Buitenlandsch Overzicht. SCHUTTERIJ. Nationale Militie. PASPOORTEN. INGEZONDEN. POLITIE werd hij naar het politiebureel geleid. Hij gaf zijn naam en zijn adres op, zeggende dat hij zijn moeder vermoord had. Een agent, naar de me de Berry gezonden, was zeer verwonderd, mevrouw H. zelve te spreken, die hem met de kwaal van haar zoon bekend maakte. I)e ongelukkige jongeling, in tegenwoordigheid zijner moeder gebracht, kreeg plotseling zijn tegen woordigheid van geest terug. Hij herinnerde zich niets van al wat gebeurd was en was zeer verwonderd over hetgeen hij op het po litiebureel had verklaard. Gevraagd: een schoenmaker bekend met het Italiaansch (dubbel) boekhouden Eenige dagen geleden deed het bericht de ronde, dat men aan de candidaten voor bitas schoenmaker in de cellulaire gevangenis te Breda de vraag had gedaan, of zij bekend waren met (dubbel) boekhou den. Uit de voorloopige aanstelling, die heeft plaats gehad, bloek dat het wel dogelijk ernst was met het stellen dier vraag. Uit de 140 sollicitanten w# een 9tal opgemaakt en uit dit oen 3talonder deze drie personen, die op het schoenmaken, doch niet op het boekhouden zich hadden toegelegd, was er toch een en wel een Bredanaar, die behalve kennis van het schoenvak ook bekend was met het gewoon (eeuvoudig) boekhouden. Maar neen, dit was nog niet genoeg voor de gevorderde administratieve be kwaamheid slechts het t\ubbel boekhouden kon in aanmerking komen, zoodat ook dit drietal werd afge wezen en voor drie maanden is aangesteld iemand werkzaam op een gemeente-secretarie die wel dubbel boekhouden, maar weinig van het schoenvak verstaat, reden waarom een tijdelijke benoeming heeft plaats gehad. {Dagblad.) Het is bekend, dat er bij de automatische Wes- tinghouse rem, waarmede thans reeds 150,000 rij tuigen van de spoorwegen op onzen aardbol voorzien zijn, nog steeds een zekere tijd verloopt tusschen de intreding der werking in den cylinder van het eerste en in dien van het laatste rijtuig van den trein, waardoor, naarmate deze langer is, te heviger schok ken en stooten in den trein ontstaan. Die tijd be draagt, naar de tot nog toe algemeen toegepaste inrichting dezer rem, bij een trein van 50 rijtuigen 16 seconden en levert, in verband met de voortplan ting der schokken, nog steeds een bezwaar ier toe passing op goederentreinen, die dikwijls nog meerdere wagens bevatten. Toch wordt voor het snel remmen van deze niet minder behoefte gevoeld dan voor per sonentreinen, vooral bij druk verkeer en onderlinge kruising. Die behoefte trad althans in Amerika op; vandaar voor eenigen tijd geleden, de uitschrijving in de Vereenigde Staten van oen prijsvraag of uit nood iging tot een wedstrijd voor het leveren van een nog meer direct werkende rem. Ook Westinghouso drong daartoe mede en be proefde een combinatie door raiddel van eloctriciteit, die hem zoo gelukte, dat de kleppen der rem-cylinders zich te gelijkertijd openden, doch de Heer Kaptoyu, directeur der Westinghouse brake company in Enge land, vestigde zijn aandacht er op, dat hierdoor de werking afhankelijk werd van storingen, die konden intreden in de electrische toestellen en daardoor de vertrouwbaarheid op de rem zou verminderen. Wes tinghouse erkende dit. Zijn onvermoeide ijver liet hem echter geen rust, en hij slaagde er in, ook zon der de aanwending van electriciteit, de rem zoo te verbeteren, dat de aansluiting der remblokken zich zoo snel kan voortplanten, dat de voormelde 16 lot 2l/| en-de werking op 22 remtoestellen, 23 wagens vertegenwoordigende, tot 1 worden terugge bracht. Aan deze verbetering kleefde echter oorspronkelijk het nadeel dat zij, volgens Westinghouses beweren, niet toe te passen zou zijn dan door verwerping van het oudere stelsel en het opnieuw inrichten der rij tuigen met dit nieuwere, waardoor dus de spoorweg maatschappijen weder met aanzienlijke uitgaveq be zwaard zouden worden. Gelukkig is hierin de vindingrijke geest van Kapteyn te nulp gekomen doordien hij het middel heeft gevonden om, met slechts geringe kosten, de bestaande inrichtingen zoo te wijzigen, dat hun do sneller werking kan trn deel vallen. Hij heeft hieromtrent onlangs mededeelingen gedaan in de Nederlandsche Vereeniging te Londen, waarbij een reeks cylinders aanwezig waren, waar mede doze nieuwe verbetering op de aanstaande tentoonstelling te Brussel zal worden aangetoond. {l)e Locomotief.) Volgens aanteekening van een berichtgever van de Midd. Ct.y heeft het in den afgeloopen winter ge durende 13 verschillende tijdperken gevroren. De eerste maal deed het dit reeds tusschen #12 en 13 October; toen was het ys in de slooten oen rijks daalder dik. Daarop volgden sneeuw- en hagelbuien en vroor het weer tusschen 15 en 16 October, 22 en 23,.23, 27 en 28, 31 Oct. en 1 Nov.; tusschen 15 en 19 Nov. verder tusschen 10 en 14 Dec., 21 en 23 25 Dec. tot 1 Januari. Vervolgens tus- scheu 14 en 21 Jan., tusschen 28 Jan. en 3 Eebr. tusschen 17 Febr. en 7 Maart en van 17 tot 22 Maart. Zes dagen later, op 28 Maart onweerde het. De vorige week dreigde de scherpe Noordoostenwind ons nog met nachtvorsten, doch dit liep nogal wel afmoeder natuur dacht zeker dat het vd||ttjÉML6n winter wel volstaan kon. De Gouverneur van Formosa is een zeer ver licht Chinees. Het is aan-hem to danken dat For mosa met het telegraafnet is verbonden zoodat thans over theoprijzen overleg kan plaats hebben tusschen Tamsui en Amerika. Ook liet hij een telegraaflijn aanleggen tusschen Tamsui en Twatutia, waar de thee-markt wordt gehouden ert die lijn wordt thans verdi-r doorgelegd* tot Kelung en Taiwanfoo. Wel ontmoette do aanleg eenigen tegenstand en vera oesttcu de bewoners van een dorp eenige palen, doch dit werd onmiddellijk gestraft, en sedert is geen verzet moer voorgekomen. De gouverneur doet thans de haven van Kelung dieper maken, de kolenmijnon ontginnen, zaagmolens oprichten, het vervoer ter zee naar Shanghai en Tientsin en over land naar Twatutia vereenvoudigen en goedkooper maken, onderwijs geven iu de Eugelsche laai en po8tgemeenschap tot stand brengen. Dit laat«to ge lukt wrl, maar toch kost het nog een shilling om een brief uit Formosa te zonden naar een adres in do nabijheid van Amoy, en hij wordt Sirst verzouden nadat een zak vol brieven is bijeengebracht. Do -gouverneur heeft zijn raadsgebouw met electrisch licht doen verlichten. De grootste moeite, zegt de Britscbe Consul te Tamsui, heeft hij met de \filden van Formosa. Hij beproeft het mot verzoeniugsmaatregelen en go- matigdhoid. Laat een wilde China maar erkennen en zijn hoofd scheren, en dadelijk krijgt hij voedsel en kleeding. De Begecring verschaft hom een stuk grond en gereedschappen, en laat hem in het noodige voor den landbouw onderwijzen. Toch hebben tractaten met de wilden altijd het doei gemist. Zo worden een poos in stand gehouden tot vermaak van de wilden en daarna door een bloedige aanval verbroken. Zeer onlangs werden 22 Chineesche sol daten, die op dep fop van een heuvel bezig waren het omliggende Und in kaart te brengen, onver wachts overvallen en vermoord. Niet lang daarna werden 9 soldaten en 1 sergeant op gelijke wijze behandeld. Toen werden do Chineesche autoriteiten kwaad en werden do wilden bloedig gestraft. Verscheidene hunner dorpen weidött-*verbrapd en vele wildon gedood. Als gewoonlijk werd om vrede gebeden, doch ditmaal liet de Gouverneur zich niet vermurwen en eischte hy den aanvoorder van den aanval waarin do sergeant gedood was. Na eenig oponthoud levorden de wilden kalm een Chinees uit, dio onmiddellijk pnthoofd werd, en wel voor hot bekend was dat het slachtoffer een onschuldige was, een man die eenige kennis had verworven van de taal der wilden en gedurende eenigen tijd onder hen had gewoond. Uit de Hofstad schrijft men aan de Standaard: Te half éen gingen Dinsdag de deuren open van de gereserveerdo of z. g. kleine tribune in de verga derzaal van de Tweede Kamer, nu de //Kamer van Honderd" geheete» in een oogenblik waren alle plaatsen bezet, maar do troonzaal was nog ledig. Spoedig begon dit anders te worden en weldra was de geheele zaal gevuld, zoo gevuld met heeren, meest allen in gewoon wandelcostuum, dat het moei lijk was ze allen te onderscheiden of in 't oog te houden. Toch trokken enkele personen dadelijk de aandacht, niet het minst de heer Schaepman, die onder een //dokter" vóór en //dokter" na bezig was handdrukken te wisselen met leden van Eerste en Tweede Kamer, die nagenoeg allen waron opge komen om de opening .bij te woneu. Om kwart ovef eepen ongeveer hoorden wij de eigenaardige drukte achter of eigenlijk beneden ons in het gebouw, die de aankomst Jer Ministers deed kennen, en weinige oogenbliklSS lator traden de nieuwe Ministers binnen, vooiafeegaan door don Opper-Ceremoniemeester des Konings met den staf als teeken zijner waardigheid iu de band. Alle leden rezen optoen de Ministers hunne plaatsen genomen hadden, de premier op do trede voor den troon, de andere Ministers links en rechts boog baron Mackay, nam den steek onder den arm en begon de voorlezing van het nu reeds veelbe sproken programma. Ik had tijd om intusschen de Minors eens kalm op te nemenBaron Mackay, die al den def- tigen maar toch vriendlijken ernst heeft van den staatsman, maakte in dén ministérieelon rok een goed figuurzijn haar begint te grijzen, maar men zou hem toch do bijna vijftig niet aanzien. Van hem ging het oog onmiddellijk op den naast hem staanden ambtgenoot, die heel wat ouder schijnt, maar noch tans krachtig^ en wiens ^goheele voorkomen, ondanks het ambtsco8tuum, den Amsterdamschen aristocraat teekent het is de Minister yan Buitenlandsche $aken Jhr. Hartsen'; hoewel voor 't eerst in de diplomatie draagt hij verscheidene ordeteekenen. Op hem volgt Jhr. Mr. Buys van Beerenbroek, de Minis ter van Justitie, die nevens den onlangs verkregen Nederlandschen Leeuw een pauselijke orde draagt hij is lang, donker onder een oenigszins scherpen neus draagt hij een kleine zwarte knevel. Hij telt ongeveer veertig jaren naar het uitzicht, dat scherpzinnigheid doch ook eenige heftigheid teekent. Wij gaan de rij langs, want anders hadden wij na Mackay dadelijk den imam genoemd, die zoo wei nig begeert de aandacht te trokken en op wien toch ieder het oog vestigt Kouchenius de eenvoud is- zoo met zijn wezen vereenzelvigd, dat de met goud geborduurde rok en het witte vest met den met goud galon vorsierden witte pantalon, en eenige ridderorden, wahronder de Nederlandsche leeuw, hem toch het karakter van eenvoud niet ontnemen die Minister is niet //ongenaakbaar." Zijn gelaat zegt anders op dit oogenblik niets dezelfde kalmte zetelt er op, die wij zoo dikwijls waarnemen even vóór het uitspreken van eene soms geweldige rede voeringhij blijft altijd dezelfde. Dat zouden wij van den Minister van Financiën niet zeggen hij kon met zijn 38 jaren gemakkelijk de zoon van zijn ambtgenoot van Koloniën wezen hij heeft nog al don moed, do ongebroken kracht, do frischheid van den eersten mannelijken leeftijd hij hoeft nog geen bittere teleurstellingen gehaddat alles spreekt uit het vol en jeugdig gelaat, met grooten rossen baard, do levendige oogen Toch meene men niet, dat hij er trotsch uitziet; dat niet, hij zal straks bij het heengaan op zijde treden om een ouderen collega te doen voorgaan. Die oudere collega',s zijn de kolonel Borgansius, in de uniform der artillerie gekleed. Voor een officier wel wat klein, hoeft hij toch een goed mili tair voorkomen. Een op later leeftijd ondergane operatie verhielp een vroeger gebrek aan de oogen, en wie zijn figuur aanziet twijfelt niet, of zij ziet ook liefst den tegenstander recht in de oogen hij zal zeker ook voor het debat niet terugdeinzen. Hetzelfde zouden wij van den Minister van Marine, den eveneens in militair gewaad gettoken kolonel Dyserinck, niet zeggen de uniform wijst hem als zeeman, als krijgsman aan zijn eenigszins flauwe oogopslag, heel zijn uiterlijk zou anders meer den Kamergeleerde, den peinzende» wiskunstenaar doen vermoeden. De heer Dyserinck is vrij lang, draagt ean vollen grijsachtigen baard en knevel en schijnt evenals zijn ambtgenoot van Oorlog, ongeveer vijf tig jaran oud. Beiden dragen ordeteekenen, wat alleen niet het geval is mot don Minister van Waterstaat. Bij den eersten oogopslag zou men zich in zijn oudordom bedriegen haar en baard schijnen wit doch hou ding en gelaatskleur doen spoedig zien, dat men niet inet een grijsaard te doen heeft de heer Havelaar is dan ook pas in de vtertig, maar heeft zeer licht blond kaar, dat begint te grijzen. Hij keek met belangstelling de zaal rond, waar hij een vreemdeling was maar nauwelijk had hij de zaal gemonsterd en hadden wy de ministers do revise doen passeeren of de troonrede was uitde premier boog, de kamer leden bogen en de ministers, omringd door acht in galacostuum gestoken kamerleden, verlieten de zaal. Ook wij ontruimden de tribune en haddon nog don tijd om do ministers-in drie hofkootsen van het Binnenhof te zien wegrijden, de glazen dor por tieren waren gepoederd, wat het inkijken bemoeie- lijkte. In het Noordeinde hoorden wij voorbijgan gers op eene dor koetsen wijzende, zeggen Daar zit K^uchènius 't Was zoo, zijn aangezicht was onbewegelijk. Waar dacht hij aan Misschien wei aan het voor twintig jaron ongedachte, dat hij nog eenmaal met zulke eer in 's Konings rijtuig naar 'sKonings paleis rijden zou. Des Heefen wegen zijn wonderlijk toch blyft het altijd waar, al komt het eerst laat aan den dag «die Mij eereu, zal Ik ceren." Ovor den toestand van de Russische linnen-ny ver heid schrijft de oorrespondent der N. R. Ct. te St. Petersburg het volgende De vervaardiging van linnen, begunstigd door de groote hoeveelheden grondstof, welke de bodem op levert, geschiedde in Rusland steeds door de huis nijverheid. Voor het maken van zijden en fluweelen stoffen liet reeds Czaar Teodor Iwannowitsch in de zestiende eeuw wevers uit Italië komen Boris Go- dunof begunstigde zooveel mogelijk de fabricage van deze moer kostbare artikelen, maar de linnennijver heid is ten allen tijde door de Bussisoke Bogeering stiefmoederlijk behandeld. Onder de, op bovel van Peter den Groote te Moskou en in eenige andero steden opgerichte, fa brieken wareu er ook eenige weinige die vlas en hennep verwerktendoch de qualiteit liet veel te wenschen over, en er was bij de linnennijverheid niet de minste vooruitgang te bespeuren tot iu 1825. Van dat jaar af kan men eigenlijk eerst van eene noemenswaardige ontwikkeling dezer industrie spre ken de weefstoel van Jacqnart streefde langzamer hand de primitieve werktuigen voorbij, en al hoewel er voor de linnen nijverheid, zoowel wat hoeveelheid als hoedanigheid der artikelen aanbolangt, nog een zeer ruim arbeidsveld openligt, zendt zij toch pro ducten naar de wereldtentoonstellingen van zulk eene goede qualiteit, dat zij vergezeld moeten gaan van certificaten van oorsprong, o.ndat anders het buiten land niet zou willen gelooven dat zij werkelijk in Rusland zijn vervaardigd. Boven is gezegd, dat de Begeering zich nooit veel" aan deze industrie heeft laten gelegen liggen. Zij, die in Busland inheemsch is, en eene vlasproductie ran 20 millioen pond tot hare beschikking zou heb ben, waarvan echter het grootste gedeelte wordt uit gevoerd, is opgeofferd aan de katoenindustrie. De 24, in Kuropeesch Busland, met uitzondering van Polen, bestaande vlasspinnerijen geven werk aan 20780 arbeiders en hebben eene productiewaarde van ruim 15 millioen roebel. Do meeste bevinden zich in de gouvernementen Wladimir, nl. 8 spinne rijen met een opbrengst van rbl. 4015000, Kostroma; 6 met een opbrengst van rbl 410.7000 en Jaroslaf; 4 spinnerijen met een opbrengst van rbl. 3344000. Eerstgenoemd gouvernement is ook het voornaamste voor de eigenlijke linnenfabrikanten. Het geheele aautal dezer nijverheids-inrichtingen bedraagt 87, met 15500 arbeiders en eene oplirengst van rbl. 7860000. (In 1879 had hetzelfde aantal fabrieken met 16660 arbeiders eene jaarlijksche productie waarde van rbl 13073115.) Daarvan zijn erin het gouvernement Wladimir 32, met 7100 werklieden en eeno productiewaarde van r. 3735000, in Kostroma 24 met 533*0 arbeiders en eene jairlijkscho opbrengst van rbl. 2160000; vervolgens komen de gouverne menten van St. Petersburg, Jaroslaf, Novgorod eu Moskou. In 55 fabrieken met 2700 werklieden en eene productiewaarde van rbl. 3687000, waaronder 40 in het gouvernement Pskof, alwaar het beste vlas groeit, wordt dit artikel gebraakt. De overige 15 inrichtingen voor het breken van via» zijn in de gouvernementen van Wladimir, Twer en Wiatka. Uit het bovenstaande valt op te maken, dat de Bussische linnenindustrie er verro van af is, in ver houding te staan tot den vlasbouw en de behoeften van het groote Rijk. l)e spinnerijen schijnen voor uit te gaan: hetzelfde aantal (24) waarvan, gelyk wij bovea gezien hebben, de productiewaarde thans 15 millioen bedraagt, had in 1879 eene opbrengst van ruim 11 miliocn en in 1867 ruim 4 millioen. De linnenfabrieken leveren op het oogenblik nog hoofd zakelijk zaklinnen en andere grove soorten, doch ook fijnere gekeperde soorten. Verbetering van den vlasbouw en goed gedreven breek- en sorteerinrich- tingen behooron onder de voorname middelen dio dezen tak van nijverheid tot bloei kunnen brengen. Ten slotle nog de opmerking «at de fijnore soorten van linnen doorgaan voor Holtyijdscli linnen, en de voername linnenwinkels als uitlangbord den naam van «Hollandsch magazijn" gebniiken, ofschoon in vele gevallen noch do verkooper/noch de waar ooit Holland gezien hebben. TocRnjestaan er nog ver scheidene echt Hollandsche m/razijnen in den Gostin- nii dwor alhier, die, ofsanoon zij gedwongen zijn ook vele niet-HolIandschrgoederen te verkoopeu, en minder goede zaken maken dan weleer, tocli hun nen ouden roem weten te handhaven. Eene Rus sische dame van den ouden stempel zal dan ook thans nog nergens anders linnengoed koopetv dan bij eene der echt Hollandsche firma's die te St. Petersburg reeds sedert tal van jaren bestaan, waar <fle vader wordt opgevolgd door den zoon, en deze niets anders .te doen heeft dan te zorgen voor het instandhouden van den goeden naam, welken het magazijn steeds heeft genoten. De liberale Duitsche pers spreekt niet zonder leed vermaak oVer de nederlaag, welke de minister van binnenlandsche zaken Von Puttkamer in het Pruisi sche Huis van afgevaardigdou heeft geleden. Het gold do verkiezing van twee afgevaardigden, waaronder een broeder van den heer Von Puttkamer, te Elbing. Mot algemeene stemmen werd deze ver kiezing voor ongeldig verklaard, omdat do regeerings- ambtenaren hun invloed ten gunste van de gekozen conservatieve candidaten haddon aangewend. De liberale afgevaardigde Rickcrt diende nu een voorstel in, waarin de regeering dringend werd uitgenoodigd haar ambtenaren voortaan tot striate onzijdigheid te verplichten, en dit werd ondanks het protest van den minister aangenomen. Vooral de Freisinnige Zeitnng verheelt haar blijd schap niet over de nederlaag van den minister, die, als een der meest reaotionnaire leden van het kabinet, steeds met Eugen Richter op bijzonder gespannen voet stond. De conservatieven in Frankrijk hebben bij het werken voor de gemeente-verkiezingen de Republiek aangetast in haar zwak, de financiën; zij hebben aan de kiezers gezegd: geen duurder Regeering dan oen radicaal-republikeinsche, en zij geven ettelijke cijfers, om dit te staven. Te Bourgcs bijv. bedroeg de gemeenteschuld 800.000 fr. voor en bedraagt zij 5'/a millioen sedert het radicaal bewind in de 14 departementen, waar in de meeste Gemeenteraden de conservatieven de meerderheid hebben, betaalt de bevolking gemiddeld 4 fr. 3 c. belasting per hoofd; in (ie 20 departementen, waar de republikeinsche eu conservatieve Gemeenteraden ongeveer gelijkstaan, 7 fr. 58 'c.in de overige departementen, waar de re publikeinsche Raden in de meerderheid zijn, 12 fr. 47 c. Er is nog weinig van den uitslag der ver kiezingen bekend. In de Belgische Kamer hoeft zich het zeldzame feit voorgedaan, dat de clerieale meerderheid een drachtig stemde mot de liberale meerderheid. liet betrof nu dan ook niet de imhoolquaestie, maar het misbruik dat van kinderarbeid wordt ge nekt. Met algemeeno stemmen vereenigde de Kamer zich met een wetsontwerp, waarbij ouders, voogden, of werkgevers strafbaar worden gesteld, indien zij kinderen beneden de 10 jaren gebruiken tot het verrichten van acrobatische toeren of andere werk zaamheden, welke hun krachten te boven gaan. Gouda, 8 Mei 1888. Mijnheer de Redacjeur Voor het onderstaande wordt beleefdelijk eenige plaatsruimte verzocht. Zoo ik mij niet vergis bestaat er in bijna alle plaatsen ernie verordening, waarbij wordt voorge schreven dut in alle lokalen voor publieke vermake lijkheden bestemd, de deuren naar buiten moeten openslaan en bij uitvoeringen steeds noodlichten moeten ophangen. In de Sociëteit //Ons Genoegen" hangen bij uitvoeringen, naar ik meen, 8 dergelijke lantaarns, moeten de laatsten ook niet in een houten kermistent aanwezig zijn Of staan deze buiten de verordening En aan wien is opdracht gegeven voor de naleving dezer verordening to zorgen Naar mijne raeening Mijnheer de Redacteur, ware het wenschelyk dat hier wat beter op gelet werd, dan zouden dergelijke voorvallen als nu Zondag 11. niet kunnen plaats hebben. Onder dankzegging, voor» de plaatsruimte verblijve, M. de R. 1 Uw Dw. Dr. B. G. RECLAME De lente luchtgesteldheid verplicht de middels voorde gezondhèid door eeue rationeele kuur te gebruiken. Voor degene die de bad steden niet kunnen bezoeken, komen zij tot middel eener kuur aan de mineraal pastillen van Soden, voor al degenen die lijden van een raaag- catarrh of van de ademhalings orgaans, van eene ontstoken ziekte of onmatigheid dat eeue verzwak king der organismus bij gebracht heeft. «Mijnheer, uwe mineraal pastillen van Soden zijn mij deze «laatste dagen bij tijds gekomen; door mijne buiten- z/gewoone vermoeienis, had ik eene lichte ontsteltenis «bekomen, ik heb de pastillen gebruikt, zy hebben ,,my eenen uitnemende dienst bewezen, zoo dat ik „ze in het toekomende altijd zal gebruiken. Wat «mij in liet bijzonder behaagt in deze pastillen, is «dat zy geene onaangenamen invloed op de maag «hebben hetgeen het geval is van vele geneesmidde len van dees geslacht." Karl Hullig, tooneelspeler van het hertogelijk hof van Sachs-Meioingen. De pastillen zyn te bekomen by alle apothekers aan 60 cents de doos. Gevonden voorwerpen in April 1888. 1 zilveren Oorknop, 5 Portemonnaies, 1 Kinder kousje, 2 Sleutels, 1 Rozenkrans, 1 rood koralen Armband, Een gedeelte van een Paardentuig, 1 ko peren Tabaksdoos, 2 R. C. Kerkboekjes, Dames- handschoen, Onderstuk van een oorbel, bloedkoralen Kettinkje, rol Behangselpapiar, rood zytlon Dasje, wit zijden Dasje, Onderstuk van een gouden oorbel. De in de maand November 1887 gevonden voor werpen, die nog niet dhor de eigonaars zyn afge haald, zijn met inaohtneming van art. 2014 Burg. Wetboek, ter dispositie van de vinders. De Commissaris van politie te Gouda, J. W. TUINENBUBG. BEKENDMAKING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda, Gezien de Wet op de SCHUTTERIJEN van den 11 den April 18^7, Staatsblad li®. 17), alsmede de Reglementaire bepalingen, voorkomende in het Staats blad van den 21sten Maart 1828, n°. 6. Brengen ter algemeene kennis, dat de Ingezetenen, die op den 1 sten Januari 1888 hun 24ste jaar heb ben bereikt, verplicht zijn zich voor den DIENST der SCHUTTERIJ te doen inschrijven Dat tot de inschrijving gelegenheid zal worden ge geven ter SECRP^TARIE dezer Gemeente, van den 15den tot den 31sten Mei aanstaande, dagelijks (de Zondagen uitgezonderd) van des voormiddags tien tot des namiddags éen ure. Dat de bovengemelde Wet ten aanzien der voor- scbrevene verplichting, de navolgende bepalingen en voorschriften bevat: Art. 1. Ieder ingezeten van het Rijk, die op den lsten Januari van elk jaar, zijn 25sto jaar zal zijn ingetreden en zijn 34ste niet voleindigd zal hebben, zal ingevolge de bepalingen dezer Wet, daartoe geroepen zijnde, verplicht wezen den Schut terlijken dienst uit te oefenen. Art. 2. Als ingezetenen worden met betrekking tot de toepassing dezer Wet beschouwd a. Alle Nederlanders binnen het Rijk hun gewoon verblijf houdende. b. Alle vreemdelingen binnen het Rijk woonachtig, welke hun voornemen om zich daar te vestigen, zullen hebben aan den dag gelegd, hetzij door eene uitdrukkelijke Verklaring, hetzij door het werkelijk overbrengen van dón zetel van hun ver mogen en de hoofdmiddeleu van hun bestaaD. De tijdelijke uitoefening van een bedrijf of hand werk in eenige ondergeschikte betrekking, gelijk die van leerling, knecht, enz., kan op zichzelve niet be schouwd worden als een bewijs van het voornemen, om zich in dit Rijk te vestigen. Art. 6. Elk jaar, voor den eersten Juni, zullen de Ingezetenen, welke op den eersten Januari van bet jaar hun 25ste jaar van ouderdom zullen zijn ingetreden, zonder onderscheid of zij verraeenen mochten al of niet tot de vrijgestelden of uitge- slotenej^e behooren, verplicht zijn zich bij het Bestuur der Gemeente, in welke» zij wonen, voor de Schutterij te doen inschrijven. Art. 7. Zy die in meer clan eene,. Gemeente hun gewoon verblijf houden, of den zetel van hun ver mogen hebben gevestigd, zullen tot de Inschrijving verplicht zijn binnen die gemeente, alwaar eeue dienstdoende Schutterij aanwezig is. Bij aldien in die verschillende gemeenten alleen dienstdoende of alleen rustende Schutterijen bestaan, zullen zij zich doen inschrijven m de gemeente, alwaar zij voor de personeele belasting zijn aange slagen en de ambtenaren in die gemeente, alwaar zij ambtsbehalve verplicht zijn hun verblijf te houden. Art. 8. Die van hunnen ouderdom geen voldoend bewijs geven, zullen door het plaatselijk bestuur worden ingeschreven naar deszelfs oordeel, onver minderd de bevoegdheid van den ingeschrevene om van zijnen juisten ouderdom nader te doen blijken. Dientengevolge worden de ingezetenen- die in de termen van gemeldo Artikelen vallen, dat zijn zij, die in het vorige jaar den 24-jarigen leeftijd HEB BEN BEREIKT en geboren zijn ip den jare 18,63, mitsgaders de zoodanigen tusschen de 24 en 34 jaren, welke sedert de laatst gedane oproeping in dato 3 Mei 1887, zich alhier met der woon hebben ge vestigd, opgeroepen; orn zich op bovengeraelden tijd en plaats aan te melden. Zy, die nalatig fnochten zijn zullen van wege het gemeente-bestuur ambts halve worden iageschreven, door den Schuttersraad worden verooideeld tot eene geldboete en ZONDER LOTING bij de SCHUTTERIJ worden ingelijfd, indien het blijkt, dat er, tijdens de verzuimde inschrij ving geene reden tot uitsluitvig of vrijstelling ten hunnen aanzien bestond. Voorts wordt den belanghebbenden medegedeeld, dat zij bij de inschrijving moeten overleggen hun bewijs van Geboorte, hetwelk voor hen die in deze Gemeente zijn geboren, ter SECRETARIE dezer Gemeente, kan worden verkregen van des morgens tien tot des namiddags een ure en dat zij zullen moeten opgeven do straatde wijk en het nurhmer van hunne woninghun beroep benevens dat hunner ouders, alsmede sedert wanneer zij ingezeten dezer Gemeente zyn. Gouda, den 3 Mei 1888. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VAN BERGEN IJZENDOORN, De Secretaris, BROUWER. De BURGEMEESTER der Gemeente Gouda, brengt ter kennis van de MILICIENS der Lichting 1882 en van de ZEEMILICIENS behoorende tot de Lichting 1883, dat hunne PASPOORTEN

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1888 | | pagina 2