ndie.
LEN
UDA.
BINNENLAND.
t
lak.
stillen.!
het heste
I.
3648.
1888.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
>ot verlof
heerd
van eene
geld van
|n korps.
meesters
HJDA.
3 en 73*.
VrUdag 6 Januari.
I
A-isr.
nd,
EVER,
Voorzitter.
hebben op
L4 Januari
bieden op
n het ge-
vreeselijke gebeurtenis.
[ang van het
niettegenstaande het
i Uit Groningen r
nist-leerling Timmer,
i had Z. E.
Z. E. döor
(resident was verzocht, eenigen spoed
len dier inlichtingen te maken on
inkomen, als
aan het
later ook
bereikt, een
ontwerp zal kunnen erlangen.
GOÜDSCHE COURANT.
A. Luijten,
Af. ch. a. o. doctor.
i-Gravènhage, 31 December ’87
beweerde A
it* weer in
|0«n k«t«rr- X
)MGE. Waar J
weiken de A
krsnnea van
den konink- m
JEbTZINü. J
jm oplonacn A
b,j longen-1
ran SODEN T
in botnt jds A
i een raetn V
tegen de m
vertering, T
«tillen ver- A
id van den W
jn tlj van n
ingen dor I
die van
den, lichte m
“S lijden, J
len natuur A
renmtddel,
rouwon en m
gent chten T
irking, er- A
ilijmlngen.
|n in dozen m
llgemeeno T
dne, A| o- A
Op de voordracht voor hoofd der nieuw-gebouwde
«chool in de gemeente Hof-van-Delft staan de heo-
renP. J. Van Ravesteijn te Delft, 8. J. Van den
Berg té Kethel, L. Landheer te 's-Grarenhage, J.
A. Noteboom te ’s-Gravenhage en G. N. Kruisheer
te Gouda.
In de sitting der Rotterdamselie Arr.-Rechtbank
van Dinsdag werd veroordeeld
L. 8., matroos te Amsterdam, bekl. van op 30
Oct. te Gouda den knecht der Ned. Rhijnspoormij.
Knijf te hebbon geslagen, tot 5 boete, subsidiair
5 dagen hechtenis.
Vervolgens stond terecht de 18jarige bakkers
leerling E. K., wonende te Waarder. Door zijn
meester, den bakker Snel te Gouda op 30 Nov. be
last met in de omliggende dorpen St. Nicolaas, ge
bak en chocolaad te venten, had hij in -de herberg
van Zwanenbeek te Nieuwebrug, gemeente Rietveld,
in opgewonden toestand al zijn voorraad met wagen
etc. verkocht voor 6, en ook dit geld aan drank
verteerd. Door den getuige Snel werd verklaard,
dat alleen de wagen 50 en de voorraad gebak
17.50 waard was. Do President der rechtbank,
mr. van Heukelom, maakte den get. Broedijk welke
de kooper was van de voorwerpen, een ernstige
meriting over zHn slechte handeling in deze zaal.
Het Openbaar Ministerie eisohte 3 weken gev.
Voorts stonden 2 sigarenmakers terecht.
Een boer te Haastrecht had een dienstmeid en
deze dienstmeid was «the great attraction* van de
sigarenmakers daar ter plaatse, op een dergelijke
wijze dat de boet de meid wegzond. Dit was olie in
het vuur en van af dit oogenblik moest de boer en
zijn knecht het op alle wijzen ontgolden, welke ten
laatste zoover ging dat handtastelijkheden de plage
rijen opvolgden en een mishandeling van den knecht
het gevolg was. Twee 18jarige personen, R. en de
K., sigarenmakers hadden zich dientengevolge te
verantwoorden en ontkenden de ton laste gelegde
feiten voorgevende zelven mishandeld te zijn. Het
Openb. Ministerie eischte veroordeeling van den
In bekl. tot 3 maanden gev. en vrijspraak voor den
2n bekl.
Uitspraak in bovenstaande zaken Dinsdag e k.
De heer mr. P. L. F. Blnssé, tot lid der Tweede
Knmor voor Leiden gekozen, schreef nnn het bestuur
der Kiesvereenijfing Algemeen Belang, dat hij iu geen i
geval bij de verkiezing in Maart weder wenscht in
aanmerking te komen, omdat hij meent nuttiger
werkzaam te kunnen zijn als lid van Geil. Staten
van Zuid-Holland, en naar zijp oordeel beide be
trekkingen niet gelijktijdig naa» behooren zijn waar
te nemen.
--t-
De Arnh. Ct. verneemt, dat aan de voorbereiding
om voor Arnhem eene vaste brugover
bouwen, met ijver wordt gewerkt. Er
worden zeer gedetailleerde teekeningen en ramingen
GOUDA, 5 Januari 1888.
Donderdag 12 Januari e. k. heeft de 5e abon-
nements-tooneelvoorstelling plaats in de sociëteit
flOns Genoegen". De Kon. vereeniging Het Neder-
landech Tooneel zal dan opvoerenMaria Stuart,
Schiller’s beroemd treurspel, metrisch gevolgd door
J. J. L. ten Kate.
De rol van Maria Stuart wordt vervuld door
Mevr. FrenkelBouwmeester, die van Elisabeth
door Mevr. 8. de Vries, die van Leycester door
Louis Bouwmeester. Voorts treden in het stuk op
Mevr. Stoetz en Mevr. SchwabWeiman benèvens
de hh. Spoor, Schoonhoven, Meijnadier, de Jong,
Clous, Schwab, van Dommelen, Ising era Wensma.
Heden herdenken do Heer J. van Kempen en
Mej. L. J. Wijnmalen den dag, waarop zij voor 25
jaren in dienst traden; de eerstgenoemde als Onder
wijzer, de laatstgenoemde als Onderwijzeres in de
handwerken, beiden aan de le Kostelooze School
alhier. Ofschoon beide jubilarissen gemeend hadden
dezen dag in stilte te laten voorbijgaan en alleen in
den huiselijken kring te vieren, werden zij bij hunne
intrede in de School verrast door de hartelyke ge-
lukwenschen van het Hoofd der School en het ver
dere personeel; die hun tevens een stoffelijk bewijs
van hunne belangstelling aanboden, dat hun, zoo wij
hopen, nog lang tot eene aangename herinnering aan
dezen dag zal strekken.
Ook de Commissie van Toezicht op het Lager
Onderwijs toonde hare belangstelling door de beide
jubilarissen in oen vleiend schrijven te complimen-
teeren.
Omtrent het spoorwegongeluk in Meppel wordt
aan de N. R. Ct. het volgende gemeld
De botsing van den trein GroningenMeppel
met den sneltrein MeppelGroningen had vijf
minuten voorbij het station Ruinerwold plaats. Het
signaal tusschen Meppel én Ruinerwold stond op
//Onveilig", en de trein uit Groningen was nog niet
op het wisselspoor te Ruinerwold. De sneltrein had
het //onveilig" echter niet gezien. De stationchef
te Ruinerwold had nog met lantaarns gewenkt, maar
de sneltrein ging door en reed tegen den trein uit
Groningen. Vijf rijtuigen zijn verbrijzeld. De ma
chinist v. d. Linde is nog naar het station geloopen.
Zijn lichaam was verbrand. Enkele reizigers zijn
uit den trein gesprongentwee kinderen zijn op
eenen tender behouden gebleven. Er zijn nu 6
dooden.
Van andere zijde meldt men
Tot de passagiers van den van Meppel komenden
sneltrein behoorden de rechter bij de rechtbank te
Assen mr. E. Oosting §n de substituut-officier van
justitie bij die rechtbank mr. W. C. A. Scholten,
die beiden in dezelfde coupé le klasse, in den wag
gon achter den bagagewagen, waren gezeten. De
heer Scholten bleef bij de botsing der twee treinen
ongedeerd, doch van den heer Oosting werden beide
beenen gebroken. Nadat hij in het station Ruiner
wold behoorlyk verbonden was, werd hij met den
van Groningen ontboden trein, die omstreeks 2*/8
uur ’s nachts van Ruinerwold vertrok, naar Assen
vervoerd.
Door den substituut-officier mr. Scholten werd op
de plaats van het onheil dadelijk een onderzoek
naar de oorzaak van het gebeurde ingesteld. Vol
gens het beweren van den stationchef van Ruiner
wold was de machinist van den van Meppel komende
*T zwaar gekwetst werd, doorgespoord,
t sein op onveilig stond.
I Uit Groningen wordt nog gemeld, dat de machi-
nist-leerling Timmer, van den trein Groningen
Zwolle door ontsnapten stoom zware brandwonden
i bekwam. In het academisch ziekenhuis te Gronin-
i gen bevinden zich thans drie zwaar gewonde con
ducteurs, De Jonge, Stroobos en Sprenger, de ge
noemde machiuistleerling en een passagier Koch die
een been gebroken heeft.
De toestand der patiënten in het ziekenhuis te
Groningen is naar omstandigheden gunstig.
Over bovengenoemd spoorwegongeluk meldt de
Auer Ct.
Men kan zich voorstellen, dat onmiddellyk ya de
botsing eene groote verwarring ontstond en dat de
meesten van hen, die heelhuids van de catastrophe
waren gekomen, in het eerst totaal verbijsterd wa
ren. Spoedig echter deed ieder zooveel als in zijn
vermogen was om hulp te bieden aan de gekwetsten
en hen, die in een chaos van gebroken hont en ver
wrongen ijzer bekneld zaten, uit hunne netelige positie
te bevrijden. Dat dit laagste niet gemakkelijk ging
blijkt daaruit, dat men sommige passagiers eerst na
een arbeid van 1 a 2 uur uit het vernielde materieel
kon te voorschijn brengen. Wonder boven wonder
bleken enkelen van hen geheel ongedeerd te zijn
gebleven.
Vanwege het spoorwegbestuur werd alles gedaan
wat mogelyk was om de ramp voor do gekwetsten
dragelyker te maken.
Onmiddelyk werd uit Meppel een oxtra-irein met
Bij do Tweede Kamer der Staten-Generaal is door
dr. A. Luyten het volgende adres ingediend
Met den verschuldigden eerbied, doet de onder
geteekende aan uwe Kamer het verzoek, cone beslis
sing te nemen op het request, door den onderge
tekende in do vorige Kamerzitting ingebonden.
Dit verzoekschrift, waarvan de ondergeteekende
hiernevens een afschrift overlegt, ingezonden den
24sten Januari ’87, door uwe Kamer, bij bare eerste
zitting (8 Februari,) in ontvang genomen, was ge
durende maanden het onderwerp van behandeling en
overweging der commissie voor de verzoekschriften,
eindigende op den 26sten Mei ’87, wanneer het aan
den minister van binnenlandaehe zaken verzonden
werd, met verzoek daaromtrent inlichtingen te ont
vangen.
Ook voor, het geven dier inlichtingen
een geruimon tijd noodig, o&choon Z
uwen geëerden pi
met het inzende
deze slechts eene halve bladzijde druks beslaan.
Niet dan op den volgenden dag dat de Kamer
was uit elkander gegaan (25 Juni) kon Z. E. hier
mede gereed komen.
Blijkbaar was deze toezending na het uit elkan
der gaan der Kamer bestemd voor de tegen
woordige zitting.
Van mijne zijde, zijn daarop nog nadere toelich
tingen op die inlichtingen van den Minister aan uwe
Kamer ingezonden //het vierde vervolg op de be
schrijving zijner opsluiting gedurende 13 maanden enz."
Alzoo voorbereid, had de ondergeteekende verwacht
dat deze zijne zaak op het initiatief van een der
leden wel zou behandeld zijn.
Bij hot vaststellen der begrooting had de onder- 1 trein, die zelf
goteekende nog daarop gehoopt en vertrouwd.
Geheel hierin teleurgesteld, legt requestrant hierbij
opnieuw zijn verzoek aan do Kamer over.
Na de bekomen inlichtingen en toelichtingen is
het aan alle leden der Kamer bekend
Dat de plattelands heelmeester, afgever van hot
attest, bij het afgeven hiervan mij niet heeft ge
zien, mij niet heeft gesproken. Integendeel op
grooten afstknd van mij woonde.
Dat de oflfeier van justitie bij do aanbeveling der
toewijzing van het gedaan verzoek, mij niet heeft
gezien, niet heeft gesproken. Integendeel geheel en
al met mijn persoon onbekend was.
Dat de rechter, die machtiging tot myne opslui
ting gegeven heeft, mij niet heeft gezien, niet heeft
gesproken, terwyl ook die rechter met mijn persoon
geheel en al onbekend was.
Op die wys was het mogelyk, met een gezond
hoofd en een helder oordeel, in het krankzinnigon-ge-
sticht te worden opgesloten. Aan alle leden moet
hot ook bekend zijn:
hoe men in dit gesticht primitief van plan was, mij
gedurende mijn leven, daar opgesloten te houden
en, toen eindelijk dat plan moest opgegeven worden,
hoe men mij toen Voortdurend wilde opgesloten hou
den, totdat de ondergeteekende onder curateele ge
plaatst zou zijn.
Tevens is thans de Kamer in kennis, dat aan die
opsluiting een einde gemaakt is door tusschenkomst
der rechterlijke macht.
De rechtbank van Zutphen heeft by besluit van 21
November 1884, het langer opsluiten van mijn per
soon den ptychiatrici niet toegestaan.
Thans na gedurende drie jaren als vrij burger
in den staat te hebben geleefd, zal het eveneens
aan uwe Kamer niet twijfelachtig zijn, dat de onder
geteekende wederrechtelijk was opgesloten in het
krankzinnigen-gesiicht en wederrechtelijk daarin
werd gehouden.
Hope dat het de Kamer behagen moge, den on
dergeteekende recht te doen wedervaren in dit on
recht aan hem gepleegd, hem recht te doen weder
varen in deze treurige en vreeselijke gebeurtenis.
’t Welk doende,
van het plan
den Rijn te
gemaakt. Binnen weinige weken zullen de plannen
gemeentebestuur worden overlegd, terwijl
de gemeenteraad, wanneer de zaak dezen
volledig overzicht van het belangrijk