lnen
►oor.
u
ideren.
AZEN,
jeschilderde
lanskerk te
mis der St.
ningen,enz.
lijk levens-
Gebroeders
ibeth,
ts.
Zn.
HIT
BINNENLAND.
NTJE
met opgaaf
ar gelegen
:er Courant.
IAM,
fudewater en
VLI8T>.
DE GASTHUISKERE.
Nieuws- en
DUE,
RAND-
FNI 1888.
gbaar bjj de
louda en bjj
Haaetrecht.
jrverij,
erij.
1888. Zondag 3 Juni. pj? 3713.
Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
4- 1
Zn.
Hieruit ziet
spreekt van het. plan en de voorzitter van het l
bettek, hetgeen lang niet hetzelfde is. I >e heer
de Schepper voelde dit, daar hjj uitdrukkeljjk
vraagt of B. en
nemen. T
het oorspronkelijk v<
werd er alleen beslot
gaan, zonder meer. A
slist. Wat toch wi
stelden voor hen te
bouwing der voormi
door hen bedoelden
bedoeling bleek nit I
plan, in No. 1 van 1
waarin de indeeling
bestemming der te maken lokalen omschreven
werd. Door er in toe te stemmen dat alleen
het beginsel in stemming werd gebracht en hnn
voorstel dus geheel werd losgemaakt van het
iugediende plan, vonden B. en W. goed, dat zjj
alleen werden gemachtigd om tot verbouwing der
voormalige Gaethuiekerr over te gaan De raad
was dns in geen geva^ aan het denkbeeld van
B. en W. gebonden^jioch wat de indeeling
van het gebouw, nochielfs wat de bestemming
betreft, want daaromt&nt werd niets bepaald
in het aangenomen vdtrstel, zooals het luidde
nadat het ingediendeT plan was geëcarteerd.
Intusschen bleek op 18 Mei, dat het dagelijksch
St
1
J
I
elk der
1.40 en
sch, ook op
2, Gouda.
ider blgven,
gezondheid
verifwordeu.
va» 08 At.
GOUDA, 2 Juni 1883.
De cijfers van het Waterleidingswater-onderzoek
gedurende de maand Met zijn
worpen
Eerst na
e Gouda.
W. dau zijn voorstel over-
Door die overneming verviel eigenlijk
irstel van B. en W. en
tot verbouwing over te
het overige bleef onbe-
[het geval? B. en W.
machtigen om tot vor
ige Gasthuiskerk in den
It over te gaan. Deze
ft door hen overgelegde
ft Verslag voorkomende,
Iran het gebouw en de
SINKMAN
ekomen
j der Belgen.
'otterdam-
verven van
Frjjpen, met
-en, Kanten,
men meer aandacht
en daarvan
Deze op
merking treft natuurlijk niet den heer Van j r j,es4uur TBn andere meening was en voïhield
Vranminrvnn rli« An lx Mpi vnnr hot 0pm - - rr1 -t- i
goedkeuring van het bestek. Blijkbaar zag
de Voorz. de door den heer de Schepper op
2 Maart gedane nadere vraag en het daarop
gegeven antwoord over het hoofd. Niet het
bestek, maar het in December ingediende plan
behoefde nadere goedkeuring. De geheele
woordenwisseling in de beroemde zitting van
18 Mei draait om dit misverstand ieder rede
neert van zjjn verschillend standpunt, hetgeen
niet bevorderlijk is aan de duidelijkheid. Wij
hebben booren beweren, dat de vervanging van
het woord plan door bedek eene handigheid
was van den Voorzitter om den rnad te stel
len voor het fait accompli van het in beginsel
goedgekeurde plan, terwijl dit toch niet de be
doeling was der oppositie. Schoon wjj nu
onschuldige kunstgrepen om tot eene snelle
afdoening van zaken te geraken, als men
tegenover eene niet talrijke en weinig zaak
kundige tegenpartij staat, niet geheel verwer
pelijk achten, omdat zjj veel kostbaren tjjd
uitwinnen, komt het ons voor dat bovenge
noemde goocheltoer wat sterk zou zijn en
volstrekt niet in overeenstemming met het
open en eerlijk karakter tan den Voorzitter
van den raad. Wjj houden het er voor, dat
beide partijen te goeder trouw elkander ver
keerd hebben begrepen en dat noch arglistigheid
te eener zijde noch de bedoeling om langs
omwegen een ander plan binnen te smokkelen
aan de andere zijde ooit heeft bestaan.
Wat zal er nu in de gegeven omstandig
heden, nu alle plannen tot verbouwing met
inbegrip van dat van B. en W. verworpen
zijn, verder geschieden Het verstandigst zal
het zijn, dat het dagelijksch bestuur der ge
meente dg kasten laat berekenen van elk der
geopperde '’pla,nnen en dan de keuze overlnat
aan detj raad, natuurlijk na advies over de
verschillende oplossingen te hebben uitgebracht.
Dit toch iq de eigenaardige roeping van B. en
W.een raadlid kan deze taak slechts zeer ge-
goudsche courant.
men dat de heer de Schepper I brekkig overnemen, daar hjj niet de ambte-
het plan en de voorzitter van het I naren der gemeente tot zjjne beschikking heeft.
Wel heeft de voorzitter van den raad verklaard,
dat van B. en W. geen ander plan te wachten
is, doch deze verzekering berustte op de op
vatting, die hij had van het in de zitting van
2 Maart gevallen besluit. Nadere overweging
overtuigt het college van B. en W. wellicht
van de onhoudbaarheid zijner bjj de laatste
beraadslaging ingenomen positie op de gronden,
die wij hierboven hebben uiteengezetin allen
gevalle heeft het gerezen misverstand duideljjk
aangetoond, dat er voor de opvatting der heeren
Hoogenboom c. s. minstens evenveel te zeggen
is. Een besluit als dat van 2 Maart, waarvan
de portie den voor- en tegenstemmers niet
recht duideljjk was of zijn kon, moge formeel
geldig zjjn, doch heeft geenerlei moreel gezag.
Wat de zaak zelve betreft, deze is geheel
van financieelen aard. De wenscheljjkheid om
ook het museum van oudheden in het nienwe
gebouw een plaats te geven, behoeft geen be
toog. Arti-Legi bljjft dan beschikbaar voor den
militieraad, lotingen enz., terwijl de vrijval
lende lokalen wellicht in vast gebruik kodden
gegeven worden aan de muziekschool, die nn
stiefmoederlijk bedeeld is. Haar lessen zjfn thans
over verschillende lokalen, in gemeente-scholen
enz. verspreid, hetgeen niet bevorderlijk is voor
den geregelden gang van het onderwjjs en toe
zicht bezwaarlik, zoo niet onmogeljjk maakt.
Eene oplossing -sn dezen sin zal niet moeilijk
te vinden zjjn, indien men die ernstig wil.
Onze stad is niet zoo arm, dat zjj niet een
flink gebouw zou kunnen bekostigen, indien
maar het doel, waarvoor gebouwd wordt, het
geld waard is. En dat is, dunkt ons, hier
het geval. Zelfs de som van 20.000, die
als boeman gebruikt is, doet ons niet schrikken.
Indien het bedrag niet op de volgende begroeting
gevonden kon worden, dan heeft de stad cre
dit genoeg om tegen 4 pCt. te leenen. onder
voorwaarde van verplichte jaarljjksche 1 flossing
b.v. van IOOO. Voor een uitgave van f1800
het eerste jaar en telken jare met 40 ver
minderende, zou de stad dan na verloop van
20 jaren den onbezwaarden eigendom hebben
van een flink en nuttig gebouw.
Zoo iets zonden wij niet schandelijk vinden,
gelijk een der raadsleden zich nitdrukte. «In
tegendeel wij zonden het als een verstandige
daad goedkeuren. De stedeljjke regeering moet
zich op een ruimer standpunt plaatsen dan een
rentenier, die zjjn geld in 'eene bouwonderne
ming steekt. De vroede mannen uit vroeger
eeuwen waren zulke krenterige bouwheeren niet.
Zjj durfden stadhuizen, kerken en wagen bou
wen, waarvan nog het nageslacht gebruik
maakt en schroomden zelfs niet kunstvaardige
handen te hulp te roepen tot versiering, het
geen toen zeker ook wel geld kostte. Ons
stadhuis met zjjn fraaien gevel, de waag met
haar beeldengroepen zjjn stellig ook niet ge
bouwd uit het overschotje van één dienstjaar.
Laten wjj hen althans in zoo ver navolgen,
dat een gebouw, waaraan behoefte bestaat,
solide en doelmatig worde ingericht en ge
schikt om langer te duren dau wjj zelven.
Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel.
Enkele dagen geleden hebben wjj het Ver
slag ontvangen van het verhandelde in den
gemeenteraad op 18 Mei jl. Het betrof de
behandeling van het plan betreffende' de ver
bouwing van de voormalige Gasthuiskerk. Wjj
knnnen niet zeggen, dat de lezing daarvan
ons bjjzonder gesticht heeft.
Het komt ons voor dut dergeljjke verwarde,
hier en daar wat al te warme discussiën niet
strekken kunnen om het moreel gezag van
den raad te verhoogen. Het bedenkeljjkst
schjjnt ons de omstandigheid, dat verscheiden
raadsleden ter raad-zirting verschjjnen zonder
zich behoorljjk op de hoogte gesteld te hebben
van de onderwerpen, die aan de orde zjjn
Uit de redeneeringen van sommigen bleek
zulks herhaaldelijk, doch thans springt het in
het oog, dat het voorstel omtrent de Gast
huiskerk, door B. en W. ingediend in de zit
ting van 13 December jl., den 2 Maart nog
geheel vreemd was aan verscheiden leden,
hetgeen dan ook tengevolge had, dat het ont-
plan tot later werd aangehouden,
dien tjjd schjjnt
aan de zaak te hebben gewjjd
eenige studie gemaakt te hebben.
Vrenmingen, die op 18 Mei voor het eerst ”plan
aan do behandeling dér’ quaestie deelnam. In- - - F
dien alle raadsleden zich den tjjd tusschen
December en Maart hadden ten nutte gemankt
of wel indien men op 2 Maart, na de verkla*
ring van den heer Hoogenboom c. s. dat zjj
niet tot een oordeel gereed waren, de beslis
sing geheel had uitgesteld, zon de raad zich
niet zoo vastgewerkt hebben als thans het
geval is.
De spraakverwarring, die pr in de zitting
van 18 Mei jl, bljjkbanr heerschte, vond,
dunkt ons, zjjn grond in een misverstand, dat
op 2 Maart gerezen is tusschen den Voor
zitter en een der leden. Ten bewjjze strekke
het volgende uittreksel uit het Verslag No. 5
bladz. 25
«De Voorzitter: Nu zal ik het voorstel
van B. en W in stemming brengen.
De heer IJssel de SchepperM. de Voor
zitter, ik zou gaarne de vergadering in over
weging geven thans niet te besluiten om het
gebouw te doen inrichten geheel overeenkom
stig het plan, zooals het door B. en W. is
voorgesteld. Nadat daar straks verschillende
stemmen zjjn opgegaan om nog nadere in
lichtingen te ontvangen, nu zou ik het wen-
scheljjk achten alleen het begin tel in stemming
te brengen en dan later een definitief plan
vast te stellen. Wanneer wjj toch nu het
voorstel van B. en W., zooals het daar ligt,
aannemen, dan zal het onveranderlijk zjjn
vastgesteld en dat juist acht ik niet wensche-
Ijjk. Het definitieve plan zal beter later door
ons kunnen worden vastgesteld, als wjj op de
plaats zelf, met het plan in de hand, een
nader onderzoek hebben ingesteld.
De Voorzitter; Wjj knnnen dan bepalen,
dat het bestek nfider door den rand zal moeten
worden goedgekeurd.
De heer IJssel de Schepper Nemen B. en.
W. dus mjjn voorstel overJ^M. de Voorzitter
De Voorzitter: Ja, duur bestaat geen be
zwaar tegen.