11»
R. C. DIENSTBODE,
Gtemoub. Voorkamer
Een Vader
Bnitenlanüsch Overzicht.
ADVERTENTIËN.
RIJKS-ZEGELS
ZPlaJsuzeg'eljs
ihgezonde n.
De quaestie dei* Stads-Genees-
Heeren
T'
POSTBBIJEN-.
KEMMSGEriNG.
Burgerlijke Stand.
Moordrecht
Stolwijk
Zevenhuizen
Een Broodbakkersleerling-
GOEDSCHE
Mejuffrouw van OORSCHOT,
GROF- of LIJNENSPINNER,
A. BRINKMAN.
Aao Jo worelJheerschappij, door hot gerstesap
destijds verkregen, kwam allengs een einde. Naar
gelang de Romeinen een grooter gedeelte der toen
maals bekende wereld voor hunne wapenen deden
bukken, brachten zg de teelt van den wijnstok in
zwang, waar slechts eenige kans was van slagen en
het bier werd zoo mogelijk verdrongen door den
wijn.
De oude Germanen hebben waarschijnlijk de kunst
van 't bierbrouwen geleerd van hunne' westelijke
naburen. Bij Diodoru» Siculus vindt men er reeds
melding van gemaakt en Talisus zegt dat zij bier
brouwden uit garst en ander koren.
Spanje, dat thans na Frankrijk en Italië, de
grootste wgnbouwer is van alld landen ter wereld,
had in vroeger eeuwen den eersten rang onder de
landen, alwaar bier werd gebrouwen; want het
verstond die kunst beter dan al zijn toenmalige
concurrenten. In Spanje heeft men het eerst de
kunst verstaan bier te brouwen, dat gedurendo lan
gen tgd bewaard kon worden. Plinius roemt hot
Spaansche bier boven dat van alle andere landen en
hij voegt er uitdrukkelijk bij dat het „lagorbier",
daar gebrouwen, allengs beter werd naar gelang men
het langer had bewaard.
Het gebruik van hop in de bierbrouwergen is
eerst laat in zwang gekomen. De oudste schrifte
lijke vermelding daarvan, tot heden gevonden, dag-
teekent van het jaar 1079. In een geschrift gewijd
aan de heilige Hildegardis, die in gemeld jaar
overleed als abdis van het klooster op den Ruperts-
berg bij Bingen, wordt gelezen, dat destijds vopr de
eerste maal hop bij het brouwen van bier is aange
wend.
Waar de teelt van den wijnstok in den loop der
middeleeuwen meer en meer zich uitbreidde, geraak
ten de bierbrouwerijen allengs meer in verval. Dit
feit heeft zich vertoond zoowel in Spanje als in
Zuid-Duitschland en in het middengedeelte van
Frankrgk. De ondergang der bierbrouwergen werd
bij voorbeeld in Zuid-Duitschland nog op andere
wijze bevorderd, want in Wurtomburg ging de
regeering zelfs zoover, dat het bierbrouwen in 1651
ten strengste werd verboden.
In het noorden van Duitschland daarentegen bloei-
don de bierbrouwerijen. Om een enkel voorbeeld
daarvan aan te halen zij hier vermeld, dat hot
Brunswgker Mumme-bier, door Christiaan Mumme
aldaar voor het eerst in 1849 gebrouwen en heden
ten dage nog zoo vermaard, zijn weg niet slechts
vond door Europa, maar zelfs naar» Indië werd ver
zonden. De uitvoer van Noordduitsche bieren uit
Stettin, Lubeck en vele anderé" havens was zeer
belangrijk, vooral ook naar Engeland, want aldaar
heeft men eerst in de tweede helft der 16e eeuw
hop bg de bereiding van bier aangewend.
Tegenwoordig bezit Engeland de grootste brouwe-
rijen en aldaar wordt ook de grootste hoeveelheid
bier gebrouwen. Toch is er in dit opzicht vermin
dering zichtbaar. Volgens officieelo opgaren bedroeg
zij in 1876 47 raillioen hectoliter, in 1886 nietten
volle 45 millioenook de uitvoer van Engelsche
bieren is in den loop van het gemolde tiental jaren
achteruit gegaan, want van 484,919 vaten a 1634
liter in oerstgenoemd jaar is het gedaald tot 436,529 v.
In Engeland zijn de zware biersoorten sedert ge-
ruimen tijd minder gewild dan vroeger, maar, al
drinkt men er veel meer lichtere bieren dan inder-
tgd, is het binnenlandsch verbruik nog zeer ruim.
Niet minder dan 44 millioen hectoliter wordt er per
jaar door de bevolking verbruikt, 't geen gemiddeld
per hoofd op 122.4 liter komt te staan.
De brouwerij van Barclay Perkins Co. is de
grootste, welke de hoofdstad bezit. Aan belasting
breugt zij aan land en stad op per jaar de ronde
som 180.000 p. st. of 2,160,000. Het dagelijksch
verbruik van mout is 600 quarters, 't Is niet de
eenige brouwerij van zoo reusachtigen omvang tn
Groot-Britannië en Ierland.
Dan volgt Duitschland met een bierproductie van
42,374,000 hectoliter in 1884, die zich voortdurend
uitbreidt. Zoo sterke bierdrinkers als de Engelschen
zijn de Noord-Duitschers niet, frant gemiddeld
hebben z|j het tot heden niet verder gebracht, dan
90 liter per hoofd. De Zuid-Duitschers hebben andere
vorderingen op dit gebied gemaakt. De Muncheners
zijn gemiddeld genomen tot 566 liter per hoofd en
per jaar geklommen te Ingolstad bracht men het
niet verder dan 521, te Frankfort a/d Main 425, te
Augsburg 400, te Neurenberg 321, te Wurzburg
243 en to Karlsruhe tot 217 1. In spijt van de prach
tige bierhuizen te Berlgn is de bevolking aldaar in
dit opzicht, in vergelijking van de Zuid-Duitschers,
nog zeer achterlijk, want het verbruik komt gemid
deld per hoofd en per jaar op 60 liter.
Ten jare 1885 was de bierproductie in Oostenrijk
12.552,779 en in Hongarije 669,462 1., totaal
13,222,241 hectoliter. Het verbruik van 't „vloeibare
brood" is gering in Oostenrijk, want per hoofd en
per jaar klimt het gemiddeld bij de bevolking niet
hooger dan 32.5 liter.
België is liet land der bierdrinkers bij uitnemend
heid. De Belgen overtreffen op dit gebied alle natiën
ter wereld, want het verbruik van bier is aldaar
gemiddeld geklommen tot 651 liter per hoofd en per
jaar van de oevolking. Er is slechts ééne streek in
gansch Duitschland, die in omvang zeer beperkt mag
worden genoemd en welker bevolking op roemrijke
wijze de Belgische bierdrinkers nastreeft, zonder
ze echter tot heden te kunnen evenaren, namelijk
te Munchen.
De derde Staat" in rang, wat betreft de hoeveel
heid van het aldaar gebrouwen bier, zijn do Veree-
nigde Staten van Noord-Amerika. Vooral sedert 1867
heeft de bierproductie aldaar een buitengewone
vlucht genomen. In 1886 was zij reeds gestegen tot
22.484.000 hectoliter d. i. zoo ongeveer do helft van
't geen Groot-Britannio en Ierland gezamenlijk op de
markt brengen, Amerikaansche bieren, vooral uit
Milwaukee on St. Louis, wordeu reeds in vrfj aan
merkelijke hoeveelheid naar Europa uitgevoerd.
De nieuwe Duitsohe Keizer is te Berlijn aange
komen en heeft een proclamatie tot zijn volk en
een schrijven aan Bismarck gericht, die den besten
indruk maken.
Het was een diep weemoedige zitting van den
Duitschen rijksdag, toen de rijkskanselier, vorst Bis
marck, des morgens tegen 12 uur de zaal betrad,
vergezeld van zijn zoon graaf Herbert von Bismarck
en zijn schoonzoon graaf Von Bantzau, om den af
gevaardigden den dood aan te kondigen van den
eersten keizer over het nieuwe Duitsche rijk. Met
diepe aandaoht, onder doodsohe stilte hoorden de
leden en het talrijke publiek op de tribunes de
woorden van den rijkskanselier aan, die zelf hevig
bewogen de mededeeling deed en den kroonprins tot
keizer van het Duitsche rjjk en koning van Pruisen
als Frederik III proclameerde. Daarop legde Bis
marck aan den rijksdag over het besluit, nog mot
bevende hand door' den keizer onderteekend, tot
sluiting van de tegenwoordige rijksdagzitting. In
aanmerking genomen, dat het overeenkomstig de wen-
schen der afgevaardigden evenals, der verbonden re
geeringen zou zijn om in de gegeven omstandighe
den van dit besluit geen gebruik te maken, depo
neerde de rijkskanselier de acte als een historisch
document op het bureau van den rijksdag.
Bismarck verklaarde voorts geen lofrede op den
afgestorvene te willet houden en aan zijn persoonlijke
gevoelens lucht te wulen geven, maar toch éen ding
meonde hy niet te mogen verzwijgen, hoe de over
leden keizer te midden van de zware beproevin
gen, waaraan gijn gezin de laatste tijden had bloot
gestaan, troost geput had uit de oprechte deelneming,
welke het lijden van zijn eenigeu zoon en opvolger
alom, binnen en buiten Duitschland, ja buiten ons
werelddeel had govonden.
Ook het bewustzijn dat alle Duitsche dynastieën,
alle verbonden regeeringen, de rijksdag, allo volks
stammen in Duitschland, het gansche Duitsche volk,
zich bereid hadden getoond het rijk tegen alle ge
varen te beveiligen, hadden den keizer troost en
voldoening geschonken. Ten slotte bracht nog de
trouwe dienaar hulde aan den moed, de vaderlands
liefde, de toewijding, den arbeidslust en de trouwe
plichtsbetrachting van den overleden keizer. Met
enkele woorden van den president, die in naam
van het Duitsche volk trouw en toewijding betuigde
aan den zwaar beproefden keizer Frederik, gingen
daafop de afgevaardigden uiteen. De ryksdag is
echter niet gesloten.
In den Pruisischen landdag deelde de minister
Von Puttkamer het overlijden van den keizer mede,
maar noch hij, noch do president Von Köller her
dachten met een enkel woord den nieuwen keizer,
een verzuim waaraan men in verschillende politieke
kringen en niet zonder reden aanstoot neemt.
De eerste regeeringsdaad van keizer Frederik is
een telegram aan den rijkskanselier en dezer dagen
in den Reichsanteiger gepublioeerd, waarin vorst
Bismarck en het staatsministerie dank gebracht
wdrilt voor de toewijding en trouw, waarmede
beide keizer Wilhelm hebben godiend, terwyl zijn
opvolger verklaart te rekenen op den verderen bij
stand der ministers by de zware taak, die hem is
toevertrouwd.
Een zeer goeden indruk heeft een tweede beschik
king van den keizer gemaakt, die pen nieuw bewijs
van diens waarachtige en verstandige vrijzinnigheid
is. Omtrent den rouw van het volk bepaalde hij hot
volgende „Wij willen niet, gelijk tot nu toe ge
bruikelijk is geweest, bepalingen voorschrijven ten
aanzien van de wijze waarop het Duitsche volk rouw
zal dragen liever willen wij hot aan ieder Duitscher
overlaten, zelf te beslissen hoe hij'Aan zijn verdriet
over het sterven van zulk eenen Monarch uiting wil
geven, en voor hoe lang hij het achterwege blijven
of beperken van openbare vermakelijkheden en der
gelijke oirbaar achten zal. Frederik.»
Warme woorden van sympathie klinken den nieuwen
heerscher over het Duitsche rijk uit den moud van
de Verlicht denkende kringen der natie te gemoet.
De hartelijke genegenheid, welke de kroonprins zich
door zijn humaniteit, zijn welwillendheid jegens
voornamen en geringen, zijn liefde voor kunsten en
wetenschappen, zijn verstand en in den laatsten tijd
door het geduld gedurende zijn zwaar lijden, onder
het Duitsche volk heeft verworven, zijn het schoonste
welkom bij zijn terugkeer in het vaderland als keizer
en koning. En niet allpen Duitschland, allen die den
vrede liefhebben, begroeten den opvolger van keizer
Wilhelm met oprechte blydschap, omdat zy in keizer
Frederik en diens oerlyk edel en vrijzinnig karakter
een vasten waarborg voor den vrede en de vrijheid
meenen te zien.
Het overlijden van keizer Wilhelm hoeft de Bul-
gaarsche quaestie geheel in de schaduw gesteld.
De Bulgaarsche regeering heeft nog niet geant
woord op de mededeeling des Sultans. Men be
weert zelfs, dat de president-minister Stambuloff in
het geheel geen antwoord wil zenden, maar in allen
gevalle verwaoht men, dat de regeering den prins
van Coburg zal handhaven.
Over de regeling van het Suez-kanaal blyven
Frankrijk en Engeland eensgezind.
Do heer Flourens hBeft zich volkomen met het
gevoelen der Engelsche regeering vereenigd en wei
gerde eveneens op verlangen der Porte in de over
eenkomst de bepaling op te nemen, dat Turkye ge
machtigd wordt maatregelen te nemen tot verdedi
ging van het Turksche i grondgebied aan de Rood#
Zee. Ook vereenigde de Fransche Regeering zich
met het voorstel van Hord Salisbury, dat de jaar-
lyksche bijeenkomst van leden der commissie van
toezicht zal gehouden wórden onder voorzitterschap
van den Turkschen gomachtigde, terwijl de oudste
consul de gewone vergaderingen zal presideeren.
Deze besluiten zullen ter kennis worden gebracht
van de Porte, die dan Wel in de overeenkomst zal
moeten tarusten.
De onwrhandelingen óver het handelstractaat tus-
schen Frankrijk en Italië zullen hervat worden.
De Reforma, hot orgaan van don heer Crispi,
deelde mede, dat de Italiaansche regeering nu op
haar beurt een ontwerp naar Parijs zal zenden.
Een onkel woord van i repliek tot B.
Deze zegt in het laatste nr. dezer oourant, voor
eerst dat hy mijn artikeli niet wil ontzenuwen en
voorts, dat het Armbestuur niet langs otfioieelen
weg aan B. en W. de bekende klachten heeft me
degedeeld. Voor het eerste ben ik hem dankbaar.
En voor hot twoede P
Ik ben op informatie uitgegaan, heb allerlei
autoriteiten interviewd,- en mij is gebleken, dat
het letterlijk opgevat waar is dat het besluit niet
zwart op wit in het arohief van het Burgerlyk
Armbestuur berust, maar tevens dat de zaak wel
degelyk is besproken en dat ten slotte het betluit
is genomen om B. en W. op de hoogte te stellen
van de klachten. Dit is piet geschied per missive
maar persoonlijk door een Lid van het Burgerlyk
Armbestuur, die daardoor in de gelegenheid was
de zaak mondeling toe te lichten. Deze gaf uitdruk
kelijk te kennen, dat hy sprak namen» het Burgerlijk
Armbestuur en met volle recht. Het was hem op-
godragen. Natuurlijk had hy' geen schriftelijke
lastgeving, want de leden van het Armbestuur zyn
gewoon amicaal met elkander om te gaan en als
fatsoenlijke lieden vertrouwen zy elkander op hun
woord. Geen der leden van het Burgerlyk Arm
bestuur zal ontkennen dat een dergelyk besluit ge
nomen is.
iiie, Mynheer de Redacteur, nu B. het betr. de
quaestie zelf moet opgeven tegen myne argumenten,
gaat hij voorwendsels zoeken om hot cardinale punt
te ontduiken. Dat noemt men chicaneeren of in
goed Hollandschspijkers «teken op laag u/ater
Het komt mij voor, dat de stads-geneesheeren by
het lezen van zulk eene onhandige verdediging als
die van B. zullen uitroepen met hun bekende voor
liefde voor het LatynNon tali auailio l hetwelk
beteekentGod bewaar onsvoor zulke vrienden 1
Ik eindig met de vermelding welke heeren in het
Armbostnur zitting hebben. De lozers dezer cou
rant kunnen het hun dan zelf vragen of het boven
staande niet de volle waarheid bovat. Zy behoeven
mij niet op mijn woord te gelooven. Zy kunnen
zich persoonlijk, overtuigen.
Het bestuur bestaat uit de hh. Dr. A. Romeijn,
voorzitter, J. Kortenoever, secretaris, H. W, G. Ko
ning, P. C. van der Meulen en J. A. P. Montijn.
A.
Mijnheer ie Redacteur I
Niet zonder verbazing lees ik daar in Uw blad
dat de Stads-geneesheeren hun ontslag hebben inge
diend, omdat er een klachtenboek komen zal. Nu
begrijp ik er niets meer van I
Het klagen der armen wordt ongegrond genoemd
door velenonbeschaamd door anderenop ver
keerde wijze ter sprake gebracht door nog anderen
best, doch het is nn eenmaal aan de orde go-
komen. En wie moesten daar meer verheugd om
zyn dan de hoeren Doctoren? Wanneer zy zich
niets te verwijten hobben, wanneer zij eenvoudig
naar instructie en geweten gehandeld hebben,
waarom dan terstond gaan loopen wanneer daar op-
of aanmerkingen gemaakt worden P Zullen die dan
niel schitterend worden gelogenstraft
Hoort eens, M. de B. ik weet het óók wat het
zeggen wil, veel met armen, vooral met op een of
andere manier bedeelde armen, om te gaan. Daar
lijn verbazend lastige en brutale sujetten onder, en
de dankbaarheid, die toch op aarde reeds eene vrij
zeldzame verschijning is, slaat maar hoogst zelden
hare tenten op bij hen die door Burgerlijk of Ker
kelijk Armbestuur geholpen worden. En dat men,
met die personen te doen hebbende, en hun vaak
onbescheiden opmerkingen hoorende, niet altoos
poes-vriendelijk wezen kan, is buiten kyf.
Maar aan den anderen kant de armen moeten
goed behandeld worden. Zy missen toch reeds zoo
veel, en hebben het toch menigmaal zoo modielijk,
dat zij recht hebben op billijke, menschelijke behan
deling. En als daaromtrent (Terecht of ten onrechte)
twijfel is geopperd, dan moet zoo iets onderzocht
worden, en zal men dat nu in de doos stoppen,
hetzy omdat de Doctoren gaan dreigen met werk
staking, hetzy omdat die klachton niet officieel zijn
ingediend Laat men toch zyn gezond verstand
gebruiken, en niet al te wettisch zijn Als men
altoos op officieel'e berichten moest wachten, op offi-
cieele vragen of klachten, hoeveel bleef dan niet
ongedaan I Al wat officieel werkt, werkt langzaam,
en soms in 't geheel niet, en als er niet een weinigje
de publieke opinie en de niet-officieele oproeping
en opfrissching van gewone ongequalifioeerde per
sonen by kwam, dan bleef menige zaak in de doof
pot die er hoog, hoog noodig uit moet komen.
En daarom wy verblijden ons harteiyk dat
deze zaak ter sprake is gebracht, en hopen dat zy
goed en afdoend zal worden beëindigd. Dat de
brutale en onrechtmatige klagers, als zij dat zijn,
eens fiksch op hun nummer gezet zullen worden,
en als lasteraars gebrandmerktdoch ook dat als
er gegrond te klagen viel, geen enkele consideratie
zal worden gezocht om die lastige stem te ver
smoren, en dan ook vóór het vervolg zulke klachten
onmogeljjk zullen worden gemaakt. En nog eens
wij zijn zeker de tolk der heeren Stads-doctoren
wanneer wy verzoeken dat de op hen geworpen
besohuldiging ten nauwkeurigsto wordt onderzocht
hun prestige, hun loyauteit, hun goede naam zul
len zich met metalen stemgeluid tegen alles ver
zetten wat by de klagers ook maar de schaduw van
de gedachte zou kunnen doen geboren worden
dat eenig ambtenaar in do goede stad van Gouda
zyn plicht en roeping zou verzaken 1
Ik dank U, M, de R. 1 voor de opname dezer
regelen. Uw getrouwe lezer,
X. IJ. Z.
De stembus heeft gesproken. Met welken uitslag
helaas, is bekend. Zoolang eohter de 1"« kamer en
de gemeenteraden nog beslist liberaal zyn is er geen
direct gevaar dat onze openbare school zal worden
afgebroken, doch juist daarom opgepast I Onverant-
woordelyk is het daarom dat in een plaats als Gouda
geen liberale kiesvereeniging voor den gemeenteraad
bestaat. Niet alleen nuttig, maar hoog noodig is
hier een zoodanige vereeniging, welke door een ge-
ringe contributie een groot aantal leden moet tellen.
Van een in der haast opgeroepen vergadering kan
geen voldoende kracht uitgaan, die nu zal blijken
hoog noodig te zyn. Indien.eenige invloedrijke man
nen hiertoe het initiatief namen zou het hun aan
steun niet ontbreken.
Na het besluit tot ontbinding van de kiesvereeni-
fftng Gemeentmeuno en na de aanvankelijk goed
geslaagde poging van eenige heeren om op andere
mytede kmer, voor te lichten kunnen my den mensch
van I. niet ondersteunen. de Redactie.
RECLAME
br^0 der Kissinger water
van he^ h2 5,8 P<* Ster: die
9 8 ar LHr^ ?atOT bro" Elisabeth is van
Weide brnTn d'° T8,t h" water S°d<»>
Weide bron 11,2 grammen luhoudt. Van de Weide
mate t™ hr" eeT.andor™ bron van Soden uiter-
bernemfT 18 8t°f <1at 8«*>«"kt wordt in de
beroemde mineraal pastillen van Soden door uit
damping bekomen. Daardoor verklaart zich de hooge
rang, bekleed door deze pastillen, onder do genees
middelen tegen de prikkelbare toestand der adem
haling en der verteering. Zij overtreffen alles! Er
zijn 200 000 doozen op 2 maanden tijd verkocht
geworden door de geneeskundige kracht dat deze
pastillen bezitten. Te vinden in alle apotheken aan
60 cents de doos.
V Voor de vele bewijzen van belangstel
ling, ondervonden bjj 't overlijden van onze
Dochter, Zuster en Behuwdzuster FRANCINA
ANTON IA betuigen wij onzen barteljjken dank.
Dit aller naam,
Wed. H. ZIELEMAN.
LIJST van BRIEVEN, geadresseerd aan onbe
kenden, door tusschonkoinst van het Postkantoor
terug te bekomen.
L. Burger, BerkenwoudeH. van der Velde,
Dordrecht; A. Eegdeman, Gouda; A. van den
Berg, KampenGrietje Ooms, Leiden S. Snijfer
Leiden A. Koeman, Leiden.
Van GOUDERAK
Wed. H. Verwei, Amstelveen.
BRIEFKAARTEN
J. Grootendorst, DelftHoorn, Rotterdam J
Heykoop,
De Directeur van het Postkantoor
8IMON8.
De VOORZITTER van den Raad der Gemeente
Gouda
Brengt ter openbare kennis
dat aan de Kiezers in deze Gemeente zyn toegezon
den de oproepingsbrieven en stembiljetten tot het
benoemen van een lid van den Gemeenteraad en dat
wanneer eenig Kiezer zijn stembriefje verloren heeft
of er geen mocht hebben ontvangen, hij zich tot be
koming daarvan ter Plaatselijke Secretarie zal kunnen
vervoegen
dat de inlovering der stembriefjes zal aanvangen
op den 20n Maart aanstaande, des morgens ten negen
en eindigen des namiddags (en vier ure;
dat het Stembriefje schriftelijk ingevuld, door den
Kiezer in pertoon in de Stembus moet gestoken
worden
dat geen ander Stembriefje dan dat, hetwelk van
het tegel der Gemeente voorzien is, man worden
gebruikt
dat de in het Briefje in te vullen persoon, duide
lijk met naam en voornaam moet worden aangewezen
dat het Briefje niet onderteekend mag zyn en geene
andere briefjes omvatten of daaraan opzettelijk znn
vastgehecht.
Gouda, 13 Maart 1888.
De Voorzilter voornoemd
ortil
VAN BERGEN IJZENDOORN.
GEBOREN: 0 Maart. Maarten, onder» A. Pain en C.
Nobel. Willem Pieter, ouder» G. van Hoorn en W. ran
Hendrik, ooder» H. Stomp en A. M. de Man.
10. Carolina Johanna Elisabeth, oadera A. Lambert en A.
M. J. Groningen. Johanna Helena Maria, ondera P. J.
K. ran Werkhoven en J. A. M. van Schalen. Adriann»,
ondera T. Plomp en P. Seheffers. 11. Cornelia Catherine,
ooders J. p. Snel en J. Verborg. Johannes Wilhelmoa,
ondera O. J. Bouwman en M. de Jonge. 12. Wilhelmn»
Bernardna, ondera T. Koster en P. Vink. Hendrikos Ja
cobs* Josepbus, onder* L. C. de Knoop ea G. M. van Hooft.
OVERLEDEN 10 Maart. D. da Groot, wed. M. Gobo.,
W j. J. M. Brogstcns, 2 m. J. A. Ooment, 7 m.
H. M. van der Kas, 56 j. 12. T. M. P. Walthie, 2 m
GEBORENPieter, ouders D. Bloot en C. Noorlander.
Reinier, ondera A. P. Pgn en W. M. Fijn.
OVERLEDEN: J. Dissel, 1 m.
GEHUWD: C. J. de Roog, (wonende teGrarenhejre) en
I*, Tilborg.
GEBOREN s Jan, onder» J. Anker en W. van Erk.
Lgbetb, ouders K. Verdoold en N. On denes.
OVERLEDENC. A. van Groeniogeo, 17 j.
GEBORENJannetje, ouders K den Hertog en H Pes-
«■o J«n, onders N van Delft en i Scbinkelshoek
Cornelia, ondera J Verboef en D Schmidt
OVERLEDEN: A Boeven, wed L van Znglen, 72
V Den 10" Maart overleed te \Gravenhage
onze geliefde Broeder en Behnwdbroeder ARIE
JACOBDS STAM, in den ouderdom van 23 jaar.
Uit aller naam,
J. D. STAM.
Gouda11 Maart 1888.
biedt zich aan in Gouda of Omstreken, hij is
drie jaar bg het vak werkzaam. Adres onder
No. 1633 aan het Bureau dezer Courant.
V Het is ons eene erkenteljjke plichtever
vulling openlijk dank te betuigen aan de firma
VAN DEE GARDE EN VRIJLANDT voor het
goede aan onzen overleden Echtgenoot en
Vader, zoowel tijdens zijn leven als bjj zijn
plotseling overigden, steeds gedaan.
Gouda, De Wed'. A. van KLUIJVE
12 Maart 1888. en Kinderen.
Onzen welgemeenden dank aan allen
voor de blijken van belangstelling, op den 5»
dezer aan ons bewezen, ook namens onze Kin
deren.
H. SCHINKEL.
C. SCHINKELJonkheid.
Ingevolge een bij de Directie ingekomen
reqnest en de vele klachten van verschillende
geabonoeerden over de toepassing der zegelwet
op de door de Maatschappij uitgegeven abon-
nementg-qnitantiën, is doop Commissarissen
besloten vanaf 1 JULI de betaling daarvan
moet plaats hebben ten kantore der Maafc-
scbappg. Gouwe C. No. 225, op eendoorhaar
nit te reiken Water-Rekening, welke, wanneer
het bedrag in hoofdsom grooter is dan 10.—
gratis door de Maatschappij zal worden geze
geld. H.H. geabonneerden worden verder
attent gemaakt op de bepalingen die op deze
rekeningen, welke binnen eenigen tgd zullen
worden bezorgd, zyn aangegeven.
I). C. W. VAN DER LAAR,
Waam. Dir.
BLEEKERSSINGEL, vraagt tegen 1 MEI eene
die een Burgerpot kan koken.
met ALKOOF te Huur voor een DAME, bg
nette lieden z. k. met kost en inwoning.
Brieven franco onder No. 1631, aan het Bu
reau van dit blad.
Een knap Huisvader, vrjj van sterken drank,
biedt zich aan als
hetwelk hg goed verstaat, liefst dadelijk. Adres
onder No. 1632, aan het Bureau dezer Courant.
zoekt voor zjjn ruim 13 JARIGE ZOON, een
betrekking van ADMINISTRATIEVE 'aard of
MAGAZIJN WERK, kunnende flink rekenen en
schrjjven. Brieven franco onder No. 777, aan
het Bureau dezer Courant.
alsmede
zjjn te bekomen in den Boekhandel van