Karreweitjes. KANTOOR. Men verlangt Gember-Koek Bultenlandsch Overzicht. BRIEVEN UIT ROTTERDAM. 33O8t0Staats-loterij PETR0LEUM-N0TEERINGEN BEURSBERICHT. APVERTENTIËN. GEMBERKOEK J. J. van der SAN DEN, van Cantïlaar Schalkwijk, te Rotterdam. Burgerlijke Stand. Zevenhuizen Haastrecht Vlist van 35 en 65 Cent per stuk, bij In het Koloniaal Verslag van 1887 lezen wij, dat in Januari van dat jaar het Gouvernement zich ge noopt zag, eenige aan den mond der Rokkan-rivier, te Eagan Api Api, gevestigde Chineezen tot ge hoorzaamheid te brengen daar zij geweigord had den den pachter, wien de sultan van Siak het opium- en zoutmiddel aldaar had afgestaan, te erkennen, en tevens een onbetamelijke houding hadden aan genomen tegen den controleur. Toon de visschers- bevolking niet goedschiks te bewegen was den pach ter het geleden verlies te vergoeden en de verschuldigde bedrijfsbelasting te betalen, werd als dwangmiddel haar de uitoefening van haar bedrijf belet. De Chineé^n legden daarna het hoofd in den schoot en betaalden de belasting en de vischvangst werd weder vrij toegelaten. De controleur bleef nog eenigen tyd met de noodige politiemacht te Bagan Api Api. Thans schijnen opnieuw in zijn gebied ongeregeldheden te zijn doorkomenalthans in een zijuer laatste brieven moet hij o. a. geschreven heb ben aqt broeit iets, en ik moet dus op reis." De Engelsohe regeering heeft opnieuw eeuigo voor stellen ingediend tot verbetering van den toestand in Ierland. Ondor andere vraagt lord Salisbury een krediet van 3,183,000 pond st. tot bevaarbaarmaking der rivieren Bauw, Barrow, Shannon ên Suck en tot uitbreiding van het spoorwegnet. Zelfs de Iersche afgevaardigden moesten erkennen, dat de tenuitvoerlegging dezer plannen tot verbetering van den econemischen toestand in Ierland zal strek ken, maar toch betoogde de nationalist Conybeare, dat dergelyko maatregelen eerst goed zijn, indien zy dooi* een lersch Parlement worden uitgevoerd. Heden zullen de algemeene beraadslagingen worded voortgezet. De ontvangst van Koning Humbert te Rome, na ziju terugkeer van Berlijn, was van den kant dor bevolking zoo hartelijk als men maar zelden ziet. 't Was Zaterdagmiddag mooi weer te Rome en men begrijpt, dat er dus duizenden op de been waren. De weg van het station naar het paleis was afgezet met soldaten. Daverend en daverend was het hoera, waarmede do Koning telkens werd be groet op een oogenblik was het volk zich niet langer meester, drong de soldaten op zij en op het rijtuig des Konings aan om Z. M. de hand te reiken. Humbert reikte lachende de hand aan al degenen, die hij bereiken kon en gaf do politie, die aanstalten maakte, om het volk te verwijderen, een wenk oin het te laten begaan. Men begrijpt, dat het op deze wijze eeu heelen tijd duurde voor men aan het paleis kwam. Don volgenden dag was er groote wapenschouwing en de Koning werd opnieuw met buitengewone opgewondenheid toegejuicht. Do kreet //Leve Koning Humbert!" wisselde af met dien van: //Leve Keizer Wilhelm! Leve DuitachlaudMen ziet, dat de Italianen zich niet weinig gestreeld gevoelen, dat zij behooren tot een land, dat tot do groote Mogend heden gerekend wordt en meespeelt in het groote vrede-concert. Jammer dat dit zoo dnur is. Nog steeds komen meer bijzonderheden over de ramp, welke West-Pennsylvanië heeft getroffen. Daaruit blijkt, dat het verlies aan menschenlevens en de schade, welke aan eigendom is toegebracht, vermoe delijk niet veel beneden de raming zal blijken te zijn. Geachte Heer! wBen ik heden genoodzaakt, niet als uw raadsman, maar als een verzoeker bij u aan te kloppen, ik vlei mij bij voorbaat, dat ge mijn wensch wilt vervullen, ofschoon die voor ons verkeer in zaken niet van belang is. In uw bankiershuis is een jonkman werk zaam, in wiens vooruitkomen ik veel belang stel, doch waarvan hij geheel onkundig moet blijven. Hot is mij gelukt voor hem een schoone betrekking te vinden bij een groot Indisch handelskantoor, docli het is mij niet mogen gelukken hem tot het aanne men van die betrekking over te halen. Daar ik deze weigering aan jeugdig onverstand meen te moe ten toeschrijven, zoo vind ik geen beteren uitweg dan hem zijn tegenwoordige betrekking te doen ver liezen. Ik zou het daarom als een bijzondere wel willendheid jegens mij opnemen, wanneer ge den jongen Lund uit uw dienst wilde ontslaan en zijn getuigschrift zóó te stellen, dat hij moeielijk weer in Engeland een betrekking kan vinden. Ge zoudt daardoor het vooruitkomen van den jonkman zeer bevorderen en mij oneindig verplichten. Ik verzoek u ook geen aanstoot te nemen aan de geheime be handeling dezer zaak en ge kunt u verzekerd houden, dat ik tot wederdienst steeds bereid zal zijn, Met hoogachting blijf ik Uw dienstwillige dienaar, Carringshliff. Hij las den brief nog eens door, deed hem in een enveloppe, adresseerde hem aan den heer G. C, Volgens de laatste schatting zijn 1500 huizen ver nield en 12 tot 15000 menschen om het leven ge komen. Ooggetuigen, die den den dam van het waterreservoir zagen bezwijken en door een wonder aan den stortvloed ontkwamen, verzekeren, dat het geheele meer in een uur was leeggeloopen. Te Johnstow woedt de brand nog steeds voort en een vreeselijke lucht van verbrande lijken stijgt op. De gevonden doode lichamen worden zoo spoedig mogelijk begraven. Tot nog toe zijn alleen te John stow 1800 lijken gevonden. Een der bladen bere kent de schade op 40,000,000 dollar en vele spoor wegen zijn gevoelig getroffen, wat op de beurs te New-York zichtbaar was. In de steden, aan den benedenloop der Alleghany hoerscht groote ongerustheid, daar het water vol lijken en vuil en dus zeer schadelijk voor de ge zondheid is. In de overstroomde streken van Penn- sylvanië zijn commissiën van burgers gevormd, om de dieven en lijkplunderaars te straffen, welke ge- ïmprovieerde politie met onverbiddelijke gestrengheid optreedt. Een troep van 7 dieven sloot zij in en dreef hen voor de revolvers uit naar de rivier, waar men ze zoolang onder bedwang der vuurmonden hield, tot allen waren verdronken. In 't geheel zijn 16 personen ter dood gelyncht en verscheidene andere misdadigers gewond. De voornaamste aanleiding tot de ramp is thans vrij duidelijk. Do geheele streek is geteisterd door stormen en stortvloeden, die de rivieren deden over- stroomen; maar deze overstroomingen zijn van be trekkelijk geringe beteekenis bij het onheil, door het bezwijken van Jen dam van het kunstmeer aangericht, dat omstreeks 18 Eng. mijlen van en 100 voet hooger dan Johnstown lag. Dit reservoir was het grootste van dien aard in de Vereen. Staten en hoewel oorspronkelijk bestemd om een kanaal te voeden, werd het nu door een vereeniging uit Pittsburg enkel voor visscherij, pleiziervaren, schaat senrijden, enz. gebruikt. De menscheu, die in het dal onmiddellijk beneden deze groote watermassa woonden, konden zich aan die nabijheid nooit goed gewennen, maar de ingenieur, die den dam maan delijks onderzocht, zag geen gevuar. Vrijdagavond begon de dijk teekenen van slapheid te geven en reeds voor vijf uur, toen het onheil losbarstte, begonnen velen Johnstow te verlaten. Nadat de dam eenmaal bezweken was, viel aan geen redtjen meer te denkeu. Booten waren van geen nut want het water, dat Van een hoogte van bijna 300 voet viel, sleepte alle* mede. Van alle kanton wordon werklieden naar Pittsburg gezonden om behulpzaam te zijn bij bet opruimen van de afbraak en het weer vrijmaken van de wegen. Aan geld is geen gebrek, want van alle zyden wor den ruime bijdragen van allerlei aard gezonden. De regeering heeft uit haar arsenalen het noodige aan tal tenten ter beschikking gesteld, welke met kleeren, voedsol en andere noodige zaken met extra-treinen naar do geteisterde streken worden vervoerd. XV. Ter plaatse, waar zich vroeger aan den Coolsingel de groote Schouwburg verhief, bevindt zich thans hot nieuwe Café-Restaurant, met tuin, van den heer Deinum. Zaterdag 11. vervoegde zich in dat Café, waar hij wel eens meer kwam, een jong kunstenaar, Mattson te Londen en liet hem door een bedilnde dadelijk wegbrengen. «Men moet zijn goede vrienden niet vergeten," mompelde Carringshliff, terwijl een duivelschen lach om zijn mond speelde. «Wij zullen eens zien of dit middeltje helpt om hem den moed te benemen zich in myn zaken te mengen en mij in den weg te treden. Ik heb wel andere leeuwen getemd, als jou, mijn kereltje!" Lord Norman was intusschen in zijn equipage gestapt en had den koetsier bevolen hem naar huis te brengen. Hij was nog geheel van streek door hetgeen tusschen hem en Carringshliff was voorge vallen. Zijn vurige wensch was vervuld, de banden, die hein aan den advocaat verbonden, waren geslaakt, maar niet door zijn eigen toedoen, de advocaat had hem er toe gedwongen. Was het eigenlijk nu wel een scheiding te noemen? Nu de advocaat ook het meisje verlangde, beteekende zijn eisch van de helft niets meer, hij wilde alles hebben. Zij zou de be looning zyn voor een geheime daad, die geen van beiden bij den 'waren naam durfde noemen, een daad, waarvan zij kennis droeg, waaraan zij had meegewerkt door de rol te hervullen, die haar was aangewezen. Hij zag geen uitweg, vooral niet als hij aan den haat dacht, die haar tegen Carringshliff bezielde. Dit was hem echter duidelijk; geen van de beide eiscben van den advocaat kon ingewilligd worden, Willigde men zijn eischen in, dan kocht men zijn de schilder H., en bood er, daar hij om geld ver legen was, eenige door hem vervaardigde Aquarellen ten verkoop aan. Hetzij er nu geen koopers voor te vinden waren, hetzij dat den veelbeloovenden kunste naar, de prijs, die geboden werd, veel te laag toe scheen, zeker is het, dat hij de Aquarellen den per soon, met wien hy onderhandelde, driftig toewierp ipet de woorden//Daar heb je ze dan voor niemen dal!" Toen liep hij de zaal uit en was nauwelijks in den gang of er knalde een schot. Toen men naar buiten snelde, lag hij badende in zijn bloed op den grond. Hij was zwaar gewond. De kogel, op den slaap van het hoofd gericht, was eenigzins afgeweken, doch de verwonding was niettemin zwaar; het óéne oog was geheel weggeschoten. In bewus- teloozen toestand naar het ziekenhuis vervoerd, wordt daar aan het behoud van zijn leven gewanhoopt. Waarom ik met dit treurig feit myn schrijven aanvang Eenvoudig hierom, omdat ik in mimen voorlaatsten er op heb gewezen hoe weinig steun schilders, beeld houwers en dergelijken vinden in vergelijking met ac teurs en zangers. Deze ongelukkige zelfmoord heeft, ge lijk uit de feiten blijkt, aanleiding gevonden in de om standigheid dat de jougdige kunstenaar nijpend geldge brek had. En nu wensch ik niet te onderzoeken of dat soms, in dit bijzonder geval, aan eigen schuld kan worden geweten. Ook al ware dit het geval, wat ik niet hoop, dan noemt dat niets weg van de waar heid mijner bewering dat er schier niets gedaan wordt, behalve door Z. M. den Koning, om aan jeug dige artisten het doornenpad dat zij te bewandelen hebben eenigszins te effenen. Men laat ben soms, in armoede en gebrek, den arbeid voortzetten, heeft allerlei aanmerking op het werk dat zij tentoon stellen of wil het met een goedkeurend woordje be gunstigen, maar koopen doet men het niet en den aankomenden kunstenaar met geld te steunen, doet men evenmin. En toch, reeds het doek, de verf en de lijst, hebben zijne spaarpenningen uitgeput, hem meestentijds in schulden gestoken en al heeft hij zich op een zolderkamertje beholpen en zich slechts met een stuk brood gevoed, ook die kosten gingen ten laatste zijne krachten te boven. Waar zijn de kunst vrienden, die aan al wat wezenlijk aanleg heeft, gel- delijken steun verleenen? Maar kom met Tooneel en met Opera, en ge vindt honderden bereid de koorden hunner beurs te ontsluiten. Nu behoor ook ik wol tot de voorstan ders van Tooneel en Opera, maar ik tracht mij van eenzijdigheid en partijdigheid te onthouden en keur het vooral af wanneer aanzienlijke sommen, die on eindig beter konden besteed worden, ten behoeve van Tooneel en Opera worden verspild, dat wil zeg gen: «uitgegeven, zonder dat er een voldoend nut tegenover staat." Zóó kom ik dan van zelf tot het bezoek dat Rot terdam ontving van de algemeene vergadering van het Nederlandsch Tooneelverbond, waarvan ik in mijn vorig schrijven met een enkel woord gewag maakte. De te Amsterdam gevestigde Tooneelschool is de levensader van het Tooneelverbond. Zonder die school zöu het wordt algemeen erkend het Verbond geen recht van bestaan hebben. Hef de school op, en het Verbond zou van zelf uiteenspatten. Toch zal het daartoe moeten komen; de noodige verschyn- selen in die richting doen zich reeds voor en dat wel hoofdzakelijk doordien de Tooneelschool schatten stilzwijgen, maar dan was zijn eigen val onvermijde lijk. Er moest eeu uitweg gevonden worden, maar hoe? Te vergeefs martelde hij zijn hersens met de beantwoording van deze vraag. Hij kwam thuis met het vaste besluit Alice tegen elke overrompeling van den advocaat te vrijwaren, door haar bekend te makon mot het gebeurde en met hotgeen op handen was. Zij moest nu deel nemen aan den strijd, bei den werden thans evenzeer bedreigd. Hij gunde zich slechts den tyd om van kleeding te verwisselen en naar zijn nicht te vragen. Toen hij hoorde, dat zij in haar boudoir was, ging hij dadelijk de trap op en trad bij haar binnen. «Uw gelaat verraadt niet licht, wat er in uw binnenste omgaat, mylord, doch heden is het tegen deel waar. Ge brengt slechte tijdingen," zeide zij en keek hem oplettend aan. z/Ge raadt mis en niet mis, kind," antwoordde hij, moeite doende om bedaard te blijven. «Laat ik met de goede berichten beginnen: ik heb mij losgemaakt van den advocaat Carringshliff." «Ah!" riep de jonge dame uit met een zucht van verlichting, «dat is een tyding van onbetaalbare waarde. Al het kwade, dat ge verder te zeggen hebt, wordt hierdoor duizenmaal vergoed." «Ge zult wel begrijpen, dat onze achtbare vriend de man niet is om ons zonder offer los te laten van den ketting, waaraan hij ons houdt. JFordt vervolgd.) gelds vordert, zonder noemenswaardige resultaten af te werpen. Vandaar dat ik mij meende te mogen veroorloven hierboven van het verspillen van geld te spreken. Toen een jaar of zestien geleden het denkbeeld zich ingang trachtte te doen vinden om hier te lande eene Tooneelschool te vestigen, gingen er terstond stemmen op die met kracht van redenen het onprakti sche der onderneming betoogden. Het mocht niet baten. De drijvers dreven met alle bezwaren den spot, en, tegelijk met het Tooneelverbond, kwam er de Tooneelschool, die op 30 November 1874 me^ vrij wat ophef werd geopend. Sints zijn vijftien lange jaren verloopen en de er varing, sedert opgedaan, heeft de vroegere oppositie volkomen en in alle opzichten in het gelijk gesteld. In al die jaren hebben bijeengenomen 125 leer lingen de Tooneelschool bezocht. Waren dat nu allen bekwame, beschaafde en geletterde acteurs en actrices gewordeu men zou inderdaad reden hebben om tevreden te zijn, doch dit is in de verste verte het geval niet. Het hoofdbestuur van het Tooneel-- verbond, dat toch door niemand van partijdigheid zal worden verdacht, constateert zelf, met bittere ironie, in zijn voorstel tot hervorming der school, dat in die 15 jaren slechts 15 jongelieden de school met een diploma hebben verlaten en tegenwoordig deel uitmaken van een der bestaande toonoelgezel- schappen. En bet Hoofdbestuur voegt er dan nog bij: dat men zich heeft af te vragen hoevelen der gediplomeerde oud-leerlingen werkelijk tot de beste artisten der bestaande tooneelgezelschappon be hooren! De waarheid is dat de meesten breke- beenen zijn en het wel altijd zullen blijven. Tor wille van die 15 pasklaar gemaakte maar voor hun vak meerendeels tamelijk onbruikbare jon gelieden, heeft nu het Tooneelverbond tot nu toe p. m. twee en een halve ton gouds verspild! Ver beeld u, waarde lezer, dat aan het hoofd van die inrichting van onderwijs, die, gelijk men gezien heeft, gemiddeld ieder jaar aan slechts 8 (zegge acht) leer lingen onderwijs verstrekte, een directeur staat met een jaarlijksch inkomen van niet meer en niet min der dan vier duizend gulden! Ik zie den lezer on- geloovig het hoofd schudden. Welnu, zijn er die mij niet op mijn woord willen gelooven, men wende zich dan tot de 10 leden van net Tooneelverbond, die de afdeeliug Gouda vormen. Dat geachte tien manschap zal zoiider eenigen twijfel bereid worden bevonden de waarheid onzer mededeel ing te bevos- tigen. Die directeur ndeint dan tevens eeu deel van het onderwijs op zijne hoorns, inaar er is bovendien, in spijt van alle bezuiniging in de laatste jaren in gevoerd, nog een stel van 13 (zegge dertien) andere Leeraars, met jaarwedden van 1500, 900, 650, enz., en dat allés voor gemiddeld acht kinderen in het jaar! en ter wille van eene school, die, na een vijftienjarig bestaan, geen enkele acteur of ac trice van wezenlijke beteekenis heeft geproduceerd. Het Hoofdbestuur is dan ook, sedert het eenige wijziging heeft ondergaan waardoor het ultra-ortho doxe element in de Toofteelschool-quaeatie verzwakt werd, vast besloten het mes der hervorming te hantee- ren door de voorbereidende klassen der Tooneelschool te doen vervallen, waartogen zich de Commissie van Toezicht aankant, terwijl anderen voorspellen dat het tot stand komen van deze hervorming gelijk zou staan met de afschaffing der Tooneelschool. Te re kenen echter naar den geest die op de te Rotterdam gehouden algemeene vergadering heerschte, zal de meerderheid ten laatste Imreid worden bevonden over al die bezwaren heen te stappen, te meer, daar de ziekte van Z. M. den Koning er den schrik onder heeft gebracht. Zyne Majesteit is toch wel weder hersteld en men wenscht van harte hem nog eenige jaren te mogen behouden, maar als Z. M. de tol aan de natuur botaalt, dan vervalt ook Z. M". bij drage aan de Tooneelschool en die bijdrage beloopt de aanzienlijke som vau vijf duizend gulden ieder jaar. Wat mij persoonlijk aanbelangt, ik zou iu de op heffing der Tooneelschool die groote ramp niet zien. In de theorie klinkt het zonder twijfel uitstekend, dat aan bekwame tooneelspeler, eene wetenschappe lijke opleiding worde gegevon, opdat kennis en be schaving hun trouwe metgezellen zijn op hun loop baan. Maar de praktijk leert dat de Tooneelschool wel kennis en beschaving tracht te verbreiden r'ocli daarom nog geen tooneelspelers van rang vormt, terwijl aan den anderen kant de tooneelspelers van rang, meestentijds op de planken geboren, geen wetenschappelijke vorming genoten doch zich zeiven vormden. Snoek, Bingley (do oude), Wattier en iu later tijd de echtgonooton Stoopendaal, Rosenveld, Schouten, de Sablairolles, Morin, Albregt, Roobol, Tjasink, Veltman, Faassen, Coryn, Beersmans, Dries- sens, Kleine-Gartman, do Bouwmeesler's en zoo vele anderen, slaagden allen er in zich zelvou te vormen. Zelfs in den allorlaatsten tijd kan mon hetzelfde verschijnsel waarnemen.- Ik heb Willora van Zuylen eons hooren verbalen dat hij, die reeds als kind met succes de planken betrad, eerst op ongeveer twintig jarigen leeftijd is begonnen zich in lezen en schrijven te oefenen. Thans kan hij, ook in zijn causeries, tegen den besten Frauschen acteur in hel krijt treden. Nu is het buiten kijf dat indien al deze lieden wetenschappelijke vorming hadden genoten, hun kunst wellicht nog aan fijnheid zou hebben ge wonnen, doch hoe zal men, bij het toelaten van leerlingen aan de Tooneelschool kunnen weten of zij uit de klei zijn gevormd waarvan men wezenlijk goede tooneolspelers kneedt Het hoofdbestuur spreokt in zyn rapport van de lange lijst der leer lingen, die de school hebben verlaten om geheel andere wegen dan die van bet tooneel te gaan be wandelen, of die, na korteren of langoren proeftijd, moesten worden ontslagen omdat zij onbruikbaar werden bevonden. Let er nu wel op dat die lange lijst is opgemaakt uit de 126 leerlingen die sinds 1874 de school bezochten! En stel dat er enkelen zijn die grooten aanleg toonen, dan komt er ten slotte toch weinig of niets van terecht. Als zoo'n wonderkind volwassen wordt dan blijkt maar al te dikwerf dat het «wonder" met de jaren verdwijnt. Persoonlijk geloof ik derhalve dat men practisch zou handelen de Tooneelschool op te ruimen. In dien dan de groote afdeelingen van het Tooneel verbond zelfstandig blijven bestaan, dan kunnen zij plaatselijk veel meer nut dan thans stichten. Am sterdam met zijne 641, Rotterdam met zijne 518, Leiden met zijne 300, den Haag met zijne 268 leden, die allen 5 per jaar contributie betalen, konden in eigen kring met vrucht werkzaam zijn om jonge artisten en noodlijdende tooneeldirectiën te steunen, in plaats dat al bet geld thans ter be schikking van de Tooneelschool wordt gesteld. Ten slotte nog deze enkele opmerking. De com missie van Toezicht acht voorbereidend onderwijs nan de Tooneelschool onmisbaar, otndat hare leer lingen uit deu minderen stand voortspruiten. Zij zegt«Blijkens de ervaring bezit de loopbaan van tooneelspeler nog iu lange niot dat aanzien, om be schaafde jongelieden er toe te brengen baar te kiezen." Ik laat het nu maar in het midden dat het Hoofdbestuur aan dat bezwaar te gomoet komt door aan de leerlingen, die er behoefte aan hebben, buiten de Tooneelschool onderwijs te doeu geven, b. v. aan eene der Amsterdamsche Hoogere Bur gerscholen, terwijl dan aan de Tooneelschool zelve, slechts zuiver vakonderwijs zou worden bedeeld. Ik wensch mij liever te bepalen tot de vraag waarom de loopbaan van tooneelspeler nog bij lange na niet dat aanzien bezit om beschaafde jongelieden er toe te brengen haar te kiezen? Zou de schuld niet liggen aan velen die thans de loopbaan van tooneelspelervervullen? Ik beb alle respect voor de goeden, maar als de massa van soliditeit on goede zeden blijk gaf, dan zou het weldra niot minder eervol zijn tooneelspeler als schilder of toonkunstenaar te wezen en zouden beschaafde jon gelieden, met veel aanleg en weinig geld, niet lan ger er voor behooven terug te deinzen, om de loopbaan van tooneelspeler te kiezen. Er zijn op dit oogen blik wezenlijk fatsoenlijke lieden aan verschillende tooneelgezelschappen in den lande verbonden. Als de overigen dat goede voorbeeld gelieven te volgen, dan zal weldra achiing en waardeering op alle vooroordeel hebben gezegevierd. NEMO. Vijfde Klasse, trekking ran Woensdag 5 Juni. No. 15920 f 1000. No. 3816, 8003, 13527, 20282 400. No. 4026, 5761, 6290, 18613, 20848 200. No. 707, 3053, 3241, 3465, 4674, 5324, 6740, 7313, 8376, 8878, 9477, 14372, 15248, 18605, 20193 100. Prijzen 70 12 3232 6001 8625 10874 13491 16502 18310 80 3260 6014 8732 11077 13576 16663 18786 310 3335 6052 8761 H460 13713 16635 18866 338 3422 6216 8799 11468 13921 16661 18868 346 3493 6608 8909 11491 14211 16703 18973 501 3591 6524 8985 11534 14253 16744 19080 503 3788 6617 9028 11569 14367 16827 19377 582 3901 6724 9223 11641 14400 16938 19431 809 3966 6747 9252 11957 14470 16961 19445 991 4159 6792 9275 11960 14536 17050 19480 1073 4225 6826 9296 11991 14584 17099 19495 1167 4273 6996 9341 12094 14607 17145 19644 1395 4281 7169 9449 12100 14775 17291 19649 1442 4396 7219 9607 12125 14811 17323 19682 1476 4480 7250 9748 12143 14962 17360 19692 1637 4686 7324 9881 12367 15070 17420 19701 1772 4770 7384 9875 12485 15204 17486 >19827 1819 4865 7341 10108 12503 16265 17757 19914 1834 5056 7364 10125 12504 16320 17838 20004 1892 5096 7388 10183 12539 15383 17850 20027 1903 5148 7511 10160 12576 15464 17854 20052 1974 6333 7556 10196 12740 15406 18023 20165 2152 5341 784710203 12761 15501 18027 20185 2278 5342 796410276 12772 15513 18029 20270 2301 5610 7998 10349 12982 15595 18054 20363 2357 5681 8041 10373 13041 15630 18070 20483 2442 5706 8172 10548 13066 15646 18084 20502 2526 5764 827210558 13074 15663 18181 20512 2674 5766 8462 10587 13326 16005 18198 20632 2766 5923 8473 10666 13336 16096 18202 20728 2841 5925 8531 10736 13414 16126 18217 20757 2925 5930 8618 10765 13480 16469 18260 20828 3066 van de Makelaars De markt was heden onveranderd. Loco Tankfust 8.35, a 8.40. Geïmporteerd fust 8.50. September-, October-, November- en Decem ber-levering 8.70. AMSTERDAM, 5 Juni. (Per Telegraaf.) Binnêniandsehe fondsen onveranderd. Russischen iets flauwer, overige bnitenlandschen met weinig variatie en stillen handel. Zweden-Noorwegen onveranderd. GEBOREN: Agatha, ouders A. van Rys en J. J. Verboef. OVERLEDEN A. B. Soarberg 54 j. G. W. Paul, 4 j. GEBOREN Geuit, ouders 3. »an den Berg en H. Ver burg. Pietertje, ouders M, Buitelaar en M. Kool. GEBOREN Geertm.da, ouders D. Prins en P. 3. van Kleij. Zij die iets te vorderen hebben van- of verschuldigd zjin aan den WelEdel Ge- strengen Heer JOHANNES WILHELMUS MARTINUS van der PALM, Gepensioneerd Nederl. lndiaeb Ambtenaar, gewoond hebbende te Gouda en thans verbljjf houdende te Utrecht worden verzocht daarvah vóór den 20 Joli aanstaande opgaaf of betaling te doen tep Kantore van den Notaris G. O. FORTUIJN DROOGLEEVER te Gouda. Wie GOEDKOOP bediend wil worden vervoege zich bij R, BOULOGNE, Mr. Smid, Spieringstraat te Gouda. Daar wordt voor ongeveer 5 aren werkens vjjf gulden in rekening gebracht. Inlichtingen geeft C. J. VERHOEF, lid van den A. N. W. B. te Oudewater. Gevraagd IEMAND goed kunnende schrijven en rekenen. Salaris hoogstens 300.— Eenige kennis van de Fransche en Dnitsche talen strekt tot aanbeveling. Franco brieven onder No. 1857, aan het Bureau dezer Courant. tegen half Juni e. k. bij Jonggehuwden een net MEISJE tusschen 16 en 18jaren geschikt licht huiswerk te verrichten. Zich in persoon te vervoegen bjj Mejuffrouw CATS, Kleiweg E 94. Te bekomen HEERLIJKE Banketbakker. GoudaMarkt A. 67.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2