j BLOEMA», 1. 7AN SCHALKWIJK, mmm mm. INBOEDEL, SSBSSfBOSI F. STROEVE, f Komieke Voordrachten. Gedroogde Snijboonen. P. J. HÖOFTMAÏT, Brieven uit de Hoofdstad. f BEURSBERICHT. ADVERTENTIÉN. Openbare Verkooping- BQELHÏÏIS Waddinxveeu. Bouw- en Helkgereedscbappen. HOOI Een vier roeden Hooibarg b Galanteriën en Speelgoed f* A, v. OS Az. Kleiweg S 73 en 73*. Verhuisd: Oosthaven B. 34, VERHUIZINGEN Heden Avond OPENING Rozendaal No. 15, Gouda. Zeugstraat G. 9. GEDROOGDE SOEPGROENTEN. P, SALERBIER. GEEN KIESPIJN MEER! Dr. POPP S a Mondwater Burgerlijke Stand.' Haastrecht Eenige beste Groentenscboüwen. Eenige Meubilaire Goederen. Groote Collectie Alle avonden Muziek, Zang, Operetten, Duetten en "W. IBOIEIR», Gedroogde Princesseboonen. Mevrouw BOON Korte Groenendaal te GOUDA, oomité, mat zijne bakende voortvarendheid spoedig ia de gelegenheid worde gesteld om handelend op te treden. Degelijk» wordt ondervonden hoe handel eft industrie aan banden gelegd zit* door gemis san een versneld middel van vervoer. Alleen hierdoor gesteund kunnen handel en industrie rich ontwik-, kelen naar de eiaohen des tijds en kan die ont wikkeling ten goede komen san allea, die belang hebben en stellen in voorspoed en welvaren van onze streek. Het vooruitzicht Mej. Titia van Gelder uit Amster dam (aan wier voordracht in dit nr. een brief uit de hoofdstad ia gewijd) hier te rien optreden ia, naar wy nader vernemen, nog niet zdt> spoedig aanstaande, als eerst gedacht werd. Wij hopen echter zeer,dat uitstel in deze geen afstel zal zijn. Aangenaam was het ons dezer dagen kennis te maken met een nieuwe vinding op het gebied der Piano-industrie, nl. met het Dubbel klavierwaar van uitvinder is de heer Andr. L. Krom te Utiecht. Zooais ieder weet bestaan er bij de viool: heele en halve, de laatste berekend naar het spanvermogen der jonge beoefenaars van het vioolspel. Niet alzoo by de piano, waar volwassenen èn kinderen op eenzelfde klavier eenzelfde maat van toetsen moeten spelen. Erkend is het algemeen, dat het gebrui kelijke klavier niet in verhouding staat tot hot enge spanvermogen der kleine kinderhanden, waar door de leeraar raak verplicht is grepen in de muziek in engere ligging te brengen, waardoor niet de gewenschte vorderingen in het pianospel worden gemaakt. Hieraan nu is de heer Andr. L. Krom te gemoet gekomen door in het kinderklarier eene toetsonrjj van engere maat dan de gebruikelijks aan te bren gen, waardoor een aangenamere en snellere ontwik keling der piano-techniek by kinderen wordt ver zekerd. Ten einde nu een piano te hebben èn door kinderen èn door volwassenen te bespolen zijn de beide klavieren dusdanig vereenigd, dat in minder dan één minuut beide klavieren verwisseld zyn nl. door de twee klavieren tegen elkander ge schroefd gaande in twee stalen loopers en draaiende op haar resp. middenpunt, zonder de kast te ont- blooten, naar voren getrokken, gewenteld naar gelang men groot of klein klavier boven wenscht, weder in de kast geschoven en aan de zijstukken door middel van twee schuiven bevestigd worden. Een voordeel van deze vinding is dat zy op iedere piano kan toege past worden. Beroemde musici, hier te lande en elders, hebben hunne groote ingenomenheid met deze vinding betuigd, als waarlijk aan een reeds lang gevoelde behoefte voldoende. Óp de Stads- Muzieksokool alhier is een piano van bedoelde vin ding in gebruik. f Volgens den regonmeter der rykslandbouwschool te Wageningen bedroeg de gevallen regen in de maand Januari jl. 12 mM., tegen S3 mU. in dezelfde mitand van 1888. Het gunstig toeval heeft gewild, dat ik op Dms- dag 22 dezer mede tegenwoordig was ter Soiree, welke mej. Titia van Gelder op de Tooneelschool voor enkele ganoodigden gaf en waarvan door 11 in Uw nummer van 31 Januari gewag wordt gemaakt. En nu in myn vorigen brief de ruimte niet meer toeliet daarvan iq het bizonder te gewagen, wil ik met bet oog op de Soirèe eerlang door mej. van Gelder ten uwent te geven gaarne dezen aanvangen met het mededeeieu van enkele bizonderhoden be treffende haar wyse van voordragen. Wil men deze begrypen en waardeuren, dan dient men in het oog te houden, dat mej. van Gelder hare studie in de declamatie dit woord niet in den algemeen geldenden, mingunstigeu zin genomen te Parys heeft aangevangen. Zij heeft zioh aldus de Eransche wijze van voordragen eigen gemaakt en die is, ten aanzien van lyrische gedichten vooral, van een bizonder karakter. Luister maar eens naar Sarah Bernhardt, wanneer zy iu 'Adripnne Lecouvreur de fabel van Let deux -pigeon» zegt, neen, zingt, met een teedere liefkoozing van het geluid, 't welk do ver zen doet Jgelyken op een mslsch tapeet van bloe men. Het is een zoet gekweel, een innig liefelijke minnozaap dien ge hoort. En als ge nagaat hoe dit effect verkregen wordt, komt ge toPde slotsom dat dit voor twee derden aan de taal, voor éen derde aan het eigenaardig rekken der lettergrepen bij de uitspraak te danken ia. Immers de woorden bestaan meest uit vocalen, en zy worden daarbij nog zoo vdorsan* in de mondholte tegen bet verhemelte en bij de lippen voortgebracht, dat zelfs de medeklin kers luchtig meedansen in de algemeone wegvloeiing der klanken. Dit zoetvloeiend zangerig zeggen is nu vooral van toepassing bij het voordragen van lyrische gedichten gemoedsuitstortingen, welke, naar het woord aan duidt, dan ook oorspronkelijk steeds met muziek begeleiding werden voorgedragen of, nog bete?, ge ïmproviseerd. En zoowel het rythmus ids het rijm, beide werkend op het gehoorbewijzen welke betee- kenis men steeds gehecht heeft aan de muzikale waarde van het rem, naast die van den inhoud. Niet alle dichter» evenwel hebben voor dit deel van hun kunst altijd evenveel oor gehad; de inhoud, de gedachte werd hun alles, de klankschoonheid zoo goed als niets. Tegenover die verwaarloozing van het uiterlijk schoon heeft echter nooit, hetzij gelijktijdig hetzij in een later tijdperk, de reactie zioh laten wachten, welke dan op haar beurt te vèr ging en den inhoud der verzen minder te}de dan de vorm- of de klank- volmaking. Dit laatste is een speciaal nieuwerwetsch denkbeeld; waarmee ik niet wil gezegd hebben, dat oudere dichters zich. «iet aan den klank lieten ge legen zyn, maar ,,nvay -jj niet over spraken als over eene theorie/ wat hun kunst trouwens ten goede kwam. Frankrijk'is nu evenwel het land, 't welk ook in dezen het voorbeeld heeft gegeven; de jongere school der Parnamien» heeft bizondere zorg besteed aan het rythmus en het rijm, en een onderdeel van deze bent is zich gaan wyden aan de studie van de klankleer der taal, in muzikaal opzicht. Zoo ver gaan zij daarbjj zelfs, dat, volceps mededeeling van prof. A. G. van Hamel in de laatste zijner hier kortelings gehouden "conférencet, éen hunner hem bekende: «als ik een sonnet wil maken, zoek ik eerst de klanken te vinden, welke ik behoef om de stemming /van mijn gedicht te doen uitkomen, en nadat ik dit muzikaal schema heb vastgesteld, tracht ik de juiste woorden te vinden ter uitdrukking van mijn gedachte." 1 Een methode van dichten, welke door eene bepaalde school van jdngeren wordt toegepast, in Frankrijk en, zou ik zeggen, ten onzent; en die de onver staanbaarheid van vele dier sonnetten verklaart. Immers nog meer moeite dan knutsehMe met het rijm, moeten die dichters vaak met de klanken hebben, en kunnen zij geen in den gedachtengang passend woord vinden, dan ntoet er wal een neer gezet worden, 't welk natuurlijk niet past en het vers eenvoudig onbegrijpelijk maakt. De bentgenooten, die meestal eene onderlinge- opbemelingamaatachappjj vormen, overtreffen zich dan evenwel in hun bewondering voor dat nieuwe, gedurfde, woord en maken zieb zelven en anderen diets, dat dit nu eene proeve van de goddelijke kunst der toekomst is. Maar in hunne overdrijving van eon voor het overige goed beginsel verliezen zij uit het oog, dat zij druk op weg zijn iu gelijksoor tige fouten te vervallen nis de «afvijlen" on «likkers" van onze 18e Eeuw en gekunsteldheid voor echte kunst willen doen doorgaan. Schjjobaar ben ik al heel ver van myn onder werp afgedwaald. Doch ook niet meer dan sebynbssr. Immers bet groote beginsel van voordracht als van spel behoort te zijn dat deze zioh regelen naar het kunstwerk, 't welk vertolkt moet worden. Een dichter, die zioh alle moeite gaf om maat, rjjm of klauk van zyn verzon te doen beantwoorden aan het gevoel en de stemming welke hij wilde uit drukken, heeft het recht te vorderen, dat bij de voordraeht uitkomo wat hy er in heeft willen leggen. Alle vrijheid voor de persoonlijke opvatting van deu vertolker bepaalt zioh tot eene vrijheid in opvatting van de bedoeling de» schepper», en hoe meer, fijner en juister de vertolker die bedoeling weet te vatten en weer te geren, hoe meer men hem zal kunnen prijzen. Aldus stelt de jongere Frsnsche dichtschool aan de voordraeht muzikale eischen in overeenstemming met hun kunst, en is onder haar invloed een methode van zangerig, rythmisch, ge dragen zeggen geboren, welke in hoofdzaak voor lyrische gedichten toepasselijk is. Mejuffrouw van Gelder nu heeft zich deze methode eigen gemaakt en heeft beproefd die ook bij het zeggen vau Hollandsche verzen aan te wenden. Die proef mocht te belangwekkender heeten, omdat wij in ons land ten aanzien van l'art de dire op dit oogenblik in een even groote onzekerheid ver- keeren als dit let geval is met onze letterkunde. De oude school van declamatie, die voornamelijk den val dor verzen (alexandrijnen) deed uitkomen ik herinner mij nog levendig prof. Maftbjjs de Vries menigmaal een vera van Bilderdijk in dien trant te hebben hooren voordragen, en dat was somwijlen zeer indrukwekkend die oude school is, onder den invloed van eene groote voorkeur voor bet «na tuurlijk proza» zoo heftig voor «onnatuurlijk" uit gescholden, dat zij al minder en minder in aanzien bleef. En al wederom was het de steeds te vèr gaande reactie, die ons gebraoht beeft tot het huldi gen eener methode, welke het vers, Vooral bet ver halende en bet dramatische, als prozawilde behan delen en, verstandelijk koel, ook do lyrische poezie mishandelde tot er van den lieSang niets muzikaals j» meer overbleef. Voordragers en dichters zondigden even hard. Uit dit'alles volgt, dat dd proefneming van mej. van Gelder juist te gelegener tijd kómt. Eu wie haar den reizang uit Vondel's Adam in Ballingtbhap hoort voordragen in de stemming van blijmoedige, dankbare, bewondorende vereering, zal licht'tot de schrijven, bestemd om knappe mensohen uit htm byd te halen by het aanbreken van een kouden Jannari- ochtend, óm hun het. schijnsel vjtn de maan, ofthet glinsteren van de ochtend#ar te doen zien, hoewel het voor beiden ongetwijfeld wel de mojjifh waard mocht geacht worden. Clara luerd® .weldra vermaak vinden iu spelen iu de open lucht.'Kj werd gehard en sterk; geen van hare makkertjes speelde met meer lust. Wel bleef zy altijd tenger van gestalte^ en byhield hare gelaatskleur een eigenaardige bleek- hoid, maar zy waz gezond,tij "had sterke zenuwen en moest 'gewoonlijk 's morgeus geroepen worden, in plaats van een uur vóór het aanbreken van- den dag wakk^ te liggen. De tijd staat niet stil; 't is wefr winter en Bill Holt ia er niet op verbeterd. De zachte, ipsohikke- ljjke, goedhartige knaap van vroeger was bitter, .ge melijk en wrevelig geworden. Dit was voornamelijk aan Harry Ellsworth te wijten. Want naar aanleiding van de preek, die zijp vader" tegen de jonge weduwe had gehouden, begon Hafty, alleen voor zijn ver maak, op allorlei wijze den kleinen Bill te plagen, i Dat kon hij des te gemakkelijker doen, omdat Bill meer dan een jaar ouder was en het dus niet den schijn van verdrukking had. Maar Bill was een tenger zwak kind; en Hhrry sterk, stevig en groot voor zijne jaren. Wordt vervolgd.) Clara geuoot bovenmate en kon hare bewondering niet genoeg te kennen geren. "Op zekeren ochtend in het begin van Januari, weid Juffrouw Pettengill uit een gernsten slaap ge wekt door een herhaald kloppen aan de deur. Het waa Clara. «Tante Mehitabel," zoo had zij geleerd haar te noemen, «tante Mehitabel, gjj moet opstaan en da- delyk aan myn venster komen.» 'lao dringend geroepen, kon zij niet nalaten er dadeljjk gevolg aan te geven. Verschrikt en half wakker, stond juffrouw Pettengill op, opende haastig de deur en volgde bet kind naar baar kamertje, dat op het oosten uitzag. Het was volle maan. De vlakte beneden was ge- heel overdekt met sneeuw en de eerste schemering van het aanbrekende daglicht was zichtbaar. «Kjjk!» riep Clara; «kjjk!» Daar is het maan licht, het daglicht en de ochtendstond!» En de schoolmeesteres keek weldegelijk; doch be halve met een enkelen blik, niet uit het venster, naar het tafereel haar aangewezen, maar naar het kind, dat daar voor haar stond, op bloote roeten en in haar nachtjapon. Het was een streng koude ochtend; de thermo meter toekende verscheidene grhden onder vriespunt. Daar stond zij met een gelaat gloeiende van opge wondenheid, terwijl hare oogen met een zonderlingen glans schitterden. De eerste gewaarwording van juffrouw Pettengill was ergernis dat zij uit een gemakkelijk bed was geroepen om een gewoon winterlandschap (o ,be- wohderen; maar de uitdrukking Van CISra's gelaat, toen zij haar met een zegepralend gebaar het tafe reel aanweps, ontwapende haar. Ben tweede blik op het gloeiend gelaat van het1 kind wekte eene nieuwe reeks van gedachten. De overgang Van het eene uiterste, van gevoel tot het andere is snel. En die overgang had plaats gehad. «Zijt gij - niet blyde dat ik u geroepen heb?» vroeg Clara, alsof zy verzekerd was, welk antwoord er volgen zou. «Zeer blijde ja, zeer blijde," was het vriendelijk antwoord. t Zoodra zij dit doen kon, tonder al te overhaast te werk te gaan, bracht juffrouw PbttengiU Clara weder te bed en begaf zich naar haar eigen kamer, klappertandende van konde, terwijl zij herhaalde: «ZeetWblyde ja zeer blijde!» «Wat heb ik gedaan?» ging zij voort. «Ik heb het kind bijna ongelukkig gemaakt. Waar waren mijne oogen? Waar dacht ils aan? Ik heb baar te veel voor mij zelf gehouden: zij moet spelen, meer den heuvel op- en afglijden, meer in de sneeuw rollen, meer pret maken. Ik zal haar in 4? keuken 'brengen, en tijj moet leeren j;ot' pasteien en koeken worden bereid, 'tls nog juist bij tijds.» Met geyoegen vermeld ik de verandering van zaken. Heb zou volstrekt niet in mijn smaak vallen de geschiedenis van een meisje van acht jaren te 4 bekentenis komen, dat hij de hooge schoonheid ven dezen lierzang nog zeiden zoo innig heeft leeren ge voelen. Geldt het de Prinoeesekiaoht van Hooft, de voordraagater poogt het lieven en vroezen der vrouw te kleuren door Hooft's boffelyken zwier; en waar zij Verwey*» In Memerimm patri» voordraagt, weet zij de hoogopziende ontzetting en gedragen smart aan den toehoorder mede te deajeu. Wat zy by dit alles te bast heeft, is de welluidend muzikale klank van haar stem en d, ongemeen beschaafde uitspraak onzer taal. Daartegenover staat dat haar geluid niet krachtig| is, en diepte en kracht vooralsnog buiten het bereik harur middelen schijnen te liggen. Ook is zy zal het zelve zeker niet willen ont kennen nog verre niet by de grens ven haar kunnen: haar orgaan is nog niet buigzaam genoeg om haar te veroorloven in de verschillende toon aarden de noodige schakoeringen san te brengen en toch tusschen eiken toonaard een dnidelyk onder scheid te doen uitkomen; wat tronweru wel de meest geacheveerde techniek vereiacht en wellicht onbereikbaar is. Kt komt vooral dito sterk uit, wanneer zy, gelijk op bedoelde soiree, achter elkander eenige verzen zegt, tusschen welker stemming het verschU betrek- kolyk gering en welker rythmus overeenkomstig i». Dan krijgt, op den duur wat trouwens bij het voordragen van louter lyrische verzen achtereen steeds het geval moet zijn - haar zeggen ieta eentonigs en het effect van het voorafgaande gedicht doet het vol gende schade. Wat jammer is. Daarom hoop ik, dat Mej. van Gelder, wanneer het hanr voornemen mocht wezen ten uwent ook een gnheelen avond alleen op te treden, bij het samenstellen vsn haar programma met die noodzakelijkheid van afwisseling rekening zal houden. Tusschen enkele lyrische ge dichten een epiaeh, en-straks een dramatisch frag ment plaatsend, zal zy zich zelve en baar hoorders meer voldoening schenken dan door het programma in te deelen sis dien Dinsdag, toen zij bijv. ongeveer acht gedichten van de «nieuwe-Gidsera» als ik 'tzoo zeggen mag achter elkander voordroeg. Om dezen niet te lang te maken en de poezie niet te doen volgen door allerlei proza, plaats ik hier een punctum. Een volgend maal praat ik weer eens wat over onderwerpen van socialen aard. Ghusbucut vsn Aemstel. CORRÉSPONDENTIE. Hst dezer dagen ontvangen artikel over de Kwakzalverij is te uitgebreid om gepUatat te kennen worden. Het atuk «en -Mia tn persoonlek om voor plaotaiog in aanmerking to kooaew: os Redactie. AMSTERDAM, 2 Februari. (Per Telegraaf.) Bipnonlandsche fondsen vast. Russen zeer ge vraagd. Oostenrijk en Turken prijshoudend. Ruis. Zuid-West «n Amerikaanschen willig. GEBOREN 1 ïebr. Btstiua, onder* W. den Toom en N. Verkerk. 2. Geertje, ouders D. Vertneij en A. van der Horst* Josina Wilkelaaina Mario, ouders Al. van der Zwalm en J. Buoicbooien. OVERLEDENI Febc. P. van dee Tola, 47 j. I. Groene weg, 47 j, ONDERTROUWDi 1 Febr. H. van den Heave), 99 j. en E« S. Pnnaelie, 98 j. M. J. van Nidek, 97 j en M. van der Üeo, 48 j. A. J. Sm, 98 j. en S. J. Prins, 95 j Moordrecht: GEBOREN': Helena, oudarif? A* Kool Sn C. Romijp. Willswijntje, ouder» 1. hoornen es P. W. Boost. 'i OVBKLEDEN W. Tost, IS j. J. G. de IJorit, 9 m. GEHUWD A. J. de Jong, 81 j. (to Kralisgea) es B. res Dijkland, 81 j. GEBORENHendrik, oudera H. Stolwijk en J. van Kijk. - Antbonia Catharine, ouders B. Stsenkamsr en C. tan Zeelt. Wilbelmin* Anthonia, onder* A. Uitteobogsard en 4 H. Verboom. Alette, odBers J. Verboom en N. Sterk. -* Hilligje, ouders A. Schouten en L. dan Boon. OVERLEDEN W. Steehouwer, bgna 9 j. Zevenhuizen GEBOREN Jan, oudera J. Aauen en C. Muilwijk Arie, ouders C. Ooms en J. boer. ip Zoolang de voorraad strekt als proef ver krijgbaar by Joh. Gravesteijn Jr., Spie- ringstraat F. 83., Snjjboonen, Prinsesen, Bloem kool h 40 ct. Andy vie 35 et. per Blik. Voor dezelfde lefdige Blikken binnen 3 dagen terug gebracht'10 ct. per Blik terng. op DINSDAG 19 en WOENSDAG 20 FE BRUARI 1889, des morgens ten 9 are, een het sterfhni* ven Mevrouw de Wed*, den UUL, itn den Bieekerssingel, R. 201, te Gouda, ven den geheelen door genoemde Meyroaw de Wed». dim UIJL nagelaten netten en goed onder honden waaronder Mahoniehouten ca andere Meubelen, Vloerkleeden, Spiegels, Schilderijen, Bedden, Beddegoed, Bed en Tafellinnen, Porcelein, Glns, Aardewerk, eeuig oud Porcelein, Juweelen, Gouden en Zilveren werken enz. Te zien: daags te voren des voormiddags van 9 tot 12 aren en des namiddags van 2 tot 5 oren. In dezen Inboedel znllen geene goederen ter verkoop mogen worden bijgebracht. Nadere inlichtingen gepft Notaris G. C. FOBTÜIJN DROOG LEE VER, te Gouda. Mr. I. MOLENAAR, Notaris te Waddinx- veenzal op WOENSDAG 13 FEBRUARI 1889, '8 morgen* 10 ore aan Ale woning van JAN POOT 8'. aan de Zoidkade te Waddinx- veen in het%openbaar a contant, verkoofen Ongeveer 40.000 p4. bait gewonaèn (in 4 perceelen en gecombineerd) en en Een SCHUUR van bont op steenea voet met pannen. 's Morgens afgenummerd te bezichtigen, en nadere ijlformatiën by den Notaris. -4 Msgazyn van fö beden Ontvangen nieuw soort J. D. STAM, Meubelmaker, van de WESTHAVEN naar de voorheen J. G. BELÖNJE. My minzaam aanbevelende voor alles wat vtofc het vak behoort. f binnen en buiten de Stad. van het nienw gereeUtueerde KOFFIEHUIS. Tailleur, is verhuiad van de TURFMARKT naar de Tevens ontvangen de nieuiibote Dewzi- saieone- en Voor jaars»toff en. vraagt met I MEI eene FLINKE P. G. die goed Jcan werken. Loon naar be kwaamheid. Boom-, Bloem- en Zaadhandelaar, beveelt zich beleefd aan tot het onderhonden, aan- of verleggen en byleveren van TUINEN. Pryscoarant van Bloem- en Groentezaden op aanvrage verkrijgbaar. f voor allen die het wereldberoemde echte K.K. Mof-Tandarts ngebruikt hebben. Boveu ieder ander Tand- water te verkiezen als voorbehoedmiddel tegen Tand- en Mondzieltten. By gebruik van het Mondwater en Dr. POPP's TANDPASTAof w—s, behoudt men steeds gezonde en schoone Tanden, oen eerste vereischte tot het behoud vau eene gezonde maag. Dr. POPP '8 Kruldenzeep, is met het gróótste succes ingevoerd tegen iedere soort van Huiduitslag. POPP's Zonnebloem-OUezeep, fijnste op beate Toilet-Zeep. I WA dSSCH U WING. Alle bestaande namaaksels van Anatherin Montwater zyn voor de Gezondheid schadelijk volgens analyse, daarom waarschuw ik hier- mede het geëerde publiek voor aankoop lau HUE* zulke namaaksels. v Dr J. G. POPP, KK. Hof-Tandact» en uitvinder der Anatherin-Preparatcn té Weenen. Depots van slleen echte Anatberin-Preparaten be vinden zich te Gouda bij de firma J. C.Zeldenryk Co. Drogist, op de Marktte Rotterdam by F. E. van Santon Kolff te 's Hage bij J. L. F. Snabilié, apoth. to Dolft bij A. J. van Rijnte Schiedam by C. Malta Gz.te Leiden by fi.'Noordijlfte Amsterdam bij F. van Windhoim 8r Co. en H. H. Uloth Co., apotheekte Utrecht by G. H. N. van Spanje idem Lobry 8c-Porton, Droogisten.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2