BINNENLAND.
Buitenlandsch Overzicht.
TOOFEEL.
de advertentie dan is, des te verrassender is
het slot. Wat *egt gy by voorbeeld van de
volgende reclame
DB LAATSTE WOORDEN VAK OROOTE MAKKEK.
tBevelhebber van hel leger!» mompelde Napo
leon de Groote op het oogenblik toen zyn
reusachtige geest zich van de boeien van het
lichaam bevrydde.
tMeer licht!» zuehtte Goethe.
tMijn Godontferm u over dit arme volk!»
was de laatste bede van den grooten Zwjjger.
t Omkranst mij met bloemen!» beval Mirabeau
toen hy den geest gaf.
tBegraaJ mij», zei Wirn Fjjnman op zyn
sterfbed, tin een doodshemd van het magazijn
DB vriend der STERVENDEN want zel/t in mijn
kist toil ik er nog ale een heer uitzien.»
GOUDA, 4 Januari 1889.
De heereh A. J. Kriegor alhier en P. J. Hof
man te Gouderak hebben hunne concessieaanvraag
voor den lokaalspoorweg GoudaSchoonhoven inge
trokken ten behoeve van het Comité voor dien weg.
Onze stadgonooten herinneren zich ongetwijfeld
nog met hoeveel succes de IJsclub tot ondersteuning
van minvermogenden verleden jaar ern genotvollen
feestdag bereidde aan kindoren der behoeftige klasse
en tevens dat zij zich niet daartoe bepaalde, maar
bovendien aan een groot aantal gezinnen een zeer
ruime bedeeling deed van verschillende levensbe
hoeften. Zij ging daarbij zeer oordeelkundig te
werk eü slechts die gezinnen werden bedeeld, die
het hoog noodig hadden. Zij werd tot een en
ander in staat gesteld door ruime bijdragen van de
Goudsche ingezetenen. De wjjze waarop de heeren,
welke genoemde Club vormen, zich toon van de
vrijwillig op zich genomen taak kweten, was uit
muntend en ieder, dia het feest in „Ons Genoegen"
met een bezoek vereerde, was vol lof over de tact
volle wijze, waarop alles geregeld was. Bij menig
een kwatn dan ook dezer dagen de wensch op,
dat ook dit jaar zoo'n feest en uitdeeling zon
plaats hebben. Het ia tooh een foit dat er in
onze goede stad bij niet weinige gezinnen groote
armoede heerschtj er ia gebrek aan werk en als
onmiddoljjk gevolg: gebrek aan de noodigsto zaken I
Daarom doet het ons veel genoegen te vernemen
dat genoemde IJsclub opnieuw de handen aan het
werk wil slaan on evenals het vorige jaar han
delend optreden. Zij heeft daartoe den steun van
de ingezetenen ndodig die haar echter, wij zjjn
er zeker van, niet zal worden onthouden. Wij hopen,
dat ook thans weder blijken zal dat de Goudsche
ingezetenen gaarne bijdragen voor een nuttige zaak.
In de op 2 Januari jl. te Oidewater gehouden
raadsvergadering ontspon zich na het lezen der
notulen eeno discussie tusschen den voorzitter en het
raadslid D. Boer Jz., waarbij de laatste beweerde,
dat hij in de vorige vergadering niet gezogd had,
dat een plantsoen der gomeente veel geld kostte,
maar wel dat bet geld kostto. De voorzitter pleitto
voor de juistheid der notulen, waarop de heer D.
Boer Jz. uitviel„Ik verwed er een vet varken
onder voor de armen, dat ik gelijk heb, zet jij er
maar een tegen:' waarop de voorzitter antwoordde:
„Mag ik u er opmerkzaam op maken, dat vettevar-
kenszaken hier niet behandeld worden 1" (N. B. Cl.)
De perronkaartjes, die toegang geven tot het
Hollandsche spoorstation in Den Haag, zjjn thans
ook in abonnement verkrijgbaar.
De abonnementen worden aangegaan voor een ge
heel jaar, van 1 Januari tot 31 Deoember, of voor
een half jaar van 1 Juli tot 81 December. De
abonnementsprijs is 10 per jaar of 5- van 1 Juli af.
Zouden die ook hier niet kunnen worden inge
voerd, b. v. voor l. Men weet dat een kaartje
daar 2ct. kost; hier gratis verkrijgbaar is.
In do zitting van de rechtbank te Utrecht, civiele
kamer, van eergisteren is door het Op. Min., bij
monde van den officier van justitie, mr. 8. J. van
Geuns, conclusie genomen in zake de vordering van
den minister van binnenlandsche zaken tegen mevr.
A. Hoog, huisvrouw A. M. B., betreffende de ver
zameling brieven, schrifturen en diverse stukken,
familie-papieren van do Gebroeders De Witt, waarvan
de staat eigenaar is geworden voor */i» door het legaat
van den heer J. Hoog van zijn aandeel in den eigen
dom aan de koninklijke bibliotheek te 's-Gravenhage.
De meening van het orgaan van het O. M. komt
hierop neer, dat in casu de gedaagde aan den eischer
toegang zal moeten verleenen tot de boekdoelen, ten
einde die te kunnen inzien en desverkiezende er
afschriften en uittreksels van te nemen. Meer zal de
eischer niet kunnen vorderen, bepaaldelijk niet de
verplaatsing van de boeken en stellig niet hunne Ver
plaatsing naar de koninkl. bibliotheek. De eigenaar
die aan den staat zjjn aandeel vermaakte, had ook
geen andet recht dan dat van konnisnemen en inzien
der boekenhij had niet het recht, de boeken te
verplaatsen en aan het publiek ter inzage te verschaf
fen. Wenscht de eischer meer, dan zal hy oen eisch
tot scheiding en deoling moeten instellen, die kan
leiden tot wijziging van de boeken aan den een en
van eene som geld, vertegenwoordigende de getaxeerde
waarde van zyr. aandeel, aan don ander. De con
clusie luidt derhalve, dat -de eisch, zooals die is ge
daan, zal worden ontzegd. Uitspraak over 4 weken.
De rechtbank te Amsterdam deed gistoren uitspraak
in de zaak van den bode eener begrafenismaatschappij,
die in de vorige week terechtstond ter zake van valsch-
heul in geschriften en oplichting, acht malen gepleegd.
De bode genoot nl. zekere provisie van eiken klant, dien
hij der maatscbappy' aanbracht. In een moeielijk
oogenblik zijne vrouw en kinderen waren ziek
en geld was er niet in huis zwichtte hij voor
de verleidinghij gaf een paar namen op van men-
schen die als nieuwe leden zouden zyn toegetreden,
en ontving daarvoor het aanbrenggeldmet die ver
dichte namen vulde hij zekere staten in, waaruit
de directeur de polissen samenstelde.. Toen het
echter op betaling van de premie aankwam, bleek
het dat de nieuw geworven leden ten getale van
acht niet bestonden. Voor de politie geroepen,
bekende de bode onder een stortvloed van tranen
zijne schuld, maar op de terechtzitting ontkende hy
do feiten gepleegd te hebben. Het O. M., waarge
nomen door den subst.-offi. van justitie mr. Schim-
melpenninck, Achtto bekl.'s schuld wel bewezen en
requireerde 9 maanden gevangenisstraf. De ver-
Doch ook de vorm der advertentie vereischt
zorg. Het stellen er van is eene kunst, die
den meester loont. Die het vindingrijkst is
in het bedenken van aankondigingen, welke
de algemeene aandacht trekken, heeft de groot
ste kans van slagen. Er zyn er in allerlei
genre en toon, met en zonder illustration.
Wanneer men daarover een aardig boek wil
lezen, moet men nemen «De Courants (samen
stelling en beheer) van R. van der Menlen,
waaruit men tevens kan leeren, hoe men niet
adverteeren moet. Leerzaam is de volgende
anecdote, door hem medegedeeld
In gezelschap ontkende iemand de waarde
of de uitwerking van dagblad-advertenties.
«Verleden Week, zei hij, werd my by het
uitgaan van de Westerkerk mijne parapluie
ontstolen. Welnu, ik besteedde meer dan het
dubbele van wat zij waard was aan adver
tenties en toch heb ik haar niet terugge
kregen.»
«Hoe was die advertentie gesteld?» vroeg
een koopman. De twyfelaar reikte zijne ad
vertentie over, die als volgt luidde:
„„Verloren, in de vestibnle van de Wes
terkerk, gepasseerden Zondagavond, eene zwart
zyden parapluie, paarsch gevoerd. De heer,
die haar bij vergissing1 heeft medegenomen,
wordt beleefd verzocht haar in de Hoogstraat
No. 6 terug te brengen, kunnende de bezorger
op eene goede belooning rekenen.""
«Welnu, sprak de koopman ik' adverteer
veel en heb mij er altjjd goed bij bevonden.
Maar het hangt af van de wijze waarop men
eene advertentie inricht.j Laat het ons met
uwe parapluie nog eens1 probeeren, doch op
eene andere manier, en als gjj dan niet erkent,
dat adverteeren wèl loonqnd is, krijgt gjj van
mij eene nieuwe parapluie».
Thans werd de advertentie aldus gesteld
„„Als de man, die gezien werd toen hjj
verleden Zondagavond de parapluie uit de ves
tibule der Westerkerk meenam, geene onaan
gename gevolgen daarvan wenscht te ondervin
den, die een Bmet zouden werpen op zjjn
Christelijken wandel, waarvoor hjj zoo gaarne
bekend staat, dan zal hjj haar terstond doen
terugbrengen in de Hoogstraat 6. Hy is stel
ler dezes bekend.""
«Den volgenden dag werd aan de woning
van den verliezer zeker een- dozjjn parapluies
in allerlei soorten bezorgd, sommigen met het
schrifteljjk verzoek om van het geval nu maar
geen verder gewag te maken.»
Als het niet waar is, is het goed gevonden
en in ieder geval bewijst dit verhaaltje, dat
het succes eener advertentie zeer vaak alléén
van het stellen afhangt.
Enkele vindingrijke industrieelen bedenken
soms allerlei fabelen en verhalen welke vaak
zeer goed gevonden zjjn. Hoe samengestelder
af en ziedaar het voorwerp van mijn verlangen.
De sociëteit zag er uiterlijk goed uiteen ilinke
gevel, oen viertal ramen, met groote spiegelruiten,
yen roiale ingang, wa&boven oen helder brandende
gaslantaarn, kortom het deed wel iets verwachten
van het iuwendige. Daar men op de meeste socië
teiten beleefd' genoeg is jegens fatsoenlijk gekleede
vreemdelingen om hen op hun verlangen te intro-
duceeren, was het mijn voornemen een der heeren,
die er zou zijn, mijn kaartje te zenden met den be
diende om hem die beleefdheid te vragen, maar
nauwlijks was ik binnen getreden of ik zag dat dit
zoowel onnoodig als onmogelijk was. Er was
niemand Alleen zat op een dor gemakkelijke easy-
chairs, die dit allergezelligste soeieteitje versierden,
een bediende op zjjn gemak een dutje te doen. Hoe
nu, dacht ik, ben ik dan gedoemd overal teleur
gesteld te worden Waar ik hedenavond kom,
overal grijnst de eenzaamheid mij tegen. Intussehen
zag het er hier vrij wat aardiger uit dan in de Kroon
en ik besloot dus mij van mijn jas te ontdoen
en te gaan zitten. Op dat oogenblik werd de slapende
wakker, sprong verschrikt op en stamelde tot exenus
„Pardon meneer 1" waarop 'hij mij van jas en
hoed ontlastte.
„Is het hier altijd zoo druk P»
„Meestal komen er op dit uur nogal heeren,
maar U begrijpt't is oudejaarsavond en dien brengt
ieder liefst thuis door."
O ja, dat begreep ik uitstekend iederliefst
thuis 1 en ik ver van de mijnen en met een
zucht zette ik mij aan de leestafel, bestelde een toddy
en sloeg een illustratie open, waarin h6t eerste wat
ik zag waseen allergezelligste voorstelling van een
huisgezin op Kerstavond, waarop men een, vader en
moeder omringd zag door hun lieftallig kroost bij
den kerstboomAlles scheen opzettelijk mede te
werken om mij te doen voelen wat ik miste en
min of meer ontstemd sloeg ik het boek dioht. Ik
keek op en zag den bediende die mjj zeker har
telijk verwenschte, daar ik hem in zijn rust had ge
stoord bij het buffet staan en zich bezig houden
met de Almanakjes te tellen, die den volgenden dag
aan de sooieteitsleden zonden wordèn aangeboden.
In gedachte berekende hjj zeker hoeveel gulden
hem die in den zak zouden brengen.
„Zijn er hier veel leden P» vroeg ik.
„Een goede honderd, mijnheer, maar daaronder
zijn er veel, dio je nodit ziet. Geregelde bezoekers
zijn er een stuk of twintig. Zaterdagavond en Zon
dagmiddag echter komen or veel meer.»
„En heb je hier een goede betrekkingP»
„Ik heb niet te klagen Goddank I ik ben hier
morgen al vijf jaar en ,jk hoop hier te bljjven. Al
die verandering is ook maar gekheid.»
De man seheen nogal lust te - hebben in een
praatje, oordeelde zeker "dat ik daarvan in mjjn een
zaamheid niet afkeerig zou zijn en onthaalde mij
daarom op zijn geschiedenis en familie-relaties
een vronw met vier kinderen en een op de komst,
vroeger in Aionat geweest, toen agent van politie
voorts kellnor in een Amsterdamsch hofcol en nu
hier in de sociëteit. Ik luisterde in myne positie
zeer geduldig naar het omstandig verhaal, doch
daar mjjne lezers, naar ik hoop, in een aangena
mer toestand vorkeeren en dus minder geduldig
zouden luisteren, spaar ik hun die bijzonderheden.
Toen mjjn glas leeg was, had ik genoeg van de
sociëteit, bedankte in gedachte do leden voor de
mij verleende hospitaliteit en vertrok natunrlyk
naar de Kroon!
De gelagkamer Was er niet vrooljjker op geworden.
Snoek en Wattier stonden nog in dezelfde houding,
als zjj reeds zoo menigen Oudejaarsdag hadden ge
daan. De schutters zagen met hetzelfde blijmoedige
gezicht dat zij jaar in jaar uit vertoonden, ook dit
nieuwe jaar te gemoet. Mijn reisgezel was uitgegaan.
Ik gebruikte een eenvoudig avondmaal, las bet
Handelsblad dat juist was aangekomen en roeds zyn
eerste artikel aan de geschiedenis van het afgeloopen
jaar wijdde, stak een sigaar op, drentelde het ver
trek op en neêr tot het mjj begon te vervelen en
ik mjj verbeeldde slaap te krijgen.
Ik vroeg aan Jan mjj licht te geven, mij morgenoch
tend tjjdig te wekken en mjj mijn kamer te wjjzen;
steeg de krakende trappen op en kwam door een
langen en smallen overloop met de bekende geelbruine
kleur, voorgelicht door een walmende en wapperende
kaars, die onze schaduwon tegen de beschotten vanden
corridor deed dansen, op mijn slaapkamer. (Slot volgt.)
dediger, mr. J. P. A. N. Caroli, oordeelde dat de
bode niet kon veroordeeld worden wegen» valachheid
in geschriften, daar bjj de dagvaarding niet gesteld
was dat de staten bestemd waren om tot bewijs van
eenig feit te dienen, en derhalve een niet strafbaar
feit was ten laste gelegdevenmin was er hier z. i.
oplichting, daar het indienen van de valsche staten
geen listige kudstgrepen, maar slechts leugens waren.
PI. concludeerde dus tot algeheele vrijspraak. Bjj
haar vonnis van gisteren vereenigde de rechtbank zich
met deze beschouwing en sprak zjj den beklaagde
geheel vrij.
Hot is nader gebleken, dat de brand in den Alcazar
te 's-Hage vermoedelijk is ontstaan door het springen
van eene petroleumlamp of het vlam vatten der
gordijnen door het in aaniakiag komen met de gas
verlichting.
Door de brandweer werd met 12 stralen een
groote massa water aangeroerd, waardoor de brand
tot het perceel beperkt bleef. De belendende huizen
leden riechts waterschade.
Ook werden krachtige waterstralen gezonden uit
do ramen van hot aangrenzende gebouw van het
kantongerecht, met de slangen, die op de gangen
aan de brandkranen der waterleiding bevestigd zjjn.
Het aantal geabonneerden der Nederlandsche Bell-
Telephoon-maatschappij te Amsterdam ia in bet jaar
1888 met 94 toegenomen en bedroeg op het einde
van dat jaar 1431, waarvan 1399 aan de centrale
bureau's zijn aangeslotendaaronder 49 posten voor
gemeentelijken dienst.
Het aantal verbindingen bedroeg gemiddeld ruim
5000 per dag terwjjl het aantal bohandelde tele
grammen in het jaar 1338 het cijfer 38,884 bereikte
tegen 32,708 in bel janr 1887.
Men meldt uit Ammerstol
Van Zondag op Maandag is op de zalmzegen-
visscherij Renstcoude niets gevangen. Dit ia nu de
(lerde Veek, dat men aldaar te vergeefs vischt.
In/ Dnitschland waar het kegelspel ia hooge
eer wordt gehondeu en, evenals te Amsterdam, vooral
ook in bouwkundige kringen druk beoefend wordt,
heeft men zich in den laatsten tijd bezig gehou
den met de vraag, welke stof als de meest gesehikte
moet beschouwd worden ter bekleeding van de baan.
Onder meer werd ook eene linoleum-bekleeding aan
bevolen, en wel voornamelijk omdat hiermede hot
geruiach nagenoeg geheel gedempt werd.
Een inzender in de Deutsche Bauzeitung echter, die
blykbaar met kennis van zaken oordeelt, keurt deze
nieuwigheid af omdat, volgens hemde ballen op
deze bedekking traag loopeu en het, trots de grootste
krachtsinspanning, onmogelijk is eene frizche fröh-
liche kugel te maken, zooals men dit op zteenen,
houten of aspbaltbanen gewoon is.
De kegelbaan van de Askanische Hof, zoo' verhaalt
hjj verder, werd onlangs met een linoleum-bekleeding
voorzien, doch de leden der kogelclub, voor he:
grootste deel uit professoren der technische hooge-
school bestaande, en dus wel doorkneed in vraag
stukken van elasticiteit en materialenkennis, meenden
te bemerken, dat de nieuwe bedekking de kraobt en
de zekerheid van de worpen benadeelde, welke
meening versterkt werd door het feit, dat bjj iederen
worp, op de plaats waar do bal de baan raakte,
eene kleine kuil zichtbaar bleef. Een andere club,
die dezelfde baan bespeelde, deed dezelfde onder
vinding op.
Het is echter o. i. de vraag, of niet voornameljjk
het mindere spektakel de oorzaak Was, dat de wor-'
pen den heeren professoren minder frisck en frfklick
toeschenen. De schrjjver vermeldt ten slotte dat het
linoleum weder voor hout heeft plaats gemaakt en
sedert gekt die Sacke tcundersckön. (Opmerker.)
De Haagtche correspondent van de Delftscke
Ofmerker wjjst in korte trekken de vooratanders
'An het algemeen stemrecht op 4» werking daar
van in het buitenland. Hjj vraagt
Weten de heeren Domela Nieuwenhuis en Bruinsma
niet, dat in Frankrjjk en in het Duitsche Bjjk,
waar het algemeen stemrecht heersoht, de belastin
gen voor de minst bemiddelde klassen der bevolking
veel hooger en de broodprjjzen veel duurder zjjn
dan hier
Weten zjj niet dat in beide landen de verbruiks
belastingen in verhouding zeer aanmerkelijk meer
bjjdragen tot de inkomsten der schatkist dan hier P
Weten zjj niet wat het recht betreft dat
vervolgingen zooals de socialist Singer en anderen
te Berljjn ondervonden, en schandalen zooala te Parijs
met Wilson en zijne bende voorvielen, hier onge
kende dingen zjjnP
Eindeljjk „geluk voor allen» is van het algemeen
stemrecht te wachten.
Jammer dat de practjjk, ook op dit punt zoo
traag ia, zieh naar de uitspraken van die heeren
te voegen.
Het mag betwijfeld worden of onder onze Duit-
ache naburen velen worden aangetroffen die zich in
de achttien jaren gedurende welke zij het algemeen
stemrecht bezitten veel, zelfs iets nader gebracht
voelen tot dien algemeenen heilstaat, die geluk voor
allen heet. Integendeel. Vrij algemeen zullen zij
zeggen dat zij er even ver van verwjjderd zijn als
ooit te vorenen ongelijk hebben zij daarin niet.
Welk een onsehatbaren zegen Frankrijk van het
algemeen stemrecht ondervindt, is zonneklaar.
Het politieke leven ia er zoo opgewekt en zoo
gezond, dat bjj eene van de laatste verkiezingen
88,123 van de 83,962 kiezen thuis bleven en dat
de commune-held Cluseret naar de Kamer gezonden
wordt met 14,776 stemmen.
De orde in de financiën ia er zoo voorbeeldig, dat
tekorten op tekorten en leeningen op leeningen ge
stapeld wordon en dat belastingbiljetten in sleedt
ruimer schakeering en tot steeds hooger bedrag den
goeden lieden in 't verschiet toelachen.
Er zijn weinig oorspronkelijke stukken hier te
lande opgevoerd, die zooveel pennen in beweging
hebben gebracht als dat, hetwelk wij gisteren-avond
zagen JonoiT Harten van Marcellus Emants. Niet
alleen dat men er over gestreden heeft of het een
aanwinst dan wel een onverschillige zaak was voor
ona looueel, dat het voor het voetlicht kwam, dat
is meer gezien 1 maar men beeft zelfs met animo
de vraag behandekl of de première al dan niet
succes luid. De een zeide 't had een onbetwist en
harteljjk succeseen ander meende dat dit. bestond
in de verbeelding van enkele vrienden des schrijvers;
een derde zei weêr wat anders, totdat eindelijk een
zeer bevoegd beoordeelaar zich beriep op het oordeel
van de ingezetenen liet van residentie of hoofdstad
maar van die der provinciesteden. Hun oordeel
zon in deze den doorslag moeten geren. Het ge
beurt niet dikwjjla dat hun zoo'n eer ovorkomt. Ge
woonlijk haalt men in hoofd- en hofstad de schouders
op over die arme provincialen, die al blij mogen
zjjn als ze eens een paar maal in het seizoen een
goede voorstelling te zien krijgen en wier oordeel
weinig wordt geleld. Intnsseheu, dituiaal dacht men
beter over hen en derhalve wekt de vraag Hoe
beviel het stuk in Gouda ook meer belangstelling
dan gewoonlijk.
Wjj gelooven, zonder vrees voor tegenspraak, te
mogen beweren ilat het publiek zich uitstekend daar
mede amuseerde, en dat het over 't algemeen zéér in
den smaak viel. Het was een aardig denkbeeld om
een jong meiaje, een waar natuurkind, te plaateen in
een omgeving, waar zij twee oude heeren en één
jongmensch het hoofd op hol bracht, zonder dit zelf te
willen of te weten. Dat ons bovendien een dame
van leeftijd weid voorgesteld, die op haar beurt
toonde ook nog een jong hart te hebben, maakte
het geheel nog aardiger. Verscheidene aardige, ja
geestige tooneelljos is het stuk rjjk. Dat aan de
whisttafel, waar de heeren hunne oogen niet van Het
meisje konden afhouden en allo attentie voor het
•pel verloren, was b. v. uitmuntend, terwjjl in het
volgende bedrjjf, dat waar de verschillende ver
liefde heeren met een bloem werden versierd, ook
veel succes had. De taal waario het stak geschre
ven is, liet niets to wentohen over, zooals men trou
wens van den sohrjjver een onzer beste letter
kundigen kon verwachten. Wanneer men weet
dat zijn eerste stuk jammorljjk gevallen ia (het be
leefde slechts ééne opvoering) en dat het gisteren
opgevoerde reeda jaron geleden geschreven werd, dan
is er alle reden om de hoop te uiten dat hjj opnieuw
een poging wage, die zeker nog meer kans van sla
gen heeft. Het spel der artisten was wederom Uit
stekend. De hh. Faassen en Haspels benevens Mevr.
Burlage handhaafden ban ouden roem. Mej. Beers-
mans hadden wjj hier nog nimmer een rol zien ver
vullen van zooveel beteekenis. Zjj bracht hot er
goed af. In plaats van Henri de Vries hadden
sommigen liever Jan O. de Vos gezien in de rol
van Oscar, en het moet erkend, dat deze waarschijn
lijk in het laatsta. bedrjjf meer zeggingskracht zou
gehad hebben en het succes verhoogd zou zijn, maar
over 't algemeen gaf ook zjjn spel reden tot tevre
denheid.
Behalve het genoemde blijspel kregen wjj er
nog een tweetal te zien Vonken onder de asck
van Stobitzer en De Gouvernante, van von Moser.
Hot eerste was vrjj wat gèestiger dan het laatste.
In beide stukken speelde Mej. Morie Vink de
hoofdrol, wat natuurljjk ieder stuk ten goede komt,
terwjjl de heer de Vries daarin de weinig benij
denswaardige rol had te vervullen van „den man,
die uitgelachen wordt.» Hij had zich als Baron
Bretten uitstekend gegrimeerd en speelde zoowol
in deze rol als in die van Strehlen zeer aardig.
Wjj eindigen met de mededeeling dat het nieuwe
stuk van den heer Hosier Faassen „ket Bultje»
Zondag a. st. voor het eerst te Botterdam wordt
opgevoerd. Wij hopen voor den geachten auteur, en
het gezelschap, waartoe hjj behoort, dat het een rijk
sneces moge hebben 1
De nieuwjaars-recepties der Europeesche vorsten
en ministers kunnen slechts tot bevestiging strekken
der vredelievende verwachtingen, waarmede het jaar
1888 zijn intrede heeft gedaan. Overal werd ver
zekerd, dat in dit jaar, evenmin als in het vorige,
verstoring van den Europeeschen vrede te wachten is.
Niet alleen de Vorsten, maar ook de premiers
van de triple-alliantie hebben met Nieuwjaar elkan
der per telegraaf gecomplimenteerd. Crispi zond niet
alleen een telegram aan den onden, maar ook aan
den jongen Bismarck, beide in de allerhartelijkste
bewoordingen en met vredesontboezemingen.
Zelfs «keizer Boulanger I" is niet achterwege ge
bleven. De Franscbe pretendent hield op nieuwjaars
dag eveneens een receptie, welke zeer druk werd
bezocht. De heer Paal Déroulède verscheen aan het
hoofd van honderd leden der Ligue den patrioten en
hield een toespraak, waarin hij Boulanger den be
vrijder noemde, van wien men de vestiging der
Fransche republiek verwachtte.
Boulanger was zeer aangedaan over deze woorden
en verzekerde, dat het Fransche volk niet tevergeefs
op hem zou rekenen. Weldra zou ook Parijs door
zijne verkiezing toonen, welk een afkeer ook de
hoofdstad heeft van de tegenwoordige regeering.
Ten einde zijne echt-nationale gevoelens te toonen
besloot de generaal zijne rede mot een hartelijken
kus op de blozende wangen van een mooi meisje
uit den Elzas, die in baar uationaal costuum bij de
ontvangst tegenwoordig was.
Het is nog zeer de vraag, of Boulangers verwach
tingen zullen vervuld worden. De verschillende re-
pnblikeinsche groepen erkennen werkelijk het gevaar,
dat aan een verkiezing van Bonlanger te Parijs ver
bonden is en toonen inderdaad eenige neiging hun
onderlinge grieven voor een oogenblik te vergeten.
Indien dit werkelijk geschiedt en alle republikeinen
op één candidaat stemmen, staan de kansen voor
den pretendent niet gunstig.
Over 't geheel schijnt men van meening te zjjn,
dat het in Frankrijk in '89 een haspelen en scharre
len zal blijvrn, daar al de partijen althans zooveel
water in hun wjju zullen doen, dat zij '90 halen,
daar anders de tentoonstelling in 't water zou vallen.
En de tentoonstelling geeft gelegenheid wat extra
te verdienen en d&t gaat toch nog boven de politiek.
Volgens de Berlijnsche bladen is den gewezen
Pruisischen minister van Binnenlandsche zaken, Von
Puttkamer, een groote onderscheiding ten deel ge
vallen. Keizer Wtlhelm heeft den heer Von Putt
kamer op nieuwjaarsdag verrast-met den Zwarten
Adelaar, de hoogste Pruisische ridderorde, welke,
met uitzondering van vorsten en prinsen, slechts aan
dertig Duitschers mag verleend worden.
Dit getal was reeds in 1889 bereikt, maar in bui
tengewone gevallen heeft de koning het recht het
vastgestelde cijfer te overschrjjden. Keizer Frederik
deed dit reeds ter wille van de ministers Von May-
bach eu Friedberg en den voorzitter van het Reichn-
gerxekt dr. Simson. Keizer Wilhelm II heeft nu het
zelfde gedaan ten behoeve van den heer Von Putt
kamer, dio in Juni door zjjn liberalen vader ontslagen
werd en sedert in stille afzondering op zijn landgoed
in Pommeren leefde.
De Engelschen bljjven bij hun plan om de troe
pen die Osman Digna verdreven hebben, terug te
trekken zoodra de forten gereed zjjn, die thans rond
om Souakin aan de landzijde worden opgeworpen,
met zwaar geschut bewapend en door negertroepen
bezet zullen worden.
De koning van Servië beeft, bij bet sluiten der
groote Skupnchtina, herinnerd (lat hij zijne regeering
wijdt aan de vervulling der plichten, door het trac-
taat van Berlijn opgelegdde nienwe vrjjheden, bjj
de grondwet erkend, in het licht gesteld, en de ver
klaring afgelegd, dat hjj in het vervolg als constitu
tioneel vorst regeereo zou. Do koning toekende
daarop de constitutie en hief de zitting op.
Met het Te Deunt in de St. Pieter, met Kersttoe
spraken en encyclieken, overvloeiende van bittere
klachten over onrecht en verongelijking, heeft paus
Leo XIII het jaar 1888 geëindigd. Hoewel Europa
langzamerhand jegens de pauseljjke klaagrodenen,
zoo dikwjjls herhaald, een veelzeggende onverschillig
heid aan den dag begint te leggen, zal niemand
ernstig willen beweren, dat in onze dagen de eigen
lijke quintessens van de pauselijke klachten, nl. de
zoogenaamde Romeinsche quaestie, niet nog een
vraagstuk is, dat als van weinig belang beschouwd
mag worden.
Tegenover do jongste jeremiaden van Leo XIII
over de beperking zijner vrjjheid in zjjn eigen stad