Bnitenlandsch Overzicht. PETROLEUM-NOTEEItliMGEN 3308eStaats-loterij BEUB^UEttlCHT. Cantzlaar Schalkwijk, te Rotterdam. POLITIE. r wijten. Eeuigen lagen als dood en verroerden zieh niet Anderen huilden en schreeuwden, nog ande ren dansten en sprongen. Toen njj in zulk een toestand waren, kwamen do- Trouwen en brachten de mannen naar huis. Eenigen sliepen tot den middag, anderen zelfs tot den arond. Wie zich zoo niet bedrinkt, wordt door de anderen Terecht en toot een slecht krijgsman gehouden. De Nieuwe Haart Ct. rraagt waar Tooral de oor zaak Tan de „slechte tijden* in te zoeken. Het ant- wooord luidt: Bekennen wij het maar rondweg, wij hebben Teel meer behoeften enTeel minder werklust dan onze Toorouders. Wij houden te Teel Tan pracht en weelde. Zy gingen te Toet, wij moeten rijden «y aten om te leren, velen onzer leren cm te eten; rjj gingen eenroudig gekleed, thans zijn de kostbaarste stoffen nauwelijks goed genoeg; tij bieren thuis, bjj Trouw en kinderen en bij hun noring, in de heden- daagsche maatschappij heerscht echter de geest ran uithuizigheid. In een woord, onze Toorouders waren rljjtig, huiselijk, spaarzaam, terreden en welgemoed, taaar wjj? In onze dagen wil iedereen Terder springen dan zijn stok lang is, of zich boven den stand rerheffeu, waarin de Voorzienigheid hem heeft geplaatst. Gaan thans de dienstboden niet zwieriger gekleed dan de deftige juffers Tan voorheen? Wasemt de burgerpot geen geuren uit, die weleer uit de keuken van een patriciër of edelman opstegen Heeft menig jongeling niet Teol meer geld noodig dau zijn vader of grootvader? Schaft niet menig jeugdig huwelijks- paar zich huisraad aan, die voor den stand waarin zjj leven vee) te weelderig is? Houdt niet menige Trouw een te groot dienstpersoneel er op na, en be kommeren veel huismoeders zich niet te weinig om haar huishouden? Wordt er niet al te veel geld be steed aan ooncerten, bals, partijen en andere ver makelijkheden? Wil Jan en alleman niet jaarlijks naar Parijs of Londen, of een reisjo maken langs den Bijn? Ontmoet men niet op badplaatson men- schen, voor wie het beter ware geweest, dat zij de plaats hunner woning niet hadden verlaten? Maar, tal men misschien vragen, mag men zich dan niet eens verzetten, na een geheele week gewerkt? Zeer zeker! De boog kan niet altijd géspannen zijn; iedereen heeft ontspanning noodig. Doch is het wel noodzakelijk, dat onze vermaken altijd zooveel moeten kosten? Ofwel de middelen laten die uitgaven toe, en dan moét men geen klachten doen hooren over den slechten tjjd, over de malaise van onze dagen, ofwel de verdiensten laten zulke uitgaven niet toe, en dan moet men ze ook niet doen. Aan het Handeleblad schrijft men uit Tietjerk: Wie in Friesland een Treemdeling is, kan zich moeielijk voorstellen, welke eene beweging in die provincie gemaakt wordt, over het vinden van het eerste kievitsei. Breekt de stonde aan, dat men eiken dag de tijding kan verwachten, „it aërste ljipay is fofin» dan verkeeren eizoekers van professie in eene merkwaardige spanning. Het vinden van het eerste ei is een feit van belang, dat door de provinciale pers behoorlijk ter kennisse van het publiek gebracht wordt. En zulks om eene dubbele reden. Eerstens behoort er eene zekere kennis toe om met goed succes kievitseieren te zoeken. Lang niet iedereen verstaat die kunst. Men dient op vogelgesehrei acht te geven en bovendien de bewegingen van den kievit grondig bestudeerd te hebben. Zonder die kennis kan men gerust thuis blijven, want het zoeken zou in dat geval vergeefsche moeite zijn. In da tweede plaats wordt het eerste kievitsei zeer duur betaald, 'k Las in de Leeuwarder Courant van heden (26 Maart) dat ditmaal de gelukkige vinder 15, zogge vijftien gulden, voor l'n ei kreeg. Een buiten kansje, dat hem zeker niet alle dagen te beurt valt. Men kan lichtelijk nagaan, dat zulke hooge prijzen menigeen verlokken dagen lang de lage relden te doorkruisen, want de eieren blijven, ook na den eersten vondst, gewoonlijk in den eersten tijd peper duur. De Friezen, die in het algemeen eerbied koesteren Toor oude zeden en gewoonten en grootendeels nog sterk gehecht zijn aan voorvaderlijke inzettingen, verloochenen hun aard, waar het de kievieten hare eieren geldt. Eertijds toch was de kievit een heilige TOgel, die bjj de Germanen, derhalve ook bjj de Friezen, in hoog aanzien stond. Maar de tjjden zijn veranderd en de Friezen met hen. Nog steeds, 'k wil het niet ontkennen, blijft de kievit in Friesland een geliefkoosde vogel, wat evenwel niet belet, dat men alles in het werk stelt om zjjn bestaan te ver nietigen. De eieren worden zoo trouw opgezocht, dat er van het eerste en tweede broeisei in den regel weinig terecht komt. Een navolgenswaardig voorbeeld is in dit opzicht het Tolgende, dat ik aan een locaal blad van rroegeren datum ontleen. „Te Terwoude (Friesland) heeft de Teehouder S. Sterken- burgh alle middelen aaDgewend om het zoeken van kievietseieren op zjjne landerijen te weren. Tegen personen, die in weerwil Tan zijn verbod, op zjjne landerijen kwamen, is proces-verbaal opgemaakt. Thans liggen in de nesten ongeveer 300 eieren; reeds is een nest uitgebroed. Mocht dit voorbeeld navolging vinden, dan bestaat er kans, dat deze Togelsoort nog eens weer vermeerdert in plaats van te verminderen, zooals in den laatsten tjjd het geval was." In het najaar zjjn het de „fügelflappers," die het op zjjn verderf toeleggen, daar zij hem in, grooten getale in hunne slagnetten verstrikken. Schandelijker bedrijf is bijna niet denkbaar en toch verneemt men tot nog toe niet het minste of geringste om aan die afmaken: paal en perk te stellen. Menigmaal hob ft in dagbladen als anderszins tegen dit verderfeljj^ bedrijf gewaarschuwd rn ik heb redenen om te goloqven, dat in dezen een keerpunt aanstaande is. Althans in Friesland volgen eigenaren en huurders van hptderjjen meer en meer de ge woonte om,'tegen den tjjd dat het eizoeken aanbreekt, de liefhebbers te waarschuwen, dat op hunne eigen dommen het oprapen van kievitseieren verboden is. Een goede maatregel voorwaar! Evenwel, het is voor den rochten eizoeker eene Tantal usstraf, bijna niet te dulden en te dragen. Talrjjk zijn in hot vootjaar dan ook do boeten, door de verse billende kanton gerechten opgelegd „wegens het zoeken en oprapen van kievitseieren op landen, waar zulks uitdrukkelijk was verboden." Een flink eizoeker, dat wil zeggen iemand, die er gedurende een paar weken zjjne kostwinning van maakt, raapt er al lichtelijk een paar honderd op en verdient zoodoende een aardig stuivertje. In den «verboden tijd* (na 30 April,) gaat hij dan veelal een paar dagen in den „bak" om zjjn straf uit te zitten, opgeloopen door daar te zoeken, waar hij niet mocht komen. Wanneer get echter denkt, dat de man zioh met een donker gezicht laat opsluiten, dan hrbt ge het glad mis. Integendeel, hij is er veeleer trotach op, dat hjj ook eens in het „graete hfis* mag slapen. Zulks verhoogt hem in de oogen zjjner bekenden en zjjne ouders vinden er al evenmin een been in. Had hjj nog om diefstal „gezeten*, dan was hel natuurlijk wat anders, maar nu Komaan, een ei is een ei en vinden is eerlijk, onver schillig waar. En welgemood volgt de deliquent den veldwachter, die hem moet opbrengen, want door gaans wacht hjj den uitersten termijn af, of vergeet geheel en al, dat hjj nog eene rekening met de justitie heeft te vereffenen. In 1708 vestigde zich een Italiaansch koopman, Giovanni Maria Farina, te Keulen, aan de Jülichs- Platz, in een klein winkeltje, waar hjj parfumerieën, toiletartikelen enz. verkocht. Hjj vond een nieuwe odeur uit, waarvan hjj het geheim bezat, en noemde die naar zjjne woonplaats „rau-de-cologne*. Vele jaren lang bleef de roem van dit produkt beperkt tot de Bjjnoevers. De Zevenjarige oorlog en de doortocht der Fransche legers waren oorzaak, dat de eau-de-cologne wereldberoemd werd. De officieren van Bichelieu en Soubiae brachten het reukwater in de aalons van Versailles. Vandaar uit kwam hst over de geheele wereld in de mode. Johann Maria Farina leefde lang genoeg, om de triomf zjjner uitvinding nog te zien; hjj stierf in 1766, tachtig jaar oud. Zjjn neef en erfgenaam zette de fabrikage voort op cte Jfilichs-Flatz tot 1782. Hjj liet drie zonen na: Johann Baptist, Johann Marie en Karl Anton. De tegenwoordige chef van bet huis Johann Maria Farina is de kleinzoon van Karl Anton. Zjjn oom- pagnon is Johann Maria Hermann, die de kleindoch ter van Johann Baptist gehuwd heeft. Sedert 1700 zjjn slechts tien personen iagewjjd in het geheim der fabrikage; nooit werd een staats geheim met meer zorg bewaard. Het recept berust in een kristallen beker, die besloten ia in een kist mot drie sloten. In het vertrek, dat als laborato rium wordt gebruikt, zjjn de oorspronkeljjke toe stellen nog om de oliën uit de kruiden te trekken. Dit gedeelte van het gebouw is geheel van steen en jjzer gebouw en flink afgesloten. In dcu kelder, die door dikke muren in verschil lende afdeeliugen verdeeld is, om bjj brandgevaar groote verwoesting te voorkomen, liggen een aantal groote raten met eau-de-cologne, sommige 50 jaar oud. Men moet zeer waakzaam zjjn voor het sprin gen. Do vaten worden van eoht cederhout te Mar seille vervaardigd en te Narbonne, waar de firma een filiaal heeft, met zuiveren wijngeest gevuld. De vermenging van de planten-essences met de alcohol gaat zeer eenvoudig. De droesem op. den bodem der vaten moet een uitstekend middel zjjn tegen rheumatink. De geurige planten-olie wordt bewaard in kleine busjes, waaronder er zjjn die een waarde van meer dan duizend gulden hobben. De eau-de-cologne ligt gewoonlijk zes maanden op fust. Men Mmtitch officiert-raadtel. Bussische bladen deelen het volgende vermakeljjke staaltje mede van de wijze, waarop de officieren daar te lande zich op hunne sociëteiten vermaken In een gar- nizoenstad in het hartje van Busland kwam onlangs haar karakter, na den eersten pijnlijken schok, boven de omstandigheden. Zij drong er op aan het hêtel te verlaten, maar hoe zouden zjj het aanleggen? Graves had daar zooveel schuld gemaakt, dat men alles wat zij be zaten er voor in beslag kon nemen. Door twee groote koffers van Virginia met kostbare kleeding- stukken, shawls, kanten en anderszins (het arme kind kon ze nu toch niet meer dragen) aohter te laten, was het hun mogelijk te vertrekken, en nu namen zij voor matigen prijs hun logies in eene andere wijk der stad, waar Virginia, in zwaren rouw gekleed, haar treurig leven aanving. Na eene week er over gedacht te hebben, die tijd scheen haar eene eeuwigheid toe, kwam zjj tot het besluit dat zij New-York moesten verlaten. Hare moeder kon niet bjj Jiaar komen, dat kon zij niet bekostigen;, bovendien moest zij blijven om te zien of er uit de nalatenschap van haar echtgenoot nog iets voor haar te redden was. Graves kon niet terstond het denkbeeld van het leven in New-York opgeven. Evenwel hield hjj zich goed en was zeer vriendeljjk jegens zijne vrouw, die hij moer scheen te ontzien dan gewoonlijk. Hjj zeide dat hij nog eene proef zou nemen, en als die mislukte, was hjj bereid de stad te verlaten. Hij had besloten zjjne trotschheid te overwinnen en een krachtig beroep op Ellsworth te doen, om hem eene som te leenen. (Wtrit ueruolgd.J Zij weigerde meer actiën uit te geven, hoewel hjj met niets in gebreke was gebleven, tenzij er zeker heid werd gegeven dat zij hare waarde zonden op brengen. Bandall, ofschoon hoogst verontwaardigd, beproefde zachte en overredende middelen. Het baatte niet. Toen zocht hij het in de rechten. Wie weet niet wat dit zeggen wil? De spoorwegmaatschappij was zonder spoorweg niets waardig en Bandall's onder neming was totaal verongelukt. Het lag echter niet in zijn aard lang in zulk een toestand te blijven. Het land was groot, en aan gelegenheden tot nieuwe ondernemingen ontbrak het niet. Hjj had juist een nieuw plan op 't oog, dat zich goed liet aanzien, toen hij door galkoorts werd aangetast, die hem binnen weinige dagen ten grave sleepte. Deze treurige gebeurtenis had plaats in een boersch dorp, als het den naam van dorp verdient, aan den ljjn van den weg, waaraan hjj zoo jjverig wérkte. Zijne vrouw, die hem altijd getrouw ter zijde stond, was bij hemzijne dochter, wier naam hij in zjjne jjlhoofdigheid telkens genoemd had, was duizend mijlen ver van hem verwijderd en vernam haar verlies eerst na de begrafenis. Het arme vrouwtje was bijna buiten zichzelf van droefheid; maar toen zjj zich van den schok had hersteld, was alle jjdelheid en beuzelachtigheid uit haar verdwenen, en vertoonde eene edele en ver hevene ziel zich in haar ware licht Yoordat de treurige tjjding te New-York was ontvangen, was Graves ten einde raad om aan geld te komen. Zjjne vrouw had volstrekt geen denk beeld van zuinigheid; die had zij nooit geleerd en zij was dus nauwlijks te laken dat zjj voortging met evenveel uit te geven als toen zjj nog in het ouder lijk huis woonde. De tekeningen in het hotel liepen hoe langer hoe hooger <jp. Graves wist ze nu onder het eene, dan onder het\andere voorwendsel uit te stellen. Eindeljjk, nadat hij van verschillende kanteii kleine sommen had geleend, nam hij zijn toevlucht tot het pandjeshuis. Binnen weinige weken zou hij er weer bovenop zijn, zoo zeide hjj tot Virginia, toen hjj haar om hafe kostbaarheden vroeg. Zij werden dadelijk gegeven, met al het vertrouwen van een edelmoedig karakter, ja, met weinig nagedachten, totdat zij bijna niets meer van waarde bezatzelfs het sierlijke gouden repetitiehorloge van Graves werd te gelde gemaakt. Maar zij behielden hunne kamers in het hotel in de vijfde Avenue, en alles ging, naar 't scheen, zijn ouden gang. Alleen Ellsworth, die heimelijk hun achteruitgang gadesloeg, wist uit voor hem onbedriegelijke kentee- kenen, dat de verandering nabjj was. De dood van Bandall verhaastte de crisis. Virginia ontwaakte als uit een droom. Zij scheen eensklaps de groote les des levens geleerd te hebben. De slag was versohrikkeljjk, toen haar de oogen open gingen, maar in plaats van te zwichten, verhief zieh eep generaal nit Petersburg om de troepen de in- tpecteeren. Na afloop der inspectie bezocht hjj ook de officiers-aoeieteit en sag daar op het buffet een ijj flesschen staan, waarop in plaats van de gewone etiquettes, blaadjes wit papier geplakt waren, op elk waarvan slechts één letter geschreven was. „Wat beteekent dat?* vroeg de generaal den hem vergezellenden luitenant. „Dat is een oSmer-soharade, Excellentie', ant woordde de officier verlegen. De generaal vroeg om nadere ophelderingen en vernam daarop het volgende „Elke fiesch bevat een verschillende soort likeur. Wanneer wij nu hier bjjeen zjjn, mengt een onzer verschillende soorten in een glas dooreen, en de oudere en meer ervaren leden van onze club raden, zoodra rij het mengsel gedronken hebben, de soorten waaruit dit is samengesteld en noemen het woord, dat door de correspondeerende letters gevormd wendt.» „Wel, .dat is werkeiljjk origineel,* zeide de generaal, „en kunt gij da ook raden?' „Wanneer Uwe Excellentie dit verlangt, zeker* antwoordde de officier. De generaal ging naar het buffut en brouwde daar een mengsel, terwjjl de officier met het ge- zioht naar den muur gekeerd aan bet andere einde der zaal stond. „Baad nu eens, wat dit beteekent," zeide de ge neraal, den luitenant het glas toereikende. Deze dronk het in een teug uit, klapte met de tong en antwoordde „Dat was, „Anna", Excellentie.» „Bravo I" riep de generaal uit, „maar daar is zeker heel wat oefening voor noodig". „Anna" is nog niets, Excellentie, maar wjj heb ben hier een kapitein, die zelfs „Nebukadnezar" kan raden". De Turken zijn meerondeels vegetariërs zjj eten zelden rundvleesch en nooit varkens- of kalfsvleeseh. Zij drinken veel, eten 's morgens gevogelte enscha- penvleesch, dat zij, aan dobbelsteenen gesneden, aan lange houten pennen steken en boven gloeiende kolen gaan roosteren, zoodat het vleesch al zijn sap behoudt. Dit smakeljjk, voedzaam en ook door Europeanen als lekker erkend gerecht noemen zij Kebab. Turksch gebak zou smakeljjk zjjn, als er wat minder suiker en honig in was en het niet zoo naar kaars- smeer smaakte. Bakalava en Eekmele-Kalaif, dikke, in honing gebakken en met rozenwater geparfumeerde koeken, zjjn een Turksoh lievelingsgerecht. Pascha's en rijke Turkon hebben bjj hunne maaltjjden altijd eene menigte schotels, die de bedienden op metalen bladen binnenbrengen on op matton op den vloer of op tafeltjes, waar de gasten omheen gehurkt zitten, voordienen. De Turken eten zwjjgend en ernstig; zjj gebruiken daarbjj hunne vingers als vorken en hunne handen als messen. Zij brengen echter de vloeibare spjjzen, zooals Malabt, eene soort van room, en Jaurt, eene dikke, bittere melk, met lepels aan den mond. Hun drank aan tafel is voornameljjk schoon water; maar zij drinken ook gaarne, inzonderheid voor den maal tijd, een soort van witten brandewjjn, Raki genaamd, die uit de hars van den mastikboom en alcohol be reid wordt. Het is een aangename drank, die voel overeenkomst heeft met absinth, waarvan hjj ook de eigenschappen bezit. Op de Europeesche inmenging in de zaken van Samoa rust geen zegen. Een groote orkaan heeft de oorlogsschepen aldaar vernield. De Engelache kruiser is met averij ontsnapt doch de 3 Ameri- kaansche en de Duitsche schepen zjjn vergaan of op de riffen geloopen. Geheel Berljjn was in rep en roer bjj de tijding, dat twpe schepen, de Eber en de Adler totaal verloren zijn met 97 doodea of ver misten en de Olga op het Btrand zit doch met ge redde manschap. De Duitsche schepen lagen met de Amerikaansche oorlogschepen, de Engelache kruiser Calliope en een aantal koopvaardjjsohepen in de Baven voor Apia voor anker. Deze haven wordt gevormd door een wjjde bocht, aan welks oevers do verschillende bui zen zijn gebouwd, welke samen den naam dragen van Apia, de hoofdstad van Upalu, het voornaamste der Samoa-eilanden. Dit eiland wordt omgeven door een gordel van koraalriffen, deels zichtbaar, deels onder den waterspiegel verborgen. Een eng vaarwa ter, dat tusschen de riffen doorloopt, geeft toegang tot de haven, die alleen met de grootste voorzich tigheid ksn worden bereikt. Bljjkbaar zjjn de schepen door don orkaan nu op deze riffen geworpSn. De AdUr en de Eber strand den, zoodat zjj geheel verloren gingen. Van de be manning der Adler verdronken 20 man, terwjjl allen, die op de Eber waron, op negen na, omkwamen. De Olga liep op het strand en kwam er het beste af. De bemanning leed geen verliezen, terwjjl er kans bestaat, dat de boot weer vlot komt. De tjjding vau het ongeluk, dat in den nacht van 17 op 17 Maart gebeurde, werd Zaterdagochtend te Berljjn bet eerst door Engelache berichten van Auckland, het dichtst bijzijnde telegraafstation, bekend. Eerst later ontving ook de Duitsche Begeering een telegram, waardoor het onheil werd bevestigd. j Zoodra de orkaan opstak, beproefden alle schepen terstond de hrven to verlaten en in open zee te komen. Dit gelukte echter alleen aan de Engelsche kruiser Calliope, die, behoudens eenige schade, be houden te Sydney aankwam. Den Amerikanen ging het niet beter dan den Duitschers, want ook de drie Amerikaansche schepen strandden, maar zij ver loren minder manschappen, daar van de 600 matrozen en soldaten, die de drie Amerikaansche schepen beman den, niet meer dau dertig werden vermist. Men ver moedt, dat de Engelachen, die goed bekend waren met de gevaren, welke bij stolrmweer aan de haren ran Apia verbonden zjjn, uit voorzorg onder stoom hebben gelegen en zoo nog tjjd hadden om te ont komen. Trouwens, Apia staat bjj alle zeelieden be kend als een gevaarljjke haven, vooral in het voor jaar, wannrer de hevigste windrn daar te wachten zijn. Ook in het Engelsche Lagerhuis werd John Bright herdacht. Het was lord Salisbniy, de minister president zelf, die daar den liberalen staaatsman eenige warme woorden van hulde wijdde. „Vooral door twee eigenschappen zeide lord Salisbury heeft de overleden staatsman zich de bewondering der leden van het Hoogerhuis verworven, toneerste, omdat hij de grootste redenaar van zjjn tjjd in En geland was en ten tweede wegens de zeldzame eer lijkheid der beweegredenen, welke zijn houding ge- durendo zijn politieke loopbaan steeds leidden." Lord Granville, een der liberale Pairs, voerde na lord Salisbury het woord, en wees vooral op den grooten jjver, dien Bright steeds had getoond, ter wjjl niemand hem in vaderlandsliefde overtrof. De Weener correspondent van de „Krenzzeitung*, die doorgaans juist is ingelioht, deelt mede, dat de geruchten als zou de gezondheidstoestand der Keizerin van Oostenrijk tot bezorgdheid aanleiding geven, on gegrond zjjn. Het vertrek der Keizerin naar Wies- baden, om zich daar weder onder behandeling van dr. Mezger te stellen, is niet qpgegeven, maar alleen tot na Paschen uitgesteld, omdat de Keizerin, die zioh nu nog met Keizer Frans Jozef te Pest bevindt, hee Paa-chfecst in alle stilte met haar gemaal te Ischl wil vieren. Uit Wieabacjpn wordt gemeld dat de villa Langenbeck aan deqf yoet van den Nero- berg voor de Keizerin is gehuifd. Volgens de New-Yorksche bladen heeft de Ame rikaansche Senaat in een 's nachts gehouden zitting geweigerd de benoeming van den heer Murad Halstead tot gezant te Berljjn te bekrachtigen. Alle demo craten en vjjf republikeinen, dip de meerderheid uit maakten, protesteerden tegen deze benoeming, en wel op grond van den toon der artikelen, welke in Halstead's blad te Cincinnati verschijnen. Men neemt daarom aan, dat president Harrison de benoeming zal intrekken. Dit zal zeker der Rational Zeitung veel genoegen doen, want dit blad is een der weinige Berlijnsche bladen, welke met Halstead's benoeming niet zjjn ingenomen. Het blad beweort, dat de heer Blaine alleen daarom zoovele invloedrjjke journalisten tot gezanten heeft benoemd, ten einde zich den steun der pers voor zijne plannen te verzekeren. De democraten in Amerika zjjn zeer verontwaar digd over Patrick Egans benoeming tot gezant in Chili. Eenige bladen noemen deze betaling voorde stemmen der Ieren eene beleediging voor de Ame rikaansche burgers. ran de Makelaars De markt was heden vast. Loco Tankfust 7.75, i 7.80. Geïmporteerd fust ƒ7.80, a 7.85, April-levering 7.70, Mei-levering f 7.75, Augustus-levering 8.September- Octo ber- November- en Decembér-levering 8.10, Zeilend 7.75—. Gevonden Voorwerpen. In de maand Maart 1889 zijn de volgende voor werpen, als gevonden gedeponeerd aan het bureau van politie. 1 gouden Uaarring, 1 fantasie Broche, 1 Geldbui- deltjo met gold, 1 Zak, 1 Medaillon met vrouwen portret, 1 Sleutel, 1 granaten Armband met gonden sluiting, 1 Porlemonnaie met geld, 12 nieuwo linnen Zakdoeken, 1 Parapluie, 1 8chortje, 1 granaten Armband, 1 Onderstuk van een göuden oorbel, 1 Zakdoek gemerkt N. v. B., 1 Schort, 1 Sleutel, 1 Rozenkrans, 1 Notitieboekje, 1 zilveren Broche met zwarten steen, 1 koperen Gewicht (Ned. Ons)* 1 Bozenkrans, l bont Kraagje, l fantasie Broche en 1 nieuwe Trap. De gevonden voorwerpen in de maand September 1888, en niet door de verliezers afgehaald, zjjn ter dispositie van de respectieve vinders met inacht neming van art. 2014 Burgerlijk Wetboek. Bureau voor gevonden voorwerpen zooveel mogelijk geopend van 111 uur 's morgens. De Commissaris van Politie te Gouda, J. W. TUINENBUBG. Tweede Klasse, trekking vau Maandag 1 April. No. 7306 1500. No. 5041 1000. No. 12382, 15351 400. No. 8513, 10723 200. No. 5204, 9501, 17439, 20550 100. Prijzen van 30 6 2992 5456 8359 11256 13809 16387 18693 80 3004 5457 8363 11271 13910 16403 18730 57 3072 5466 8379 11273 13986 16426 18790 71 3079 6479 8383 11305 14006 16437 18801 198 3103 5778 8465 11422 14062 16442 18837 213 3159 5802 8476 11468 14089 16510 18854 231 3163 5812 8480 11509 14103 16554 18950 281 3211 6827 8632 11523 14104 16572 18980 342 3251 5841 8717 11560 14108 16622 18982 401 3337 5896 8764 11561 14277 16631 18983 447 3361 6006 8774 11563 14301 16751 19054 460 3432 6007 8824 11659 14305 16772 19178 516 3438 6008 8922 11672 14359 16831 19187 537 3443 6022 9029 11776 14457 16893 19207 551 3572 6036 9130 11805 14463 16895 19235 675 3596 607» 9183 11806 14481 16897 19248 596 3680 6268 9194 11870 14607 16931 19266 618 3683 6350 9232 12049 14555 16950 19293 622 3692 6422 9277 12079 14556 17006 19337 720 3762 6423 9279 12118 14589 17033 19369 723 3764 6432 9283 12126 14678 17079 19389 735 3791 6510 9306 12142 14680 17117 19401 812 3806 6583 9371 12152 14719 17155 19406 842 4004 6616 9442 12211 14720 17156 19505 854 4009 6663 9454 12264 14733 17175 19574 921 4019 6667 9493 12302 14786 17183 19646 928 4025 6680 9520 121143 14698 17194 19661 974 4214 6697 9537 12409 14829 17216 19699 1288 4215 6705 9653 12453 14856 17252 19746 1328 4221 6717 9659 12611 14876 17260 19749 1333 4222 6727 9784 12520 14892 17302 19759 1406 4267 6761 9863 12524 14949 17373 19788 1522 4341 6769 9913 12568 14974 17461 19861 1562 4351 6790 9935 12608 15035 17563 19949 1586 4450 6926 9938 12669 15072 17591 19965 1586 4474 6969 10092 12707 15076 17603 20038 1607 448) 7128 10129 12788 15156 17626 20061 1615 4499 7157 10261 12816 15159 17692 20110 1945 4511 7177 10279 12819 15283 17714 20159 1960 4547 7319 10345 12840 15284 17719 20188 1993 4655 732310354 12855 15291 17724 20206 2026 4675 7328 10868 12858 15347 17849 20291 2134 4689 7465 10370 12874 15370 17897 20296 2146 4699 7501 10399 12877 15399 17904 20350 2194 4717 7589 10436 12940 15460 17978 20354 2200 4725 7765 10446 12941 15500 18034 20364 2266 4827 7802 10483 12961 15592 18228 20462 2292 4935 7803 10487 13165 15616 18233 20484 4345 4958 7807 10508 13209 15621 18261 20499 2382 4970 7861 10609 13254 15653 18265 20527 2395 4973 7884 10801 13288 15680 18267 20538 2412 5030 790410924 13423 15685 18281 20587 2447 5032 7924 10938 13441 15696 18317 20699 2493 5091 792510982 13567 15875 18401 20722 2570 5154 819810997 13682 15896 18416 20733 2583 5166 8201 11039 13718 15950 18439 20763 2701 5231 8205 11084 13719 16068 18444 20784 2732 5288 8237 11110 13736 16101 18511 20827 2866 6366 8288 11165 13753 16139 18562 20829 2891 5384 8327 11187 13763 16304 18593 20856 2895 5436 8334 11233 13785 16805 18663 20895 2966 6446 Inhoud der 4e aflerering vau Vragen van den Dag Aug. Gorter, „Landaanwinning in Nederland». „Sla venhandel aan de Boode Zee en de Golf van Aden». Dr. H. van Cappelle, „Nog eens de grondmoraine jjzeren visitekaartjes». „De polsslag». Dr. H. Blink, „Do Argentjjnsche Eepubliek, a. Algemeene beschrij ving, b. Buenos-Ayres, c. La Plata, d. De Pampas,» enz. AMSTERDAM, 1 April. (Per Telegraaf.) Binnenlandsche fondsen vast. Buitenland met wei nig variatie, echter vaste stemming. Zw.-Noorsch l!/i hooger. Turksche loten vast.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2