Woensdag 24 November.
1886.
3473.
iT
der.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
CN.
franco
telegen
BINNENLAND,
l en
N;
Muziek in den Haai.
e!
st
ijk
ida.
nde,
)EN.
SR.
i
GOUDSCHE courant.
ir
ir M. 0.
J?—iT—— l .■fgg——MMmmmm—M—MMMMM»
B.
ot zeer
GOUDA, 23 Nqvember IS85.
De AM. Gouda van het Ned, Oud. Gen. vergadert
op Woenadag 24 November in de Sociëteit «Ons
Genoegen.. Na afdoening der huiahoudelijke laken
ul de heer D>. D. Terpstra spreken over rPoësie*.
Vrijdag jl. herdacht de heer 0. van Baars te
Haastrecht den dag, waarop hij vóór 25 jaren benoemd
werd tot secretaris van het daar gevestigd departe
ment der Maatschappij tot nut van 't algemeen.
In eene openbare vergadering dea avonds werd hem
door den voorzitter, den beer I). A. Dapper, onder
eene toespraak namens alle leden een keurig geschenk
aangeboden.
De Rotterdamsche rechtbank deed Zaterdag uit
spraak in de beide taken, de vorige week behandeld.
Zy veroordeelde G. Vonk, arbeider te Berkeuwoude,
wegena mishandeling, die den dood van den ver
wonde (W. Ooms) ten gevolge heeft gehad, tot twee
jaar gevangenisstraf, met bepaling dat de voorloo-
pige hechtenis, waarin de veroordeelde sedert 14
September heeft doorgebracht, bij de uitvoering der
hem opgelegde gevangenisstraf geheel tal worden in
mindering gebracht.
Aan S. van Vliet, arbeider te Berkeuwoude, die
bij deselfde gelegenheid W. Ooms eenige slagen bad
slechts 974 kost. Hierbij komt dan nog,
dat de schoolgelden zonder eenige blijkbare
reden f 145 lager zjjn geraamd dan voor het
loopende jaai, schoon die in 1885 2094,25
opbrachten. Het vermoeden ligt dus voor de
hand, dat B. en W. zeer voorzichtig zjjn ge
weest in hunne raming en dat de rekening
wel voordeeliger sluiten zal. Maar nemen wij
de cjjfers voor *87 tot basis, een maximum dus
van 974. Voeg hierbjj de 350 (ook een
maximum) welke de nieuwe regeling meer zal
kosten en wij komen tot de fabelacbtige som
van 1324, die de stad nit zal geven voor
eene school, die door 203 betalende leerlingen
wordt bezocht. Het ligt misschien aan ons,
maar wjj vinden het zoo verschrikkelijk niet
1324 gulden op de 31/. ton d. i. ongeveer*/,
pCt. te besteden aan onderwjjs, dat vooral ten
goede komt aan de minder gegoede burgerjj,
die geen geld over heeft om dure muzieklessen
In de laatste raadszitting, waarvan wij in
ons vorig nummer een verslag gaven, is een
onderwerp behandeld, dat veel meer discussie
uitgelokt heeft dan wjj verwacht hadden. Wjj
bedoelen het voorstel om den heer Van Milli-
gen te ontheffen van het piano-onderwjjs aan
de muziekschool en dientengevolge een der
den onderwjjzer aan die inrichting te benoemen.
Het kwam ons voor, dat niemand er bezwaar
in kon hebben den directeur vrij te stellen van
de vrjjwillig op zich genomen taak, waarvan
bij zjjne benoeming geen sprake geweest was,
zoodra hjj zelf te kennen gaf dat deze hem te
zwaar werd. Wjj gelooven zelfs, dat de raad
het recht niet zou gehad hebben hem te dwin
gen met het piano-onderwjjs voort te gaan.
De tweede vraag was van zuiver financieelen
aard. De raad stond voor de keuze terugkeer
tot den vorigen toestand en dus afschaffing
van het piano-onderwijs of eene vermeerderde
uitgave ten bedrage van hoogstens 350 om
dit onderwjjs te behouden. Naar onze mee-
ning heeft de raad terecht besloten tot het
laatste. De ingezetenen toch schjjnen, bljjkens
bet gebruik dat er van gemaakt wordt, prijs
te stellen op dat onderwjjs, zoodat een zoo
geringe verhooging van uitgaven, die misschien
door vermeerderd bezoek spoedig zal gedekt
worden, alleszins gewettigd ia.
Naar aanleiding der gevoerde discussie ver
oorloven wjj ons een paar opmerkingen. Voor
eerst bevreemdt het ons dat een paar leden
zich zoo weinig op de hoogte der zaak gesteld
hadden, dat zjj bljjkbaar van onjuiste onder
stellingen uitgingen bjj hunne redeneering. De
een dacht dat de heer v. M. vorderde, dat hjj
zou ontslagen worden van een deel zjjner ver
plichtingen, die hjj bg zgne benoeming op zich
genomen had, schoon dat geachte raadslid
lang genoeg in den raad is om de geheele
wording van dat onderwgs van nabjj te ken
nen. De eischöf geheel waarnemen df be
danken, had hier geen zin. Een ander meende
dat de heer v. M. voor de muziekschool ge
heel verloren ging en zou hem gaarne met
gouden of zilveren ketenen daaraan voorgoed
willen verbinden. Het is altjjd jammer als in
een debat dergelgke ondoordachte uitingen voor
komen, die noodeloos de discussie rekken; men
kan van raadsleden niet vergen, dat zjj alles
nauwkeurig wetenwel mag men echter ei-
schen, dat men de voorkomende quaestiën eerst
onderzoekt en bestudeert, vooral als men er
het woord over wenscht te voeren.
Ten andere komt het *ons voor, dat de leider
der oppositie tegen het tweede gedeelte van
het voorstel de benoeming van een derden
onderwijzer niet van eenige overdrijving is
vrij te pleiten. Zjjn vraag, waar moet het heen
met de uitbreiding van bet onderwijs aan de
muziekschool werd snedig door den Voor
zitter beantwoord. Maar ook de flnancieele
bezwaren komen ons ongegrond voor. Indien
men de cgfers van de begrooting, die voor het
volgende jaar vastgesteld is, raadpleegt, kan
men moeiljjk volhouden, dat de muziekschool
inderdaad te kostbaar wordt voor de gemeente.
Onder de uitgaven voor 1887 komt voor een
postkosten der muziekschool ad 2850,
maar daar staat tegen over bjj de inkomsten
opbrengst van schoolgeld op de muziekschool
f 1876, zoodat deze inrichting aan de stad
onderwgs, waarvoor betrekkelijk weinig wordt
betaald, wel een deficit zal geven, terwijl
de opbrengst van de lessen op de instru
menten het grootste deel van de daaraan
bestede kosten goedmaakt. Nn moge on
derwgs in de muziek voor een groot deel
luxe-onderwjjs zjjn tot op zekere hoogte
zjjn wij dat met dit geachte lid eens het
zang-onderwjjs is van te groot belang uit een
opvoedkundig oogpunt dan dat de stad zich
behalve in den uitersten nood daaraan
zou mogen onttrekken. Het zingen is voor
kinderen een genot en tevens een krachtig
middel om ze te leiden tot het schoons en
goede. Bjj het lager onderwjjs nu is de zang
het stiefkind, dat in de lijst der vakken ach
teraan komt en dns eenigszins veronachtzaamd
wordt, hftgeen bjj de veelheid der leerstof geen
wonder isbjj het middelbaar en hooger on
derwgs is van zang in het geheel geen sprake.
Eene gemeente, die dit onderwgs zich aantrekt,
doet dus een goed werk. Maar ook het ove
rige muzikale onderwgs mag, dunkt ons, van
gemeentewege gesteund worden, indien het
naar verhouding der financieele krachten ge
schiedt. Is het aankweeken van kunstzin voor
de gemeente verboden terrein Onderwgs
in de muziek is luxe-onderwjjs, voor zoover
geen directe verplichting op de stad rust om
daarin te voorzien, maar de muziek is onder alle
kunsten de meest verspreide en de meestpopu-
laire en indien nn de middenstand, zooals he
den ten dage, er prijs op stelt dat althans die
eene kunst niet volkomen vreemd bljjve aan
de jeugd, is dan de gemeente'niet verantwoord
als zjj de minder gefortuneerden behulpzaam is
en door eene kleine geldelijke opoffering in die
behoefte voorziet?
Eén ding is ons niet recht duideljjkwaar
om kon niet aan den wensch van den heer v.
M. voldaan worden, zonder dat de tweede
onderwjjzer in bezoldiging achteruitging? De
billijkheid had geëischt dat er eene regeling
ware bedacht, die niet den heer Arentz ge
voelig in de beurs trof, want al heet het
eene buitengewone toelage, die wordt inge
trokken, en al heeft men het recht om aldus
te handelen, het is ver van aangenaam voor
iemand die zjjn plicht doet en van wien wjj,
ook in den raad, niets dan goeds hoorden. De
in dien geest gesproken woorden hebben onze
volle sympathie. Anderen zeiden wel, dat de
heer A. thans over de vrijvallende uren kon
beschikken om les te geven, maar het istwjj-
felachtig of die tijd werkeljjk zoo spoedig
productief gemaakt kan worden. Zooals een
der sprekers opmerkte, er is overal overpro
ductie, en vooral in het geven van muziek
lessen is de concurrentie groot, daar er
geen diploma voor noodig is en ieder zich als
muziekmeester vestigen kan. In alle gevallen
is dit geen argument om onbillijk te worden.
De tractementen aan deze school zgn toch al
niet hoog, vooral voor menschen wier hoofd
bron van inkomsten het stadstractement is.
Wjj vreezen dat het bovenstaande geen in
stemming zal vinden bjj het lid, dat een aan
staand onderwjjzer der muziekschool betitelde
als zoo’n muzikant. Waarschijnlijk heeft hg
met de muziek even weinig op als met haar
beoefenaars. Of hebben wjj te denken aan een
lapmu linguae voor musicus? De geachte
spreker is toch te goed taalkenner om niet te
te betalen. Daarbjj komt nog, dat bet zang*‘weten, dat muzikant in het gewone spraakge-
bruik iemand beteekent, die met het voordra
gen van muziekstukken zjjn brood verdient en
hjj wenscht toch niet een klarinetblazer van
de kermis of een der leden van het Duitsche
muziekgezelschap, dat vroeger Donderdags de
goe gemeente opvroolgkte, met het onderlijs
aan de muziekschool te belasten. Zeker is het
dat zoo’n muzikant het wel voor minder zou
doen. Ons komt de belooning van 0,75
per uur eckoolronderwije niet bjjzonder hoog
voor, maar daarover kunnen de meenjpgen nit-
eenloopen, hoewel het altjjd meer in het belang
der gemeente is een goed onderwjjzer wat
hooger te bezoldigen dan eenige gul dens te be
sparen ten koste van het onderwjjs. Niet dat
men ijvert voor de gelden der gemeente zal
men een raadslid kwaljjk nemen, maar wel is
het minder gewenscht op dergelijken eenigs
zins minachtenden toon te spreken van muziek
onderwijzers, die aan eene gemeentelijke instel
ling van onderwijs werkzaam zjjn. Het zal
wel niet de bedoeling des sprekers geweest zgn
hateljjk te wezen hjj is daarvoor een veel
te humaan man maar het woord heeft
velen gehinderd.