Bnitenlandsch Overzicht. Vleesch, 330BteStaats-loterij V .1 Sauzen, Groenten en tiENiMSG EII1XG. vu ruchtbaar gemaakt, dat door de My. tot Expl. van Staatsspoorwegen ook reeds pogingen in diezelfde richting sooden zijn gedaan, wolke pogingen echter waren afgestuit op eene regeling der tegemoetkoming of schadeloosstelling aan de eventueel niet over gaande ambtenaren. vlntusschen schijnt nu ook dit bericht niet waar te sijn, want het allerlaatste wat er nn in omloop is, niet alleen bij hen, die goed ingelicht kunnen rijn, maar ook op de beurs, is dat het Eijk aan den Rijnspoorweg het aanbod heeft gedaan om die Maatschappij over te nemen tegen den prijs gelijk staande met 120 pCt. van het aandeelenkapitaal." Op Hemelvaartsdag zal te Amsterdam een buiton- gewone «steeple chase" gereden worden; de baan zal niet minder dan 4200 meter lang en de hinder nissen van veel grootere afmetingen dan tot nu toe zijn, o. a. een sloot van 4 meter, eeh steenen muur en een houten sohutting van 1 meter en een Iersche wal, een hindernis die in Engeland veel gesprongen wordt, maar hier te lando echter nog op geen wed ren geplaatst is geweestde paarden moeteS over een sloot op een hoogen aarden wal springeu aie op zijn top slechts 2 meter breed is, en van daar naar beneden, alles in een vliegenden ren. Drie nieuwe paarden komen in de baan«Dr. Franklin" van lnit. Romer, die nog maar alleen verleden jaar te Clingendaal heeft geloopen, «Jeru salem" van ritmeester van Raden en een anonymus door luit. van der Mersch dezer dagen in Engeland aangekocht. Een belangrijk deel van No. 8 der Berichten van de Nederl. Maatsch. ter bev. der Pharmacie wordt ingenomen door het verslag der commissie uit de Maatschappij in zake den gedrukten toestand der phnemacie in Nederland. Daarin wordt medegedeeld, dat van de ongeveer 650 Ban apothekers in Neder land, leden en niet-leden der Maatsohappij, verzonden circulaires 107 terug ontvangen waren; waarvan 90 antwoorden den gedrukten toestand bevestigden, ter wijl 15 hem ontkenden 2 waren blanco in dien zin, dat zij nog te kort gevestigd waren om een antwoord te kunnen geven. De ingekomon antwoorden leidden de commissie tot de met algemeene stemmen aangenomen slotsom, dat er 'werkelijk door het geheele land achteruitgang is. Als oorzaken worden aangewezende veranderde geneeswijze, de algemeene malaise, een steeds groo- ter wordend debiet buiten de apotheek van spécialités, geheim- en kwakzalversmiddelen, de verkoop van geneesmiddelen door onbevoegden, betere zorg voor de gezondheid, een betere ziekenverpleging, een betere armverzorging, de scheikundige kennis door het mid delbaar onderwijs onder het publiek gebracht, de scherpere mededinging bij de levering van de genees middelen aan apotheekhoudende geneeskundigen en aan scheepsreederijen, de wanverhouding tusschen den in- en verkoopprijs van onderscheidene nieuwere geneesmiddelen, lage prijsberekening der recepten en onoordeelkundige vestiging. De Haagsohe correspondent van de Midd. Ct. schrijft: Het had weinig gescheeld, of wij hadden deze week nog een interpellatie in de Kamer zien aankondigen en wel over een zeer bijzonder voorvpl, dat hier vooral in de diplomatische en aristocratische kringen nog al geruchtmakend is. Een der gezanten van eene groote mogendheid is daarvan de hoofdpersoon. Die ver tegenwoordiger van zijne regeering heeft onlangs eene groote opschudding teweeg gebracht aan het station van den Hollandschen spoorweg alhier. Hij wilde zich toegang tot het perron verschaffen zonder voor zien te zijn van een bewijs, dat daarvoor vereischt wordt, en toen een ambtenaar der maatschappij hem daarin verhinderen wilde, ontzag die diplomaat zich niet oogenblikkelijk naar 's lands wijze zijne vuisten te gebruiken en dien ambtenaar herhaaldelijk daar mede te doen kennis maken. Yan een en ander is proces-verbaal opgemaakt, en de zaak is in handen der justitie. Daar net een gezant van een vreemden staat geldt, zal waarschjjnpjk wel geene strafvervol ging worden aangevangen, want de volkenrechtelijke gebruiken laten dien loop van zaken niet toe. Men hoort dan ook niet van zoodanig gevolg van het gebeurde. Intusschen is het wel wat erg, als die geschiedenis geheel ongestraft bljjft. Wel heeft de gezant, naar men zegt, aan den door hem aangeran- den ambtenaar eene schadevergoeding aangeboden, Axsh daarmede mag de zaak niet uit zijn. In elk geval behoort de vreemde regeering op de hoogte te worden gesteld van de wijze, waarop haar verte genwoordiger hier te werk ia gegaan, opdat zij ge noegdoening geve door terugroeping van den gezant of op eenige andere wijze. Dat doodzwijgen van de zaak van regeeringswege schijnt enkele Kamerleden te hebben geprikkeld en niet geheel ten onrechte en zoo ontstond bij hen het voornemen om de ministers van buitenlandsche zaken en justitie te interpelleeren. Gebruikolijkorwijze werd dat plan vooraf ia particulier gesprek aan die ministers medegedeeld en deze schijnen er in geslaagd te zijn de heeren tot bedaren te brengen, ter wille van de goede verstandhouding met de betrokken regeering. Tijdens de plaats gehad en nog plaats hebbende werkstakingen in de kolenmijnen is weder eens de vraag geopperd, in hoeverre het mogelijk zou zjjn turf de plaats van steenkolen te doen innemen. Inderdaad is daar tot zekore hoogte mogelijkheid op, al moet ook erkend worden dat èn het volumen, en in gewone omstandigheden den prijs der, zij het ook geperste turf, die dar steenkolen overtreft. Dit neemt echtoA niet weg dat men in Duitschland reeds sinds lang bejdacht is geweest op zoodanige bewer king van de'turf, door machinale bereiding, dat deze werkelijk de steenkool nahjj komt. Ook in Rusland legt men zich er toe om'de turf machinaal te be werken, en wel zoo dat Zo op den voet van steen kool afgeleverd, en in de turfdistricten, b.v. rondom Moskou, op de spoorwegen gebruikt wordt. Het hittegehalte komt dat der steenkool vrij nabij, en de person zijn van die oonstmotie en kracht dat de turf tot een uiterst klein volumen teruggebracht wordt. Men weet uit de nieuwsbladen dat dezer d tgen bij een stoomtramdienst in Friesland turf, ge woon handwerk, gebruikt is, en dgt de Oldenburg- sche spoorwegen reeds sinds jaar 'en dag ook ge deeltelijk turf stookten in hunne machines mag eveneens een bekend feit heeten. De zaak is dat, om te beginnen, onze verveners daar eens «achterheen" moeten zitten. I In Duitsch land is men ons ten deze verre vooruit. Ook heeft men daar eene rijksinstelling «de centrale veencom- missie" als bestuur, die de zaken der vervening regelt, en nieuwigheden in deze zaak aan den dag brengt en bevordert. En men heeft hierbij in het oog te houden, dat Duitschland toch ook zijne steen kolenmijnen bezit. En als men nu ziet dat de groote vervenen hier te lande zich meer en meer uit het vak terugtrekken en de verhuringen hand oyer hand toenemen, dan vergaat daarmede de laatste kans dat de «heeren" zich in de richting als boven aangege ven is (uitbreiding en wetenschappelijke beoefening der voencultuur) zullen bewegen. Ten opzichte van lichtgasbereiding uit turf kan aangemerkt worden, dat het reeds in 1885 aan, Merle gelukte lichtgas van voldoende sterkte uit turf te stoken. Men ziet dus dat in tjjd van nood en duurte van steenkool de maatschappij oog niet wanhopig behoeft te zijn of in het donker behoeft te blijven zitten. En welke goede zaken had de vervening nu kunnen doen, als zjj een weinig meer in de niouwe richting van turfbeteiding gewerkt. (N. R. Ct.) Te Rouaan is nu het geding begonnen togen den apothekersbediende Pastré Beaussier, die beschuldigd wordt van drie personen door vergif gedood en nog tien anderen opzettelijk vergiftigd te hebben, maar met minder noodlottig gevolg. Wij deelden indertijd, by zijne gevangenneming, het verhaal dier misdaden mede. Pastré-Beaussier was in betrekking bjj den apotheker Decamp, te Havre, die het beheer der zaak veelal overliet aan zijn adsistent, die daarvanmisbruik maakte door het plegen van verschillende oneerlijkheden. Mevrouw Decamp, die deze oneerlijkheden ontdekte, was het eerste slachtoffer van Pastré. Hij ruimde haar uit den weg door langzame vergiftiging, welke geen achterdocht wekte. De apotheker zelf stierf een jaar daarna op dezelfde wijs, en Pastré werd toen door de erfgenamen belast met het geheele beheer van de zaak, waarmee hij natuurlijk zijn voordeel deed. Een dienstbode, die zijne oneerlijke handelingen ontdekte en er van sprak, was zijn derde slachtoffer. Ook zy stierf door vergift, en nog aan tien andere personen, die Pastré eenigzins onaangenaam waren of het hem lastig maakten, werd door hem vergift toegediend. Zoo althans zijn de feiten volgens de akte van beschuldiging. Pastré blijft echter zjjn onschuld vdi houden. Er zijn 64 getuigen in deze zaak; 49 der beschul diging en 15 der verdediging. Uit Madrid bericht men Verleden Zaterdag vond in het koninklijk slot een van die steeds zeldzamer wordende plechtigheden plaats, die ons met haar, wel is waar verouderd, maar imposant ceremonieel, voor enkele oogenblikken ten minste aan het hof van een der Philipsen, ja in een nog verder verwijderd tijdvak terugvoeren, en die ons het beeld van het oude Spaansche koningshof levendig voor den geest tooveren. Verscheidene nieuw benoemde en in hunne geërfde waardigheid opnieuw bevestigde grandes vol trokken voor de koningin de ceremonie van het «hoofd dekken" te cubrieron, zooals de technische uitdjukking luidt. Deze gewoonte stamt uit reeds lang vervlogen tijden, toen nog aan de grooten des rijks door den koning het recht werd toegekend, daar waar deze met gedekten hoofde verscheen, even eens den hoed of den helm op het hoofd te houden. De grandes heeten daarom ook nog heden ten dage geleek, wanneer alles bezet was, veel op de arke Noachs. De plaatsen bovenop waren uitsluitend voor de mannelijke passagiers bestemd. Onder de wachtende reizigers zien wij allereerst onzen vriend Walther Lund. Hij had veertien dagen verlof weten te krijgen en zou nu de reis naar Wor cester aanvaarden. Zijn hart had geen rust meer, het dreef hem de wereld in om te zoeken naar liaar, die zijn hulp had ingeroepen. Zy, die zijn liefde bezat, was geen waanzinnige, daar was hij in gemoede zeker van, maar hij had er geen bewijzen voor en wilde zioh nu daarvan de overtuiging verschaffen. Walther had geheel het voorkomen van een jong koopman, aio voor zaken reist en dat was hij eigen lijk ook. Hij had vast besloten zich als zoodanig voor te doen. Er was geep enkele vermomming zoo geschikt om het ware doel van zjjn reis te verbergen als rond uit te komen voor zijn naam en beroep. Van den beginne af vermeed hij daardoor alle ver legenheid, waarin hjj anders kon komen. Het eenige gevaar, dat hij liep, was: dat mijnheer Carringshliff de aandacht van den hem geheel onbekenden dokter Brown op «ijn naam gevestigd had. Dit was echter niet waarschijnlijk, zelfs wanneer Carringshliff door spionnen vernomen mocht hebben, dat Walther op reis was, dan mocht de advocaat met reden onder stellen, dat Walther alleen in de omstreken van Londen zjjne nasporingen zou doen. Onder de reizigers bemerkte Walther twee dames, waarschijnlijk moeder en dochter. Verder stond er A een kort gedrongen man met een gelaat als een bulhond en ledematen als een stier; hij had een kort tabakspijpje in den mond. Ondanks zijn afstoo- tend uiterlijk was de man van vreedzame natuur; het was een slager uit een naburig landstadje, die een koppel vee naar Londen had gebracht en nu met gevulde beurs naar huis terugkeerde. Eindelijk wandelden op de ruime binnenplaats van het posthuis nog twee heeren, die beide zeer net gekleed waren en tot den hoogeren stand schenen te behooren. De een was een breedgeschouderd man van middelbare grootte, tusschen de veertig en vijftig jaar oud, met rond gezicht en een paar dónkere oogen, die achter de glazen van een gouden bril schitterden, De ander was blijkbaar nog jong, hij keek verstandig uit zijn oogen en scheen in afhan kelijke positie tegenover den ouderen heer te verkee- ren, dien hij men aandacht in het gesprek volgde. De postillon blies op den boom, ten teeken dat de passagiers mybesten instappen; dit gold echter alleen de vier heeren, die boven op moesten zitten; de beide dames zaten reeds binnen in den wagen. De vier heeren klauterden de steile trap op en namen boven op den postwagen hunne plaatsen in, die meer luchtig dan gemakkelijk te noemen waren, i Door de krachtsinspanning der vier magere paarden rolde het rijtuig voort, de poort uit én de straat op. Aanvankelijk zaten de vier heeren zwijgend bij elk ander, zij namen elkander eerst eens in oogenschouw. De man met den gouden bril was de eerste, di0 r y een gesprek begon, zoodra de wagen de hobbelige keien verlaten had. Hij sprak Walther aan met de woorden wIk vergis mij zeker niet in mijn onderstelling, dat ik een jong koopman voor mij zie. Reist ge voor zaken, mijnheer?" //Dat hebt ge goed geraden, mijnheer," antwoorddo Walther glimlachend. //En u is een geleerde, niet waar?" z/Dat hebt ge goed opgemerkt. Mijn naam is Brown, dokter Brown. Ongetwijfeld hebt ge reeds van4-mij hooren spreken." «Ik kan daar geen ja op zeggen." «Niet? Dan is het waarlijk meer dan tijd, dat ge iets omtrent mij verneemt." Hij greep in een zak van zijn halfversleten rok en haalde daaruit een onzindelijk uitziende brochure, die hij opensloeg en waaruit hij onmiddellijk met luide stem begon voor te, lezen: z/In het graafschap Worcestershire, in de^onmid- dellijke nabijheid van het schóón gelegen stadje Worcester bevindt zich de inrichting ter verpleging en genezing van krankzinnigen, welke toebehoort aan den wereldberoemden dokter Brown, een man van groote kennis en wetenschap. Do ^richting ligt in een liefelijk dal, omgeven door een krans van groene weiden en schaduwrijke bosschen. De talrijke gene zingen, waarvan duizende getuigschriften op aanvrage worden toegezonden, Wordt vervolgd.) in de volkstaal, die zoo dikwijls den vorm met het wezen verwisselt en verwart, „los caballeroa cubierlos woordelijk /fde bedekte heeren," ter onderscheiding van de hidalgos, de lagere edellieden, die dit recht niet hadden. Nog tegenwoordig vormen de grandes de bij qns gebruikelijke benaming grande lste klasse heeft geen zin, daar zulk een indeeling in 8panje volstrekt niet bestaat een afgesloten cor poratie, die hoogstens in zooverre in deelen gesplitst is, als de //oude" grandes, d. w. z. die, wier titel van de 16e eeuw of nog vroeger dagteekent, zich weer van de later benoemden afzonderen. De titu latuur en de erfopvolging zyn echter, daar deze door het oud-Kastiliaansche recht beheerscht worden, ge heel anders geregeld dan bij ons. De titel is niet aan den naam verbonden en is ook in de vrouwelijke lijn erfelijk. Daardoor is het gekomen, dat betrek kelijk zoo uiterst weinig van die waardigheden ge bleven zijn in die families, wier leden ze oorspron kelijk verwierven. De tegenwoordige hertog van Alba is een Berwick; de titels van Eerdinand Cortes zijn aan de Italiaansche familie Pignatelli overgegaan en het hoofd der familie der Cordobas vereenigt door erfopvolging in de vrouwelijke lijn niet minder dan 32 grandeza's in zich. Een der weinige titels, die sedert de 16e eeuw tot op den huidigen dag van vader op zoon overgeërfd is, is die van hertog van Yeragna, die de nakomelingen van Christoffel Columbus dragen. Onder de grandes, die Zaterdag aan de plechtigheid deelnamen, het waren er twaalf, bevonden zich de tegenwoordige minister van handel, graaf Xiquena, 15de hertog van Bivona; de vroegere conservatieve minister Lasala, hertog van Mandas y Villanueva; de eveneens als staatsman bekende mar kies de la Romana; de Spaansche gezant te Bern, graaf van Almina, markies van Guad-el-Jelu; Lopez, markies van Comillas, de zoon en erfgenaam van den stichter der groote Spaansche stoomvaart-maatschappij, nu //Compania Trasatlantica" en de hertog van Seo de Urgel, de zoon van den hertog Martinez de Campos, den koningmaker, van hem, die een einde maakte aan den laatsten Carlistenoorlog. De plechtigheid vgn voorleden Saterdag begon om twee uur en vond met al de praal, die nog heden het Spaansche hof bjj bijzondere plechtige gelegen heden ten dienste staat, plaats. De prachtige hoofd trap, waarvan elk der treden afwisselend uit één groote zwart- of witmarmeren plaat bestaat, was door hellebardiers bezet. In de zaai der wachten stond eveneens een afdeeling hellebardiers langs de wanden geschaard. De koningin ontving, omgeven door haar geheelen hofstoet en het grootste gedeelte der reeds iö hunne waardigheden bovestigde grandes allen, zoo zij niet in uniform waren, in oud-Spaansche dracht of in ordegewaad de novicen der grandeza, die aan de koningin door hunne getuigen pad- rino's voorgesteld werden en ieder afzonderlijk de vergunning ontvingen hun hoofd te dekken, waarop zij in min of meer sierlijke taal der koningin hun dank betuigden voor deze genade, maar tevens onder opsomming der betreffende historischefeiten hun eigen recht op de grandeza aantoonden. Tenslotte, en nadat de koningin de zaal verlaten had, liepen de pas bevestigde grandes langs het front der helle bardiers, die hun dezelfde eer betoonden als aan de medeleden der koninklijke familie en gelijktijdig zoo verlangt het reglement het nauwkeurig van hun persoonlijk voorkomen kennis namen, om hun ook in het vervolg de voorgeschreven honneurs te kunnen bewijzen. De berichten uit Weatfalen over de werkstaking luiden over het geheel niet ongunstig. Het groot ste deel der mjjnwerkers is aan den arbeid gebleven, ondanks het besluit der gedelegeerden-vergadering te Bochum, waar met 69 tegen 48 stommen be sloten werd, opnieuw tot eene algemeeno werksta king over te gaan. Het sehijnt dat er onder de werklieden hier meer, daar minder, een party is, die ontevreden blijft en het tot een nieuwe alge meene werkstaking wil dryven, waarvoor eohter niet veel kans zou beBtaan, daar de meerderheid te wel gezind is. De toestand is echter zee/ gespannen geworden, doordien de Regeering niet alleen den voorzitter van bovengenoemde bijeenkomst, don berg werker Weber, maar al de leden van het comiiée, ongeveer 40 in getal heeft doen in getal heeft doen in hechtenis nemen. Al de onder hen be- r us'end0 papieren zijn in beslag genomen. Waar schijnlijk is dat geschied naar aanleiding van boven genoemde vergadering, waar het stormachtig toeging. Vele sprekers voeren heftig tegen de werkgevers uit en drongen aan op het volhouden bjj de oor spronkelijke eischen een werkdag van 8 uren met inbegrip, van in- en uitgaan benevens 15 pCt. loorisverhooging. Ondanks den raad van meer be- zadigden onder de «rbeiders, werd het voorstel om met de rajjnbesturen nogmaals in een schikking te treden, verworpen, waarna de voorzitter^aankondigde dat te beginnen met de volgende week in de mjjnen van Rijnland en Westfalec het werk weer zou worden neergelegd. «Wie van de mannen ons vaandèl laf hartig verlaat", zeide hij, «is een schurk en niet waard Dnitscher te wezen. De strijd behoort tot het uiterste te worden voortgezet on kt wachtwoord moet zjjn overwinnen of sterven 1». Met het oog op de 48 mjjnen, die tegen hel voortzetten der werkstaking waren (elke mijn, die vertegenwoordigd was, gaf éen stem) klinkt deze uitspraak wel wat kras. De berichten over den woordelijken inhoud der aangehaalde uitroepen loopen uiteen, hetgeen niet te verwonderen is, daar de vergadering ten slotte onder groot tumult eindigde. Hoe dat zij, op echt Prui sische wjjze is de regeering tusschenbeide gekomen, nu gevaar voor rustverstoring dreigde. Men zegt, dat er nu ook sprake is van het afkondigen van den staat van beleg. Met belangstelling wordt uit gezien naar nadore berichten omtrent het verloop der crisis, daar natuurljjk de inhechtenisnemingen onder de mynwerkers groote opgewondenheid hebben veroorzaakt. Het afscheid van Koning Humbert en Keizer Wilhelm moet allerhartelijkst geweest zijn. Op de terugreis hield de Koning te Frankfort stil. Nadat hij het voor bet station opgestelde regiment huzrfren, waarvan hij chef is, had geïnspecteerd en door een deputatie der in de stad wonende Italianen was begroet, gebruikte de koning het ontbijt in het prachtsalon van het station en ontving daar een kort bezoek van keizerin Frederik, die uit Hamburg was gekomen. Onmiddellijk daarna zette de koning onder luid gejuich der menigte de reis voort. Het gerucht, dat Humbert over Straatsburg de terugreis nemen zou en daar met den keizer eene parade zou bijwonen, heeft geheel Frankrijk in rep en roer gebracht. Het wordt voor een beursma- noeuvre gehouden, die dan ook goed gelukte, want de Fransche en Italiaansche rente daalden op dit bericht. Te Parijs wil men dit echter niet gelooven. Men houdt daar het bericht voor meer dan een canard en schrjjft het toe aan een inval van keizer Wil helm, die inderdaad voornemens was zijn gast op de terugreis te vergezellon ah met hem de parade te Straatsburg bjj te wonen. Te 8traatsburg werden de vorsten met zekerheid verwacht, zoo zelfs, dat het garnizoen reeds een voorloopige parade op het stationsplein hield, ten einde te zorgen dat de keizer tevreden zou wezen. Volgens eenige Fransche bladen hebben echter koning Humbert en de heer Crispi de uitvoering van het plan verhinderd, daar sy terstond bespeur den, welk een ongunstige' indruk daardoor in Frankrijk werd teweeggebranht. Koning Humbert keerde toen langs den gewonen weg naar zjjn rjjk terug en keizer Wilhelm stelde zijn bezoek aan don Elzas eenige weken uit. De Tempt vermoedt, dat prins Bismarck ter wille van den vrede den keizer het plan uit het hoofd heeft gepraat. «In allen gevalle zegt het blad is het plan, hetwelk zeker iederen Franschman het hart heeft doen trillen, niet gebeurd. En dit is toch maar de hoofdzaak. Gelukkig is men te Berlijn terugge deinsd voor de openbare meening in Europa, welk een dergelijk antwoord op Frankrijke vredelievende tentoonstellingsbetooging zeker niet zeer gunstig zou ontvangen hebben." Zoowel in Frankrijk als in Rusland is men natuurlijk njeer ontsticht over de reis van Humbort en zijn schitterende ontvangst te Berlyn dan mon zeggen wil. De Russische «Nieuwe Tyd» kan zicheohter niet inhouden en geeft een soherpe beoordeeling van de toosten, door Keizer Wilhelm en Koning Humbert op het feestmaal te Berlyn uitgebracht, en beweert, dat de som der gewapende machten van Duitsch land en Italië geen Waarborg is voor den Europee- schen vrede. Wel is zulk een waarborg de wijze, bescheidens On verstai.dige «taalkunde van Rusland, deft den draad gebroken heeft van al die politieke kuiporyen, in naam waarvan het Drievoudig Verbond van Midden-Europcesohen Mogenjiéden werd opge richt. «Zoo lang als de Duitsele en Italiaansche legers," zegt het blad, «zich uitsluitend bezighouden met de verdediging hunner eigen landen, zjjn zjj evenals alle andere Enropeesche legers een waarborg voor den vrede, doch zjjn ze vereenigd met het doel, aan de algemeene Europeesche staatkunde do riohting te geven, die men te Berlijn, Weenen en Rome uit wil en die n&t dé juiste is voor de belangen van andere Eurdjftesche Mogendheden, <Jsn worden deze ontzagljjke militaire machten een bedreiging voorde rust van Europa en geen middel om die rust te handhaveD." Het socialistenproces te Bergen is Zaterdag ge ëindigd. Tot S maanden gevangenisstraf en 26 fr. boete werden veroordeeld J. B. Laloi, Louis André en Henri Hublet. Bovendien moest elk der be schuldigden een zestigste .der kosten van het geding betalen. Van de gevangen genomen personen werdo 24 op vrjje voeten gesteld. De uitspraak werd door do toehoorders met luid gejuioh en do kreten weg met de verklikkers I" ontvangen. Toen de ontslagen socialisten het gebouw verlieten bleek, dat velen hunner, die de uitspraak zes maanden lang in de gevangenis hadden afge wacht, geen gèld genoeg bezaten om naar huis terug te keeren. Er werd dadelijk eene inzameling ge houden, die zooveel opbracht, dat allen met gevulde zakken huiswaarts gingen. Zoo ver ging hun vreugd over de vrijspraak, dat zjj hunne verdedigers wilden omhelzen Toen twee dezer laatsten, de heeren Picard en de Burlet, te Brussel aankwamen, werden zij aan het station door eene talrijke menigte van werklieden en studenten opgewacht, die hen ondanks den bevigen regen met groote geestdrift begroetten en toejuichten. Toen de derde verdediger mr. Paul Jansen een paar uur later, te middernacht, ie Brussel uit den trein stapte, werd hij op niet minder rumoerige wijs verwelkomd. De menigte zong de Marseillaise en geleidde hem onder juichkreten naar zijn hotel. bederft nooit; verbetert en versterkt 806pen, andere spijzen. Vijfde Klasse, trekking van Dinsdag 28 Mei. No. 20279 16,000. No. 210, 2334, 16892 f 1000. No. 1689, 4672, 7445, 10541, 10599, 15524, 19327 400. No. 5083, 10154, 16033, 16828 ƒ200. No. 610, 857, 945, 2169, 4014, 5062, 5915, 9160, 13549, 144Ö5, 19358 ƒ100. Prijzen van J 70 217 3091 4932 7629 10451 12677 15302 17916 301 3176 5058 7656 10493 12713 15417 17923 350 3209 5085 7754 10516 12826 15442 18402 357 3272 5225 7839 10657 12946 15577 18409 372 3430 5334 7868 10796 12973 15600 18596 379 8434 5431 7929 10867 13006 15610 18770 381 3542 5587 7943 10870 13072 15614 18833 623^47 5665 7954 10890 13302 16028 18901 763 3560 5684 7963 10969 13444 16199 19001 878 3668 5700 8185 11060 13456 16229 19173 935 3670 5809 8223 11166 13724 16241 19224 988 3705 5839 8318 11298 13935 16376 19228 1360 3907 5863 8361 11340 14007 16402 19286 1465 3911 5929 8442 11442 14017 16696 19304 1507 3992 5959 8456 11502 14043 16737 19686 1644 4123 6196 8637 11572'14080 16779 19963 1713 4146 6204 8690 11578 14094 16887 19966 2041 4157 6226 8944 11739 14096 17020 20026 2077 4197 6649 9118 11854 14197 17023 20077 2142 4201 6711 9241 11958 14298 17035 20120 2166 4227 6749 9288 11972 14505 17076 20154 2236 4246 6789 9534 12061 14548 17224 20385 2435 4254 6837 9575 12096 14567 17339 20440 2444 4304 6880 9665 12097 14569 17343 20448 2588 4314 6902 9804 12168 14673 17365 20557 2741 4478 7030 9961 12185 15Ö82 17405 20756 2830 4503 7061 10057 12212 15101 17414 20876 2906 4505 7143 10095 12249 15208 17528 20928 3008 4517 7238 10309 12291 15232 17608 2097,3 3026 4533 7301 10312 12301 15267 17642 20993 3049 4816 7473 10317 12482 15262 17852 20995 3090 4869 7479 10325 12652 Trekking van gisteren No. 1467 moet zjjn 1469, No. 5672 m. z. 5652. (Foutief ontvangen). t»o BURGEMEESTER van GOUDA, brengt bij deze ter kennis van de belanghebbend^, dat door den Heer Provincialen Inspecteur der Directe Belastingen enz. te Rotterdam op den 24 Mei 1889 is exeoutoir verklaard: het kohier van het patent recht No. 9, 4e kwartaal dienst 1888/1889. Dat voormeld KOHIER ter invordering is gesteld in handen van den Heer Ontvanger, dat ieder, die daarop voorkomt verplicht is, zjjnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen, en dat heden ingaat do teawjjn van DRIE MAANDEN, binnen welken de rUlames behooren te worden ingediend. Gouda, den 27 Mei 1888. De Burgemeester voornoemd, VAN BERGEN 1JZENDOORN. KENNISGEVING. De BURGEMEESTER van GOUDA, brengt bjj deze tar kennis v»p de belanghebbenden, dat door den Heer Provitoihlen Inspecteur der Directe Be lastingen enz. te Rotterdam op den 23 Mei 1889 6 f

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2