lie.
D. G. VAN VBEÏÏMIS0E».
fa.
EÊ
BINNENLAND.
N- 3687.
1888.
Aan de Kiezers.
I
P Jr.
i eene
i van
verlof
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
r i
EER’!
E.
i
f
I
OR,
ierd
3PP,
vinder der
Weenen.
araten he
nrijk Co.
F. K. van
ié, apoth.
im bij C.
Lmsterd.am
>th C).,
ran Spanje
T
khs. i i
esters
VERGADERING
tot het stellen van een candidaat voor
het Lidmaatschap van den
Gemeenteraad.
Li
W
'■i
.Gr. voor
i,
gen iedere
lb
Staatsspoorwegen
van ten
U.&r. en
idporder
schoorie
tot hot
Vnatherin-
Bchadolijk
w ik hiei -
nkoop van
I
I
goudschecourant
ichte
ts
In
water
ider Tand*
redmiddel
ruik van
ua-
en in deze kommervolle tijden waar
den toestand van den minderen man
zou de verkiezing van een man als
Aan het mail-overzicht van de Javabode is het
volgende ontleend:
Over het algemeen is men hier zeer ingenomen
met de aanneming door de Tweede Kamer van het
wetsontwerp, houdende goedkeuring der overeenkomst
met de heoren Boissevain, Tegelberg en Ruijs ge
sloten betreffende de pakotvaart in den Indischen
Archipel, vooral omdat men sinds jaren ontevreden
is over do N. I. Stoomvaartmaatschappij en van ver
andering verbetering hoopt. Doch de bedoelde in
genomenheid durft men niet dan schuchter te uiten,
daar de genoemde maatschappij er min of moer den
schrik onder heeft en men nog niet zeker is voor
goed van haar ontslagen te zijn. Zoo zeer heeft zij
door haar feitelijk monopolie den handel getyranni-
seerd, dat deze ook thans nog niet dan met allerlei
reserves zyn klachten durft te laten hooreir. Noch
de passagiers, noch de afschepers waren gewoonlijk
tevreden, en dat de eersten in don regel voor gou-
vernementsrekening reizende, toch bijna altyd het
tegendeel verklaarden in de hun voorgelegde certifi
caten, was enkel toe té schryveu aan natuurlijke
goedhartigheid en aan het snelle vergeten van door
gestaan leed, terwijl de laatsten te dikwijls afhingen
van den goeden wil der maatschappij om al te veel
van haar te durven'zeggen.
Eene andere vraag is hei of men goed heeft ge
daan met onderhands de concessie te gunnen en dat
wel tegen een subsidie, veel hooger dan door ande
ren werd verlangd in plaats van eene openbare uitbe
steding te houden. Het antwoord hangt geheel af
van het standpunt, waarop men zich plaatst. Voor
Holland is het van belang, dat tal van stoomschepen
daar worden gebouwd en dat de nieuw op te rich-
hoorChet. '.Men gaatniet op het
zitten als op een «zetel der eere»
lauweren te rusten, maar om
nutte ernstige plichten te vervullen, waartoe
het vertrouwen der medeburgers roept. Slechts
zeer gewichtige, wy zouden haast zeggen
onoverkomelijke bezwaren mogen een reden
zyn om zich aan dien plicht te onttrekken.
Dit heeft de tegenwoordige candidaat begrepen
en daarvoor verdient hij den dank zijner stad-
geuooten. Wjj, kiezers, behooren nu het onze
te doen om te bewjjzen, dat echte burgerzin
op den rechten prjjs gesteld wordt; laat ons
zorgen dat op glansrijke wyze uit de stembus
te voorrchyn komt de naam van den heer
ten maatschappij winst maakt; voor do Europeanen
en de Vreemde Oosterlingen in Indië is het ge-
wenscht, dat de pakketvaart zoo goed mogelijk worde
ingericht, al kost zij der schatkist dan ook wat meer
doch de Inlandsche bevolking, die volstrekt geen
stoom verbinding noodig heeft en aan wier behoeften
wat het verkeer betreft door de particuliere krach
ten geheel wordt voldaan, terwijl haar lage trap van
welvaart tegen elke niet hoogst noodzakelijke uitgave
doet opzien, heeft alleen baat bij de laagst mogelijke
subsidie, aangenomen eenmaal dat men subsidie geven
wil. De grief, die zij tegen het aangenomen wets
ontwerp kan inbrengen, is dezelfde, welke van haar
standpunt tegen de geheele koloniale huishouding
bestaat, namelijk dat deze voor hare krachten te duur
is en voor het grootste deel behoorde te worden be-
i -
In den ouderdom van 75 jaren is gisterennacht
te *s-Gravenhage overleden mr. G. M. van der Lin
den, lands-advocaat, oud-lid der Tweede Kamer en
ridder van den Nederlandlchen Leeuw.
Van der Linden had een schitterend parlementair
verleden achter zich.
Zijn naam blijf onafscheidelijk verbonden aan dien
van Thorbecke, wiens vriend, vertrouwde en raads
man hij tot aan diens dood is geweest, aan wiens
zijde bij met groot talent heeft gestreden en wiens
nagedachtenis door hem in en buiten de Kamer
men denke o. a. aan zijne gedachtenisrede bij de
viering van het 25-jarig bestaan der Grondwet van
1848 in hooge eere werd gehouden. Sedert 1848
maakte Van der Linden deel der Tweede Kamer uit.
Eerst had hij voor Gouda fitting, later voor Almeloo
en eindolyk voor Dordrecht, zijne geboorteplaats.
Vooral in vroegere jaren was Van der Linden een
der meest geliefde redenaars. Zijn eigenaardige spreek
trant, goedmoedige toon, geestige voordracht gaf aan
al hetgeen hij sprak ongemeene bekoring, en wanneer
hij, zelfs bij de meest ingewikkelde onderwerpen,
een kort, begrijpelijk, kemaclltig woord sprak in een
vcrm dien de geheele Kamer noopte naar hem te
luisteren, dan trof hij meestal doel en wist daardoor
het debat terug te brengen tot zyn meest eenvoudige
proportiën. Voor de jongeren in ’t Parlement was
Van der Linden een vraagbaak en met de meeste
bereidwilligheid gaf hij hun,wenken en raadgevingen
geput uit zijn veeljarige parlementaire ondervinding.
Eren hoog stond Van der Linden aangeschreven
in de rechtszaal. Want bovenal was hij jurist, en
de liefde voor de rechtsgeleerde wetenschap beeft
hem meermalen aanbiedingen van hooge staatsamb
ten en rninistorieele portefeuilles van de hand doen
wijzen. Als advocaat ving hij reeds in 1836 zijn
loopbaan aan bij ’t toemalig Hooggerechtshof te
’s-Gravenhage, om die in 1838 te vervolgen bij den
Hoogen Raad.
Ns het overlyden van mr. Faber van Riemsdijk
werd hem en aan mr. A. de Pinto de betrekking op
gedragen van landsadvocaat, en sedert den dood van
laatstgenoemde vervulde bij alleen die taak, ter wijl
hij dien rechtsgeleerde ook opvolgde als deken van
de orde van advocaten bij den Hoogen Raad. Zijn
uitgebreide rechtskennis en scherpzinnigheid deden
hem bij balie en magistratuur in hoog aanzien staan.
Dit bewees nog de hulde, in 1886 hem by ge
legenheid van zijn 5O-jarig advocaatschap gebracht
De heer van der Linden was ook de rechtsgeleerde
raadsman der gemeente Gouda. s
GOUDA 5 April 1888.
Bij kon. besluit is, met ingang van 21 Mei, aan
den heer H. Pol, op verzoek, eervol ontslag verleend
als leeraar aan de rijks boogere burgerschool alhier.
Op de hoofdlijnen der Haagsche Tramwegmaat-
scbappij, van het Holl. station naar de Bankastraat
en het Kanaal, is de dienst Dinsdag gestaakt, omdat
do stallen aan den Kyswyksoben weg op last van het
Veeartsenijkundig Staatstoezicht zyn gesloten, als
verdacht van bezmettelijke ziekte (schurft). Zoolang
de aangetaste paarden niet door gezonde vervangen
zyn, kan nu op do genoemde lijnen niet gereden
worden. Op de andere lijnen, qok die naar Sohe-
veningen, gaat de dienst geregeld voort.
Het jaarverslag over 1887 is verschenen van de
Maatschappij «Een Nationaal belang", die zich, zoo-
als men weet, ten doel stelt de bermen on verdere
beschikbare gronden bij spoorwegen vruchtdragend
te maken door beplanting met vruchtboomen, griond-
hout enz. Hoewel de lage prijzen der vrachten een
ongunstigen invloed uitoefenden op do uitkomsten,
is het toch mogelyk een dividend van 3 pet. uit te
keeren over het kapitaal van 60,000. Over 1886
beliep het dividend 1.6 pet.
Do werkkring der maatschappij werd weder uit
gebreid door onbebouwde gronden tusschen Gelder-
malsen en Leerdam met griendhout te bepooten.
De gezamenlijke opbrengst was in 1884 ƒ2400.16,
in 1885 2875.74, in 1886 3137.36 en in 1887
4196.Ó61/,, tot welke hoogere opbrengst vooral
het griendhout heeft bijgedragen. De onderhouds
kosten voor de beplantingen bedroegen 933.07,
of 233.91 minder dan in het vorig jaar. De
netto winst is 1806.901/,.
Aan de Mij. tot exploitatie van
werd 1398.99 uitbetaald voor het gebruik der
gronden.
Ten behoeve van de Hazerwoudscho droogmakerij
werd dezer dagen aanbesteed het molenmakers- en
zeilmakerswerk. Het molenmakerswerk werd aan-
genomen door den heer Heesterman te Hazerswoude
i voor 22646.en het zeilmakerswerk door don
Minder om de eergisteren in de vergadering heer L Vis9er alhier voor 6250.—.
van kiezers gestelde eandidatuur te steunen
want dit is, gelooven wy, niet noodig maar
om van onze zyde een bewys van belangstel
ling te'geven in de openbare zaak, herinneren
wy onze lezers aan de verkiezing voor den
yaad op morgen (Vrydag) 6 April. Wij heb
oden de eandidatuur van den heer Van Vreu-
ningen met ingenomenheid begroet, oiurfat wij
lem i kennen als een man die gewoon 'fs over
laken «ich een zelfstandig oordeel te vormen
Boor onderzoek en nadenken en dié dus op
pijjne plaats zal zyn in den raad, waarin hij
ijreeds lang zitting zou hebben ihdien.'hy niet
-h^aldeljk .voor eene eandidatuur 'bedankt
l.L Hjj .behoort tot die nijvere kringen der
audhappy, die békend zyn met de behoeften
pBurgery en wier ondervinding van veel
zyn. Voort| waardeeren wjj het in
i .neer v. V., dat hy, schoon liever niet in
itnértind(komende, ^jjne persoonlijke iozich-
ppofferj in het publiek belang. Zoo be-
•t het. „Men gaat iniet op het raadskussen
om op zyne
ten algemeenen
kostigd door het moederland, dat haar op dien voet
heeft geschoeid. Dq verschillende belangen loopen
ook te dezen opzichte zoo zeer uiteen, dat zij niet
allen tegelijk té bevredigen zijn en elke oplossing
der kwestie noodzakelijk voor- en tegenstanders
moet vinden. De Inlanders schrijven niet en van
hunne meening hoort men niets: zij betalen allen
zware belastingen.
Dinsdagavond had in de Sociëteit „Ons Genoegen”
bovengenoemde vergadering plaats onder praesidium
van den heer H. Straver, die allereerst, na opening
der vergadering, in herinnering bracht dat de heer
L. P. Hoogendijk, met schitterende meerderheid tot
raadslid gekozen, de benoeming niet had aangeno
men, zoodat een nieuwe verkiezing noodzakelijk was
geworden. Alzoo moest heden opnieuw een candi
daat worde» gesteld. Spr. stelde de aanwezige
kiezers daarop in de gelegenheid candidaten voor te
stellen, na aan de tegenwoordige niet-kiezers her
innerd te hebben dat zij noch aan het debat noch
aan de stemming mochten deelnemen.
De voorwaarden, onze lezers reeds uit vorige ver
slagen bekend, werden opnieuw voorgelezen.
De volgende heeren werden daarop op de candi-
daten-lyst gebracht:
D. G. van Vreumingen, voorgesteld door den heer
C. G. Spit, en ondersteund door de hh. D. Hoogen-
boom Czn. en F. Herman Fzn.
J. C. IJsselstyn, voorgesteld door den heer P.
van Oudshoorn, en ondersteund door de hh. H.
Straver en F. Herman Fzn.
P. C. van der Meulen, voorgesteld door den heer
Dr. W. Julius en ondersteund door de hh. A. L.
van üven en D. G. van Vreumingen.
C. Witte van de Velde, yoorgesteld door den
heer Dr. J. S. G. Gleuns en ondersteund door de
hh. Dr. L. A. Kesper en Mr. J. Fortuijn Drooglee-
ver.
Vervolgens werd overgegaan tot het aanbevelen
dèr verschillende candidaten.
De heer C. G. Spit zegt dat het onnoodig is tot
aaubeveling van den heer D. G. van Vreumingen nog
iets te voogen bij hetgeen reeds vroeger van hem
gezegd is. Ieder kent hem voldoende als een man,
die in alle opzichten een geschikt raadslid zou zijn.
De heer P. van Oudshoorn meent dat ook zijn
candidaat voldoende bij iedereen bekend is. On
noodig is het veel tot zijn aanbeveling te zeggen.
De heer IJsselstijn is een geboren Gouwenaar, met
Goudsche toestanden ten volle bekend en hy zou in
den raad zeer nuttig kunnen zyn.
De heer Dr. W. Julius spreekt daarop ten gunste
van eene candidatuur-van der Meulen. Den heer
P. C. van der Meulen stelt spr. voor als een man,
die tot de algemeen geachte burgers van Gouda
behoort en welke die achting ten volle verdient.
Hij heeft allen tyd zich te wijden aan de algemeene
belangen en heeft oen open hart voor het publiek
belang. Sinds jaren had spr. de eer hem van
gunstige zyde te loeren kennen in de Hulpbank en
sedert eenigen tyd ook in de Spaarbank. Voorts was
hij nuttig werkzaam in de Commissie tot uitdeeling van
Soep, terwyl hij eveneens zitting heeft in het Burgerlijk
Armbestuur. De heer van der Meulen heeft zich
doen kennen als een warm raenschonvriend, die een
open oog en een open hart heeft voor lijdende
tuurgenooten
veler oog op
is gevestigd,
de heer van der Meulen toonde te zijn, volgens spr.,
•I