Bultenlandsch Overzicht. Bahkertconrant berst een welgelijkend portret ran den beer J. C. Vso Merken en terens een hulde roor hetgeen hij roor den geheelen bakkersstand heeft gedaan. De redactie aeht lich daartoe verplicht, omdat dh heer r. M. alleen reeds meer roor de bakkers heeft gedaan dan zjj ooit ran alle andere fabriekanten te samen hebben te wachten. Op den 14en Mei 1889, tijdens de rerkiesing ran leden roor de Provinciale Staten, had lich te Leiden een societeitsbediende nit die gemeente geen kie zer uitgegeven als kiesgerechtigd, en een stem briefje van een tot kienen bevoegd persoon, met opgave van diens naam, in de stembus geworpen, en dus ten onrechte aan de verkiezing,deelgenomen. Voor dit feit had hij zich gisteren roor de arrond.- recbtbenk te 'a-Hage te verantwoorden. Ma toelichting van den burgemeester van Leiden, voorzitter van het stembureau, waar het briefje was ingeleverd, omtrent de gewone wijze van handelen hjj de verkiezingen ten aanzien van de kiezers, ver klaarde de bekl. door den persoon, op wiens naam hjj gestemd had, daartoe aangezocht te zijn, en ge heel te goeder trouw te hebben gehandeld. De wet tige kiezer was zijn huisheer, had dien dag geen tijd om te gaan stemmen, en had bekl. verzocht dit na mens hem te gaan doen; deze had dit gedaan, niet wetende dat hjj daarmede strafbaar handelde. De hoofdvraag en daaromtrent trachtte de pre sident van de rechtbank zekerheid te krijgen was: had bekl. bjj het stemmen gezegd «ik kom namens den wettigen kiezer", diens naam opgegeven of zich voor den wettigen kiezer uitgegeven? Een afdoend antwoord werd op deze vragen niet gegeven, want geen van de leden van het stembureau herinnerde zich juist de vragen aan bekl., vóór hij stemde, gesteld. De wettige kiezer verklaarde bekl. te hebben ver zocht het door zijne dochter ingevulde stembiljet Voor hem naar het stembureel te brengen, in het vaste vertrouwen dat dit mocht. In den loop van den dag werd hij echter door een van de leden der kiesvereeniging Nederland en Oranje aangezocht om nogmaals zelf te gaan stemmen, want, aldus werd hem verzekerd, dat eerste briefje dat hjj naar de stembus had doen brengen, beteekende toch niets. Welwillend werd hem door het lid van genoemde kiesvereeniging een ingevuld stembriefje overhandigd, en zelfs zonder het in te zien bracht de wettige kiezer dit briefje naar het stembureau, maar werd niet toegelaten, daar hij stond aangeteekend als reeds gestemd te hebben. De substituut-officier van justitie requireerde vrij spraak van het ten laste gelegde, op grond dat niet vaststaat dat bekl. zich opzettelijk heeft Uitgegeven als kiesgerechtigd. Uitspraak Vrijdag 5 Juli. Het landbouw-bureau te New-York hóeft de boter, afkomstig van koeien, die met katoenpitten-koeken zijn gevoederd, onderzocht, en is daarbij tot het resultaat gekomen, dat die boter een percent minder vluchtige zuren bevat, terwijl het smeltpunt voor die boter belangrijk hooger is. Dit feit is, zooals de Revue internationale de» Faleification» doet opmerken, van veel belang voor de boterbereiding, omdat daaruit blijkt, dat een oordeelkundig gebruik van katoenpittenkoeken de boter meer geschikt kan maksn voor het gebruik in warme landen. Aan de noordzijde van Zandvoort is met den bouw begonnen van 9 huizen, ontworpen door een Belgischen architect, geliouwd door eenen Belgischen aannemer met grootendeels Belgische werklieden', en naar men zegt met Belgiseh kapitaal. Zooverre men, naar hetgeen reeds staat, kan oordeelen, be loven de villa's san de zeezijde Boulevard de Favange royale) achoone en ruime gebouwen te worden, ter wijl de aan den stationsweg gelegene wel klein zijn, maar eveneens door goed gekozene verschillende steensoorten een aangenaam geheel zullen opleveren. Naar de Zandv. Bad etmoeten deze gebouwen in begin 1890 opgeleverd worden, zoodat zij het vol gend seizoen ter bewoning geschikt zullen lijn. Vrijdag 11. zijn 16 Belgische werklieden, als zijnde zonder middelen van bestaan, van Zandvoort ver wijderd en tot aan de Belgische grenzen vervoerd. Zij waren werkzaam aan de genoemde huizen, maar werden werkeloos, doordat de materialen (kalk) om door te werken ontbraken, zjj eischten van den aan nemer één dag loon, daar zij zonder waarschuwing belet werden te werken hun eiach werd niet toege staan. Zjj riepen, daar zij in financieele moeilijkheden verkeerden, de hulp in van den burgemeester, die, na vruchtelooze onderhandelingen met den aannemer, tot hunne verwijdering naar België last gaf. De dader van den afschuwelijken broedermoord te Blesse, de één-en-twintigjarige W. van der Wal, betoont voortdurend een inderdaad ijzingwekkende kalmte. Toen men hém kwam arresteeren, stond hij bedaard eebesigaar te rookenbij het lijk van den verslageno gebracht, gaf hjj. niet het geringste blg'k van ontroering;^toen hij "aar de gevangenis te Heerenveen werd getransporteerd koek hij met een onverschillig gezicht om zich henen. Ook in de gevangenis blijft hjj dezelfde houding van onverschilligheid bewaren. Intnsschen is de rechter lijke instructie nagenoeg geëindigd en zal dus de zaak spoedig naar de openbare terechtzitting worden verwezen. Zijn we goed ingelicht, dan zal hij terechtstaan wegens het toebrengen van lichamelijke mishandelingen, die den dood ten gevolge hebben gehad, een misdrijf, waartegen het Wetboek van Strafrecht een maximum straf van zes jaren ge vangenschap bedreigt. Ovorigens staat deze persoon in de plaats zijner inwoning hoogst ongunstig bekend en was hij zelfs de schrik zijner medeburgers. Eenigen tijd geleden moet hij nog een opziohter (hij is timmerman) gedreigd hebben hem neer te zullen schieten en, naar men zegt, werd er onder zijn gereedschap inderdaad een geladen rovolver gevonden. (W- B- Cl.) De Frov. Or. Cl. heeft de opmerking gemaakt, dak in sommige kringen vaststaat, dat de minister van financiën niets doet en in de hardnekkigheid van zijn nietsdoen slechts geëvenaard wordt door de hardnekkigheid van zijn zwijgen. De Standaard achtte die opmerking weinig stroo- kend met het feit, dat met het oog op eene herzie- ziening van de peraoneele belasting de Minister eene opmeting heeft gelast van de vierkante oppervlakte der bewoonde perceelen, waarbij eonige bebouwde bewoonde perceelen als type zjjn aangewezen, en dat de opmeting reeds in vollen gang is. Die mededeeling ontlokt aan Het Fad. de vol gende regelen; •Blijkt uit het medegedeelde feit, dat de minister van financiën het oog op eene herziening der per aoneele belasting heeft veel verder dan tot «uit kijken* schijnt hjj het nog niet te hebben gebracht. «Wat de Minister laat opmeten de «vierkante oppervlakte der bewoonde perceelen" naar 't type van eenige «bebouwde bewoonde perceelen" ia ons niet recht duidelijk. Doch we weten, dat de Minister laat opmeten. Als het nu maar niet uitloopt op eene bevestiging van het oude spreekwoord«met passen en meten wordt de tijd versleten 1" Een belangrijk overblijfsel uit den tjjd der Hol landers op Formosa is dezer dagen aan het licht gekomen, nl. het evangelie van Matheus, door den Nederlandschen predikant Daniel Graviua in het Sinkang-dialect (dat op Formosa gesproken wordt) vertaald. De schrijver was van 1617 tot 1667 op het genoemde eiland, bij de door Nederlanders ge stichte zendingskolonie, die 37 jaren met zoo gunstig gevolg werkzaam was, doch plotseling door den Chineeschen zeeroover Coxinga verstoord werd. Op enkele personen na werd, zooals men weet, de ge- heele kolonie in de pan gehakt. i De Engelsche zendeling te Taiwan Fu in China vermoedde het bestaan van do genoemde vertaling en begaf zich daarom naar Nederland om nasporin gen te doen. Na lang zoeken werd het boek, dat in Holland- schen en Formosaschen tekst in één deel gedrukt is, inderdaad in de universiteitsbibliotheek te Leiden gevonden en thane is bjj de heeren Triibner k Co. te Londen een herdruk er van verschenen. De Chineesche en de Hollandsche tekst staan naast elkaar, terwjjl de Engelsche vertaling er aan den voet van de bladzijden is bjjgevoegd. De «Maatschappij ter bevordering van Pharma cia* behandelde Woensdag, in liaro alg. vergadering, o. a, het verslag der oommissie, benoemd in 1888 om middelen te beramen ter verbetering van den gedrukten toestand der pharmacie. De conclusiën van dit rapport luiden om aan te dringen a. op geheele scheiding van genees- en artsenjjbereidkunstb. op verbeterde visitatie der apothekenc. dat de wet bepale dat alleen de apo theker verkooper van geneesmiddelen zjj in het klein d. op betere handhaving der wetsbepalingen. Het hoofdbestuur stelde wjjziging der conclusie voor betreffende de in a. bedoelde scheiding, ten einde de plattelands-geneesheeren niet te bemoei- ljjkenhet wil er op .aandringen, dat de scheiding meer in overeenstemming worde gebracht met den geest der wet en de vereeniging worde terugge bracht tot het hoogst noodzakelijke. In dien zin gewijzigd, werden de conclusiën goedgekeurd. Op voorstel van Botterdam werd daarna besloten tot het benoemen van eene commissie ter voor lichting, hoe het best de invoer en de handel van geheimmiddelen kunnen bestreden worden. Utrecht achtte de taak beter opgedragen aan de «Ver eeniging tegen de kwakzalverij»maar de voor zitter deed opmerken, dat men wil onderzoeken, hoe de regeling is in andere landen. Tot leden der commissie werden benoemd de heeren H. Van Ceder, D. Teesen (Rotterdam) en C. Guldensteeden Engeling (Zeist). De coroner was gekomen en verkreeg van den directeur de noodige inlichtingen omtrent naam, ouderdom en stand van den overledene. Op de vraag naar de oorzaak van den dood verklaarde Dr. Brown, dat het meisje geleden had aan congeste naar de hersenen en dat zjj naar alle waarschijnljjk- heid daaraan gestorven was. Hii had al zjjn krachten moeten verzamelen om den beambte deze inlichtingen te geven, zonder zich door stem of gebaren te verraden. Maar toen hjj den coroner naar de sterfkamer moest brengen, werden zjjne roeten loodzwaar. Hjj scheen geheel krachte loos en sleepte zich met moeite de trap op. Boven wachtte Dr. Parker reeds geruimen tjjd, hij trad met de beide heeren het vertrek binnen, waar de doode lag. Dr. Brown's eerste blik viel op het tafeltje. Daar stond op dezelfde plaats, waar hij het vandaan genomen had het flesohje met de kristal hel dere vloeistof. Hjj beefde aan alle ledematen, zjjn tanden klap perden, zjjn knieën knikten. Hjj kon zich niet staande houden on zonk op een stoel in de nabjjheid. Met verachting keek Dr. Parker naar den misdadiger. De coroner bemerkte echter niets van hetgeen achter zjjn rug voorviel, hjj was aan het bed gegaan en had zich overtuigd, dat hier de dood was ingetreden. «Volgens uw verklaring heeft de overledene aan hevige congeste naar de hersenen geleden, mjjnheer Brown,* zeide hjj. Is dit drankje misschien bestemd om de congeste tegen te gaan?* Niemand antwoordde en daarom keek hjj achter zich en bemerkte toen in welken toestand Dr. Brown verkeerde. «Mijn God!" riep hjj uit, «mjjnheer Brown is ongesteld geworden, help hem toch, mjjnheer Parker!" De hulp-arts bewoog geen spier om aan deze woorden gevolg te geven. «Een misdadiger van zjjn soort verleen ik geen hulp," verklaarde Parker met ernst en nadruk. «Weet ge mjjnheer, waarom hjj daar in zoo'n erbarmelijken toestand zit? Omdat hij ziet, dat hjj betrapt is. Hjj ziet, dat zjjn misdaad ontdekt is en nu beeft hij voor de gevolgen. Want deze jonge dame stierf wel aan congeste, maar niet omdat zij daaraan leed, hjj gaf haar een vergif, waardoor de congeste werd op gewekt. Daar staat het op de tafel, wat hij haar liet innemen. Ioder -scheikundige zal na onderzoek verklaren, dat het drankje een dosis belladonna be vat, voldoende om tien menschen naar de eeuwigheid te helpen." «Dat ia een verschrikkeljjke aanklacht, Dr. Brown," zeide de coroner, wien een rilling over het ljjf ging. «Wat hebt ge daartegen in te brengen?" Na veel moeite antwoordde deze stamelend: «Ik niets hij zegt de sraarheid." De feiten vielen hem zoo onverwacht op het lijf, dat hjj zelfs den moed niet had om zjjn misdaad te loochenen.Tengevolge van deze bekentenis liet de coroner onmiddellijk het gerecht uit Worces ter ontbieden; de directeur werd voorioopig in ver- zekerde bewaring gebracht in een der kamers van zjjn eigen huis. Twee oppassers moesten hem er heen slepen, zjjn beenen weigerden hem den dienst. Terwjjl men daarmee bezig was, drong een jonkman tusschen de personen, die in de deuropening van de kamer stonden. «Laat mjj bjj haar, ik wil haar zien!» schreeuwde hij. «Ik hoor van dood en vergift! Wie heeft mjjn geliefde vermoord? Ik wil haar zien!' Walther stormde de kamer binnon, zag zjjn geliefde doode en met een woesten kreet boog hjj over haar heen. Maar zjjn vriend richtte hem op. «Je hebt haar aan mijn hoede toevertrouwd, Wal ther," zeide Parker, met tranen in de oogen. «Je vertrouwen' zal niet beschaamd worden. De liefde wekt haar dooden weder op." Bij deze woorden schonk hjj water in een waschkom en gaf die aan zjjn vriend in de handen, zeggende: «Sprenkel haar dit water met kracht in het gezioht en zjj zal ontwaken!" Ongeloovig en verbaasd nam Walther de wasch kom aan en deed wat Parker verlangde. En zie! voordat hjj de derde maal sprenkelde kwam er leven en beweging in de schoone gestalte. Eerst waren het slechts zwakke pogingen van haar nieuwe levens kracht, maar toen het bewustzjjn terugkeerde, her kregen haar wangen de gewone kleur. Zij sloeg de oogen op en vroeg: (Wordt vervolgd.) De volgende algemeene vergadering zal te De venter worden gehouden. De aankomst der aardbeien uit de omstreken van Parijs wordt door de Figaro vergeleken bjj de oneindige reeks militaire transportwagens, die bjj een nachtelijke manoeuvre de achterhoede uitma ken van een legerkorps. De met geteerde of groen geverfde kappen ge dekte karretjes, die de aardbeien te Parjja bren gen, komen zoowat langs alle poorten de stad binnen. Ze komen te zamen en ontmoeten elkaar, tegen 19 uur des avonds, in de straten, die rondom de Halles zjjn gelegen. De meesten komen langs de Zuideljjke wegen en vooral van Sceaux, land der aardbeien bjj uitnemendheidhet Noorden levert betrekkelijk slechts een kleine hoeveelheid. De Halles centrales leveren dan een schilderachtig gezicht. Alvorens daar aan te komen, staan de karretjes in lange rijen geschaard in de straten Bambuteau, Berger, Saint-Denis, langs de linker- zjjde ran den Boulevard Sebastopolde stoet strekt zich ook langs een der zjjden van het square de la tour Saint-Jacques uit en reikt zelfs tot aan de place de l'Hêtel-de-Ville. lederen avond kan men dit vroolijke schouwspel genieten, dat te middernacht zjjn grootsten omvaqg heeft. l)o karretjes verspreiden in 't voorbijgaan een heerlijke geur. Men zou geneigd zjjn te vragen waar die drie duizend karrerraenter. aardbeien, die iederen avond de itad inkomen, blijven. Zola heeft in zjjn Pentre ie Pari» den reusachtigen honger vau dat monster beschreven, dat ze dageljjks als dessert verorbert; deze aarbeienberg wordt, echter zeker niet alleen met champagne genuttigd, waut daarvoor zou een zee van champagne noodig zijn. Hongersnood te Curaqao. Gedurende ruim een jaar is op Curasao geen regen van eenige beteekenia gevallen. Gedurende ongeveer vijftien maanden heeft de tro pische zon alles verschroeid, zonder dat de droge landerijen door eenige friseche buien zijn verkwikt Tengevolge dezer buitengewoon langdurige droogte ia de oogst geheel mislukt en verkeert een groot ge deelte der arme bevolking van het eiland in een zeer erbarmelijken toestand. De zoogenaamde arbeidende stand, die in andere jaren althans wat maïs had, is nu broodeloos en heeft nu letterljjk niet». Wegens gebrek aan werk, kan er door het grootste gedeelte van de bewoners der districten buiten de stad geen cent verdiend worden, zoodat men niet in staat is levensmiddelen te koopen. Er wordf dan ook niet alleen groote armoede, maar ook honger geleden. Een gevolg van het gebrek aan het hoogstnoodige voedsel is, dat vele gevallen van scheurbuik onder het volk voorkomen. Reeds zjjn ljjders daaraan be zweken. De ellende is groot en om hulp te bieden is door de Loge De Vergenoeging eene oommissie benoemd, om liefdegaven in te zamelen en hen van levensmid delen te voorzien. Van de gegoede ingezetenen van Curasao ia reeds een vrjj aanzienlijke som ontvangen. Sedert het begib van Februari 11. kon elke week aan een groot aantal behoeftigen, onverschillig van welken godsdienst, een bedrag uitgedeeld, voldoende Voor hun levensonderhoud; en bovendien worden ge durende de laatstp weken nog ruim 200 lijders aan scheurbuik geregeld van voldoend dageljjksoh voedsel voorzien. Aangezien echter onder de gunstige omstandig heden eerst in Maart of April van het volgende jaar op eenigen oogst kan worden gerekend, en het dus te voorzien is, dat de nood vooreerst meer en meer zal toenemen, zullen de middelen, waarover genoemde commissie te beschikken heeft, weldra geheel uitgeput zjjn, zoodat dan de noodige bjjatand niet meer ver leend en in de dringende behoeften der armen niet meer voorzién zal kunnen worden. Daarom heeft die commissie een beroep gedaan op hare medemenachen om steun, en tot de ingeze tenen der kolonie tot het vormen van plaatseljjke oomité's, met het doel giften te collecteeren ten be hoeve der gebreklijdende bewoners. Er behoeft niet te worden gezegd, dat, nu eigen krachten te kort schieten, men te Curasao het oog op het wegens zjjne menschlievendheid zoo bekende moederland gericht houdt. Elke gift, hoe gering ook, die men ter leniging der heerschende armoede wil afzonderen, zal dank baar in ontvangst worden genomen en in het belang, der behoeftigen, tonder ondertcieid van geloof, worden aangewend. De ingezamelde gelden kunnen per postwissel wor den gezonden aan de heeren: J. B. van der Linde Sohotborg, grondeigenaar, Curasao; J. H. Waters Gravenhorst, gepens. W.-I. hoofdambtenaar, Curaqao; R. M. Ribbius, lid van het Hof van Juatitie, Curasao. Parjja heeft onder zjjne lasten reeds een Rustisch officier, die te paard uit zjjn vaderland naar Frank rijk kwamAmerikaansche wielrijders, die per trap- wiel van Eoulogne naar Parjja snelden, en gjndelijk een Oostenrjjksch journalist, die met een «aapje* van Weenen kwam geraden. Weldra zal het nu ook een Turk zien verschijnen, die den weg van Konstantinopel naar Parjja te roet heeft afgelegd. Het ia een inwoner van Konstan- tinopel, die brandde van verlangen, de Parjjsche tentoonstelling te zien, maar geen stuiver op zak had. Daar hjj geen anderen uitweg wist, besloot hjj maar te voet te vertrekken. Om niet te verdwalen zal deze nieuwe Peter in der Fremde den spoorweg volgen. In een aantal njj verheids- en handelsondernemin gen wonlt van de winst van zeker gedeelte afgezon derd ten behoeve van de werklieden en andere geëm ployeerden, als bjjzondere bate boven hnn vaste bezoldiging. Het nut van zulk een instelling (de participatie) is dikwijls betoogd, o. a. door onzen landgenoot, den heer A. Huet, leeraar aan de polytechnische school te Delft. De regeling er van is echter niet zoo ge makkelijk als men allicht zou meenen, en de ver schuilende vraagstukken die te berde komen, worden reeds sedert eenige jaren behandeld in een afzonder lijk tijdschrift eener Fransche vereeniging, die zich de bestudeering er van ten doel stelt. Tjjdena de Parjjsche tentoonstelling wordt ter be spreking van die vraagstukken een internationaal con gres gehouden en wel van 1619 Juli e.k. Onder de begunstigers van dit congres, dat vanwege het Fransche ministerie van handel en nijverheid uitgaat, vinden wjj ook onzen landgenoot, den heer J. C. van Marken Jr. te Delft genoemd. De deelnemers be- talèn 20 frs. en hebben zich aan te melden bij den heer Fred. Dubois, Rue Bergère te Parijs. De vraagstukken die op het Congres zullen ter sprake komen, zijn 16 in getal. De voornaamste rijn, behalve het gronddenkbeeld zelf, het verband van de participatie met overwerk en premies; de inmenging van het personeel in de wijze waarop de zaak gedreven wordt, met name in de boeken; de winst waarover het aandeel berekend behoort te worden; uitkeering in geld dan wel bestemming van het aandeel voor instellingen in het belang der werk lieden enz.; of om hun aandeel te geven in het kapitaal der 'onderneming; of bestemming tot pen sioen de voorkeur verdient boven andere wijzen van uitkeering; of de verdeeling moet geschieden naar mate van loon en diensttijd dan wel zonder onder scheidingen het verband van het vraagstuk met ambaohtsonderwjjs; de toepassing op landbouw en zoovnart. Eindelijk, of van Staatswege het geven van' aandeel moet worden voorgeschreven, dan wel deze zaak aan de vrije overeenkomsten tusschen werkgevers en werklioden moet worden overgelaten. Een streng onderzoek is ingesteld naar de oorzaak, van het spoorweg-ongeluk te Armagh, Ierland, waar van wjj te zjjner tjjd melding hebben gemaakt. Ten gevolge hiervan zjjn zes ambtenaren gevangen genomen, beschuldigdvan manslag door onvoorzichtigheid de ingenieur, belast met het toezicht op het gebruik der locomotieven de geëmployeerde die de looomo- tieven uitzoekt, de chef van den trein, de remmer de machinist en zjjn helper. Deze zes personen werden allen als schuldig be schouwd. Ware do locomotief sterk genoeg geweest om den trein te trekken, dan had op de heUing nooit een dergeljjk ongeluk kunnen plaats grjjpen verder overwoog de jury dat het een groote on voorzichtigheid was, een gedeelte van den trein op eene helling af te haken, omdat men mocht ver wachten dat deze rjjtuigen aan hun gewicht ge hoorzamende, zich op den volgenden trein zouden storten had men tjjdig, gebruik gemaakt van den rem, dan was echter ook dit gevaar zoo niet op geheven, dan toch verminderd kunnen worden. Bjj hél' onderzoek is gebleken, dat de locomotief een gewicht van 168,000 kgr. kon trekken, terwjjl de bewuste trein een gewicht vertegenwoordigde van 186,000 kgr. 1 1 s 1 Gisteren heeft do commissie roor buitenlsndsche zaken der Hongaarsobe delegatie zitting gehouden en een aantal vragen aan Kalnoky gesteld. Dc minister is met de verklaring begonnen, dat aan zjjn departement geen directe beriohten ontvan gen zjjn omtrent eene oproerijgp beweging te Novi- bazar. Is het bericht niettemin juist, dan ig. het waarschjjnljjk eene beweging onder de Muzelmannen, ontstaan door het valsche gerucht omtrent den afstand van het Sandqak aan Servië. De minister herhaalde zjjne verzekering, dat de pessimistische opvattingen omtrent den toestand op het schiereiland van den Balkan niet gerechtvaardigd zjjn. Oostonrjjk-Hongarjje'a positie is stellig oneindig beter dan na het tractaat van Berljjneene politiek echter, welke de ontwikkeling der Balkanstaten door zichzelf en het beletten van vreemde inmenging be oogt, kan niet anders dan zeer langzaam zichtbare resultaten opleveren. Tot den troonsafstand van koning Milan, zoo ver volgde graaf Kalnoky, was reeds sedert langen tjjd het, besluit genomen; trouwens, in verband met 'skonings vaat karakter was die onvermjjdeljjk. Er is geenerlei reden vertrouwen te ontzeggen aan de plechtige verzekeringen en beloften van het regent schap. De logenstraffing van het bestaan eener 8ervisch-Russische militaire conventie acht de minister geloofwaardig. De Bulgaren bezitten de onmisbare hoedanigheden om een geregelden toestand in het leven te roepen, en zjj mogen hopen door volharding en kalmte uit den tegenwoordigen toestand te geraken, maar eene voorbarige oprakeling van de rustende Rumelische quaostie zou voor het oogenblik van problematiek nuf zijn. Wat Oostenrijk-Hongarije aangaat, noch tegen de definitieve regeling der Oost-Rumelische quaestie, noch tegen de erkenning van den Bulgaar- schen staat heeft het principieel bezwaar. Maar een zijdige handelingen zouden nutteloos zijn. De jjverige pogingen der Rumeniërs om onafhan kelijk te blijven naar alle zijden, kunnen Oostenrjjk- Hongarjje niet anders dan welgevallig wezen, in weerwil van zekere minder aangename uitingen. Het beste middel om de geruchten te logen straffen omtrent ons toegeschreven neigingen tot uitbreiding van gebied, is de handhaving eener con sequente, belangelooze politiek in het Oosten, steu nende op nauwgezette eerbiediging der tractaten. De minister gelooft stellig dat de vorming vau krachtige staten de laatste phase kan zjjn van de ontwikkeling der volkeren in het Oosten. Met groote warmte verdedigt hij de verdaging van eene geweld dadige botsing, omdat de oorlog noodlottig zou zijn voor de voortbrengselen van het menschelijk genie en den vooruitgang der industrie in deze eeuw. Het is oneindig beter, zeide hij, dat de groote sommen voor de legers onnut worden uitgegeven, dan dat het geld besteed wordt aan een oorlog die het geheele wereld deel in vlam kan zetten. Indien deze politiek slaagt, dan sullen de voorvallen in het Balkangebied zonder belangrijke schade aan te richten voorbijgaan. Een voorbarig ingrjjpen in kleine zaken zou echter licht groote zaken ten gevolge kunnen hebben. De indruk, door 's ministers rede teweeggebracht, was in het algemeen uitstekend. Zijne begroeting werd door de commissie goedgekeurd. Graaf Kalnoky's uitvoerige rede heeft vooral te Berljjn een goeden indruk gemaakt. Men vertrouwt, dat do woorden van den minister den gunstigen invloed van keizer Frans Jozefs woorden zullen versterken en tot geruststelling der gemoederen zullen bjjdragen: Tevens gelooft men daar, dat de waarschuwing 'welke Servië ontving, een goeden in vloed zal hebben op de houding der Serviërs bjj de Kossowafeesten. Deze feesten ter herdenking van den slag bjj Kosrowa in 1389 zjjn reeds begonnen. De jeugdige koning Alexander is, reeds met de beide regenten Belemarkovitoh en Potitch en alle ministers naar Krujewata vertrokken, ten einde de plechtige bjjeen- komst op het slagveld bjj te wonen. Ten einde het nationale bewustzjjn van het Ser vische volk aan te wakkeren, heeft de regeering besloten op 's lands kosten een volksuitgave te laten bewerken van alle gedichten, welke aan den slag bjj Kossowa zjjn gewjjd, en deze zooveel mogelijk te verspreiden. Geljjk men weet, werden de Serviërs, die in dezen slag sneuvelden, door de dichters steeds .ais nationale martolaars en helden bezongen, en zoo bleef de slag, Ofschoon Seryië daardoor zijn onaf hankelijkheid verloor, steeds als een schitterend wapenfeit in de volksherinnering voortleven. Reizen zonder eind is 't bij den Duitschen Keizer. Na hot bezoek aan Engeland gaat Z. M. met de Keizerin naar Monza om een bezoek te brengen aan den- Koning en de Koningin van Italië. Van Monza gaan de Keizer en de Keizerin naar Napcis, waar het Duiteche eskader gereed zal liggen om hen naar Athene je brengen, waar 6 October 's Keizers zuster Sophie trouwt met den Kroonprins. Sommige bladen bevestigen, dat de Duitsche Regoering wogens het geschil met Zwitserland voorioopig geweigerd hoeft op hot door Zwitserland voorgestelde internationaal congres tot algemeene regeling van de wetgeving op den arbeid zich te laten Vertegenwoordigen. Dientengevolge zou Zwit serland voornemens zjjn het congres uit te stellen. Natuurljjk spreken de Fransche bladen in de eerste plaats over het schandaal, hetwelk eergisteren

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2