KEGEÏÏ- en VOOKJAARSMAHTELS DANKBETUIGING. JONGE HEERENP BUCKSKINGS, VITRAGES Crème en Witte. GOUDA.BAHLMANN. VITRAGES van 't stuk Eene Bouwmanswoning Openbare Verkooping. Het HE IS, ADVERTENTIÈN. en f gepaste Vitrage Gordijnen SCHENK Zn. Wei- en Hooiland 8taten-Generaal. Tweede Kamix, zitting van Vrg'dag 5 April. BEURSBERICHT. BUIM Q-ESOiR/rElIEIR/ID HST JAPONSTOFFEN Zwarte en Gekleurde met daarbij passende GARNEERING, van f 2.per paar af. Ruime Sorteering' in alle prijzen in bekende groote keuze. Openbare Verhuring te REEUWIJK, Openbare Verkooping te GOUDA, Weder eene titling, waarin zooveel verwarde dis- euaaiea, met voorstellen en intrekken van amende menten, plaats hadden, dat het moeilijk ia en de moeite niet loont om daarvan een beknopt oveixicht te geven. De beteekenis der zitting ligt grootendeels in het resultaat, dat er op wijst, dat de regeerings- voorstellen ongewijzigd zullen blijven. Wat er nog veranderd ia in redactie, strekt steeds ter verzwakking der wet. Er is eenige reden voor de klacht van den heer Rutgers van Rozenburg die verklaarde dat de wet hem niet warm meer maakt, nu de veldarbeid geoorloofd blijft, de exploitatie vau knapen tot 14 jarigen leeftijd mogelijk, verbeterd volksonderwijs onmogelijk wordt. Uit het oogpunt der volksbe schaving is zjj, volgens hem waardeloos. Geljjk gewoonlijk overdreef deze spreker wel wat, maar er ligt toch een kern van waarheid in zijne woorden. Wij bepalen ons voorts tot mededeeling van de verschillende stemmingen. lo. Het sub.-amend. Oppedijk (om den arbeidstijd voor jongelieden onder 14 jaar te brengen van 9 op 11 uur), werd met 60 tegen 42 stemmen verworpen. 2o. Het sub-amend. Sanders (om nachtarbeid tot 16 jaar te verbieden), met 69 tegen 33 stemmen verworpen. 3. Het sub-amend.-Röell-Sanders (Ged. Staten gehoord) met 49 tegen 43 stemmen verworpen. 4o. Het amend.-Veegens c. s. met 48 tegen 44 stemmen verworpen. 5o. Het amend.-Heldt (arbeidsdag van 9 uren voor knapen onder 14 jaar). De stemmen staken (46 tegen 46). Daarover heden herstemming. 6o. Het amend.-Bahlman (arbeidsdag van 12 uren voor sommige bedrijven) verworpen met 64 tegen 38 stemmen. 7o. Het amend.-Sanders (verbod van nachtarbeid tot 16 jarigen leeftijd) verworpen met 69 tegen 33 stemmen. De eindstemming moest insgelijks worden ver daagd. In den loop der zitting vroeg de heer Van Asch van Wijck verlof tot den Min. van Binnenl. Zaken een paar vragen te richten omtrent de provinciale kiestabel. De Minister verklaarde zich bereid terstond te antwoorden. De heer Van Asch van Wijck vraagt tot wegne ming van onzekerheid: le of de wijzigingen der provinciale wet en der provinciale kiestabel, die liggen in het voornemen der Regeering, zoo tijdig gewacht kunnen wordeh, dat zjj dit jaar in werkiug treden? 2e of in dit geval een voorstel te wachten is tot uitstel der verkiezingen? A De Minister van Binnen). Zaken Herinnert aan 't geen in deze. is geschied. Het komt hem voor dat de Staten wier advies is gevraagd, wel wat te veel over de tabellen heen gezien hebben en de Regeering voornemens toegedicht, waartoe zij nooit aanleiding heeft gegeven. De voorbereiding is zonder overijling geschied en de Regeering heeft tijd noodig de rap porten te overwegen. De Min. moet dus verklaren, dat er van de bedoelde wijzigingen voor do verkie zing niets zal komen en deze dus niet zal worden uit gesteld. Dezer dagen had in de ontleedkamer van prof. Toldt te Weenen een ongeval plaats, dat zeer ernstige gevolgen had kunnen hebben. De assistent, dr. Del Rosa, dronk uit onverziehtigheid, in plaats van het klaar staande glas water uit een glas, gevuld met eene sublimaat-oplossing, welke als injectie-middel voor anatomische preparaten gebruikt werd. Dr. Rosa bemerkte terstond de noodlottige vergissing en riep om hulp, waarop prof. Toldt en dr. Schmidt, die in een zijvertrek waren, kwamen toeloopen. On- middelijk werden tegenmiddelen ingegeven, voorna melijk melk, waarvan de vergiftigde zestien liter ge bruikte. Een daarop gevolgde braking wendde het ergste gevaar af. Men hoopt den arts in het leven te behouden. Gisteren avond jkerspreidde zich het gerucht dat generaal Boulanger in Amsterdam, zou komen. De groote man zou met een| der laatste treinen uit Brussel arriveeren men vertelde er zelfs bij dat hij zijn intrek zou nemen in Hotel Adrian, waar reeds kamers waren besproken. Het bericht was zóó stellig, dat eenige belang stellenden aan het centraalstation verschillende treinen afwachtten, in de hoop le bravGeneral in hoogst eigen persoon te zien. Het mocht echter niet zoo zijn. Het bericht was onjuist, maar de mogelijkheid dat Amsterdam nog met een bezoek wordt vereerd, blijft bestaan, en woiflt grooter, naarmate de Bel gische regeering het' den dictator in hope lasti ger maakt. Zie hier wat er van de zaak is Woensdag middag irerd de eigenaar van Hotel Adrian in de Kalverstraat, van het centraalstation uit, per telephoon gewaarschuwd, dat iemand uit Boulanger's gevolg in een rijtuig naar het hotel op weg was. Inderdaad verscheen korten lijd daarna een Fran8chman van deftig uiterlijk, klein van gestalte, ongeveer vijftig jaar^met een lintje in het knoops gat. De bedoelde persoon vroeg of het mogelijk zou zijn telegraphisch uit Brussel appartementen te bespreken, b. v. een etmaal te voren, voor het geval langer verblijf in Brussel den generaal minder raadzaam zou toeschijnen. Toen dit bevestigend werd beantwoord, verlangde de kwartiermaker de kamers te zien, en bezichtigde een reeks apparte menten van 3 kamera en suite met vier ledikan ten, het door hem vereischte aantal. De bijzonderheid, dat zoowel van de zijde van de Kalverstraat als vau, de Rakinzijde uitgang was te verkrijgen, scheen den onbekende vooral naar den zin te zijn. Na dit korte bezoek vertrok hij weer zooals hij gekomen was. (N. v. H.) Dondensche bladen van Woensdag 11., bevatten den woordelijken inhoud van Stanley's schrjjren, waarin hjj de moeielijkheden schildert, waarmede hij te kam pen had op zijne gevaarvolle reis van Yambuva naar het AlbertNianzameer. Op 29 April van*het vorige jaar ontmoette Stanley Emin Pacha; tot den 26 Mei bleef hij bij dezen. Ëmin had toen het bevel over 8000 man en wilde Wadelai niet verlaten; de brie ven bevatten geen opgaven omtrent de naaste plan nen van Stanley en Emin Pacha. Aan den verderen inhoud van Stanley's brieven ontleei.en wij het volgende: Stanley schildert ons den vreeselijken marsch van de voorhoede zijner expeditie, die 389 man sterk den 28 Juni 1887 Yambuya verliet. In 't begin van Augustus werd na een gelukkig volbrachten tocht het gebied der oorspronkelijke wouden beroikt, waar de rampen aanvingen. De in boorlingen wilden Stanley beletten, verder in het binnenland door te dringen en schoten mot vergif tigde pjjlen vjjf man dood; luitenant Stairs werd zwaar gewond maar bleef in.leven. Op 't einde van Augustus ontmoette de expeditie eene slavenkaravaan met wier aanvoerder Stanley overeenkwam, dat deze' hem 60 van zijne manschappen tegen 6 dollars Der hoofd afstond. Toen Stanley op den 18 September van den sla venhandelaar afscheid nam, was zijn troep reeds ver smolten tot op 263 man. Toen men het gebied van het bloeddorstige opperhoofd Killings betrad, braken voor Stanley een vreeselyke vior weken aan; 66 man verhongerden; de overigen moesten zich voeden met bessen, noten en paddestoelen. De slaven van Abdul Salun rerleiddeu zijn negers om hun geweren, am munitie en al wat zij bezaten tegen eenig voedsel te verruilen en zijne manschappen waren ten slotte vol komen naakt en zij leken op een troep vagebonden, toen zij dit gebied verlieten. Stanley schrijft verder:' «Wij waren bovendien zoo uitgeput, dat wij onze boot en onze goederen niet verder konden dragen. Ik liet daarom de boot en de koopwaren onder het opzicht van don geneesheer Packe en van kolonel Nellson aohter en trok met 173 man verder. Wij leden ontzettend door den honger, wjj geleken ge raamten en velen schenen reddeloos verloren. Velen waren geheel moedeloos; om" orde en tucht gaven zij niet meer; waar zich de gelegenheid aanbood, ver kochten zij hun geweren en ammunitie voor een handrol maïs. Toen ik zag dat waarschuwingen en bedreigingen niets hielpen, besloot ik maar geweld te gebruiken en liet twee van de ergste muiters in aller tegenwoordigheid ophangen. In het struikge was verscholen, loerden de dwergen van den Wam- buili-stam, om ons met hunne vergiftigde pijlen te dooden, en nu en dan stond onbewegelijk als een boomstam een der groote bruine inboorlingen voor ons, gereed, een van ons met zijn scherpe speer te doorboren.» Maar ook, toen Stanley het gebied der wouden verlaten had, moest hp nog tegen de inboorlingen kampen; in deze geveehten bleef Stanley evenwel steeds overwinnaar. Voor het eerst aten zijne man schappen nu eens weer rundvleesoh, sedert zjj de zeekust verlaten hadden. Na nieuwe gevechten met de inboorlingen werd op den 14en November het Albert-Nyanza-meer bereikt. Toen moest een deel der manschappen 190 mijlen torugmarcheeren, om de achtergelaten boot te halen. In Januari lag Stanley 4 weken in een hevige koorts. Op den 29en Aprü ontmoette hij Emin en Casatie aan het Albert-Nyanza- meer en bleef tot den 25en Mei bij hen, zonder dat hjj Emin kon bewegen, met hem naar Europa terug te keeren. Nu nam Stanley den terugtocht naar Jambuya aan, om de rest van zijne manschappen te halen. Hij was voornemens langs een korteren weg naar het Nyanza-meer, waar hij zijne Europeesche man schappen achterliet, terug te keeren. ven, maar ik heb net niet beloofd, en ik zal niet tevreden zijn voordat ik u geschreven heb. Ik zal niet zeggen dat ik u dankbaar ben, uit vrees dat gij dan tegen mij zondt vloeken. Maar ik wil u zeggen dat ik de gelukkigste man op de wereld ben. Ik kom juist thuis, na onze tarwevelden in oogour schouw te hebben genomen. Hebt gij ooit een tarweveld gezien? Ik bhioel niet een lapje»gronds van vijf of tien bun'Uö|inaar zulke velden als vrij hier hebben. (Gij "naat mij niet gezegd, dat er vijftig bunders wintergraan zijn binnengehaald. Dit alleen is genoeg om een huis gezin een jaar lang ruim te onderhouden.) Virginia zegt dat zij nooit iets schooners heeft gezien, en dat er in Broadway of de vijfde Avenue niets is, wat èr meê vergeleken kan worden, en ik geloof dat zij gelijk heeft. Alles is hfer zoo frisoh alsof het eerst sedert gisteren bestond. Geen~levend schepsel schijnt bang voor ons te zijn. Als ik den weg oploop, vliegen de wilde duiven op, zweven bovón mijn hoofd, en vliegen weêr naar beneden als ik voorbij ben. De prairie is vol antilopen,' herten, konijnen en patrijzen en zooveel wilde kalkoenen dat zjj mjj eiken morgen met hun geklok wakker maken. Wij houden drie koeien en maken dus zelf onze boter. Wjj hebben een hoenderhof, goed voorzien van het noodige gèvogeltje van allerlei soort, en niets ontbreekt ons. Het klimaat is zeer schoon. Het doet iemand goed de lucht in te ademen; en nu ik eenmaal hier ben, verwondert het mij hoe arme duivels als ik vroeger was, tevreden kunnen zijn met jaar in jaar uit in de dompigheid en morsigheid eener stad te leven. Eene bepaalde reden waarom ik u wenschte te schrijven is deze: gij hebt gedacht dat ik mij hier niet zou kunnen schikken, dat weet ik weldat het mij vervelen zou, dat ik weêr naar New-York zou verlangen en in 't algemeen alles zou veronachtzamen. Ik wil niet beweren dat dit misschien het geval niet zou geweest zjjn, als ik hier een jaar vroeger was gekomen, toen ik alles nog helder inzag. Ik had juist zulke eene les noodig als ik gehad heb oip mij de oogen te opendS. En nu, al zeg ik 't zelf, is er .niemand in het geheele land, die beter op zijn zaken past dan uw onderdanige dienaar. Ik zal niet zeggen dat ik zoo dadelijk een goed landbouwer geworden ben; ik weet dat ik nog veel leeren moet, maar als de wil goed is, gaat het gemakkelijk. Ik denk veel aan vroegere tijden, hoe ik mjj heb aan gesteld, maar het kwelt mjj nu niet. Als het naar wensch gaat, zal ik dezen herfst vijftig bunders meer beploegen, 'tls hier de beste streek van den ge- heelen staat, en het volgend jaar krijgen wij een spoorweg station binnen tien mijlen afstands van hiér. Mjjne schoonmoeder is eene trouwe hulp voor ons, want zij is eene uitmuntende huishoudster en kent de gewoonten en gebruiken in het Westen op haar duimpje. Het blijft voor beiden altijd een raadsel, niettegenstaande de uitlegging, die rik er van ge geven heb, hoe ik Virginia deze - woonplaats heb kunnen bezorgen, en ik vrees dat fk meer leugens verteld heb om jegens u mijn* woord te houden, dan ik kan verantwoorden. Maar ik getroost mij dat alles voor Virginia. Zij zegt dat zij zoo gelukkig is als zij maar zijn kan en ik geloof het ook. Zij verklaart dat niets haar zou kunnen bewegen naar New-York terug te gaan. Gisteren reden wij tezamen uit naar de prairie. Do fraaiste jonge ree, die ik ooit heb gezien, sprong uit de struiken, waar zij lag te rusten, op, snelde een eind vooruit en stond toen stil naar ons te kijken. Virginia wilde niet hebben dat ik schoot; zij zeide dat het haar ridje zou bederven als ik dat dier doodde, en naderhand was ik blij dat ik het niet gedaan had. Nu zal ik mijn praatje eindigen en hoop dat gij niet driftig zult worden omdat ik u geschreven heb. Uw gehoorzame dienaar, Charles Graves. William Holt Esq. New-York. Toen Holt dezen brief ontving, las hij hem twee maal zeer aandachtig over, slechts verwijlende bij die zinsneden waarin Virginia's naam genoemd werd. Daarna scheurde hij hem in kleine stukjes en wierp die in de snippermand. (Wordt vervolgd.) I AMSTERDAM, 6 Aprü. Per Telegraaf.) Binnenlandsche fondsen vast. Russen en Oosten- rijkschen williger. Warschauw-Weenen en Russ. spoorwegen goed prijshoudend. Zweden flauw. Vrgdag 12 April hopen onze geliefde Ouders, Behuwd- en Groot- oudera ANTON BOUWMEESTER BH JOHANNA CORNELIA BROERE, hunne 35-JABIGE ECHTVEB- EENIGING te herdenken. Hnnne dankbare Kinderen, Behnwd- en Kleinkinderen. Gouda, 6 April 1889. Ondertrouwd HENDRIK PADL Civiel Ingenieur LENA CORNELIA JONKER. Zevenhuizen, DO„ Gouda, i 5 APnl lm' Receptie 7 April d. a.v. GOUWE C 51. V Voorspoedig bevallen van een Zoon P. C. IJSSELSTIJN— TAS LbENT. Gouda, 4 April 1889. Voor de vele bewjjzeu van deelneming ons betoond zoowel van buiten als binnen de stad, gedurende de ziekte en bp het overlijden van onze geliefde Moeder en Behuwdmoeder MARIA WILHELMINA PINK8E, Weduwe van Nicolaas vak dïb Gebst, betuigen wij onzen harteljjken dank. Uit aller naam, C. J. vau dïb GEEST. Gouda, 6 April 1889. Voor de vele bewjjzen van belangstel ling bp onze VIJF-en-TWINTIG-JARIGE ECHTVEREENIGING ontvangen, betuigen wjj - onzen harteljjken dank. W. N. db BRUIJN. M. db BRUIJN Gouda, 6 April 1889. Hooqgbbores. Ondergeteekende betuigen biermede hunnen oprechten dank aan HH. Geneeskundigen en het Bestunr van het Gasthnis, beuevens aan een ieder, die aan hnnne Zuster ELIZABETH BERLIJN tijdens hare verpleging hnnne hnlp verleend en belangstelling getoond hebben. De Familie BERLIJN. De ondergeteekende verklaart bp deze, naar aanleiding van verschillende lasterlijke geruch ten aangaande PIETJE de JONG, dat deze 7 jaar bp haar gediend heeft en dat er in geen enkel opzicht iets ten haren nadeele te zeg gen is, dat zp integendeel tot op den dag van heden heeft uitgemunt door voorbeeldig gedrag, braven levenewandel en hoogst fatsoenlijke le venswijze en dat ieder, die haar kent, weet dat bovenbedoelde geruchten geheel bezoden de waarheid zijn. Weduwe van EETEN, geboren Elirzabeth M. H. KoïI.han. Moeder Oude Vrouwenhuis. Gouda, 6 April 1889. voor DAMES en KINDEBEN, Allen die iete te vordéren hebben van of verschuldigd zpn aan den boedel van wjjlen den Heer J. ff. BELONJE in leven, Meu belmaker te Gouda, worden beleefd verzocht daarvan opgave of betaling te doen vóór den 15 APRIL a. a. ten kantore van de Deurwaar ders van db WERVE te Gouda aan de Zeug straat 6. No. 11. Zjj die iets te vorderen hebben van- of verschnldigd zpn aan de Nalatenschap van DIBK W1EZEB, gewoond hebbende te Gouda en aldaar op den 30n Maart jl. overleden, worden verzocht daarvan vóór den ln MEI aanstaande opgaaf of betaling te doen ten kantore van den Notaris G. C. FORTUIJN DROOGLEEVER te Gouda. op DONDERDAG 25 APRIL 1889, des mid dags te 12 nren, in het Koffiehuis «Harmonie» aan de Markt te Gouda, van: genaamd «Wbbnabda's Hoeve», SCHUUR, HOOIBERG, ERVEN en eenige Zp die iets te vorderen hebben van- of verschnldigd zpn aan den gemeenschappeljjken hoedel en de onder het voorrecht van boedelbe schrijving aanvaarde Nalatenschap van MABI- NUS H O O G EN D IJK, gewoond hebbende te Reeuwijk en aldaar den 24n Maart jl. over leden, worden verzocht daarvan vóór of den ln MEI aanstaande opgaaf of betaling te doen ten kantore van den Notaris G. C. FORTUIJN DROOGLEEVER te Gouda. De Notaris J. P. MAHLSTEDE te Bergambacht, is voornemens op DONDERDAG 9 MEI 1889 des morgens ten 11 nur, in «db Habuonib» op de Markt te Gouda, in het openbaar te verkoopen: Wjjk H. Nr. 29 met SCHUUR, verdere GE TIMMERTEN, TUIN, WEG en WATERING, staande en gelegen te afdeeling Sluipwijk, kad. Sectie G. Nrs. 215, 216, 218, 221 en 1427, gjpot 27 Aren, 53 Centiaren. Dadeljjk te aanvaarden. Breeder bp biljetten; inlichtingen en voor waarden bjj den Notaris te vernemen. groot 23 Hectaren, 25 Aren, 28 Centiaren, staande en liggende op Nienw Reeuwjjk voor den tjjd van drie jaren, ingaande 1 Mei 1889. Nadere inlichtingen geven de Notarissen G. C. FORTUIJN DROOGLEEVER te Gouda en J. G. BROUWER NUHOFF te Utrecht.. op MAANDAG 6 MEI 1889, des morgens te elf uren in het Hótel «de Paadw» aan de Markt, van 'Een HUIS en ERF aan de Gouwe te Gouda, wjjk Q. No. 202; Een HUIS en ERF aan het watertje aan den Raam te Gouda, wjjk O. No. 212; Twee HUIZEN en ERVEN in de Drapier straat aan den Raam te Gouda, wjjk O. No. 238 en 239; Een HUIS en ERF in het Klooster aan den Raam te Gouda, wjjk O. No. 247 Een HUIS en ERF aan de Spieringstraat te Gouda, wpk,F. No. 107 Zes HUIZEN en ERVEN in de Hoefeteeg te Gouda, wpk F. No. 106, 91, 92, 93. 94 en 95 Twee HUIZEN en ERVEN aan den Groe- neweg te Gouda, wpk L. No. 141 en 142; Een HUIS en ERF in de Keesfaessensrol- wagensteeg te Gouda, wpk F. No. 35 Drie HUIZEN en ERVEN in de Boom- gaardstraat te Gouda, wpk R. R. No. 148, 149 en 150 En een HUIS en ERF aan de Nieuwe Haren te Goudawpk N. No. 31 De perceelen zpn de' 3 laatste werkdagen vóór den dag der rerkooping en op dien dag des morgens van 9 tot 11 nren te bezichtigen Nadere inlichtingen geeft Notaris G. C. FORTUIJN DROOGLEEVER te Gouda.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2