EN
10CHL
BINNENLAND.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
EN,
orloopig1
ZOLEN,
BONS
daarmede in
lVEL,
ang.
(Mud)
Zondag 10 October.
>aar zijn.
LES
STHMA
aretten geeft
lichting. Io
OEM's
rechter of - scheidsman
richting.
Bureau van
zing.
i vier uur.
WOLDE.
I ZOON.
HoeBt en
cents.
8c HOLM,
Zeiti.
H. TEEPE
1 Giblinos.
>0.
GOUDSCHE COURANT.
',R 1886 tot
troepen in
een Lading
- OPWEKKEND
optsveeorijvcno
RMOEOt
ROOIE ZWAKTE
1.00.
ALMA.
1KVEREE-
ÏT.
zal door de
MISSIE te
levering
opi
Noordwijk-Binnen gevestigd was,
vrg aan
rgeteekende
BONS ’«n
zuiver plant-
i eetlust niet
1, aangenaam
lu doozen
De bewering, dat de verhooging slechts zeer ge
ring is, moge waar zijn voor een kort telegram,
dat nu een paar centen meer kost, zoodat voor wie
slechts een enkele maal van de telegraaf gebruik
maakt, de verhooging niet veel te beteekenen heeft.
Maar zij is onhoudbaar tegenover hen die dag aan
dag vele malen van het verkeersmiddel zich moeten
bedienen. Voor een telegram van 5 woorden be
draagt de verhooging reeds 25 pCt; bij 15 tot 20
woorden moge het wat dalen, boven de 25 woorden
stijgt de percentage weder boven 25 pet. en be
draagt by 100 woorden al bijna 40 pot. De onkos
ten van den handel en scheepvaart worden zoodoende,
nog wel in deze tijden van schrale winsten, ja vaak
van verliezen, aanzienlijk verhoogd.
En voor de dagbladen, die genoodzaakt zijn zeer
uitvoerige telegrammen zrch te laten seinen, waar
dus de uitgaven voor telegraphie een aanzienlijk
deel van het budget uit maken, loopt de last in de
duizenden guldens, en is hij zeer drukkend en on
billijk drukkend tevens. De Minister beweert wel
„dat juist bevordering van groote telegrammen niet
van een goede exploitatie der telegraaf kan ver
wacht worden*, omdat «spoedige verzending der aan
geboden berichten het doel is en aanbieding van
groote telegrammen dat doel in den weg staat".
Maar de groote telegrammen leveren dan toch aan
het rijk een aanzienlijke bate op en zyn voor het
groote publiek, dat er door middel van de pers
nut van heeft, waarlyk niet gering te schatten.
De groote dienst, dien de dagbladen door een zeer
*ruim gebruik te maken van de telegraaf aan hst
algemeen bewijzen, wordt door den Minister blijk
baar ten eenemale miskend. In plaats van door een
billyke verlaging dit belang te bevorderen, gelyk in
Zweden het geval is en naar wij zeker meeneu
te weten ook in Engeland en Frankrijk legt de
Minister op de dagbladen een zwaren last, die door
slechts enkelen moet worden gedragen en daarom
hoogst onbillijk is.
Eindelyk de tekorten op den dienst. Er is zeker
wat te zeggen voor de stelling dat de telegraafdienst
zijn eigen kosten moet goed maken. Maar zoolang
de Staat twee zoo nauw verwante en vaak vereenigde
bedrijven uitoefent als de exploitatie van posterijen
en telegraphie en hij op de eerste veel meer over
houdt dan hij op de tweede by past, in 1885
ruim 2l/s millioeu behoorde hij niet het verkeer
te belemmeren door, in strijd met de richting der
laatste jaren, de tarieven te verhoogen.
Er is echter meer. De telegraphie moge rechtens
geen monopolie zijn als de brievenpestery, zij is
feitelijk een Staatsmonopolie. Eiscbt de Staat dus
vergoeding, dan moet hij ook zoo zuinig mogelijk
exploiteeren, anders vraagt hij te veel van het pu
bliek, meer dan de particuliere exploitant vorderen zou.
Worden de Rij ka-telegrafen wel zoo zuinig moge
lijk beheerd Er zijn in de laatste maanden heel
wat bedenkingen daarover geopperd. En dat die
bedenkingen niet ongegrond zijn, dat is ook af te
leiden uit een vergelyking met België en Zwitserland,
volgen» de eigen cijfers der Regeering.
België met grooter bevolking heeft in 1884 on
geveer even veel aan de exploitatie der telegraaf uit
gegeven als Nederland. En Zwitserland zelfs V/i
ton* minder dan wij. Bij een ongeveer gelijke ont
vangst hield Zwitserland dan ook l’/n ton 0Ter»
terwijl wij ruim 6 ton tekort kwamen. Toch zullen
aanleg en onderhoud in het Alpenland wel niet
goedkooper zijn dan in het vlakke Nederland.
’s Minister’s inlichtingen geven dus krachtige
wapenen aan de hand tot bestrijding van zijn on-
verhoedt genomen maatregel.
De Tweede Kamer zal de lichtsterkte zeker naar
waarde weten te schatten en opkomen voor de be
langen, welke door den maatregel ernstig zijn ge
deerd.
Een terugkeer tot het tarief dat vóór 7 Juli 1886
bestond, is noodig. En de billijkheid eischt boven
dien een regeling als in België, waar boven 50
woorden slechts Va ceD^ Per <oord wordt berekend.
Den 9en September jl. is te Noordwijk-Binnen
herdacht het vyf-en-twintigjarig bestaan van het
instituut-Schreuders. Als feestgave bij die gelegen
heid i^, thans verschenen eene door den directeur
van het instituut, dr. G. J. Dozy, uit onderschei
dene bronnen samengestelde geschiedenis dezer in
richting.
Beschouwd als opvolgster ’tan de Latijnsche school
welke vroeger te
mocht de school van wijlen den heer O. J. Schreu-
ongetwyfeld aanspraak maken, dat hare ge-
GOUDA, 9 October 1886.
Men schryft aan de „L. Ct.«: De toekomst liet
rich donker aanzien en dat hadden de zwaluwen
dit jaar meer dan ooit gedaan. Op de eene plaats
waren zy reeds he* beB'“ A“«a,tn’ »ertrok-
ken. Op een andere plaat» hadden zy eich niet een»
den tijd gegund hun jongen mede te roereniet»
ongehoord», ook self» ran de haastigste zwaluwen.
In Frankrijk hadden zy drieëntwintig dagen (op de
klok af) rroeger den aftocht aanvaard dan ander».
En een» op een dag waren eenaklap» al de twalnwen
te Arnhem gemist. Hieruit werd opgemaakt man
en paard tonden genoemd kunnen worden dat
er een groote stoorni» in den dampkring Ie wachten
•tond. Eerlijk gezegd sloeg menigeen de angst om
het hart bij het rernemen ran sulk een Jobstijding,
maar de groote stoornis in den dampkring kwam
niet. Het weer ran de laatste acht dagen sou mis
schien voor de genoemde stoornis kunnen doorgaan,
want nooit eindigde September en begon October
zoo somerscb als dit jaar. Het is toch waarlijk
een respectabel cyfer als de thermometer, sooals II.
Maandag o. a. nog 78 gr. F. op den middag
leekent I In ’t kort, de bewijzen moeten nog ge-
lererd worden dat de swaluweu geen mooi weer
hebben achtergelaten. De landlieden denken er ten
minste nog teer gunstig orer bij bet groene wei
land, waar het ree nog orerrloed ran gras vindt,
en de warmoeziers weten haast geen raad met
hun nog altijd malsohe tuingroenteu. Ging het nu
den boer maar roor den wind en werden de war-
moetiera niet in de wielen gereden door rond-
renters, dan reed het karretje orer een sandweg.
De redactie ran de Maat- en Beheldebode beeft
aan Domela Nieuwenhuis de rraag gedaan, waarom
hy het aanzienlijk vermogen, dat hy onlangs door
erfenis rerkreeg, niet, rolgens tyne leer, ter be
schikking stelde ran de socialistische maatschappij,
maar het integendeel op roonichtige wijze had
belegd.
In Hecht voer allen antwoordt Domela Nieuwen
huls met eene rerwyting naar Lukas XII re 13
en 14. Ook aan Jetus werd rerzooht door iemand,
dat hij aan diens broeder zeggen zon de erfenis
met hem te deelen. Jezus antwoordde .Mensch,
wie beeft my tot rechter of scbeidsmsn orer u
asngesteld De redactie ran de Maat- en Schelde-
Me nn is ook niet tot
aangesteld, segt D. N.
Het antwoord is zeer rernuftig gezonden, maar
het verschijnsel niet opgelost, dat iemand, die zoo
yrert tegen kapitalisten, zelf kapitalist meent te
mogen zynmerkt de Jrnh. Ct. op.
In de .Stemmen voor waarheid en vrede" be
spreekt dr. A. W. Bronsveld o. a. de positie der
liberale en anti-revolutionaire partyen.
Volgens hem zyn de liberalen op den verkeer
den weg. Zy moeten hot doctrinaire afleggen en de
historische paden weer gaan opzoeken. De staats
lieden moeten rekening gaan houden met ons volk,
dat de meeaten hunner niet kennen, en dat qj
verbitteren en prikkelen door hun maatregelen,
welke indruiechen tegen den aard en den geest
onzer natie.
De liberalen moeten in den Staat leeren zien
niet een afgetrokken begripeen iets, dat moet
zijndat men opbouwt op den grondslag van
staatsrechterlijke tbeoriën. Aan de eene zyde ia
de Staat een producten aan de andere zijde iets,
dat voortdurend wordt. Het leven, zooale het zich
ontwikkelt, te leiden in een bedding, waarin het
veilig voort kan stroomente voorkomen meer
dan te straffenhet historisch bewustzijn recht
levendig te houden elk orgaan van het lichaam,
dat de maatschappy heet, op de van nature aan
gewezen plaats te houden, binnen zyn werkkring,
maar het dóór te eeren en te achten den gods
dienst te erkennen als den grondslag ran alle ware
zedelijkheid, welke vryheid en gezag gelijkelijk eer
biedigt dat ia de taak eener Regeering, dat de
roeping van den Staat. Men kan liberaal zyn en
dat toestemmen ja, bet ware liberalisme predikte niets,
dat hiermee strijdt.
Orergaande tot de anti-revolutionaire party, wijst
de schryver er op, dat zy een radicale wijziging
zal moeten brengen in haar gedragslijn, eer zy
handelt in overeenstemming met baar verleden, met
de eischen eener verstandige politiek en met het,
wezen van het evangelie.
Men heeft gezien wat de herhaalde concessies,
aan de katholieke partij gedaan, hebben uitgeriebt.
Rome is er geen stap dichter door genaderd tot
de anti-revolutionairen, maar de liberale party is
er meer dan ooit door verbitterd tegen de cleri-
calen. Het was eisch geweest eener rerstandige
politiek, om met de betere elementen onder de
liberalen zich te verstaan. Wij hebben met ben veel
meer aanraking dan met het onverzoenlyke en
trouwelooze Rome. De liberalen moeten krachtens
hun beginsel vroeg of laat menige vryheid ons
verleenen, welke Rome altijd beeft vervloekt. Be
drieg ik mij niet, dan wordt het hoe langer
hoe meer mogelijk en noodzakelijk, niet een
nieuwe party te vormen, maar een groep te ver
zamelen van mannen, die zich niet laten binden
door een program, die bet party-dryren moede
zijn, en daarom niet op een stel artikelen maar
op elkanders karakter en goeden wil vertrouwen,
en die het vaderland willen dienen, ook al kunnen
zy niet bereiken alles wat zij wensebelijk achten.
Ik denk aan mannen, die ons volk kennen, en het
te lief hebben, om het te willen opofferen aan de
belangen eener party aan mannen, die godsvrucht,
echte, ongeveinsde vroomheid onderscheiden ran vrome
woorden, en die eerlijk aan Gods zegen alles gelegen
achten
Ik boon, aldus besluit de schryver, dat bet optreden
der .vyf Utrechtsche heeren» vele welmecnende
Christenen in Nederland zal dragen tot zelfonder
zoek. Men moet niet langer meenen, dat een iege
lijk, die-den Heer Jezus Christus belijdt als zijn
Heiland, zich moet aansluiten bij de tegenwoordige
anti-revolutionaire party maar wel moet ieder ge-
loovig Christen trachten, het Alstwiseh en nationaal
bewustzijn onder ons te verlevendigen, en bet
geloof los te maken van de verwikkelingen der
politiek.
In ons vorig nummer deelden wy de inlichtingen
mede van den minister van Waterstaat op do bezwaren
tegen bet telegramtarief. Daaromtrent zegt het
Utndeltblad het volgende
De inlichtingen komen hierop nederbet nieuwe
tarief is nog lager dan in de meeste andere landen;
de verhooging ie voor de meeste telegrammen van
weinig beleekenis, en de maatregel was noodig om
het tekort op den dienst eeoigszins te verminderen.
Geen dezer gronden van verdediging gaat op.
Een vergelyking met andere landen in het alge
meen levert een hoogst onvoldoenden maatstaf van
beoordeeling. Men moet gelyke grootheden verge
lijken om tot een juiste verhouding te geraken. En
dan kan het feit, dat in groote landen met minder
dichte bevolking en minder ontwikkelde handel en
nyverbeid een booger telegramtarief bestaat dan thans
in Nederland is ingevoerd, geen gewicht in de schaal
leggen. Men vergelijke ons land met gelyksoortige
als België en Zwitserland. En wat blijkt dan uit
de inlichtingen des Ministers zelf? Dat voor tele
grammen boven 10 woorden in die beide landen
het tarief, in België zelfs aanmerkelijk, lager is dan
ten onzent. Voor 100 woorden betaalt ihen in
Zwitserland f 1.40, in België slechts 0.85, in
Nederland vroeger /1.15, thans /1.60.
ders ongetwijfeld aanspraak maken, dat hare ge
schiedenis geschreven werd. Weinig inrichtingen
van voorbereidend onderwijs hebben zulk een eer
biedwaardig verleden. Drie eeuwen geleden, in of
omstreeks 1586, werd de Latynsche school door
Janus Dousa, even befaamd als verdediger van
Leiden, als geleerde en als eerste curator der hooge-
school, op zyne heerlijkheid Noordwyk-Binnen ge
sticht. Het eerste .hoofd" dezer school schijnt
Petrus Carpentier, later rector van het Erasmiaansch
gymnasium, geweest te zyn. Hem volgde eene
reeks van leeraren en paedagogen op. In 1726
hield de Latynsche school zelve op te bestaan,
doch op deze, naar bet schijnt, voor het onderwijs
bijzonder bevoorrechte plek, leefde zij voort in de
Fransqfre kostschool, welke reeds sedert 1633 te
Noorqwjjk-Binnen bloeide, en waar, blijkens eene
advertentie in de Haarlemtche Courant ran 19 Febru
ari 1688, onderwijs gegeven werd in .het Lesen,
grondig Schrijven, Tekenen, Rekeukonst en ’t
Koopman»- of Italiaenaohe Boeokhouden nae de
kortste en Koopmans-gebruyckelyke maniere, nevens
een conlinueele onderwysinge en oeffening in de
Franse tael." Aan het hoofd dezer school stond,