft van Mei en in de eerste van Augustus. Gedurende dit laatste tijdperk is de zon niet alleen het tooneel van uitbarstingen, maar ook.sohjjnt de vlammenring, die haar omgeeft, somtijds van geen enkele zijde voedsel te ontvangen, maar verteert zioh zelf tot hij ter hoogte vau 5 a 6000 k. m. geheele verdwijnt. Wee dan onze aarde I Want hoe lager de vlammenzee iu Mei zinkt, te heftiger houden hier de ijs-heiligen Servatius, Panoratius en Bonifaoius huisdes te boller blazen zjj hunne kaken op, om met ijzigen adem de hoop van een heel jaar te vernietigen, zon der dat zij behoeven te vreezen, dat de eene of andere weldadige zonneprotuberans hun een Qeoi ego tegen- dondert. De oppervlakte der zon ia sedert het mid den van Augustus weder het tooneel van herhaalde evolutiën de protuberansen werken zich met buiten gewone kracht naar omhoog en bereikten, naar de berekeningen van sterrekundigen, den 24en Augustus haar hoogste puntover de 300,000 kilometer. Deze versohjjnselen veroorzaakten de afmattende tem peratuur iu de laatste 14 dagen, die het ons, arme aardebewoners, zoo zuur maakte. De bekende Belgische staathuishoudkundige, de Luiksche Hoogleeraar Entile de Laveleye, heeft een zestal hoogst belaogrijke artikelen gewijd aan de tegenwoordige orisis. In zijn laatste artikel spreekt bij over den plicht der gegoede klassen om aan de arbeidende klassen tegemoet te komen. Eu hij verdedigt dien plicht, niet alleen als middel om een klassenoorlog te voorkomen, maar tevens als uit-, vloeisel van de gelijkheid, die het beginsel is zoowel van de nieuwe Staatsregelingen als van den godsdienst. Men moet echter niet helpen door aalmoezen, maar door bet stichten van instellingen, die de arbeiders zedelijk en atoffelyk doen vooruitgaan. Als voorbeeld wijst hij op Engeland, dat door volksboekerijen, vereenigingen, openbare badinrich tingen, woningen, gezelschapszalen, lezingen enz. veel heeft gedaan in dit opzicht. Zoo is o. a. in een der armenwijken van Londen de «Toynbee Hall» verrezen, met ruime zalen, waar de werkman op geljjken voet wordt ontvangen als elk ander, en door een goede boekerij en voorlezingen zich kan oefenen en bekwamen. Een belangrijk vereisohte is het bouwen van goede arbeiderswoningen, om de mannen uit de kroeg te houden en de gezondheid te bevorderen. Geen beter belegging van de fondsen der armeninstellin- gen dan het bouwen van woningen. Verder verklaart de schrijver zich een voor stander van de verplichte verzekering tegen onge lukken, zooals de Duitscbe wet van 1384 heeft in gevoerd voor eigenaars van mijnen en fabrieken enz. die door stoom worden gedreven, ten behoeve van alle werklieden, die minder dan 1200 loon trekken. Volgens de verslagen, zjjn de ondernemers, die er eerst sterk tegen waren, thans met die wet verzoend, omdat zij daardoor bevrijd zijn van tal van lastige processen. Eveneens is hg gunstig gestemd voor pensioen fondsen, door middel van kortingen op de loonen en de winsten en met Staatssubsidie. Geen werk man moet ooit op zjjn ouden dag of door ziekte tot deo bedelstaf worden gebracht. Ook Staatshulp is gerechtvaardigd. Het is slechts de toepassing van bet algemeen erkende beginsel, dat men degenen moet helpen, die zonder eigen schuld buiten staat zgn voor zich zelf te zorgen. Men heeft paleizen gebouwd voor oude soldaten, waarom sou men niet evenveel over hebben voor de invaliden van den arbeid Men kan het nut van een algemeene verzekering moeieljjk hoog genoeg stellen. Maar met nadruk komt de acbrjjver op tegen de neiging om de armoede te lenigen door feesten te geveo, om zoogenaamd «geld onder de menscheu te brengen.» Juist in deze tjjden is er reeds veel stuitends in het verkwisten van veel geld in korten tijd, terwijl zoovelen gebrek Ijjden. Maar bovendien heeft de staathuishoudkunde met mathematische zeker- heid bewezen, dat de uitgaven van weelde den werkman meer nadeel dan voordeel aanbrengen. Ten slotte spreekt de heer De Laveleye over den nood van den landbouw, o. a. een gevolg van de invoeren uit Amerika en Iudië, voor welk laatste land de daling van het zilver een premie van 30 pCt. oplevert. Hjj verklaart zioh ten sterkste tegen beschermende invoerreohten op granen. Zelf bjj den landbouw opgevoed zgn vader heeft heidegronden ontgonnen heeft hg aan den land bouw steeds al zqn aandacht gewjjd. Hij is over tuigd, dat invoerrechten op graan en vee slechts aan de groote grondeigenaars ten goede komen niet aan den pachter, en dat zij de werklieden benadeelen door zqn levensbehoeften duurder te maken. De heer De Laveleye trekt ten slotte zijn denk beelden samen in de volgende wenschen lo. Persoonlijke dienstplicht als waarborg voor de maatsohappq en maatregel vau rechtvaardigheid. 2o. Strjjd op leren en dood tegen het drank misbruik, door een hooge jeneverbelasting, uit welker opbrengst groote openbare werken worden aangelegd, zoodat het gebrek aan werk wordt getemperd. 3o. Een spoorwegexploitatie niet als bron vau winst, maar als middel om de mededinging van de inlandsche nijverheid tegenover het protectionisme van het buitenland mogelijk te maken. 4o. Kosteloos en verplicht onderwqsgodsdien stige, zedelqke en verstandelijke ontwikkeling der arbeidende klasse. 5o. Commissies van schikking en arbitrage voor alle loonquaesties en om den werkman op de hoogte te brengen van de onmogelijkheid om thans de loonen te verhoogeu. 6o. Wettelijke regeling van den arbeid in mijnen en fabrieken (Engeisch en Zwitsersch stelsel) en van de verzekering van werklieden als in Duitschland. 7o. Stichting van arbeiderswoningen door par ticuliere personen en door instellingen, die fondsen beschikbaar hebben. 8o. Minder verkwisting om meer kapitaal voor de njjverbeid beschikbaar te hebben. 9o. Verspreiding van landbouwonderwijs, aanleg van tramwegen, goedkoop vervoer van meststoffen enz. maar geen besohermende graan- en veerechten. 10. Bovenal betrachting van de mensohenliefde, om alles in het werk te stellen, dat den toestand van de menigte kan verbeteren. (fi. N. blad). Bijzonderheden omtrent de leveuswqze van Chevreuil, den honderdjarige, zqn tegenwoordig iu de Fransohe bladen aan de orde van den dag. Chevreuil is in eten en drinken zeer matig. Hjj houdt eleohts twee maaltijden. Des morgens doet hij zqn ontbijt met eeo paar eieren, een snede pastq en een halve liter koffie met melk. Des avonds ge bruikt hij een bord tapioca-soep met geraspte kas», een cotelet en wat druiven en kaas tot dessert. Hierbij drinkt hij drie glazen water. Eigenaardig is zijn afschuw van wijn. Hij heeft in zqn geheele leven geen droppel wijn gedronken. Alleen de reuk is hem al ondragelqk. Hetzelfde geldt voor hem van visch, schoon dat niet wegneemt, dat bjj een hart stochtelijk hengelaar is. Deze passie deelt hij met zqn ouden vriend, den beroemden Britschen geleerde, Sir Humphrey Davy, van wien Chevreuil eens een prach tig heugeltuig ten geschenke kreeg, dat hjj nog immer met zekere voldoening zijn bezoekers pleegt te tooneu. De honderdjarige geleerde bezit een verbazingwekkend werkvermogen. De arbeid, getuigt hq zelf, maakt hem niet moeintegendeel, hq kan er niet buiten. Gedurende de belegering van Parijs, heeft lm de hoofdstad niet verlaten, maar bleef in hst museum en werkte met onverstoorbare kalmte voort, terwql meermalen de Duitsche bommen in zqne onmiddel lijke nabqheid ontploften. Ziek was Chevreuil zijn geheele leven niet. Eerst onlangs heeft hq zich een verkoudheid op den hals gehaald, die vrjj lang aanhield. Met dat al is hij geen menschenschuwe kamergeleerde. Hq heeft, vooral in zijne jonge jaren, terdege het leven genoten. Het tooneel was destijds zqne grootste liefhebberij. Geen voorstelling sloeg hq over, en alle groote Fransehe acteurs, van Talma af, heeft hq zien spelen. Nog heden ten dage geldt zijn oordeel in tooneelzakeu voor zeer juist. Te Groningen zal met 1 Ootober vereobqnen een «Groninger Weekblad, radicale Courant voor geheel Nederland.» Blqkens de aankondiging zal het nieuwe blad zqn een «weekblad van den eersten rang». Wat een mensoh zioh tooh 't leven lastig kan maken. Wanneer zich vroeger een jongmensch met zqne uitverkorene engageerde vond hg 't voldoende dat zoo bq gelegeoheid eens aan familie of vrien den te vertellen. Later werd het jonge mensoh verwaand genoeg te meenen dat zqn engagement een feti was, belangrqk genoeg om 't in gedrukte circulaires den rolke bekend te maken. Of daardoor zulke verbintenissen hechter geworden zijn valt te betwijfelen, en die twijfel vindt zqn grond in het tegenwoordig groot aantal engage menten die weer zoo spoedig verbroken worden. Gewoonlijk eobter vindt men het feit dat bet enga gement weer «af* is niet belangrqk genoeg om weer per circulaire bekend te maken. Dit is toch, minst genomen, inconsequent. In de Groninger Cou rant van heden toont een heer de zaak beter te begrijpen. Hij meent terecht, dat waar hq van eene zaak, die toch eigenlijk alleen hem en zjjue aanstaan de aangaat, een publieke zaak maakt, hij zich ook verplicht dat vol te houden. Maakte hij indertijd zijn engagement op bovenbedoelde wijze bekend nu meldt hij bij advertentie dat zijn engagement met mej. gj- - - Weer verbroken is. In het jongste nummer van het Bouwkundig Week blad komen eenige beschouwingen voor van een ooggetuige, zioh X noemende over den brand in Kurhaus te Scheveningen. Daarin leest men o. a. «En vragen wjj ons thans afwaar ligt de oorzaak dat een gebouw van 123.50 M. lengte, bestaande uit middengebouw, twee zij en twee eind- vleugels, binnen twee en een half uur totaal in de asoh is gelegd P Hierover zooveel mogeljjk licht te verspreiden, is de bedoeling van ons schrijven en waarin wij met leedwezen constateeren, dat èu inrichting èn con structie van het gebouw veel te wenschen over lieten. Toen wij 's morgens bjj het eerste begin den brand aanschouwden, waren de vlammen op twee plaatsen legeljjk, en verbaasden wjj ons, dat de vlam van uit den zjjvleugel onmiddeljjk in de groote kap was gekdmeu. Dit had aiet kunnen plants vinden, indien de scheidsmuren hadden door- geloopen en de kappen van elkander waren geschei den. Wat blijkt echter dat de kap over de geheele lengte van 123.50 M. open Kat, en men van de eene zjjde den anderen kant kon zien. Voor niemand uwer is bet dus meer twjjfelachtig, dat de vlam, 'die uit de kamer waar de brand ontstond, de houten lift, welke een hoek der kamer innam, aantaette, en door deze lift den zolder bereikte, hier in deze tochtige ruimte onmiddeljjk over het geheele gebouw was verspreid en den koepel in lichte—laaie zette. Waren dus de kappen onderling gescheiden geweest door de opgaande scheidsmuren, en de deuren van jjzer, de brand had zich slechts tot een klein deel van het gebouw beperkt, en de waarborg voor menechen levens ware oneindig grooter geweest. Hebben wjj thans voldoende aangetoond, hoe het mogelijk was, dat dit groote gebouw in weinig tjjds op alle plaatsen tegeljjk brandde, nu willen wjj bewijzen, dat de totale vernietiging ware voorko men, indien de ooostructie steviger en solieder ge weest ware. Om dit te doen geven wjj de vol gende gegevens. Bijna alle binnenmuren, welke niet van de fun deering zqn opgetrokken, waren geconstrueerd op houten binten en het meerendeel hiervan waren hooimoren (geconstrueerd van houten rachels met riet.) De muren der gangen op de bovenste etage waren opgetrokken van een halve steen en wegens geringe stabiliteit opgemetseld tusschen houten stijlen en leggers. Boven de eetzaal bevonden zich twee en twintig kamers, welke allen waren gemaakt van hooi- muren, geplaatst op houten binten van daar dan ook, dat de zjjmuren, onmiddeljjk toeu de binten waren verbrand naar buiten omsloegen. Niet minder dan 41 kamers, in het middenge bouw alleen, waren gescheiden door houten scheids muren, staande voor het meerendeel op houten binten. De terrakovloeren in de gangen waren gelegd op gemetselde trapvrelfjes tusschen houten binten. Zelfs de marmeren hoofdtrap steunde geheel op een houten geraamte, terwjjl alle andere trappen van het hout waren geconstrueerd. Het zal nog maar weinig gebeurd zjjn, dat van een verbrand gebouw zoo weinig is overgesohoten als bier bet geval is, daar bjjna alle muren aan de zeezijde zjj ingestort, welke oorzaak ligt in de geringe onderlinge verbinding met gemetselde muren. 1 Wij kunnen thans aannemen, dat ware in het gebouw minder hout geweest, en dit materiaal door steen en jjzer vervangen, de vlammen minder voedsel hadden gehad, dan thans in dit hout bosch. De groote schuld heeft men willen werpen op den onvoldoenden toestand der waterleiding, wegens de te lage drukking en op de onvolkomene inrichtig der brandweer dit alles is zeker te betreuren. Doch wjj zjjn vast overtuigd, dat de best ingerichte brandweer hier weinig meer had kuoneu verrich ten, en ook het gebouw niet kunnen sparen.» Indien bovenstaand relaas strikt waarheid1 bevat, en wjj hebben geen reden er aan te twjjfelen dan is het, dunkt ons, hoog noodzakeljjk, dat op de inrichting van gewrochten als het verbrande Kurhaus niet alleen toezicht wordt uitgeoefend, maar dergelijke rijke-wijze van bouwen wordt belet, 't Gaat toch niet aan, om, ter wille van goedkoopheid en ge- hoorigheid, een gebouw zóó te laten optrekken en inrichten, dat bq ieder onheil, van hoe geringen omvang ook, bel leven van al de daarin verbljjven- den geaar loopt. De troonsafstand van Vorst Alexander van Bul garije is een feit. Reeds is hjj uit het land ver trokken en heeft een regentschap de regeering tjjdeljjk op zich genomen. Het grootste deel des volks ziet hem met leedwezen heengaan, doch de eischen der Russische politiek lieten geen anderen uitweg opende Batlenbergsr prins was niet han delbaar genoeg. Hjj was niet gezonden om het vorstendom onafhankelijk, maar om het een Rus- siche provincie te maken. Dit wilde hij niet begrjjpen. De vraag komt nu aan de orde, wie io zjjn plaats tot vorst zal worden gekojm^ Volgens hel traotaat van Berljjn moet de vartrgekozen worden door het Bulgasrsche volk, doch de Sultan en de mogendheden moeten deze benoeming bekrachtigeo. Tevens wordt bepaald, dat, wanneer de vorstelijke waardigheid vacant komt, de verkiezing van den nieuwen vorst op dezelfde wijse moet geschieden. Het komt er dus hoofdzakelijk op aan om het volk te winnen voor een candidaat, die den Czaar aangenaam is. Volgens de Neuk Freie Preeee is hiermede reeds eeu aanvang gemaakt, want in bet Russische consulaat ligt reeds een ljjst ter teeke- ning voor allen, die hertog Alexander van Olden burg tot vorst verlangen. Deze nienwe Alexander, die voor den candidaat des Gzaren doorgaat, is een man vau 42 jaren, in 1868 getrouwd met eene prinses Von Leuchtenberg en vader van drie zonen, die alleo in Russiscben krijgsdienst zjjn. De hertog, nu commandant der Russische garde, is een echte Rus, met hart en ziel aan den Czaar gehecht, daarbij zeer rjjk en tevens een streng heer. Ter wille van al deze eigenschappen meent men dat de Chaar juist dezen generaal, «voor wien zijn minste wensch een bevel is», tot vorst vau Bul garije heeft gekozen. Men weet, dat de Fransohe politiek in de laatste jaren er naar streefde RuslaBd op alle mogelijke wjjzen te believen, met het oog op een bondgenoot schap met Rusland tegen Duitschland, een politiek, dib steeds fiasco heeft gemaakt, daar Bismarck bet Keizersverbond in stand wist te honden. Des te op merkelijker is het, dat de «Tempa», die doorgaat voor officieus blad en met het Ministerie van Bui- tenlandsche Zaken in betrekking staat, zich zeer af keureod uitlaat over de laatste gebeurtenissen in Bul garije. Het telegram van den Czaar aan Alexander, zegt bet blad, «zal in geheel Eüropa eeu smarte- ljjken indruk maken. Dat spreekt vanzelf, wat Frankrijk en Engeland betreft, waar de politiek grootmoedigheid niet nitsluithet is ook waar vau OostenrQk-Hongarjje, waar het Russische bondge nootschap eerder ondergaan dan aanvaard wordt, maar het zou ons zeer verwonderen, als in Duitsch land zelf de officieuse bladen de ontroering des volks konden beheerschen. Het stilzwijgend prijs geven van Konstantinopel aan Rusland, eeu even redig deel voor Oostenrjjk bjj de verdèeling van Turkije de overeenstemming der twee Keizerrjjken op dit punthun wederkeerige toestemming tot uitstpl der inbezitnemingde afbakening der grenzen eindeljjk, binnen welke elk inmiddels vrjj blijft om zjjn invloed te oefenen en zjjn inljjvingen voor te bereiden, ziedaar de bedingen, welke Europa voortaan kau aanmerken als den grondslag voor de politiek der Keizerljjke mogendheden. Rusland kan met het volle gewicht van zjjn despotisme Vorst Alexander tot afdanking afdwingen. Goed- of kwaadschiks, de Bulgaren moeten er in bewilligen een Russische provinoie te worden. Grieken, Rume- niërs en Serven kunnen het zich met de Bulgaren voor gezegd houdenzjj zjjn bestemd om onder een proteotoraat gesteld, zoo niet veroverd te worden". Het is nog niet zeker, wanneer ParneU's voorstel, betreffende Ierland, in het Engelsche Lagerhuis zal worden ingediend. Lord Hartington zal de regee- ring bjj de bestrijding steunen, doch de leiders der liberale Home-rule-pexlij hebben nog geen be sluit genomen. In zoover vereenigen zjj zioh met het ontwerp, als dit betrekking heeft op het schorsen der gereohteljjke uitzettingen van de pachters in bepaalde gevallen. De liberale partjj leed een groot verlies door den dood van deo heer Samuel Morley. Niet alleen voor liefdadige doeleinden, maar ook tot bevordering der liberale beginselen stelde Morley steeds zjjn groot vermogen beschikbaar. Gouda, 9 September 1886. De aanvoeren waren heden ^voldoendevooral van Rogge en Chevalier Gerst. De kwaliteit wordt beter, hoewel de kleur, vooral van Gerst, niet mooi is. De. verkoop ging langzaam op vorige weekprjjzen. Maïs vast. Jarige Zeeuwsohe Tarwe 7.75 a 8.25. Nieuwe Zeeuwsche Tarwe 7.25 a 7.50. Polder Tarwe ƒ7.a 7.25. Afwjjkende Tarwe 6.50 a 6.75. Zeeuwsche Rogge 5.50 a ƒ6.Polder Kogge f 5.4 5.25. Voerrogge per zak 4.50 a 4.75, Nieuwe Wintergerst ƒ4.— h 4.50. Nieuwe Zomergerst 4.25 a 4.50. Nieuwe Che- valiergerst 5.50 a 6. Haver per Heet. 3.50 a 4.— en per 100 kilo 8.— a f 8.25. MaïsAmerikaanScbe Jlixed f 6.25 a 6.30. Odessa 6.25 a f 6.50 en Cinquantine 6.50 a 6.75. Alles per 100 kilo. Hennepzaad Inlandsch 7.25 a 7.50, Bui- tenlandsch 5.50 a 6.50. Karweizaad 17 17.25 per 50 kilo. De veemarkt met goeden aanvoer, handel vlug, vette varkens 21 a 23 ot., varkens voor Londen S, 19'/a a 20l/j et., magere varkens en biggen vlug, biggen 0.90 a 1.25 per week, vette schapen en jammeren vlugger. Aangevoerd 129 partijen Kaas. Kaas eerste qualiteit 24.— a 26.— tweede qualiteit 20.a 23.Zware booger in prijs. Noordhollandsche 19.a 26. Goeboter 1.40 a 1.50. Weiboter 1.10 a 1.20. 22 SEPTEMBER a. s. KAASMARKT. GEBOREN: 5 Sept. Maris, ouders G, Kooijman en D. Broekhuiaen. 6. Johannes Petras, ouders J. de Rotte en P. de Mol. Cornelia Bartholomena, ouders M. B. Dekker en C. van der Sleet. 7. Adriana, ouders J. C. Verkerk en A. Snaterae. Alida Maria, onder P. G. IJsselsteiin en A. de Werk. OVERLEDEN7. Sept. C. A. Verwaal, 4 m. H. Kra mer, 66 j. 8. J. Balk, 5 m. J. M. van der Werf, 1 m. 9. H. C. Oiiders, 4 m. GEHUWD: 8 Sept. Luitjes en J. C. Hoogendoorn. H. van den Heuvel en A. M. van den Berg. W. A. C. E. de Roo en E. Reuhl. P. J. Mereka en G. M. Pennet. GEBOREN: Bertns Cornelia, ouders L. Verstoep en A. Beijen. Pieter, ouders P. Schouten en M. de Jong. OVERLEDENJ. de Brain, 16 j. A. Verboom, 2 m. GEBORENCornelia, ouders J. Molenaar en H. van Dam. Elizabeth Jacoba, ouders H. A. Kok en J. van Broekhuyseo. Cornelia, onders G. van der Byl en C. Honkoop. ONDERTROUWD: L. Boer en C. Ooms. GEBOREN Leonardos Jacobus, oodecs J. Bianco en R. Boer. Cornelia, ouders C. Breedijk en T. van den Heavel. Maria Cornelia Jacoba, ouders P. W. Boumans en M. van Ree. OVERLEDEN G. Jongeneel, 20 m. GEBOREN Wilhelmina, ouders C. Haak en C. Boerop. Lena, ouders J. Visser en D. Visser. Jan, onders J. van Vliet en I. F. Punt. Albert Anton, B. Riede- mans en C. Vastenbart. V Voor de vele blijken van deelneming, ontvangen bij het overlijden van-onzen Vader, Behuwd- en Grootvader, betuigen wjj onzen harteljjken dank. Uit aller naam, L. P. HOOGENDIJK. Gouda, 9'Sept." 1886. Heden overleed onze jongste lieveling HENDRIKIJS CHRISTIAN US, in deu ouder dom van bjjna 5 maanden. C. H. A. OLIFIERS. S. J. C. OLIFIERS— Gouda, 8 Sept. 1886. van der Klein. Aangezien het bedrag der Inteekenlijsten op Reductie-Kaarten voor Gouda, niet voldoende is om de zaak voortgang te doen hebben, is de termijn van inteekening verlengd sj

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1886 | | pagina 2