Bnitenlandsch Overzicht.
Vleesch,
330BteStaats-loterij
V
.1 Sauzen, Groenten en
tiENiMSG EII1XG.
vu ruchtbaar gemaakt, dat door de My. tot Expl.
van Staatsspoorwegen ook reeds pogingen in diezelfde
richting sooden zijn gedaan, wolke pogingen echter
waren afgestuit op eene regeling der tegemoetkoming
of schadeloosstelling aan de eventueel niet over
gaande ambtenaren.
vlntusschen schijnt nu ook dit bericht niet waar
te sijn, want het allerlaatste wat er nn in omloop
is, niet alleen bij hen, die goed ingelicht kunnen
rijn, maar ook op de beurs, is dat het Eijk aan
den Rijnspoorweg het aanbod heeft gedaan om die
Maatschappij over te nemen tegen den prijs gelijk
staande met 120 pCt. van het aandeelenkapitaal."
Op Hemelvaartsdag zal te Amsterdam een buiton-
gewone «steeple chase" gereden worden; de baan
zal niet minder dan 4200 meter lang en de hinder
nissen van veel grootere afmetingen dan tot nu toe
zijn, o. a. een sloot van 4 meter, eeh steenen muur
en een houten sohutting van 1 meter en een Iersche
wal, een hindernis die in Engeland veel gesprongen
wordt, maar hier te lando echter nog op geen wed
ren geplaatst is geweestde paarden moeteS over
een sloot op een hoogen aarden wal springeu aie
op zijn top slechts 2 meter breed is, en van daar
naar beneden, alles in een vliegenden ren.
Drie nieuwe paarden komen in de baan«Dr.
Franklin" van lnit. Romer, die nog maar alleen
verleden jaar te Clingendaal heeft geloopen, «Jeru
salem" van ritmeester van Raden en een anonymus
door luit. van der Mersch dezer dagen in Engeland
aangekocht.
Een belangrijk deel van No. 8 der Berichten van
de Nederl. Maatsch. ter bev. der Pharmacie wordt
ingenomen door het verslag der commissie uit de
Maatschappij in zake den gedrukten toestand der
phnemacie in Nederland. Daarin wordt medegedeeld,
dat van de ongeveer 650 Ban apothekers in Neder
land, leden en niet-leden der Maatsohappij, verzonden
circulaires 107 terug ontvangen waren; waarvan 90
antwoorden den gedrukten toestand bevestigden, ter
wijl 15 hem ontkenden 2 waren blanco in dien
zin, dat zij nog te kort gevestigd waren om een
antwoord te kunnen geven.
De ingekomon antwoorden leidden de commissie
tot de met algemeene stemmen aangenomen slotsom,
dat er 'werkelijk door het geheele land achteruitgang
is. Als oorzaken worden aangewezende veranderde
geneeswijze, de algemeene malaise, een steeds groo-
ter wordend debiet buiten de apotheek van spécialités,
geheim- en kwakzalversmiddelen, de verkoop van
geneesmiddelen door onbevoegden, betere zorg voor
de gezondheid, een betere ziekenverpleging, een betere
armverzorging, de scheikundige kennis door het mid
delbaar onderwijs onder het publiek gebracht, de
scherpere mededinging bij de levering van de genees
middelen aan apotheekhoudende geneeskundigen en
aan scheepsreederijen, de wanverhouding tusschen
den in- en verkoopprijs van onderscheidene nieuwere
geneesmiddelen, lage prijsberekening der recepten
en onoordeelkundige vestiging.
De Haagsohe correspondent van de Midd. Ct.
schrijft:
Het had weinig gescheeld, of wij hadden deze week
nog een interpellatie in de Kamer zien aankondigen
en wel over een zeer bijzonder voorvpl, dat hier vooral
in de diplomatische en aristocratische kringen nog al
geruchtmakend is. Een der gezanten van eene groote
mogendheid is daarvan de hoofdpersoon. Die ver
tegenwoordiger van zijne regeering heeft onlangs eene
groote opschudding teweeg gebracht aan het station
van den Hollandschen spoorweg alhier. Hij wilde
zich toegang tot het perron verschaffen zonder voor
zien te zijn van een bewijs, dat daarvoor vereischt
wordt, en toen een ambtenaar der maatschappij hem
daarin verhinderen wilde, ontzag die diplomaat zich
niet oogenblikkelijk naar 's lands wijze zijne vuisten
te gebruiken en dien ambtenaar herhaaldelijk daar
mede te doen kennis maken. Yan een en ander is
proces-verbaal opgemaakt, en de zaak is in handen
der justitie. Daar net een gezant van een vreemden
staat geldt, zal waarschjjnpjk wel geene strafvervol
ging worden aangevangen, want de volkenrechtelijke
gebruiken laten dien loop van zaken niet toe. Men
hoort dan ook niet van zoodanig gevolg van het
gebeurde. Intusschen is het wel wat erg, als die
geschiedenis geheel ongestraft bljjft. Wel heeft de
gezant, naar men zegt, aan den door hem aangeran-
den ambtenaar eene schadevergoeding aangeboden,
Axsh daarmede mag de zaak niet uit zijn. In elk
geval behoort de vreemde regeering op de hoogte
te worden gesteld van de wijze, waarop haar verte
genwoordiger hier te werk ia gegaan, opdat zij ge
noegdoening geve door terugroeping van den gezant
of op eenige andere wijze.
Dat doodzwijgen van de zaak van regeeringswege
schijnt enkele Kamerleden te hebben geprikkeld
en niet geheel ten onrechte en zoo ontstond bij hen
het voornemen om de ministers van buitenlandsche
zaken en justitie te interpelleeren. Gebruikolijkorwijze
werd dat plan vooraf ia particulier gesprek aan die
ministers medegedeeld en deze schijnen er in geslaagd
te zijn de heeren tot bedaren te brengen, ter wille
van de goede verstandhouding met de betrokken
regeering.
Tijdens de plaats gehad en nog plaats hebbende
werkstakingen in de kolenmijnen is weder eens de
vraag geopperd, in hoeverre het mogelijk zou zjjn
turf de plaats van steenkolen te doen innemen.
Inderdaad is daar tot zekore hoogte mogelijkheid op,
al moet ook erkend worden dat èn het volumen, en
in gewone omstandigheden den prijs der, zij het ook
geperste turf, die dar steenkolen overtreft. Dit
neemt echtoA niet weg dat men in Duitschland reeds
sinds lang bejdacht is geweest op zoodanige bewer
king van de'turf, door machinale bereiding, dat deze
werkelijk de steenkool nahjj komt. Ook in Rusland
legt men zich er toe om'de turf machinaal te be
werken, en wel zoo dat Zo op den voet van steen
kool afgeleverd, en in de turfdistricten, b.v. rondom
Moskou, op de spoorwegen gebruikt wordt. Het
hittegehalte komt dat der steenkool vrij nabij, en
de person zijn van die oonstmotie en kracht dat de
turf tot een uiterst klein volumen teruggebracht
wordt. Men weet uit de nieuwsbladen dat dezer
d tgen bij een stoomtramdienst in Friesland turf, ge
woon handwerk, gebruikt is, en dgt de Oldenburg-
sche spoorwegen reeds sinds jaar 'en dag ook ge
deeltelijk turf stookten in hunne machines mag
eveneens een bekend feit heeten.
De zaak is dat, om te beginnen, onze verveners
daar eens «achterheen" moeten zitten. I In Duitsch
land is men ons ten deze verre vooruit. Ook heeft
men daar eene rijksinstelling «de centrale veencom-
missie" als bestuur, die de zaken der vervening
regelt, en nieuwigheden in deze zaak aan den dag
brengt en bevordert. En men heeft hierbij in het
oog te houden, dat Duitschland toch ook zijne steen
kolenmijnen bezit. En als men nu ziet dat de groote
vervenen hier te lande zich meer en meer uit het
vak terugtrekken en de verhuringen hand oyer hand
toenemen, dan vergaat daarmede de laatste kans dat
de «heeren" zich in de richting als boven aangege
ven is (uitbreiding en wetenschappelijke beoefening
der voencultuur) zullen bewegen.
Ten opzichte van lichtgasbereiding uit turf kan
aangemerkt worden, dat het reeds in 1885 aan,
Merle gelukte lichtgas van voldoende sterkte uit
turf te stoken.
Men ziet dus dat in tjjd van nood en duurte van
steenkool de maatschappij oog niet wanhopig behoeft
te zijn of in het donker behoeft te blijven zitten.
En welke goede zaken had de vervening nu kunnen
doen, als zjj een weinig meer in de niouwe richting
van turfbeteiding gewerkt. (N. R. Ct.)
Te Rouaan is nu het geding begonnen togen den
apothekersbediende Pastré Beaussier, die beschuldigd
wordt van drie personen door vergif gedood en nog
tien anderen opzettelijk vergiftigd te hebben, maar
met minder noodlottig gevolg.
Wij deelden indertijd, by zijne gevangenneming,
het verhaal dier misdaden mede. Pastré-Beaussier
was in betrekking bjj den apotheker Decamp, te
Havre, die het beheer der zaak veelal overliet aan
zijn adsistent, die daarvanmisbruik maakte door het
plegen van verschillende oneerlijkheden. Mevrouw
Decamp, die deze oneerlijkheden ontdekte, was het
eerste slachtoffer van Pastré. Hij ruimde haar uit
den weg door langzame vergiftiging, welke geen
achterdocht wekte. De apotheker zelf stierf een jaar
daarna op dezelfde wijs, en Pastré werd toen door
de erfgenamen belast met het geheele beheer van
de zaak, waarmee hij natuurlijk zijn voordeel deed.
Een dienstbode, die zijne oneerlijke handelingen
ontdekte en er van sprak, was zijn derde slachtoffer.
Ook zy stierf door vergift, en nog aan tien andere
personen, die Pastré eenigzins onaangenaam waren
of het hem lastig maakten, werd door hem vergift
toegediend.
Zoo althans zijn de feiten volgens de akte van
beschuldiging. Pastré blijft echter zjjn onschuld
vdi houden.
Er zijn 64 getuigen in deze zaak; 49 der beschul
diging en 15 der verdediging.
Uit Madrid bericht men Verleden Zaterdag vond
in het koninklijk slot een van die steeds zeldzamer
wordende plechtigheden plaats, die ons met haar,
wel is waar verouderd, maar imposant ceremonieel,
voor enkele oogenblikken ten minste aan het hof van
een der Philipsen, ja in een nog verder verwijderd
tijdvak terugvoeren, en die ons het beeld van het
oude Spaansche koningshof levendig voor den geest
tooveren. Verscheidene nieuw benoemde en in hunne
geërfde waardigheid opnieuw bevestigde grandes vol
trokken voor de koningin de ceremonie van het
«hoofd dekken" te cubrieron, zooals de technische
uitdjukking luidt. Deze gewoonte stamt uit reeds
lang vervlogen tijden, toen nog aan de grooten des
rijks door den koning het recht werd toegekend,
daar waar deze met gedekten hoofde verscheen, even
eens den hoed of den helm op het hoofd te houden.
De grandes heeten daarom ook nog heden ten dage
geleek, wanneer alles bezet was, veel op de arke
Noachs. De plaatsen bovenop waren uitsluitend voor
de mannelijke passagiers bestemd.
Onder de wachtende reizigers zien wij allereerst
onzen vriend Walther Lund. Hij had veertien dagen
verlof weten te krijgen en zou nu de reis naar Wor
cester aanvaarden. Zijn hart had geen rust meer,
het dreef hem de wereld in om te zoeken naar liaar,
die zijn hulp had ingeroepen. Zy, die zijn liefde
bezat, was geen waanzinnige, daar was hij in gemoede
zeker van, maar hij had er geen bewijzen voor en
wilde zioh nu daarvan de overtuiging verschaffen.
Walther had geheel het voorkomen van een jong
koopman, aio voor zaken reist en dat was hij eigen
lijk ook. Hij had vast besloten zich als zoodanig
voor te doen. Er was geep enkele vermomming zoo
geschikt om het ware doel van zjjn reis te verbergen
als rond uit te komen voor zijn naam en beroep.
Van den beginne af vermeed hij daardoor alle ver
legenheid, waarin hjj anders kon komen. Het eenige
gevaar, dat hij liep, was: dat mijnheer Carringshliff
de aandacht van den hem geheel onbekenden dokter
Brown op «ijn naam gevestigd had. Dit was echter
niet waarschijnlijk, zelfs wanneer Carringshliff door
spionnen vernomen mocht hebben, dat Walther op
reis was, dan mocht de advocaat met reden onder
stellen, dat Walther alleen in de omstreken van
Londen zjjne nasporingen zou doen.
Onder de reizigers bemerkte Walther twee dames,
waarschijnlijk moeder en dochter. Verder stond er
A
een kort gedrongen man met een gelaat als een
bulhond en ledematen als een stier; hij had een
kort tabakspijpje in den mond. Ondanks zijn afstoo-
tend uiterlijk was de man van vreedzame natuur;
het was een slager uit een naburig landstadje, die
een koppel vee naar Londen had gebracht en nu
met gevulde beurs naar huis terugkeerde.
Eindelijk wandelden op de ruime binnenplaats van
het posthuis nog twee heeren, die beide zeer net
gekleed waren en tot den hoogeren stand schenen
te behooren. De een was een breedgeschouderd man
van middelbare grootte, tusschen de veertig en vijftig
jaar oud, met rond gezicht en een paar dónkere
oogen, die achter de glazen van een gouden bril
schitterden, De ander was blijkbaar nog jong, hij
keek verstandig uit zijn oogen en scheen in afhan
kelijke positie tegenover den ouderen heer te verkee-
ren, dien hij men aandacht in het gesprek volgde.
De postillon blies op den boom, ten teeken dat
de passagiers mybesten instappen; dit gold echter
alleen de vier heeren, die boven op moesten zitten;
de beide dames zaten reeds binnen in den wagen.
De vier heeren klauterden de steile trap op en namen
boven op den postwagen hunne plaatsen in, die meer
luchtig dan gemakkelijk te noemen waren, i
Door de krachtsinspanning der vier magere paarden
rolde het rijtuig voort, de poort uit én de straat op.
Aanvankelijk zaten de vier heeren zwijgend bij elk
ander, zij namen elkander eerst eens in oogenschouw.
De man met den gouden bril was de eerste, di0
r
y
een gesprek begon, zoodra de wagen de hobbelige
keien verlaten had. Hij sprak Walther aan met de
woorden
wIk vergis mij zeker niet in mijn onderstelling,
dat ik een jong koopman voor mij zie. Reist ge
voor zaken, mijnheer?"
//Dat hebt ge goed geraden, mijnheer," antwoorddo
Walther glimlachend. //En u is een geleerde, niet
waar?"
z/Dat hebt ge goed opgemerkt. Mijn naam is
Brown, dokter Brown. Ongetwijfeld hebt ge reeds
van4-mij hooren spreken."
«Ik kan daar geen ja op zeggen."
«Niet? Dan is het waarlijk meer dan tijd, dat
ge iets omtrent mij verneemt."
Hij greep in een zak van zijn halfversleten rok
en haalde daaruit een onzindelijk uitziende brochure,
die hij opensloeg en waaruit hij onmiddellijk met
luide stem begon voor te, lezen:
z/In het graafschap Worcestershire, in de^onmid-
dellijke nabijheid van het schóón gelegen stadje
Worcester bevindt zich de inrichting ter verpleging
en genezing van krankzinnigen, welke toebehoort aan
den wereldberoemden dokter Brown, een man van
groote kennis en wetenschap. Do ^richting ligt in
een liefelijk dal, omgeven door een krans van groene
weiden en schaduwrijke bosschen. De talrijke gene
zingen, waarvan duizende getuigschriften op aanvrage
worden toegezonden,
Wordt vervolgd.)
in de volkstaal, die zoo dikwijls den vorm met het
wezen verwisselt en verwart, „los caballeroa cubierlos
woordelijk /fde bedekte heeren," ter onderscheiding
van de hidalgos, de lagere edellieden, die dit recht
niet hadden. Nog tegenwoordig vormen de grandes
de bij qns gebruikelijke benaming grande lste
klasse heeft geen zin, daar zulk een indeeling in
8panje volstrekt niet bestaat een afgesloten cor
poratie, die hoogstens in zooverre in deelen gesplitst
is, als de //oude" grandes, d. w. z. die, wier titel
van de 16e eeuw of nog vroeger dagteekent, zich
weer van de later benoemden afzonderen. De titu
latuur en de erfopvolging zyn echter, daar deze door
het oud-Kastiliaansche recht beheerscht worden, ge
heel anders geregeld dan bij ons. De titel is niet
aan den naam verbonden en is ook in de vrouwelijke
lijn erfelijk. Daardoor is het gekomen, dat betrek
kelijk zoo uiterst weinig van die waardigheden ge
bleven zijn in die families, wier leden ze oorspron
kelijk verwierven. De tegenwoordige hertog van
Alba is een Berwick; de titels van Eerdinand Cortes
zijn aan de Italiaansche familie Pignatelli overgegaan
en het hoofd der familie der Cordobas vereenigt
door erfopvolging in de vrouwelijke lijn niet minder
dan 32 grandeza's in zich. Een der weinige titels,
die sedert de 16e eeuw tot op den huidigen dag
van vader op zoon overgeërfd is, is die van hertog
van Yeragna, die de nakomelingen van Christoffel
Columbus dragen. Onder de grandes, die Zaterdag
aan de plechtigheid deelnamen, het waren er twaalf,
bevonden zich de tegenwoordige minister van handel,
graaf Xiquena, 15de hertog van Bivona; de vroegere
conservatieve minister Lasala, hertog van Mandas y
Villanueva; de eveneens als staatsman bekende mar
kies de la Romana; de Spaansche gezant te Bern,
graaf van Almina, markies van Guad-el-Jelu; Lopez,
markies van Comillas, de zoon en erfgenaam van den
stichter der groote Spaansche stoomvaart-maatschappij,
nu //Compania Trasatlantica" en de hertog van Seo
de Urgel, de zoon van den hertog Martinez de
Campos, den koningmaker, van hem, die een einde
maakte aan den laatsten Carlistenoorlog.
De plechtigheid vgn voorleden Saterdag begon om
twee uur en vond met al de praal, die nog heden
het Spaansche hof bjj bijzondere plechtige gelegen
heden ten dienste staat, plaats. De prachtige hoofd
trap, waarvan elk der treden afwisselend uit één
groote zwart- of witmarmeren plaat bestaat, was door
hellebardiers bezet. In de zaai der wachten stond
eveneens een afdeeling hellebardiers langs de wanden
geschaard. De koningin ontving, omgeven door haar
geheelen hofstoet en het grootste gedeelte der reeds
iö hunne waardigheden bovestigde grandes allen,
zoo zij niet in uniform waren, in oud-Spaansche
dracht of in ordegewaad de novicen der grandeza,
die aan de koningin door hunne getuigen pad-
rino's voorgesteld werden en ieder afzonderlijk
de vergunning ontvingen hun hoofd te dekken, waarop
zij in min of meer sierlijke taal der koningin hun
dank betuigden voor deze genade, maar tevens onder
opsomming der betreffende historischefeiten hun
eigen recht op de grandeza aantoonden. Tenslotte,
en nadat de koningin de zaal verlaten had, liepen
de pas bevestigde grandes langs het front der helle
bardiers, die hun dezelfde eer betoonden als aan de
medeleden der koninklijke familie en gelijktijdig
zoo verlangt het reglement het nauwkeurig van
hun persoonlijk voorkomen kennis namen, om hun
ook in het vervolg de voorgeschreven honneurs te
kunnen bewijzen.
De berichten uit Weatfalen over de werkstaking
luiden over het geheel niet ongunstig. Het groot
ste deel der mjjnwerkers is aan den arbeid gebleven,
ondanks het besluit der gedelegeerden-vergadering
te Bochum, waar met 69 tegen 48 stommen be
sloten werd, opnieuw tot eene algemeeno werksta
king over te gaan. Het sehijnt dat er onder de
werklieden hier meer, daar minder, een party is,
die ontevreden blijft en het tot een nieuwe alge
meene werkstaking wil dryven, waarvoor eohter niet
veel kans zou beBtaan, daar de meerderheid te wel
gezind is. De toestand is echter zee/ gespannen
geworden, doordien de Regeering niet alleen den
voorzitter van bovengenoemde bijeenkomst, don berg
werker Weber, maar al de leden van het comiiée,
ongeveer 40 in getal heeft doen in getal heeft
doen in hechtenis nemen. Al de onder hen be-
r us'end0 papieren zijn in beslag genomen. Waar
schijnlijk is dat geschied naar aanleiding van boven
genoemde vergadering, waar het stormachtig toeging.
Vele sprekers voeren heftig tegen de werkgevers
uit en drongen aan op het volhouden bjj de oor
spronkelijke eischen een werkdag van 8 uren
met inbegrip, van in- en uitgaan benevens 15 pCt.
loorisverhooging. Ondanks den raad van meer be-
zadigden onder de «rbeiders, werd het voorstel om
met de rajjnbesturen nogmaals in een schikking te
treden, verworpen, waarna de voorzitter^aankondigde
dat te beginnen met de volgende week in de mjjnen
van Rijnland en Westfalec het werk weer zou worden
neergelegd. «Wie van de mannen ons vaandèl laf
hartig verlaat", zeide hij, «is een schurk en niet
waard Dnitscher te wezen. De strijd behoort tot
het uiterste te worden voortgezet on kt wachtwoord
moet zjjn overwinnen of sterven 1». Met het oog
op de 48 mjjnen, die tegen hel voortzetten der
werkstaking waren (elke mijn, die vertegenwoordigd
was, gaf éen stem) klinkt deze uitspraak wel wat kras.
De berichten over den woordelijken inhoud der
aangehaalde uitroepen loopen uiteen, hetgeen niet te
verwonderen is, daar de vergadering ten slotte onder
groot tumult eindigde. Hoe dat zij, op echt Prui
sische wjjze is de regeering tusschenbeide gekomen,
nu gevaar voor rustverstoring dreigde. Men zegt,
dat er nu ook sprake is van het afkondigen van
den staat van beleg. Met belangstelling wordt uit
gezien naar nadore berichten omtrent het verloop
der crisis, daar natuurljjk de inhechtenisnemingen
onder de mynwerkers groote opgewondenheid hebben
veroorzaakt.
Het afscheid van Koning Humbert en Keizer
Wilhelm moet allerhartelijkst geweest zijn. Op
de terugreis hield de Koning te Frankfort stil.
Nadat hij het voor bet station opgestelde regiment
huzrfren, waarvan hij chef is, had geïnspecteerd en
door een deputatie der in de stad wonende Italianen
was begroet, gebruikte de koning het ontbijt in het
prachtsalon van het station en ontving daar een
kort bezoek van keizerin Frederik, die uit Hamburg
was gekomen. Onmiddellijk daarna zette de koning
onder luid gejuich der menigte de reis voort.
Het gerucht, dat Humbert over Straatsburg de
terugreis nemen zou en daar met den keizer eene
parade zou bijwonen, heeft geheel Frankrijk in rep
en roer gebracht. Het wordt voor een beursma-
noeuvre gehouden, die dan ook goed gelukte, want
de Fransche en Italiaansche rente daalden op dit
bericht.
Te Parijs wil men dit echter niet gelooven. Men
houdt daar het bericht voor meer dan een canard
en schrjjft het toe aan een inval van keizer Wil
helm, die inderdaad voornemens was zijn gast op
de terugreis te vergezellon ah met hem de parade
te Straatsburg bjj te wonen. Te 8traatsburg werden
de vorsten met zekerheid verwacht, zoo zelfs, dat
het garnizoen reeds een voorloopige parade op het
stationsplein hield, ten einde te zorgen dat de keizer
tevreden zou wezen.
Volgens eenige Fransche bladen hebben echter
koning Humbert en de heer Crispi de uitvoering
van het plan verhinderd, daar sy terstond bespeur
den, welk een ongunstige' indruk daardoor in
Frankrijk werd teweeggebranht. Koning Humbert
keerde toen langs den gewonen weg naar zjjn rjjk
terug en keizer Wilhelm stelde zijn bezoek aan don
Elzas eenige weken uit.
De Tempt vermoedt, dat prins Bismarck ter wille
van den vrede den keizer het plan uit het hoofd
heeft gepraat.
«In allen gevalle zegt het blad is het plan,
hetwelk zeker iederen Franschman het hart heeft
doen trillen, niet gebeurd. En dit is toch maar
de hoofdzaak. Gelukkig is men te Berlijn terugge
deinsd voor de openbare meening in Europa, welk
een dergelijk antwoord op Frankrijke vredelievende
tentoonstellingsbetooging zeker niet zeer gunstig zou
ontvangen hebben."
Zoowel in Frankrijk als in Rusland is men natuurlijk
njeer ontsticht over de reis van Humbort en zijn
schitterende ontvangst te Berlyn dan mon zeggen
wil. De Russische «Nieuwe Tyd» kan zicheohter
niet inhouden en geeft een soherpe beoordeeling van
de toosten, door Keizer Wilhelm en Koning Humbert
op het feestmaal te Berlyn uitgebracht, en beweert,
dat de som der gewapende machten van Duitsch
land en Italië geen Waarborg is voor den Europee-
schen vrede. Wel is zulk een waarborg de wijze,
bescheidens On verstai.dige «taalkunde van Rusland,
deft den draad gebroken heeft van al die politieke
kuiporyen, in naam waarvan het Drievoudig Verbond
van Midden-Europcesohen Mogenjiéden werd opge
richt. «Zoo lang als de Duitsele en Italiaansche
legers," zegt het blad, «zich uitsluitend bezighouden
met de verdediging hunner eigen landen, zjjn zjj
evenals alle andere Enropeesche legers een waarborg
voor den vrede, doch zjjn ze vereenigd met het doel,
aan de algemeene Europeesche staatkunde do riohting
te geven, die men te Berlijn, Weenen en Rome uit
wil en die n&t dé juiste is voor de belangen van
andere Eurdjftesche Mogendheden, <Jsn worden deze
ontzagljjke militaire machten een bedreiging voorde
rust van Europa en geen middel om die rust te
handhaveD."
Het socialistenproces te Bergen is Zaterdag ge
ëindigd. Tot S maanden gevangenisstraf en 26 fr.
boete werden veroordeeld J. B. Laloi, Louis André
en Henri Hublet. Bovendien moest elk der be
schuldigden een zestigste .der kosten van het geding
betalen. Van de gevangen genomen personen werdo
24 op vrjje voeten gesteld.
De uitspraak werd door do toehoorders met luid
gejuioh en do kreten weg met de verklikkers I"
ontvangen. Toen de ontslagen socialisten het gebouw
verlieten bleek, dat velen hunner, die de uitspraak
zes maanden lang in de gevangenis hadden afge
wacht, geen gèld genoeg bezaten om naar huis terug
te keeren. Er werd dadelijk eene inzameling ge
houden, die zooveel opbracht, dat allen met gevulde
zakken huiswaarts gingen. Zoo ver ging hun vreugd
over de vrijspraak, dat zjj hunne verdedigers wilden
omhelzen
Toen twee dezer laatsten, de heeren Picard en de
Burlet, te Brussel aankwamen, werden zij aan het
station door eene talrijke menigte van werklieden en
studenten opgewacht, die hen ondanks den bevigen
regen met groote geestdrift begroetten en toejuichten.
Toen de derde verdediger mr. Paul Jansen een paar
uur later, te middernacht, ie Brussel uit den trein
stapte, werd hij op niet minder rumoerige wijs
verwelkomd. De menigte zong de Marseillaise en
geleidde hem onder juichkreten naar zijn hotel.
bederft nooit; verbetert
en versterkt 806pen,
andere spijzen.
Vijfde Klasse, trekking van Dinsdag 28 Mei.
No. 20279 16,000.
No. 210, 2334, 16892 f 1000.
No. 1689, 4672, 7445, 10541, 10599, 15524,
19327 400.
No. 5083, 10154, 16033, 16828 ƒ200.
No. 610, 857, 945, 2169, 4014, 5062, 5915,
9160, 13549, 144Ö5, 19358 ƒ100.
Prijzen van J 70
217 3091 4932 7629 10451 12677 15302 17916
301 3176 5058 7656 10493 12713 15417 17923
350 3209 5085 7754 10516 12826 15442 18402
357 3272 5225 7839 10657 12946 15577 18409
372 3430 5334 7868 10796 12973 15600 18596
379 8434 5431 7929 10867 13006 15610 18770
381 3542 5587 7943 10870 13072 15614 18833
623^47 5665 7954 10890 13302 16028 18901
763 3560 5684 7963 10969 13444 16199 19001
878 3668 5700 8185 11060 13456 16229 19173
935 3670 5809 8223 11166 13724 16241 19224
988 3705 5839 8318 11298 13935 16376 19228
1360 3907 5863 8361 11340 14007 16402 19286
1465 3911 5929 8442 11442 14017 16696 19304
1507 3992 5959 8456 11502 14043 16737 19686
1644 4123 6196 8637 11572'14080 16779 19963
1713 4146 6204 8690 11578 14094 16887 19966
2041 4157 6226 8944 11739 14096 17020 20026
2077 4197 6649 9118 11854 14197 17023 20077
2142 4201 6711 9241 11958 14298 17035 20120
2166 4227 6749 9288 11972 14505 17076 20154
2236 4246 6789 9534 12061 14548 17224 20385
2435 4254 6837 9575 12096 14567 17339 20440
2444 4304 6880 9665 12097 14569 17343 20448
2588 4314 6902 9804 12168 14673 17365 20557
2741 4478 7030 9961 12185 15Ö82 17405 20756
2830 4503 7061 10057 12212 15101 17414 20876
2906 4505 7143 10095 12249 15208 17528 20928
3008 4517 7238 10309 12291 15232 17608 2097,3
3026 4533 7301 10312 12301 15267 17642 20993
3049 4816 7473 10317 12482 15262 17852 20995
3090 4869 7479 10325 12652
Trekking van gisteren No. 1467 moet zjjn 1469,
No. 5672 m. z. 5652. (Foutief ontvangen).
t»o BURGEMEESTER van GOUDA, brengt bij
deze ter kennis van de belanghebbend^, dat door
den Heer Provincialen Inspecteur der Directe
Belastingen enz. te Rotterdam op den 24 Mei 1889
is exeoutoir verklaard: het kohier van het patent
recht No. 9, 4e kwartaal dienst 1888/1889.
Dat voormeld KOHIER ter invordering is gesteld
in handen van den Heer Ontvanger, dat ieder, die
daarop voorkomt verplicht is, zjjnen aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen, en dat heden
ingaat do teawjjn van DRIE MAANDEN, binnen
welken de rUlames behooren te worden ingediend.
Gouda, den 27 Mei 1888.
De Burgemeester voornoemd,
VAN BERGEN 1JZENDOORN.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER van GOUDA, brengt bjj
deze tar kennis v»p de belanghebbenden, dat door
den Heer Provitoihlen Inspecteur der Directe Be
lastingen enz. te Rotterdam op den 23 Mei 1889
6
f