visrsiisfss een Dagmeisje, DIENSTBODE, P. G. EMBmWMXBM, DIENSTBODE. Openbare Verkooping Werkster gevraagd. Buitenlandsch Overzicht. ADVERTENTIËN. Een Loodbrander eenen INBOEDEL REGLEMENT VOORZORGSKAS, J Onderwijszaak in de gemeente raadszitting- te Oudewater. POLITIE. Burgerlijke Stand. gevraagd Juffrouw KAMPHUISEN, Mej. van CITTERT, VOOKTZETTIl\G wijze zich aan de dreigende straf zochten te ont trekken. Dit was ook de oorzaak dat in het jaar 937 het klooster van St. Gallen afbrandde, doordat een- scholier, die met eenige zijner makkers ge tuchtigd zou worden, en naar de schuur werd ge zonden om' een bos nieuwe roeden te halen, daar vuur aanlegde. Op verscheidene plaatsen was het zelfs gebruik op een bepaalden dag in de kerstweek al do knapen, zonder dat zij iets misdreven hadden, met roedén te tuchtigen, by wijze van straf voor hunne pekelzonden, die niet ontdekt waren. Nog op het einde der middeleeuwen werd overal een eigenaardig schoolfeest gevierd, het zoogenaamde wroeden zoeken." Dan ging de schooljeugd, van ouders en leermeesters vergezeld, naar het naaste bosch, waar de kinderen zich met eten, drinken spelen en zingen vermaakten, maar daarbij ook van de berkeboomen de roeden moesten afsnijden, jdie tot gebruik in de scholen moesten dienen. (Zmdagbl.) Aan de Zw. Ct. ontleenen wij omtrent de Berri- Berri het volgende-. Onder de uit Indië tengevolge van ziekte terug- keerende militairoen beneden den rang van officier, die, zooals men weet, andermaal bij het koloniaal werfdepot te Harderwijk tijdelijk worden ingedeeld, bevinden zich naar men ons meldt nog voort durend berri-berri-lijders, definitief of voorloopig voor den dienst in bet Indische leger afgekeurd. Terwijl het getal dezer zieken in het vorig jaar ruim 150 bedroeg, zijn er in dit jaar tot op heden 51 gerepatrieerd, waaronder 43 voorloopige onge schikt verklaardendus slechts 8 voor den militairen dienst finaal afgekeurd. De zeereis oefent op velen een zeer gunstigen invloed. Naar het gevoelen van een deskundige die veel behandelde, zijn er slechts weinigen, die op den langen duur in ons klimaat niet geheel en al her stellen. Sterfgevallen aan deze ziekte deden zich te Harderwijk tot nu toe niet voor. De tijdelijk afgekeurden, die later geheel genezen, mogen niet naar Indië terugkeeron dan één jaar na hunne algehoele herstelling. Aan inlandsche militai ren van het Indische leger is het echter niet toege staan, uit vrees voor recidive om weer in te treden. Om hun te beletten toch pogingen hiertoe te doen, worden zij, zooals reeds vroeger in dit zelfde blad gezegd is, bij het verlaten van het hospitaal, op het hloote lichaam gemerkt. De meest voorkomende symptomen der ziekte, hier te lande waargenomen, fcyn: hartklopping, verschijn selen van algemeene zwakte, vooral zwakte in de beenen, die nu eens gepaard gaat met zwelling na lichaamsinspanningen, dan zich kenmerkt door een zeer eigenaardigen gang die moeilijk is te beschrijven, en ook door gevoelsstoornissen. De ziekte schijnt in ons klimaat haar epidemisch karakter te verliezen te Harderwijk althans deden zich nimmer gevallen van besmetting voor. Tijdens het internationaal congres ter bespreking der belangen van blinden, in 1885 te Amsterdam gehouden, werd er op gewezen, van hoeveel belang het zou zijn, wannoer er oene methode bestond, volgens welkë do blinden met elkander zouden kun nen correspondeereu, zonder de hulp van derden. Véél was roods in het belang der blinden uitgevon den, doch eene dergelijke methode had men, na veel hoofdbrekens, nog maar niet kunnen vinden. Om in dit gemis te voorzien, bedacht de heer Huese te Breda een toestel, dat hij aan de goed keuring van de directeuren van het blindeninstituut te Amsterdam en der //Alexaiiderstiehting" te Ben- nekom onderwierp. In hoofdzaak werd de toestel zeer geroemd, doch in onderdooien vereischte hij nog verbeteringen, en gaandeweg werden die dan ook door don ontwerper aangebracht, totdat eindelijk aan allo bezwaren was tegemoet gekomen. Thans is de toestel gereed en binnen kort zal hij andermaal aan de beoordeeling van vakmannen worden onderworpen. In hoofdzaak bestaat de toestel uit twee boven elkaar loopende schijven van 25 cM. middellijnelke schijf bevat de letters van het alphabet, cijfers en leesteekens bij hot blinden-onderwijs in gebruik, dus in grootte ongeveer overeenkomende met eene groot mediaan-drukletter. Elke letter, die bij de correspon dentie benoodigd is, wordt op het gevoel door de rond draaiende schijf naar voren gebracht en drukt door mid del van een drukknop op regelmatige afstanden in het papier. Twaalf letters kunnen zoo naast elkan der op één regel gebracht worden, waarna het druk- raara een regel verspringt. Dat verspringen kan 12 maal geschieden voor het blad papier vol is, waarna een belletje den blinde waarschuwt, dat hij een tweede blad in het drukraam moet spannen. De geheele toestel heeft een lengto van 5, eene breedte van 4 dM. en eene hoogte van 15 cM. De telegraaf berichtte Zaterdag, dat de Fransche Ministenraad besloot genoegen te nemen met de'ur- gentverklaring van de legerwet, indien deze door de Kamer werd verlaiigd. Hét gevolg vj| zulk een verklaring is, zooals men zich wellicW herinnert, dat de iweede lezing oyerbodig wordtTOp terstond de discussie over de afzonderlijke artikelen aanvangt. Het ontwerp zal hierdoor nog in deze zitting kunnen worden afgedaan. Zaterdag werd het voorstel tot urgentverklaring in de Kamer behandeld. De rechterzijde verklaarde zich bij monde van Keiler en De Mun tegen. Clémenceau verdedigde het voorstel en werd daar bij gesteund door Laisant, rapporteur der commissie, die betoogde dat anders het ontwerp in deze zitting niet kon worden afgedaan. De Minister van Oorlog Ferron kwam krachtig voor het voorstel op. Indien de meerderheid der Kamer er voor is om terstond tot de artikelsgewijze behandeling over te gaan, zeide hij, dan is de regee ring bereid daartoe mede te werken. De republi keinen steunden allen het voorstel, dat met 385 tegen 125 stemmen werd aangenomen. De mimsteT-president Bouvier is bijna met zijne begrooting gereed en hoopt deze uiterlijk den 25 sten Juni bij de Kamer te kunnen indienen. De commissie kan de begrooting dan nog behandelen, voordat de Kamer uiteen gaat. v Alle ministers hebben bij hun dopartementen aanmerkelijke bezuinigingen ingevoerd. Het geheele bedrag daarvan is meer dan 70,000,000 frs. ter wijl bovendien de uitga*en voor het jaar 1888 10,000,000 frs minder zijn dan die van het vorige jaar. Aldus hoopt Rouvier het evenwicht te her stellen zonder leening of nieuwe belastingen. In den Duitschen Rijksdag is de strijd over den Elzas en Lotharingen begonnen. Naar men weet, wil de Duitsche regeering de be paling afschaffen, dat de burgemeesters in het Rijks- land benoemd moeten worden uit den gemeenteraad, en wel om te verhinderen dat, gelijk meermalen ge schiedde, Duitschgezinde burgemeesters moeten af treden, omdat zij door de Franschgezinde bevolking niet tot lid van den Raad werden herkozen. Het ontwerp hiervoor bij den Rijksdag ingediend, werd natuurlijk heftig bestreden door de afgevaardigden uit den Elzas, die het voorstelden als een wraak oefening der Duitsche regeering, wegens den uitslag der verkiezingen. De minister Von Puttkamer protesteerde tegen deze bewering, maar erkende, dat het ontwerp het gevolg was van de beweging 'der protestpartij. De heer Windhorst bestreed het ontwerp, daar hij het niet wenschelijk .achtte het overige der zelfstan digheid der Rijkstanden te doen plaats maken voor een //bureaucratisch politiebestuur". De liberalen sloten zich bij Windhorst aan, maar zij waren zelfs niet in staat te verkrijgen, dat het ontwerp naar de commissie werd verzonden. Tegen de stemmen van het centrum, de liberalen, sociaal-democraten en Elzassers besloot de meerderheid, bestaande uit de conservatieve fraetiën en de nationaal-liberalen,' het ontwerp terstond ten tweeden male in den Rijksdag te behandelen. Deze behandeling zal reeds heden plaats vinden. De strijd ovpr de Iersche wet is nu in het Engel- sche Lagerhuis besliét. Ondanks don feilen tegen stand der vereenigde aanhangers der heeren Parnell en Gladstone werd door de vereenigde conservatieven en unionisten op voorstel der regeering bepaald, dat de behandeling der wet den 17den Juni zal worden gesloten. De vraag is, wat de Ieren nu doen zullen. Een gedeelte der Parnellisten is er voor, nu dit besluit eenmaal is gevallen, alle amendementen terug te trekken, maar anderen willen het verzet volhouden en tot het eind op de meest heftige wijze blyven protesteeren. De liberalen zullen daarbij echter niet meer helpen, want, ook al stemden Gladstone's aan hangers als één man togen het regeeringsvoorstel, zoo zijn toch de meesten hunner zeer verheugd, dat ten laatste aan den langdurigen strijd over de Crime bill een einde komt. van de ten behoeve van de mannelijke Beambten en Werklieden der Naamlooze Vennootschap /✓De Stearine-Kaarsenfabbiek Gouda," vastgesteld in de Vergadering van Aandeelhouders dier Vennootschap, gehouden te Goudaden 13 October 1883. Art. 1. Den 30n April 1883 is ten name van eiken der mannelijke beambten on werklieden van de vennootschap, die daarvoor door het bestuur wa ren aangewezen eene bijzondere rekening geopend, waarop hem het bedrag is goedgeschreven, hem toe gedacht bij de verdeeling eener som van vijftig duizend gulden tusschen al die beambten en werk lieden, in verhouding tot hun diensttijd en de door hen genoten vaste wedden of loonen. Art. 2. Op den 30 n April van het jaar 1884 en van ieder volgend iaar kan ten name van eiken der mannelijke beamocen en werklieden van de ven nootschap, ten wiens behoeve dat niet vroeger heeft I plaats gehad, en die dan niet alleen zestien ach tereenvolgende maanden in haren dienst is geweest, maar zich daarenboven door bekwaamheid, ijver, plichtsbetrachting en goed gedrag onderscheiden heeft, eene bijzondere rekening door het bestuur worden geopend. Art. 8. Onder bijzondere rekeningen worden in dit Reglement die verstaan, welke bij de beide voor gaande artikelen zijn aangeduid. Art. 4. Aqn eiken der beambten en werklieden, ten wier name bijzondere rekeningen zijn geopend, wordt een boekje uitgereikt, dat een afdruk van dit Reglement bevat en -waarin een afschrift van zijne bijzondere rekening opgenomen en door het bestuur bijgehouden wordt. Art. 5. Op den S0a April van het jaar 1884 en van ieder volgend jaar wordt elke bijzondere reke ning, die dan nog niet is afgesloten, goedgeschreven met het bedrag, hem, ten wiens name zij geopend is, toegedacht bij de verdeeling tusschen al de be ambten en en werklieden, ten wier name bijzondere rekeningen geopend zijn, in verhouding tot het be loop der vaste wedden of loonen gedurende het op 31 December bevorens geëindigde jaar, door ieder hunner genoten, van eene som samengesteld uit: a. één tiende der blijkens de overeenkomstig hare Statuten vastgestelde rekening en balans door de vennootschap in het op 31 December bevorens geëindigde boekjaar^ behaalde en deelbaar gestelde zuivere winst; b. de bij artikel 11 van dit Reglement bedoelde batige sloten van bijzondeVe rekeningen voor zooveel daarover niet overeenkomstig de bepalingen van de artikelon 12, 13 en 14 door het bestuur is be schikt; en c. het ondeelbaar overschot der op 30 April van het vorige jaar plaats gehad hebbende verdeeling van daartoe beschikbare gelden. Art. 6. Het genot van vrije woning maakt, tot een daarvoor door het bestuur geschat bedrag, een deel uit van het by het vorige artikel vermeide be loop der vaste wedden of loonen. Art. 7. Op den 30n April van het jaar 1884 en van ieder volgend jaar wordt elke bijzondere reke ning, die dan nog niet is afgesloton, goed geschreven met eene rente van vier ten honderd van het be drag, dat zij op den SOsten April bevorens had bereikt, verminderd met dat van naar aanleiding van het bepaalde bij Art. 9 daarvan afgeschreven sommen. Bij afsluiting van eene bijzondere rekening wordt daaraan eene gelijke rente toegevoegd, berekend to op den dag der afsluiting. Van naar aanleiding van het bepaalde by Art. 9 afgeschreven sommen wordt die rente berekend over den tijd tusschen den 30sten April bevorens en den dag der afschrijving verloopen. Art. 8. De bijzondero rekeningen worden, be houdens de bepaling van Art. 10, voor hare afslui ting met geonerlei uitgaven noch uitkeeringen, van welken aard ook, belast. Art. 9. Na zich evenwel door een opzettelijk en nauwkeurig onderzoek te hebben overtuigd, dat het welbegrepen belang van een of anderen der be ambten en werklieden grootelijks zou worden be vorderd door een deel van het bedrag, dat hem op zijne bijzondere rekening is goedgeschreven, ter zijner beschikking te stellen, is het bestuur bevoegd, op diens verzoek, tot dezen uit den aard der zaak geheel buitengewonen maatregel over te gaan en de sommen vast te stellen, welke hem uit genoemd bedrag hetzy in eens, hetzij bij termijnen zullen worden verstrekt. De dientengevolge uitgekeerde sommen worden van de bijzondero rekeningen afgeschreven, onder dagteekening der uitkeering. Art. 10. De bijzondero rekeningen worden af gesloten met den dag, waarop de beambten en werkliedeü, ten wier name zij werden geopend, in den dienst der vennootschap overleden zijn, of met dien, waarop hun ontslag uit haren dienst is inge gaan, na te zijn belast met een door het bestuur vastgesteld bedrag, bestemd zoowel tot betaling van hunne schulden aan de vennootschap als tot herstel ling van haar door hen toegebracht nadeel. Art. 11. De batige sloten der overeenkomstig het voorgaande artikel afgesloten bijzondere rekenin gen worden op den eerstvolgenden 30n April ge voegd bij de dan naar luid van Art. 5 te verdeelen som, voor zooveel daarover niet krachtens de bij de drie volgende artikelen verleende bevoegdheid, door het bestuur is beschikt. Art. 12. In gevallen van byzonderen aard en indien de beweegredenen tot een niet op verzoek uit den dienst der vennootschap gegeven ontslag daartoe nopen, blijft het aan het bestuur voorbe houden, zonder daartoe echter zelfs in het minst verplicht te wezen ten behoeve van den uit den dienst der vennootschap ontslagene of van diens gezin, over hoogstens de heift van het batig slot van diens, afgesloten bijzondore rekening te beschik ken, op zoodanige wijze als het geraden oordeelt. Art. 13. De batige sloten der afgesloten bijzon dere rekeningen van beambten en werklieden, die in don dienst der vennootschap overleden zijn, kan nen geheel of godeeltelijk door het bestuur, zoo het dit billijk of wenschelijk acht, worden uitgekeerd aan hunne weduwen, kinderen, kleinkinderen, onders en grootouders. In dit geval bepaalt het bestuur met het oog op de omstandigheden, aan welke hetzij aan eene, hetzij aan enkele, hetzij aan alle van genoemde nagelaten betrekkingen die uitkeering zal geschieden, hoe groot het aandeel van elke daarin wezen zal, of die in eens dan wel bij termijnen, en op welke wijze, die plaats hebben zal. Art. 14. Het bestuur is bevoegd doch niet verplicht aan beambten en werklieden, die hetzij o. zonder daartoe eenige aanleiding te hebben gege ven uit den dienst dor vennootschap zijn ontslagen, naar aanleiding van hare ontbinding, uit hoofde van inkrimping van haren werkkring, of ten gevolge van opheffing van hunne betrekking of taakhetzij b. al dan niet op verzoek uit den dienst der vennootschap zijn ontslagen, of nadat zij hun zestigste levensjaar heb ben vervuld, of omdat zij door ten genoege van het bestuur deugdelijk bewezen ziels- of lichaamsgebreken, buiten staat zijn gesteld, den hun opgodragen-arbeid behoorlijk te vervollen, de batige sloten van hunne afgesloten bijzondere rekeningen, op den dag waarop hun ontslag uit deu dienst der vennootschap is ingegaan, geheel en in eens uit te betalen. Art. 15. Door de bepalingen van dit Reglement wordt geenerlei inbreuk gemaakt op de meest onbe perkte bevoegdheid van het bestuur, om de beamb ten en werklieden der vennootschap ten allen tijde en zonder eonige aanvoering van beweegredenen uit haren dienst te ontslaan. Art. 16. Jn het algemeen wordt wel uitdrukke lijk verstaan en vastgesteld, dat met de stichting der Voorzorgskas en de daaromtrent in dit Regle ment opgenomen bepalingen, alleen wordt beoogd aan brave en verdienstelijke beambten en werklieden het uitzicht te openen op het genot van eene gunst, welke de vennootschap zich voorstelt hun te bewij zen, volgons de regelen die in dit Reglement zijn vastgesteld, als leiddraad voor het bestuur en waar door het bestuur voor zich zelf zedelijk gebonden is, zonder dat echter de beambten en werklieden daardoor ooit of te immer een bepaald recht ver krijgen, hetwelk zij zonden kunnen doen gelden tegenover de vennootschap, die zich de meest vol komen vrije beschikking over de door haar behaalde winsten steeds blijft voorbehouden en niet wil ge acht worden zich hieromtrent in eenig opzicht te binden. INGEZONDEN. Mynheer de Redacteur Vergun mij, naar aanleiding ran het bericht uit Oudewater, voorkomende in uw geacht dagblad van 12 dezer, omtrent het verhandelde in de zitting van den gemeenteraad alhier van 11. Woensdag, eene kleine plaatsruimte voor eenige bemerkingen dienaangaande, teneinde oeno verkeerde opvatting te mijnen opzichte te voorkomen. In de eerste plaats dient, dat niet is behandeld het verslag der plaatselijke commissie van toezicht op het L. O. alhier, dit was reeds in eene vroe ger gehouden vergadering waarin ondergeteekende niet tegenwoordig was, geschied, en toen is ook eene, door Burgemeester en Wethouders opgemaakte me morie, ter wederlegging van sommige punten in dat verslag voorkomende, den gemeenteraad voor gelezen en afschrift daarvan gezohden aan Godep. Staten en den schoolopzienor (niet aan de bovenge melde commissie, zooals uit het bericht is op te maken). Deze laatste werd daarmede door den heer schoolopziener in kennis gesteld en zond daarop eene missive aan den Gemeenteraad, waarin zy de memorie van het Dagelijksch bestuur wederlegt eu haar vroeger ingezonden verslag nader toelicht. I)eze missive werd in de laatste zitting voorge lezen en door den voorzitter punt voor punt be handeld. De hoofdzaak echter in dezen, die door den verslaggever geheel wordt verzwegen, was de klacht der commissie v. n. over de wanorde, welke in de 6e klasse der openbare school sedert geruimen tijd heerscht en over de ongeschiktheid van don in dl klasse geplaatsten onderwijzer. Het Dag. bestuur Verschilt in dezen van gevoelen met de commissie v.n. ten opzichte van de oorzaak dier wanorde, en beschouwt den hoofdonderwijzer (naar het oordeel der commissie geheej ten onrechte) als den schuldige in deze. Nu is door den ondergeteekende volstrekt niet getracht door eenige op- en aanmerkingen de grie ven tegen den hoofdonderwijzer te wederleggen, doch is door hem, op grond van eigen ervaring en vol gens zijne volle overtuiging, geprotesteerd tegen de beschuldigingen den hoofdonderwijzer ten laste ge legd, en zijn door hem bovendien zoodanige inlich tingen omtrent de antecedenten van den onderwij zer der 6e klasse gegeven, dat de voorzitter zijn leedwezen betuigde dienaangaande niet vroeger te zijn ingelicht, als wanneer Burg. en Weth. dien onderwijzer zouden hebben uitgenoodigd zijn ont slag als zoodanig aan te vragen. Over de verdere mededeelxngen van den verslag gever zal ondergeteekende zwijgen, in dezelfde zitting verklaard hebbende, door geene der door Burg. en Weth. aangevoerde redenen en wederleggingen in zijne opinie te zijn geschokt en te blijven protesteeren tegen do beschuldigingen den hoofdonderwijzer, z. i. geheel ten onrechte, naar het hoofd geworpen. Ten slotte nog alleen deze mededeeling, dat door den ondergeteekende natuurlijk tegen rhet besluit van den raad is gestemd, om adhaesie te schenken aan de wederleggingen door het Dag. bestuur ge maakt en over te gaan tot de orde van den dag. Aangenaam zou het den ondergeteekende zijn, indien ook andere dag- of weekbladen die het be richt van den verslaggever opnamen, ook deze regelen plaatsten, verklarende hij tevens, dat door hem in geene verdere dagblad-discussiën omtrent deze zaak zal getreden worden, doch hij gaarne be reid is, mocht zulks verlangd worden, dienaangaande nadere mondelinge mededeelingen of inlichtingen te verschaffen, waartoe ook ongetwijfeld de overige loden der commissie v. n. zich zullen willen leenen. U, mijnheer de redacteur, bij voorbaat voor de plaatsing dezer regelen dankzeggende, heeft hij de oer met alle hoogachting te zijn, Uw dienaar. A. C. van Aïlst Lid van den gemeenteraad van en der Commissie van toezicht op het L. O. te Oudewater. Oudewater. 13 Juni 1887. TWEEDE CORRESPONDENTIE PARTIJ tusschen Gouda en Utrecht. Positie na den 26en zet van zwart: Wit, Koning G 1, Kajteelen B 3 en F 1, Raads- heeren A 4 en B 4, Pkmtrcn A 5, B 2, E 5, F 2, F 8 en H 2. Zwart, Koning G 8, Kasteelen B 8 en F 8, Paard D 5, Pionnen A 6, C 4, D 6, F 7, G 7 en H 7- Vervolg: Gouda Wit Utrecht Zwart 27 zet. B 4 A 3. 27 zet. C 4 X B 3- 28 h F 1 Dl. 28 D 5 B 4. Bureau voor gevonden voorwerpen, geopend van 's namiddags 1 tot 3 uur. Er kunnen inlichtingen gegeven worden omtrent een zwarte Kip, een zeemgele Kip, een geel pelle Kip, en nog een zwarte Kip. Gedeponeerd de navolgende goederen en nog niet afgehaald. Een Broche van bruine kralen, een gouden Vest- ketting, een toer Bloedkralen, een zilveren Oorknopje, een zilveren Armband, een gouden Oorbel met zwarte steen, een bloedkralen Kettmgje met goud, een Kinderschoentje, een zwarto Kraag, een uitsteek Spiegel, Portemonnaie met 5 centen, een onderstuk van een gouden Oorbel, een wit Schort, een bloed koralen Armband met gouden sluiting. GEBOREN: 11 Jnoi Hendriko», ouders L. Dirks en M. Rijnders. Suisons, ouders A. Zorg en C. ftu Builen. Johannes, ouders P. Brouwers en D. de Jong. 12. Adris- ■us, ouders A. ran Steenderen en J. ran Kooijen. - Geer- truids, ouders J. A. Meewesen en J. Leusenink. 13. Elizabeth Muriu Antonis, ooders J. H. Spierings en J. Jas pers. Lijdia Maris, ouders H. R. Grootenbuis en H. C. Kroef. OVERLEDEN: 11 Juni. E. Rietkerk. 14 j.12. J. ▼an Tilborg, 5 j. 6 m. A. Zuidwgk, 12 m. GEHUWD 13 Juni. L. L. van Dorst en M. Moons. Bevallen van eene Dochter JULIA MARIA HUINCK— Gouda, 12 Juni 1887. Jacobs. *j* Voorspoedig bevallen van een Meisje, J. SPIERINGS—Jaspebs. Gouda, 13 Juni 1887. Heden ontvingen wy het treurig be richt, dat onze geliefde Broeder en Zwager D'. H. POLLJN BüCHNER te Oosterbeek, is overleden. W. W. M. SMITS—Büchkeb. A. SMITS. Goudap 13 Juni 1887. Eenige kennisgeving. ondervonden gedurende de ziekte en het over lijden van onzen geliefden Vader, Behuwd- en Grootvader, beluigen wij onzen hartelijken dank. Uit aller naam, M. UITENBROEK—Baabtman. L. UITENBROEK. Wed. J. BAARTMAN-Edauw. Gouda, 14 Juni 1887. v De Heer en Mevrouw SPRUIJT STOLK- Smits, betuigen hnnnen dank voor de vele blijken van belangstelling bij gelegenheid van bun VEERTIGJARIG HUWELIJK onder vonden. Moordrecht, 9 Jnni 1887. tusschen de 14 en 16 jaar. Adres Turfsingel P 80. hoek Peperstraat, vraagt met AUG. een zindeljjke Er wordt TERSTOND GEVRAAGD een niet beneden de 13 jaar, voor halve dagen. Adres onder No. 1519, aan het Bureau van dit Blad. EEN RUIM TE HUUR, geschikt voor alle Affaires. Franco brieven onder No. 1518, aan het Bureau dezer Courant. Plantsoen, VRAAGT zoo spoedig mogelijk eene nette die zijn vak grondig verstaat kan VAST WERK bekomen. Gegadigden zenden hnnne brieven met opgave van ouderdom en waar werkzaam franco in, onder Lett. 1. V. P. a/li. Algem. Advertentie-Bureau van NIJGH van DITMAR, Amsterdam. der van ijh op WOENSDAG 15 JUNI 1887, des morgens te -9 uren aan het Verkooplokaal in de Peperstraat te Gouda. Adres franco brieven onder No. 1520, aan het Bnreau dezer Courant. I

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1887 | | pagina 2