ALGEMÉMSPAARMAATSCHAPPIJ. TE KOOP 450.000 francs 150,000 francs. Buitenlandsch Overzicht. ADVERTENTIËN. Directie voor Nederland: Oude Gracht C 77 Utrecht. Stad BRUSSEL 1886 B urgerlijke Stand. NAAMLO ZE VENNOOTSCHAP. dagen hun dorst kunnen lesschen. Overigens heb ben zich gevallen voorgedaan, dat Mehari'» groote vermoeinissen doorstonden. Zoo hebben in Mei 1880 twee Mehari s van de Chaambat-bou-Rouba een weg van 360 kilometer in 52 uur afgelegd. DaJ zijn dus, na aftrek van 12 rusturen, 9 kilometer in het uur. De gang van den Mehari is niet moer vermoeiend dan dien van het paard. Men gewent er gemakke lijk aan. Daarentegen staat de rij-kameel in bevatte lijkheid ver b\j het paard achter, wat vooral een ongerief blijkt by de voeding van het dier. Be Gids bevat een opstel van mr. W. H. de Beau fort, getiteld 18131888. Aan het laatste gedeelte van dit geschrift ontleenen wij een en ander van des schrijvers oordeel over den hedendaagschen toestand. De gebreken van het parlementarisme hebben ge voerd tot een streven naar uitbreiding van stemrecht, een streven dat zijn anderen grondslag vindt in het besef van de in de maatschappij heerschende onrechtvaardigheid. Velen zyn voorstanders van een uitbreiding van stemrecht om de minder bevoorrech ten in staat te stellén de hervormingen tot stand te brengen, die hun zullen geven wat hun toekomt. Er zijn, hoe zonderling het moge schijnen, nog altijd menschen die meenen, dat door algemeen of zeer uitgebreid stemrecht de maatschappelijke nooden zullen worden weggenomen. Zij doen den schrijver denken aan de alles genezende poeders onzer kwak zalvers. Het algemeen stemrecht heeft in verschillende tijden en maatschappijen zeer verschillend gewerkt het heeft de staatkundige vrijheid gedood, dikwijls de persoonlijke macht van vorsten en staatslieden gesteund, maar tot nogtoe heeft het in geen land ter wereld de maatschappij hervormd. Is nu de wetgover onmachtig om eene omwenteling op maatschappelijk gebied tot stand te brengen Wat is de reden dat ook de uit het algemeen stem recht voortgekomen wetgever zelfs de meest voor de hand liggende, de meest uitvoerbare middelen om opeenhoping van schatten te voorkomen en de rijk dommen meer te verdeelen, ongebruikt laatterwijl hy door zijne voorliefde voor beschermende rech ten juist de bezitters verrijkt en de niet-bozittors laat betalen Er zijn vele redenen. De onbemiddeiden missen ook onder do werking van het algemeen stemrecht de kennis der middelen waardoor hunne belangen bevorderd worden. De overgroots menigte van de jiiet-bezittenden heeft toch eenig eigendom of de verwachting er vau, waarvan zij evenzeer het onge stoord bezit eischen als de vermogende dat ten op zichte van zijn lind, zyn goederen en zijn brandkist verlangt. Vandaar dat ook het algemeen stemrecht het persoonlijk eigendom niet aan de willekeur van den Staat wil overleveren En eindelijk, de wetgever is niet almachtig. Laat hij de schatting van het loon eens ter hand nemen, het recht op arbeid in zijne wetten schrijven, de armenverzorging verder uitbrei den dan het strikt noodzakelijke welhaast zal hij voor een reuzentaak staan, waarbij zelfs de stoutste hervormer de handen in de schoot zal leggen. De wetgever is echter verplicht al wat de maat schappij belet hare zedelijke verplichtingen na te komen uit den weg te ruimen, al wat die nakoming kan bevorderen, aan te moedigen en te ondersteunen, door allerlei middelen, zonder zelfs dwang geheel uit te sluiten. De lagere standen moeten in den staat nog iets anders kunnen zien dan den politieagent die hen in hunne vryheid van beweging belemmert en den kantonrechter die hen veroordeelt. De verlichting der maatschappelijke nooden moet echter in de eerste plaats in den boozem der maat schappij worden gezocht. Uit haar moet de hervor ming voortkomen naast de wet staat de krachtige daad, staat de vrije arbeid der maatschappij. Wat baat eon© arbeidswetgeving zonder vlijt, zorg en eer- lykheid, bij den arbeider zoowel als by den werk- verschaffor De kracht van een volk ligt niet in zyne instellingen, zij ligt allereerst in dat volk zelf. Wanneer wy zegt de heer De Beaufort ten slotte de vraag stellen, of ons volk nog de kracht bezit om zyn onafhankelijkheid te behouden, dan hebben wij, gelukkigerwijze, tal van gegevens voor een bevestigende beantwoording. En als zoodanig noemt hy de trouw aan het regeerend stamhuis, de onkreukbaarheid der rechtsbedoeling, de eerlijk heid in het beheer, de kostbare gave om bij al onze staatkundige en godsdienstige verdeeldheden elkander to blyven waardeeren, elkanders overtuigingen en bedoelingen te eerbiedigen. Heeft, eindelijk, ons nationaal karakter de eigen schap van het eerst de zwarte schaduw te zien, dan zou de schryver aan hen bij wie diy eigenschap sterk ontwikkeld is, bij den aanvang van dit nieuwe tydperk in onze geschiedenis willen herinneren dat het drukkend bewustzijn van de onvolmaaktheid van allen mensohelykf-n arbeid nooit gevaarlijker werken kan dan wanneer er voor alles zelfvertrouwen noodig is om zich tot eene nieuwe taak aan te gorden. Men schrijft uit Noord-Bra ant aan de AT. Rott. Ct.: De genoeglijkste dag in het leven van den Noord- Brabantsclien boer breekt jaarlijks voor hem aan tusschen Kerstmis en Lichtmis, altijd als het hem niet al te slecht gaat. De pacht der landerijen verschijnt daags na Kerstmis, maar, zegt hij, „Kerstmis duurt tot Lichtmis"als hij dus voor 2 Februari bij den notaris heeft voldaan, acht hij zich de soliedste mensch van de wereld. Op een van de Woensdagen tusschen 27 December en 2 Februari, bij voorkeur als het tevens veemarkt is, stapt de Brabantsche boer, in een blauwe kiel ge huld en gewapend met zijn ,/tju" (een langen stok), naar de hoofdstad der provincie, voorzien van de noodigo fondsen, om de „Bossche notaris sen" to gaan betalen. Moeder de vrouw heeft zijn buidel behoorlijk in orde gebracht en er genoeg in gedaan voor de pacht, een „kitansie" en een paar borrels; meer niet. Maar onze ooiijkert heeft een klein spaarpotje gemaakt, als hij met een of ander ging marten", en die duiten, gaan er nu aan. Stolz wie ein Spanier gaat hij stadwaarts en de kantoren binnen, welke hy 't een na 't ander ver lichter verlaatdan worden de markt en de her bergen bezocht, waar hij vrienden en kennissen uit andere plaatsen ontmoet, die hij in langen tijd niet heeft gezien. Wat wonder, dat onder het spreken over do resultaten van het afgeloopen jaar en de vooruitzichten voor het volgende de dag verstrijkt en menigeen eerst des avonds naar huis terugkeert! Onze Noord-Brabar.tsche boer echter is voor geen klein geruchtje vervaard en volstrekt niet lui zoo'n wandeling van een uur of vijf, al is het ook vroeg in den ochtend of laat in den avond, vindt hij kinderspel, en met stoïcynsche kalmte wandelt hij in dezelfde richting van spoor of tram. Die laat hy over voor heeren en dames, of zwakken of ïuied. Hij vindt het zonde, zyn geld daaraan uit te geven, en legt dan liever een keer meer aan. «Dan heije nog een borrel of een glas bier en wat praat." Zoo'n dag is een geluksdag Veel prettiger dan een ker mis, als hij met vrouw en kroost is opgescheept, en hij misschien zelf geen cent in den zak heeft, want wanneer de vrouw er bij is, hoeft zy de duiten. Maar nu is hij zoo recht vry, en kwam hij al eens een stuiver of wat te kort, die kan hij wel krijgen. Behoort hij tot de gelukkigen, die alles kunnen afdoen, ook bij andere notarissen want de bossche gaan vóór dan is hy voorloopig uit de zorg, maar verreweg de meesten kunnen vóór Lichtmis niet alles betalen, etf "voor hen wordt het genot van don feestelijken tocht naar 's-Bosch vergald door de zorg voor de toekomst en het vooruitzicht der waar schuwingen en aanmaningen, die hen dreigen. De boer, die vóór Lichtmis kan betalen, is een heel ander man dan hij die niet op tijd kon komen. „Ik zal oe is kommen voldoen," zegt de eerste met zeke ren trots, wkaik mar is wat 'k schuldig zij." In het laatste geval heet het meestal zeer zoetsappig 'k Geleuf da 'k hier nog wat te goed hai," terwijl hij meent dat hij nog wat schuldig is, en de opmerking dat hij niet te vroeg komt, wordt dood lakoniek be antwoord met de bewering„Ik zal toch nog wel de leste niet zijn?" of: „Meneer notoris zou wel willen dat hij 't van allen al hai." Gewoonlijk is deze zienswijze tegenwoordig vol komen juist, want verreweg de meeste Brabantsche pachters kunnen niet mee»- op tijd betalen, on wan neer de toestand blijft zooals hij is en niet verbetert, zal er verandering moeten komen in de verhouding tusschen verpachters en pachters en hun tusschen- ersoon, den notaris, van wiens lankmoedigheid en rediot te veel gevorderd wordt. In het Nieuws van den Bag wordt er op aange drongen dat do Regeering, vóór dat de verkiezin gen zullen gehouden worden, uitkorae voor haar politieke overtuiging. De kiezers moeten weten, wat zy van de Regeering hebben te wachten. Destem- busvraag moet tevens een Regeoringsvraag wezen, Daardoor zou worden belet, dat in de Kamer van Honderd het oude gehaspel worde hervat. En dat moet ook worden voorkomen. „De Regeering" zoo besluit het blad „moest voorgaan; dadelijk en duidelyk het initiatief nemenkracht en beteekenis gevende aan het verkiezingswerk, door openlijk te verklarenhier ben ikdit of dat zoek iku wensch ik ter overwinning te leiden gij of gij hebt niets van mij te hopen. „Mag men van deze Regeering verwachten, dat zij een dezer dagen zulk een manifest zal doen ver schijnen in de Nederlandsche Staatscourant »Wy gelooven er niets van. En al het boven staande zou gelijk zijn aan eene klacht van Cassan dra, indien ook hier op den bodem van Pandora's doos geene hope meer zichtbaar was. „Die hoop is gevestigd op onze Eerste Kameï der Staten-Generaal. Dit hooge politieke en trots hare plutocratische samenstelling altijd terecht geëerde Staatscollege heeft het in hare hand, in het moeielijke donkere tijdsgewricht dat we doorleven, de nevelen, voor de kiezers althans een oogenblik te doen opklaren. In de volgende weken wordt de Staatsbegrooting aan haar oordeel onderworpen. Meer dan ooit is zij thans- geroepen en in staat, ons kiezersvolk voor te lichten, door van de Regeering eene pertinente verklaring uit te lokken en te verkrijgen, niet omtrent 't geen de kiezers zullen doen, maar omtrent deze allergewich tigste vraag zeg mij, gij Regeering van Nederland, welke zijn uwe begins» len welke uwe voornemens werwaarts wilt gij ons voeren wanneer straks de verkiezingen zullen zyn afgeloopen P „Zoo sterve deze Eerste Kamer, met die vraag op de lippen, krachtiger en eervoller dan hare zuster, en daarom met veel grooter verdienste voor het Vaderland." Het Dagblad steunt dat denkbeeldEen Regee- ringsprogramma is zelfs te meer onmisbaar, nu de nieuwe Grondwet zooveel aan den gewonen wetgever heeft overgelaten. Het kan dus voor de kiezers van belang wezen te weten, in welken geest dit Kabi net, zoo het aan het Bewind blijft, de uitvoerings wetten zal ontwerpen. Zulk een belijdenis van be ginselen zou een Regeeringsimpulsie wezen bij de verkiezingen, welke zelfs niet door de meest vrijheid- lievenden in den lande zou kunnen wordon gewraakt. Kwam de Regeering, zegt het Dagbladmet een programma van actie, in waarlijk verzoenenden zint dan zou het zich kunnen handhaven, hetgeen wel licht, afgescheiden zelfs vaft de wenschelijkheid der stabiliteit van hot gezag, met het oog op de om standigheid dat de Kamer van Honderd een groot vr&agteeken dreigt te worden, nog hot best zou wezen. a$ Met de gisteren ontvangen mail zijn Bataviasche bladen van 79 en de Sumatra Ct. tot 10 December ontvangen. Batavia, 9 December. Het volgende is ontleend aan eene particuliere correspondentie van de Java-Bode, gedagteekend Kota-Radja, 28 November Den I9en dezer kwam de expeditionaire macht van Poeloe Bras terug. Het was reeds laat in den avond voordat de troepen gedebarkeerd waren, en geheel nacht toen de manschnppen per stoomtram te Kota- Radja arriveerden. Tijdens de troepen naar Poeloe Bras waren, werd het garnizoen te Kota-Radja versterkt door eene compagnie, welke samengesteld was uit detachemen ten van de bentings der linie. Deze compagnie heette tevens reservecolonne en was bestemd om, zoo noodig, ter versterking naar Poeloe Bras gezonden te worden. Toen de expeditie van Poeloe Bras teruggekeerd was, werd de reservecolonne weer ontbonden en keerden officieren en manschappen naar hunne ben tings to0ig. Merkwaardig was het, dat na aankomst van de troepen in den kraton, deze in het kampe ment Nesooh hevig beschoten worden door eene bende Atjehers, welke zich ter hoogte van het kerk hof achter den spoordijk had opgesteld. Dit was zeker een welkomstgroet voor diegenen, welke behouden torug waren gekomengelukkig was het eene onschuldige begroeting wel vlogen eenige kogels door de officierswoningen en de kazer nes in de Soerabaya-wyk, doch zonder iemand te treffen. Intusschen heeft do expeditie, zooals wel te verwachten was, weinig succes gehad. De vijand had zich te Lampoejang eenigszins ver sterkt en hier en daar loopgraven aangelegd. Hot debarkement der troepon te Poeloe Braa leverde, tengevolge van het slechte weder, zeer vele moeiolijkheden op. Het duurde dan ook eenige dagen voor dat alles goed en wel aan den wal was. Bij het ageerer. werden de troepen steeds op groote afstanden boschoten, en het mocht ook niet mislukken, met den vyand handgemeen te geraken. Voor den soldaat was dit natuurlyk zeer ontmoedi gend het slechte weder en de doorgestane ver moeienissen brachten niet weinig het hunno by om de geestdrift wat uit te dooven. Niettegenstaande al deze misères hebben onze sol daten zich flink gehouden en de gouverneur heeft dan ook bij commandementsorder, officieren en man schapoen bedankt voor hunne plichtsbetrachting. Behalve in de zestig zieken, werden ook twee ge sneuvelden en eenige gewonden hief per gouverne- raenisstooraor aangebracht. Van de zwaar gewonden zijn sedert ook nog eenigen in het hospitaal alhier overleden. Te Poeloe Bras bleef ter versterking van het gar nizoen een detachement onder bevel van kapitein Benschop achter. Een groot deel van de vijandelijke bende bevindt zich nog te Poeloe Bras, de anderen sohynon reeds met hunne prauwen naar het vastnland teruggekeerd te zijn. Hoe lang de vijand op Bras zal blyven, wie zal het zeggen en het is zonder eene behoorlijke blok- koering ook best mogelijk, dat hij weer in volle staatsie aftrekt. Een inlandsch soldaat, die zich bij de verdedi ging van Edi, bij gelegenheid van de jongste over valling, bijzonder kranig had gehouden, is door den Gouverneur benoemd tot infanterist Ie klasse. Zulk een maatregel is ten zeerste toe te juichen en deze onderscheiding is voor den man van veel meer waarde, dan eene bronzen medaille van moed en trouw, die hij misschien pas een jaar later zou ont vangen. De Norddeuttche Allgemeine Zeitung begint steeds meer licht te zien in den politieleen toestand, waarin Europa op het oogenblik verkeert. Ofschoon alles nog niet is zooals het moet wezen, erkent toch prins Bismarcks blad tot zijn genoe gen, clat alle toongevende kringen van den op rechten wil bezield zijn de hangende geschillen naar vermogen op te lossen». «Wie wil kan" zegt het blad en het tractaat van Berlijn biedt ge noeg speelruimte om, zonder den vrede te verstoren, de meest tegenstrijdige belangen te bevredigen." Dezelfde gunstige meening heerscht ook te Weenen. Bij graaf Kalnoky is weer een gemeenschappelijke ministerraad gehouden, waaraan ook de Hongaarsche ministers deel namen, ten oinde over den toestand te beraadslagen. Alle leden waren het er over eens, dat' er geen reden bestond tot het nemen van mili taire maatregelen in Galicië. Het bekende Bussische officiouse blad «Nord" be tuigt zyn ingenomenheid met de verbetering der ver houding tusschen Busland en Duitschland ten ge volge van de openbaarmaking der stukken «waar door Europa eindelijk de hing begeerde rust zal terugkrijgen." De hoofdzaak, zegt het blad, «blijft echter de rogeling der Bulgaarsche quaestie, door welke alleen de Europeesche vrede telkens wordt bedreigd. Of prins Ferdinand zich ook al vastklampt aan zijn troon, dit zal niet baten; want men zal weldra te Sofia begrijpen, dat de dagen zijner Be geering geteld zijn. Wanneer de mogendheden net hierover eens zijn, is het niet aan te nomen, dat prins Ferdinand met zijn raadgever Stat. buloff het zal wagen Europa het hoofd te bieden." Bij de senaats-verkiezidgen in Frankrijk hebben zich do goede verwachtingen der republikeinen niet vervuld. By elke vroegere verkiezing voor den se naat veroverden de republikeinen eenige zetels. Voor den eersten keer bleven zy stationnair; neen erger zij verloren drie zetels. In het geheel werden ver kozen 61 republikeinen en 21 conservatieven. Van dezen uitslag kunnen de partijbladen, maken wat zij willen. Voïgeiis le XIX Sicele en la Rui* zijn de verkiezingen het bewijs dat de natie trouw is gebleven aan do republiekhet Journal dee Ddbate ziet er het bewijs in, dat de republiek nooit het geheele land zal winnen, als de regeering zich be- heerschen laat door de radicalendo RJpublique franquse meent dat de aohteruitgang dor republiek van geringe beteekenis is, en hetgeen zjj verloren heeft, de schuld der radicalen is de Justice leidt uit den uitslag af, dat de wjjze van verkiezing van den Senaat niet deugtde Rappel is van oordeel dat de republiek te sterker uit de verkiezingen to voorschijn is gekomen volgens la Lanterue en le Radical is het verval der opportunisten, die de mo- narchnlen begunstigen op kosten der radicalen, hand tastelijk geworden Voltaire hoopt dat het geroep om ontbinding der Kamer verstommen zal, nu op nieuw gebleken is dat het radicalisme veld wint de Quulois heft een juichkreet aan, daar de verkie zingen den radicalen gunstig zjjn geweest r da eerst volgende verkiezingen voor de Kamer van afgevaar digden zullen hierop bet zegel drukken de Orleanis- tische Soleil, eindelijk, meent dat de verkiezingen nog gunstiger voor de conservatieven zouden zijn geweest, indien de gemeenteraden (die gemachtigden in het kiescollege van den Senaat benoemen) eóór de senatoriale verkiezingen vernieuwd waren ge worden. Men kan de zaak echter ook van gebeel onpar- tijdigon kant bezien mot het oog van eenen vreem deling, en dan is uit de verkiezingen van Zaterdag eeno slotsom te trekken, die wel in gedachte ver dient gehouden te worden voor de kennis van Fransche toestanden. Die slotsom is deze, dat de oppositie, die de reactionaire partjj voert tegen do republiek, hoe langer zoo meer zich ooncentreert in het westen des lands, en dat wel in die streken, zooals Bretagne, Normandië, de Vendéo en Maine, welke het verst verwjjderd liggen van do landgrenzen. RECLAME. De heeschbeld, de boest de slijmen zijn dikwjjls met eene strafbare onachtzaamheid be handelt en aanzien als eene kwaal die zonder zorg van de ljjder moet weg gaan. geljjk zjj gekomen is. Hoe duur men dikwjjls dezen onachtzaamheid betaalt die terzolven tijd de oorzaak is van oene verzwaring ecner langdurige ziekte die hot geluk en hït leven kan doen verliezen. Het was genoeg om de kwaal in zijne wortel tegen te houden, van in tijds de minernal pastillen van Soden, te nemen die aangaande de afsneiding der slijmen en de genezing voor catar rhal ontstekingen en voor de verzachting der op wekkende keelorgaans, alles overtreffen. Ware deze waarheid eene vermaning voor alle de hoestljjdirs. De pastillen die volgens hunne worklijke geneeskracht in Duitschland op 2 maanden eene verkoop gekregen hebben van 300,000 doozen zijn le bekomen in alle apotheken aan 60 cents de doos. GEBOREN: 6 Jan. Cornelia, ouders C. Wieseren A. Verkerk. Trntenna» Maria Petronella, ooders H. Walthie en C. F. *an den log. Bote Cornrlis, oudera J. Dokter en P. Teijgcman. 7. Adrians, ouders P, R. Predo en W. Bunefaas. 8. Adriana Maria, ond»rs J. Bi nee en A. M. Heemskerk. Abraham, ooders J. de Jong en M. van den Berg. Cornelia, ouders W. van Eijsden en L. Schenkel. 9. Marina, ouders H. Spee en M. Schoenmaker Lef ie Sa lomon, oudera S. de Jong en R. Cats. OVERLEDEN6 Jan. J. Peterman, huis*n. fan A. Bakker, 65 j. 7- J- I» w» der Loo*, 66 J. Hilgersnm, 1 m. 8. A. tan Gaatel, 67 j. 11 m. Getrouwd CHRISTIAf N PETRUS vis DILLEN, Arts te Berlicum, en ANNA HUBERDINA ÜIEL1AM. Heden overleed, na eene kortstondige ongesteldheid, voorzien van de H.H. Sacra menten, mjjn geliefde Echtgenoot de Heer ADRIANUS van GASTEL, tot diepe droef heid van mg, mijne Kinderen en Behnwdkind, iu den ouderdom van bjjna 68 jaren. Wed. A. van GASTEL— Gouda, 8 Jan. 1888. Pinksb. Gieliam betuigen bg dezen ook namens weder- zijdsche familiën hunnen dank voor de vele bewijzen van belangstelling bg hnn Huwelijk ondervonden. 's Botch, 10 Jan. 1888. De Heer en Mevrouw J. A. P. MON- TIJN betuigen bnnnen dank voor de vele bewjjzen van belangstelling bg de geboorte van hunnen Zoon ondervonden. Gouda, 7 Januari 1888. Gevoelig voor de hartelijke belangstel ling bg gelegenheid van het door hem ge vierde feest ondervonden, brengt de onderge- teekende zijnen oprechten dank aan allen, die hem van hnnne vriendschappelijke gevoelens bljjk gaven. A. SMITS, Gouda7 Jan. 1888. Gemeente-Ontvanger. De ondergeteekende betuigt haren wel- gemeenden dank aan allen, voor de talrijke bewgzen van belangstelling haar op den 5 Jan. betoond. L. J. WIJNMALEN. Ondergeteekende betuigt hierbjj met weder- keerigen heilwensch zijnen welgemcenden dank aan allen, die bg den aanvang dezes jaars hem hunne geluk wen schen deden toekomen. Dr. D. TERPSTRA. Gouda, 8 Jan. 1888. een net BURGERHUIS op goeden stand, be vattende vier KAMERS, ALKOOF, MEIDE KAMERTJE enz. Te aanvaarden met MEI. Franco brieven letter C., bn B. H. MAAS KANT, Turfmarkt. Kapitaal 1,000,000 franken met recht op verbeoging tot 10,000,000 franken. Maatschappelijke Zetel te Brussel. President van den raad van beheer H. V. de TIÉGE, ingenieur, majoor der schut terij te Brussel. AdminittrateureHH. V. de CODT; L. DALEBROUXJ. B. BOGAERDT» A. BELLEFROID; J. BATARD; J. de PREZ; E. WOUTERS-DUSTIN. Gedelegeerde-administrateurH. C. DEPREZ, grondeigenaar, oud-kapitein komman- dant der artillerie te Brussel. Commissaris: HH. N. TREMOUROUX, ridder der Leopolds-orde, industrieel te St. Gillis; A. WAYEZ, ingenieur te Braine-1'Allend. VERKOOP op crediet der Belgische obligatien, AAN DEN BEURSKOERS VAN BRUSSEL, vermeerdert met de algemeens kosten, interest van 6 p. c. gedurende bet verleend crediet en een Bankloon. Betaalbaar 2.50 bg de inschrijving, en het overblijvende door minimum storting van 1.50 per maand. Zoodra de eerste storting is geschied, is de kooper eigenaar van het geheele lot, neemt direct aan alle trekkingen deel, de werkelijke coupons worden hem op eiken vervaldag toegezonden, en heeft dus dadelijk kans een prgs te winnen van die dan zonder eenige korting voluit wordt uitbetaald. Tegen betaling, of toezending van postwissel groot 2.50 neemt de kooper deel aan de groote trekking van 15 JANUARI a.s. der loten met een hoofdprijs van Deze loterij is zonder nieten daar elke obligatie met minstens 150 francs moet uitloten. Voor nadere inlichtingen vervoege men zicb bg den Heer van OIJE, Kleiweg E No. 2, Gouda.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1888 | | pagina 2