BultenlandSGlk Overzicht.
de regeeringsvoordracht nauwkeurig te overwegen en
de gevolgen van aanneming of verwerping met de
meeste zorg na te gaan."
In een vergadering der liberale kiesvereeniging
De Grondwet te Amersfoort, heeft de heer H. Smeenge,
lid der Tweede Kamer voor Meppel, Dinsdag een
rode gehouden over den politieken toestands des
lands.
Als inleiding gaf de spreker een overzicht van
hetgeen door de Grondwetsherziening was gewonnen.
Die herziening is voor een groot deel te danken
aan de liberale partij, die haar wist door te zetten.
Zy heeft haar echter ook in de minderheid gebracht.
Bij de Kamerverkiezingen, die teu gevolge van
de Grondwetsherziening moosten plaats hebben, werd
de meerderheid van links naar rechts verplaatst en
een ministerie uit de rechterzijde trad dientenge
volge op.
De oorzaken dezer verandering moesten in de
eerste plaats in de slechte economische toestanden
van dien tijd gezocht worden, waardoor iedere ver
andering door velen als eene verbetoring werd be
schouwd. Aan beloften by de stembus ontbrak het
niet. De verbonden partijen waren niet spaarzaam
in hunne beloften en nog minder in hunne beschul
digingen tegen de liberale partij.
Spreker toonde uitvoerig aan, dat van de bewoerde
slechte administratie dier party reeds twee maanden
later niet meer gerept werd; daarentegen reeds in
Novoraber van de groene tafel werd verkondigd, dat,
hij een eenigszins spaarzaam beheer, van verzwaring
der lasten geen sprake behoefde te zijn.
Van de bij do stembus gedane beloften is nog,
ofschoon het nieuwe ministerie reeds een jaar aan
het roer is, nagenoeg geen enkele vervuld.
Van de schoolwet ontving spreker eerst Dinsdag
morgen kennis, zoodat hij zijn oordeel daarover tot
later wenscht op te schorten. Alleen wilde hij nu
reeds constateeren dat, behalve een vermindering
van het gehalte der openbare lagere scholen, dit
voorstel volgens berekening van de Regeering den
lande drie-en-een-halve-ton gouds meer zal kosten,
ongerekend do veel grootere lasten voor fle ge
meenten. Hieruit blijkt, dat de liberale partij niet
slecht had gezion, toen door haar op groote finan-
cieele bezwaren by eene regeling dezer zaak ge
wezen werd. Van bezuinigingen, met zooveel ophef
aangekondigd, kan dan ook geen sprake zijn.
Verbetering der belastingen, als zeer aanstaande
voorgesteld, bleef geheel achterwege niet alleen,
maar het uitzicht daarop is voor geruimen tijd ver
schoven. Een belasting op het roerend vermogen
werd bestreden zoolang geen andere controle dan
die door het opleggen des eeds mogelijk was.
Spreker vroeg of dit bezwaar eerst na de verkie
zingen opgekomen was, en zoo niet, of het dan wel
eerlyk was, met die wetenschap veel te beloven en
weinig te geven.
Het heffen van beschermende rechten, als zeer
noodzakelijk aangeprezen, laat niet alleen op zich
wachten, maar de premier heeft zelf verklaard, dat
van hem geen heffing van graanrechten te ver
wachten is.
Tegen eene mogelijke invoering van den per
soonlijken dienstplicht is reeds zulk een heftige
oppositie gevoerd, dat het tot stand komen dier
verbetering nog wel. lang op zich zal laten wachten.
Voor de door do Tweede Kamer aangenomen
een schandelijke rol als een der getuigen gespeeld
hebben) maar de dame zou toch nog rijk geweest
rijn. Verhaal wat er van haar geworden is."
«Na het proces, waarin vele achtenswaardige per
sonen schandelijk betrokken waren, verdween Augusta
Delaine. Zij had de regeling van hare zaken geheel
aan Horace Pulsifer overgelaten, en nooit heeft men
in de gezelschapswereld weder van haar gehoord.
Een jaar geleden, toen Castleton en zijne vrouw
hunne Europesche reis deden, brachten zij verschei
dene weken te Parijs door. Bij zekere gelegenheid
uit de kerk komende, voelde Castleton zich aan zijne
mouw trekken. Hij keerde zich om en zag eene
der zusters van Barmhartigheid, eene vereeniging
van engelachtige vrouwen, wier toewijding aan be-
hoeftigen en lijdenden, zieken en stervenden, haar
naam over de gansche wereld met eerbied doet
noemen hij zag een van deze, die hem een wei
nig ter zijde wenkte. Hij voldeed aan haar verzoek.
De «zuster" lichtte haar sluier op en tot zijne ver
baring zag hij de gelaatstrekken van Augusta De
laine. Zy was bleek; het was eene bleekheid, die
nit een hevigen strijd met sterke hartstochten ont
staat, maar alle spoor van deze was verdwenen. Zij
zag hem een poos opmerkzaam aan, zonder te spreken.
Een licht rood kleurde voor een oogenblik hare
wangen, maar het was spoedig verdwenen.
«Ik hoorde toevallig," zeide hij, «dat gij te Pa
rijs waart en ik wilde u gaarne zien. Ik verlangde
u te zeggen dat ik zielevrede gevonden heb, den
arbeidswet bracht de beer Smeenge gaarne hulde
aan den minister vau justitie. Die wet is intnsschen
een voortzetting van het streven der liberalen en
huldigt dezelfde beginselen als do wet Van Houten.
De voorgestelde pensioenregeling achtte de beer
Smeengo zeer aannemelyk. Indien ze wordt goedge
keurd door de Kamers, zij het ook eenigtins gewij
zigd, dan heeft de Regeering recht op den dank van
duizenden. Met het grondbeginsel er van, dat de
beschikbare gelden besteed worden om een doel zoo
dicht mogelijk aan dat der stortingen nabijkomend,
stemde hy geheel in.
Wegens den beperkten tyd werd geen gelegen
heid tot gedachtenwisseling gegeven; met een woord
van dank aan den spreker sloot de Voorzitter de
vergadering.
-Jl*
Dit eene vergelijking tussohen Londen en Parys
ten opzichte van den prijs der middelen tot levens
onderhoud blijkt, dat vroeger en tot het raidden van
onze eeuw het leven te Londen duurder was dan te
Parijs. Dit is sedert veranderd en tegenwoordig is,
volgens de verklaring van een aantal Engelschen die
geruimen tijd te Parijs wonen, en van Franschen die
zich lang te Londen ophielden, het leven te Parijs
omstreeks 30 °/0 duurder dan in de Engelsche
hoofdstad.
Mevrouw. Goede hemel, wat ziet de keuken er
uit! Alle potten en pannen zijn vuil, de tafel ziet er
uit als van een kaarsenmakerswinkel. Je kunt den
heolen f1 \g wel aan den gang blijven om het weer
een beetje in orde te brengen. Wat heb je toch
uitgevoerd
Koukonmeid. Och mevrouw, de jongedames heb
ben mij even gewezen, hoü op de kookschool een
aardappel wordt gebakken.
De Parysche Gemeenteraad heeft het program
ma voor de feesten bij de opening der tentoonstel
ling vastgosteld. Maandag 6 Mei om 2 uur 's mid
dags kondigen kanonschoten het oogenblik aan,
waarop de president der republiek zich aan *t hoofd
van don officieelen optocht over de Jenabrug naar
het Champ d° Mars begeeft om de voornaamste af-
deelingen der tentoonstelling in oogenschouw te ne
men. Alle openbare gebouwen en gedenkteekenen,
het hoofd plein, bruggen en kaden der Seine zullen
met groen en vlaggen versierd zijn. Des avonds is
er algomeene verlichting, gondeloptocht met militaire
muziek, waarbij voor do eigenaars van schepen en
bootjes, die het fraaist versierd en verlicht zijn, ge
denkpenningen zijn uitgeloofd. Op den Pont Neuf,
het Tuilerieënterras en het eiland Grenelle zullen
vuurwerken worden afgestoken, zoodat de Champ de
Mars en Trocadëro zich in een zee van licht zullen
baden en een electriscbe lamp zal van den Eiffel-
toren hare stralen uitschieten over het feestvierend
Parijs.
De Amerikaansche luchtreiziger Leroux volbracht
dezer dagen met gelukkig gevolg op het Tempelhofer
Feld te Berlijn eene daling uit een ballon. De
parachuut was zoo ingericht, dat de heer Leroux
haar met een touw kon openen, terwijl hij zich nog
op den ring ouder aan den luchtballon bevond.
Het weer wa» zeer ongunstig. Het sneeuwde en
hagelde en er woei zulk een hevige wind dat de
ballon na stijging plotseling tot eene hoogte van
eenigen waren troost, door mij aan de ongelukkigen
te wijden. Gij zijt gelukkig met de vrouw uwer
keus, maar niet zoo gelukkig als ik ben. God ze-
gene u beiden."
Zij verdween in eene kleine kapel en Castleton
kwam bij zijne vrouw terug, die een weinig verwon
derd op hem stond te wachten, niet wetende waar
hij bleef.
«Deelde hij zijne vrouw het onderhoud mede?"
«Dat heb ik niet te weten kunnen komen."
«Dus had deze lichtzinnige vrouw van de wereld
met al hare zwakheden, toch nog eer duurzaraen
vrede gevonden dan de bedaarde Castleton!"
«Dat schijnt zoo!"
«Wat is er van Croton Ellsworth geworden?"
«Hij staat aan het hoofd van de «deftigste ge
meente in New-York."
«En zijn goddelooze broeder, de zeeman?"
«Is wêer voor drie jaar op een nieuwen kruis
tocht, terwijl hij van zijne gage ondertusschen de
«oude vrouw" zijne moeder, onderhoudt."
«En Jacob Illingsworth!"
«Werd op zekeren avond uit zijn club t'huis ge
bracht met «de beenen vooruit" zooals zijn knecht
het zeer aandoenlijk uitdrukte, en te bed gelegd.
Hij was door een beroerte getroffen en kon niet
spreken maar als zijne ontstelde vrouw aan zijn bed
stond, beproefde hij haar te zien en ontmoetten
hunne blikken elkander. Beiden dachten aan de
gelukkigen eerste dagen van hun huwelyk, met een
2000 voet in plaats van, zooals do bedoeling was
geweest, 1000 voet, werd opgevoerd.
Plotseling zag men den heer Leroux, die op een
afstand niet grooter scheen dan een pop, uit den
ballon stappen en terwijl deze in de wolken ver
dween, met zulk eene snelheid vallen, dat ieder het
ergsto vreesde.
Nadat hy omstreeks 100 meter gevallen was, ging
de daling zeer langzaam en geleidelyk, ofschoon de
koorden van het valscherm door don wind in elkaar
verward waren en het zich dus niet geheel kon ont
plooien.
De wind voerdo den luchtreiziger een eind van
de plaats waaï hij was gestegen en ten laatste be
reikte hij veilig den grond.
Graaf Waldersee, de gouverneur van Berlyn graaf
Von Schliefen en vele officieren waren by deze be-
langryke proefneming tegenwoordig.
De honderd-en-derde algemeene vergadering der
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen wordt te
Amsterdam gehouden in het lokaal Stroucken, op
Woensdag 12 Juni a. s. onder voorzitterschap van
mr. G. A. van Hamel*
De volgende voorstellen van het hoofdbestuur
komen o, a. aan de orde:
lo. adat het onderzoek naar den toestand en de
werking van begrafenis- en ziekenfondsen hier te lande
worde voortgezet en een beoordeelend verslag be
treffende dit tweeërlei onderzoek worde samengesteld
b. dat deze verslagen ter kennis vari de departe
menten worden gebracht en voor belangstellenden
tegen matigen prijs verkrijgbaar gesteld.
c. dat, tot dekking van de kosten door het hoofd
bestuur worde beschikt, gedurende het dienstjaar
1888/90, over een bedrag van ten hoogste 1500.
2o. Dat de algemeene vergadering het hoofdbe
stuur machtige:
a. om, met overlegging van een afdruk van het
verslag der in het vorig jaar te dier zake benoemde
commissie, by de besturen van die gemeenten, welke
daarvoor eenigszins in aanmerking kunnen komen,
er op aan te dringen dat het oprichten van bureaux
voor chemische onderzoekingen, hetzij ten behoeve van
hunne gemeente alleen, hetzij in samenwerking met
andere naburige gemeenten, door hen worde bevor
derd, als zijnde dit van het hoogste belang voor
volksgezondheid en volkswelvaart;
b. om, mot een begeleidend schrijven, genoemd vor-
slag ook te zenden aan de Regeering, de Gede
puteerde Staten der Provinciën, de geneeskundige
raden, do openbare gezondheidscomraissiën en de
Vereenigingen voor Volksgezondheid, opdat deze,
hetzij door het verleenen van financieelen steun, hetzij
door het betuigen van instemming met het streven
der Maatschappij te dezen opzichte, hetzij door
beide, het beoogde doel mogen bevorderen;
c. om het verslag voor het publiek verkrijgbaar
te stellen.
3o. Telken jare eene som van ƒ2250 op de be
grooting te brengen voor het doen houden van voor
drachten onder de voorwaarden, gelijk deze door de
algemeene vorgadering van het vorige jaar zijn vast
gesteld en zooals deze zijn opgenomen sub VI der
«reglementen en voorwaarden."
4o. Voor het jaar 1880/90 een bedrag van ƒ3000
ter beschikking van het hoofdbestuur te stellen ter
uitkeering, op aanvrage van een departement, tot
bet doel, gelijk dit in het besluit der algemeene ver-
sraart, die niet gelenigd kan worden. Hij stierf
dienzelfden nacht. Harry Ellsworth volgde hem op.
«Heeft William Holt zijne vrouw ooit het geheim
van de boerderij in de prairie medegedeeld?"
«Niet voordat er twee of drie jaren verloopen
waren."
«Bleef hij de Methodisten-godsdienstoefening bij
wonen?"
«Geregeld, met zijn vrouw."
«En Du Barry?"
«Deze voelt zich recht gelukkig in het bezit van
een lieve vrouw en verscheidene aardige kinderen."
De hoofdpersonen uit myn verhaal kwamen dus
ten slotte goed terecht - wat, naar ik hoop, eenmaal
van al mijn lezers zal kunnen gezegd worden!
ndering van 1881 betreffende de bevordering van
kaïist-iüdustrieel onderwys is omschreven.
5o. a. op de begrooting van behoeften zal jaar
lijks een bedrag van 500 ter beschikking van het
hoofdbestuur worden gesteld; die post zal worden
omschreven als subsidien van algemeenen aard en be
stemd zijn voor de voorziening in die behoeften
der departementen, welke in de andere begrotings
posten hare omschrijving niet vinden;
b. het hoofdbestuur zal over het verleenen dier
snbsidiën vrijelijk beslissen, doch in haar jaarverslag
met name vermelden, in hoever en tot welko doel
einden het van dat crediet heeft gebruik gemaakt.
6o. In het dienstjaar 1889/00 ter beschikking
te stellen van het Nederlandsch Schoolmuseum te
Arasterdam, voor de uitbreiding der verzamelingen
ran dio instelling, eene som van 500.
Het Departement Hindeloopen stelt voor
De algemeene vergadering,
overwegende, dat de tegenwoordige Regeering eene
herziening der wet op het lager onderwijs zal aan
bieden, en daarby in aanmerking nomende het ver
leden der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen,
hetwelk zich doorloopend kenmerkte door een onop
houdelijk streven tot voorlichting van regeering en
volk ter zake de algemeene volksontwikkeling,
noodigt het bestuur uit:
1. zoodra mogelijk kennis te nemen van de be
doelingen der Regeoring ten aanzien van de boven
genoemde herziening, en
2o. voor zooverre deze in strijd mochten zijn met
de richting, door de Maatschappij steeds voorgestaan
en bevorderd en ook nedergelegd in de tegenwoordige
wet op het lager onderwijs, daartegen bij de Verte
genwoordiging een krachtig protest te doen hooren
en, desgevorderd, te dezer zake en ten bekwamen
tijd gebruik te maken van zijne bevoegdheid, hem
by de eerste alinea van art. 38 van de wet der
Maatschappij verleend.
Het departement Rotterdam stelt voor:
dat de Maatschappij gedurende vier jaren aan de
Industrieschool voor meisjes te Rotterdam een jaar-
lijksch subsidie verleene van 1000.
Hot departement Arum c. a. stelt voor:
1. Het hoofdbostuur uit te noodigen bij de -Re-
geering aan te dringen op de invoering van eene wet
op het voorbereidend onderwijs."
2. hot hoofdbestuur uit te noodigen bij de booge
Regeoring krachtig aan te dringen op een spoedige
invoering van leerplicht,
Het Departement Winschoten wenscht eveneens
het sub 2 voorgestelde.
Aan de punten van beschryving is toegevoegd,
het rapport van de commissie voor de bureaux voor
het onderzoeken vaü levensmiddelen enz.
Te Riga beeft een voorval plaats gehad, datbyna
dezelfde noodlottige gevolgen had als een gelijksoor
tig ongeval, dat verleden jaar te Munchen geschiedde.
Acht afgerichte olifanten van het Salamonski-circus
werden tijdens eene voorstelling plotseling oproerig.
Op een teeken van een hunner, den belhamel, naar
't scheen, die zijn snuit in de lucht stak, begonnen
do olifanten naar den uitgang te dringen. Een der
stalmeesters sloot de deur doch de voorste olifant
drukte ze zonder moeite in.
Een dame, die trachtte te vluchten en hem voor
de voeten liep, pakte het dier met zijn snuit bij haar
middel en zette ze veilig weer op hare zitplaats,
maar intusschen drongen de olifanten naar het plaats
bureau. Dit wekte hunne nieuwsgierigheid en zij
onderzochten het zorgvuldig. Daarna begaven zy zich
naar een kleine binnenplaats en begonnen een ge-
regelden krijgsdans onder 't uiten van vreeselijke
kreten.
Daar werden ze overrompeld en nnar de stallen
teruggevoerd. Twee echter ontsnapten opnieuw en
draafden naar het circus. Dat was ul. de bedoeling.
Ze verdwaalden echter en kwamen in oen naburigen
tuin terecht, tot grooten schrik van de bewoners van
het huis, die door den aanval der olifanten uit hunne
slaap gewekt werden. Verscheidene uren had men
noodig om de vluchtelingen allen te grijpen en naar
huis terug te breugen.
In een brief aan den beer Browne, redacteur van
een te New-York verschijnend blad, heeft sir Lyon
Playfair eenige zonderlinge opmerkingeh aangaande
de vrees voor den dood medegedeeld. Tot de voor
naamste Engelsche geneesbeereh had de heer Plavfair
de vraag gericht, of zij ooit een verpleegde geiend
hadden, die bevreesd was te stervenen allen hadden
die vraag, op twee uitzonderingen na, ontkennend
beantwoord. Zelf had hij drie vrienden gekend, die
gedeeltelijk door wilde dieren verscheurd waren,
onder oogenschijnlijk hopelooze gelegenheid tot ont
komen. Een ervan was de beroemde Afrikareiziger
dr. Livingstone, die eens was aangevallen door een
leeuw, welke daarop zijn arm begon te verscheuren.
Livingstone verzekerde, dat hij geen vrees of pijn
gevoelde en dat zijn eenig gevoel dat was van groote
nieuwsgierigheid, welk deel van zijn lichaam de
leeuw thans zou onder handen (beter nog onder tanden)
nemen. Een ander geval wat dat van Rustew Pacha,
thans Turksch gezant te Londen. Een beer viel hem
aan en scheurde hem een deel van zijn arm af. Hij
verklaarde later dat bij noch vrees, noch pijn ge
voelde maar wel geducht nijdig was omdat de beer
zich met blijkbaar zooveel welgevallen er toe zette,
hem te verorberen. Iets dergelijks viel met sir Ed
ward Bradfort, een Indisch officier voor. Inderdaad
merkwaardige voorvallen!
De «American Druggist" verhaalt van eon paard,
dat een bril draagt. De eigenaar bemerkte uit ver
schillende dingen, dat het dier wat bijziende was,
en begaf zich naar een oogheelkundige om zijn paard
een bril te laten aanmeten. Het voorwerp werd ste
vig aan het hoofdstel vastgemaakt, zoodat het hem
niet van den neus kan glijden. In 't begin begreep
het paard niets van deze nieuwigheid en vond het
half pleizierig. Spoedig echter rankte het dier er
zoo aan gewend dat hij er niet meer buiten kon.
«Ik had hem", vertelde de eigenaar, «in 'tland
gebracht, maar hij bleef voor het hek staan en hin
nikte zoo hartroerend, dat ik hem zijn hoofdstel en
bril aandeed, waarop hij uit blijdschap en dankbaar
heid zijn neus tegen myne schouders wreef. Daarop
keerde het dier om en huppelde vroolijk de wei in.
Hy kon nu zien wat hij at.
De heer A. M. Battye, de machinist van de «Gulf
of Trinidad," die Zondag van Barbados te Plymouth
aankwam, verhaalt het volgende ongewone avontuur.
De boot had zwaar weder op reis van Inquiqne
naar Europa. Op zekeren nacht even over twaalven,
werd Battye over boord geslagen. Men zag het on
geval, wierp onmiddellijk een reddingsboei over boord
en de boot stopte. Battye zonk onmiddellijk in ue
diepte, maar toen hij boven kwam sloeg hij armen
en beenen uit en zwom naar de reddingsboei. De
gang, waarin de boot was, verwijderde haar een heel
eind en ofschoon dadelijk een sloep werd uitgezet,
had men schier geen hoop hem des nachts en bij
zulk weder te vinden.
Battye verloor spoedig het schip uit het oog en
toen het daagde zag hij zich alleen in de reddings
boei; een honderd (Eng.) mijlen van alle menschelijke
hulp.
Den geheelen dag bleef hij drijven, ofschoon de
hitte der zon schier ondraaglijk was. Den volgenden
nacht leed hij vreeselyk door den honger en dorst
en was nu en dan in gevaaf door de haaien ver
slonden te worden.
Hij hield het met de grootste inspanning nog een
dag vol; zijn lichamelijk lijden en zielsangst waren
onbeschrijfelijk.
Den daaropvolgenden nacht gevoelde hij geen hon
ger meer, maar werd door den dorst gekweld. De
3e dag brak aan en vond hem in denzelfden toe
stand.
Aan den avond van dien dag vond hem een Noor-
weegsche bark, zij ging dicht langs hem voorby en
de stuurman zag, dat er een man boven water uit
stak. De bark draaide bij, men liet een boot in zee
en spoedig vond men de reddingsboei met Battye,
die er zich aan vastklemde, maar die zijn bewust
zijn verloor, toen hij aan boord werd gebracht.
De Noorweegsche zeelieden verpleegdÜi hem met
de grootste zorg. Een schip dat naar Engeland ging,
nam hem op en zoo kwam hij te Plymouth, waar hij
zijn merkwaardig avontuur mededeelde. Hij is een
knap jong mensch van 23 jaar.
De Noorweegsche kapitein behield de reddings
boei tot aandenken.
Nader bericht men omtrent het vonnis der Haag-
sche rechtbank in de zaak Verstege-De Rochemont;
De rechtbank nam aan de verdediging van bekl.,
dat en hoe hij gekomen was tot het schrijven zijner
brochure en publiceeren daarvan zonder bepaald oog
merk om den heer De Rochemont persoonlijk te
grieven en te beleedigen. Zij nam daarbij in aan
merking, dat het boek Loudon en Atjoh" reeds
lang te voren een onderwerp van heftigen strijd was
geweest, en velen dat boek als eenzijdig en partijdig
hadden aang-evallen, en openlijk hadden betoogd,
dat de feiten en officieele stukken daarin niet naar
waarheid waren teruggegeven. Vele onderteekenaars
van 't adres tot instelling der beri-beri-commissie
hadden bovendien buiten bekl. om op intrekking van
de benoeming van den heer De Rochemont als secre
taris dier commissie aangedrongen en onder deze
omstandigheden is het aan te nemen, dat bekl., de
goede vruchten van het werk der commissie, door
zijn initiatief in 't leven geroepen, bedreigd achtende,
door de benoeming van den fieer de Rochemont,
to goqder trouw meende daartegen in het algemeen
belang te moeten opkomen.
De rechtbank heeft niet de overtuiging verkregen
dat bekl. bepaald opzet had den heer De R. te be
leedigen en te smaden. Daarvan is bekl. dus vrij
gesproken. Maar daardoor zijn niet gerechtvaardigd
de vele beleedigende uitdrukkingen, in de brochure
vervat, welke niet verklaard kunnen worden dan dopr
de bepaalde bedoeling om den heer De Róchemont
te beleedigen en diens eer en goeden naam aan te
randen. Wegens eenvoudige beleediging is de heer
Verstege veroordeeld tot 200 boete.
Te Woking in Engeland heeft dezer dagen eene
lijkverbranding plaats gehad. Het stoffelijk overschot
van den markies van Ely was nit Nizza, waar hij
was overleden, naar Engeland vervoerd om volgens
uitersten wil van den gestorvenen te worden verbrand.
Het deksel der kist werd weggenomen en het in
wit gewaad gewikkeld lijk op een slede gelegd en
met een rolwagentje in den oven gereden. Op het
lijk lag een krans welriekende Napólitaansche viool
tjes, het laatste liefdeblijk der weduwe en een kruis
van fraaie witte bloemen. Daarop werd de deur ge
sloten.
In de drie uren was al wat zich in de oven be
vond tot asch vergaan. Deze werd in een urn ver
zameld, die in een gepolijst eikenhouten kastje ge
plaatst werd, waarop, behalve het gewone opschrift,
vermeld stond, dat het lijk van den markies ver
brand was.
Men schrijft uit Soerabaja aan de Javabode
«Een overvloed van bedrog in een en hetzelfde
geval, zooals mij dezer dagen w d medegedeeld,
zon ik eerder in de misdadige annalen van Frank-
rijks hoofdstad gezocht dan op een binnenplaatsje
van Java gezocht hebben. Ziehier de toedracht,
zooals ik die te hooren kreeg. Een stationschef,
die, in betrekking by de Oosterlijnen, reeds wegens
zijn ondeugende streken gedegradeerd werd (alge
meen bevreemddo het, dat hij toen niet finaal werd
ontslagen) on een station van minder gewicht onder
zich kreeg, bestal den comptabelen beambte van dat
zelfde station door middel van valsche sleutels voor
een som van 300. Toen die ongelukkige dat
tekort bespeurde, ging hij naar zijne grootmoeder
te Soerabaja, die eenig vermogen heelt maar hem
op dat oogenblik niet kon helpen en naar andere
familieleden, die dit ook niet konden, een paar dagen
later ging de stationschef, tevens dief, naar Soerabaja
en stelde grootmama zooveel verschrikkelijks voor
van hetgeen haren lieveling te wachten stond, dat
zij het bedrag bij mekaar bracht en den man, die
zich zoo edelmoedig al dio moeite gaf, ter hand
stelde. Weer op het station liet hij den reken-
plichtige bij zich komen.
A. Jy hebt een tekort in kas, ja?
B. Ja, dat ié waar. En ik zit vreeselijk in de
verlegenheid.
A. De eene mensch moet den ander helpen en ik
zal jou dezen keer ook bijstaan. Hooveel heb je
noodig?
B. Drie honderd gulden.
A. Nu, ik zal jou dat gold loenen. Geef mij
maar eene acceptatie en bepaal daarin de intrest,
op 2 pCt. 's maands.
Zoo bestal deze humane man eerst hem, dien hij
bijstond; leende toen voor hem om die bres te vul
len en dat geleende geld-gaf hy hem voor zekeren
tyd tegen 24 pCt. 's jaars. Als dat geen «comble*
is, weöt ik het niet.
Het spreekt van zelf, dat grootmama aau klein
zoon schreef, waarom hij niets liet hooren van
hetgeen hy door tusschenkomst van den stations
chef ontvangen had en dat toen de bom ging bar
sten. Zwart op wit zal nu dienen bewezen te wor
den en dit is mogelijk, werd mij verzekerd
dat laatstgenoemde de drie honderd gulden heeft
getoucheerd en daarna op gezegde wijze heeft vrucht
baar gemaakt. Moeilijker zal hot bewijzen der oor
spronkelijke ontfutseling zijn, doch als het eerste op
schrift staat, zal ook de diefstal wal waarheid
wezon. Eene omstandigheid, die mij verwondert, is
de domheid waarmede de speculatie is op touw ge
zet. Zoodra de zaak in 's rechters handen is en
dezen openlijk daarvan de bijzaken heeft kenbaar
gemaakt, zal ik u nadere bijzonderheden mededeelen.
Voorloopig laat ik het hierbij, want zelfs met
zulke Herrschaften moet men de noodigo voor
zichtigheid in acht nemen.
De commissie ran instructie uit den Franschen
Senaat zet de vervolging van generaal Boulanger voort.
Volgens l' Autorité heeft de heer Merlin, voorzitter
der commissie van instructie in het proces tegen
Boulanger c. s., thans ook huiszoekingen gelast bij
goneraal Dnbarail, voorzitter van het Bonapartistiseh
.(Victoriaanse!)) comité en een tijdlang minister van
oorlog opdor het bestnar van Mac. Mahon, en bij
Panl de Cassagnao.