Baiteolandsch Overzicht. BRIEVEN UIT BOTTERDAM. m 1 t i 4 Mr. J. H. ran Mierop, kantonrechter en lid ran den gemeenteraad. De Voorzitter sprak naar aanleiding daarvan het volgende Mijne Heeren I Het was met groot leedwesen dat aan den morgen ran den SO*» Juni, het droeve bericht in onze Gemeente vernomen werdonze kantonrechter is overleden, Mr. J. H. van Mierop is niet meer. Was hjj gedurende eenige weken ongesteld en de berichten in de laatste dagen vóór zijn overlijden ongunstig, niemand dacht evenwel aan soo'n afloop en men bleef hopen op herstel. Het mocht evenwel zoo. niet zyn en zoker onverwacht is hij aan zijne betrekkin gen en aan de Gemeente ontvallen. Allen, die den rechtschapen braven man gekend hebben, beseften wat door zijne weduwe en zijne kinderen als liefheb bend echtgenoot en vader in hem verloren werd. Maar ook verliest onze Gemeente veel, zeer veel in hem. Als kantonrechter, welke betrekking hij ge durende 17 jaar met zooveel eere bekleedde, heeft hij zich de toegenegenheid en achting van velen weten te verwerven en hoe hoog hij stond aange schreven, getuigt voldoende de uitroep van velen zoo'n Kantonrechter krijgt Gouda nooit weer 1 Doch ook in versohillende andere betrekkingen was hij ijverig en nuttig wérkzaam en niet het minst als lid van den Gemeenteraad. Wij hebben in hem een hooggeacht en niet ge makkelijk te vervangen medelid verloren Hot zal U allen, even als mij, leed hebben ge daan, daar zijn stoffelijk overschot elders werd ter aarde besteld dat wij niet in de gelegenheid waren gezamenlijk hem onze laatste hulde, onzen laatsten groet te brengen. Daarom voel ik mij gedrongen het alsnog hier te doen, hier in de Raadzaal, waar hij zoo vele jaren medegewerkt heeft voor de belangen onzer Gemeente. Hij was een waardig lid en wij allen hebben hem hoog geacht, om den ijver en de nauwgezetheid, waarmede hij steeds werkzaam was en daardoor vele gewichtige diensten aan de gemeente heeft bewezen. In gedachten zeggen wjj hem dan ook dank voor alles wat hij voor onze gemeente gedaan heoft, voor wat hjj voor onze gemeente geweest is. Zjjne plaats is thans ledig, hem zullen wij nooit weer zien, zijn stem zullen wij niet meer hooren, maar Vergeten zullen wij hem niet Het goede door hem verricht gaat niet verloren. Hij heeft niet te vergeefs geleefdvelen was hij tot een zegen Moge zijn voorbeeld óns tot navolging aansporen en de herinnering aart hem, als een edel braaf mensch, steeds bij ons levendig blijven. De vergadering betuigt hare instemming met die woorden. De Voorzitter deelt mede dat B. en W. namens den Raad de betrekkingen van Mr. van Mierop een brief van rouwbeklag hadden gezonden. De Voorzitter deelt daarop mede dat B. en W. de kas van den gemeente-ontvanger op 4 Juli hebben nagezien en in volkomen orde bevonden. Ingekomen zijn: 1. De Rekening der Gemeente over 1888. Wordt gesteld in handen eener Com missie, waarin worden benoemd de hh. Fortujjn Droogleever, Prince en Jager. 2. Eene missive van Curatoren van het Gym nasium, inzendende eene aanbeveling voor het onder wijzend personeel aan die inrichting: Ter benoeming van een Rector I. Dr. J. H. Slothouber, Conrector a/h. gymnasium, te Gorkum. II. Dr. P. J. Scrinerius, Conrector a/h. gymna sium te Dordrecht. Ter benoeming van eenen Conrector: I. Dr. L. A. Kesper, laatstelijk conrector aan het Progymnasium te Gouda. II. Dr. H. M. B ter Haar Romany, Leeraar aan het Progymnasium te Deuticbem. Ter benoeming van 2 Leeraren in de oude talen en verwante vakken de heeren I. Dr. R. A. M. Stavenisse de Brauw, laatste lijk Leeraar aan het Progymnasium te Gouda. II. R. K. Boekmeijer, doet", en tijdelijk Leeraar aan het Gymnasium te Groningen. en b I. R. K. Boekmeijer, doet", en tijdelijk Leeraar aan het Gymnasium te Groningen. II. P. C. Barendregt van Charlois, doet", en tijdelijk Leeraar aan het Gymnasium te Schiedam. Voor het onderwijs in de Nederl. Taal wordt aan bevolen de heer M. J. van Dugteren, voor dat in de Fransche taal de heer H. W. F. Bonte, voor dat in de Hoogduitsche taal de heer Th. G. G. Valette, voor dat in de Engelsche taal de heer J. H. van der Voort, voor dat in de Aardrijkskunde de heer A. F. Cremer, allen tot heden leeraren aan het Progym nasium. Een aanbeveling voor leeraar in de wiskunde en natuurkundige vakken zal binnen kort bij d^n Raad inkomen. Deze. (missive wordt ter visie gelegd, terwijl .de benoeming aan de orde wordt gesteld tégen de volgende vergadering. 3. Eene missive van den heer A. Mortier, dank zeggende voor de hem verleende gratificatie. Aangenomen voor kennisgeving. 4. Eene missive van W. Begeer Lz., dank zeg gende voor de op hem uitgebrachte benoeming. Aangenomen voor kennisgeving. 5. Adressen van de volgende personen, verzoe kende benoemd te worden tot brugwachter-gaarder aan de Haastrechtsche brug, nl. van P. P. Barneveld, C. Boot, W. Bot, P. HollemVn, W. J. Janknegt, A. Kraaienbrink, A. F. C. NolteAC. Puik, A. Schoon- derwoerd, allen te Gouda en W. ISchouten te Ouder kerk a/d IJsel. Ter visie. Adressen van fc. J. van Gent on H. van Wil ligen, verzoekende benoemd te worden als noodhulp aanspreker. Ter visie. De Raad keurde goed: 1. De Rekening en Verantwoording der buiten gewone Inkomsten en Uitgaven ten behoeve van de Stedelijke Gasfabriek) dienst 1888. 2. De Rekening van den Kassier derr Bank van Leening, over het boekjaar 1888/89. Tot Regent van hft vereenigd Wees- en Aelemoe- seniershuis werd benoemd de heer C. A. van Berkel, met 13 stemmen, terwijl 1 blancobiljet werd uitge bracht. De overgangsexamens aan de rijks hoogere burger school alhier zijn heden afgeloopen. De uitslag is geweest als volgt Uit de le klasse zijn bevorderd naar de 2eC. D. Julius, C. J. van Hamert, C. van Kekem, M. Sijtsma, O. M. Bulaeus Brack, A. J. Hoogenboom M. Sohreuder, M. van Mens, C. J. de Ruwe, J Dirkzwager, W. F. L. de Rooij, F. Mijnlieff. Voorwaardelijk ook: N. Paul en C. J. J. van Houweninge. Niet bevorderd 7 leerlingen voll. ond. en 1 voor enkele lessen. Uit do 2e naar de 3e klasse: G. K. Nugteren, I. P. de Vooijs, G. C. van der Want, J. T. F. de Koning Munting, S. L. Veenstra, Ch. E. Benjamins, G. N. Verdoold, Johanna W. C. van Kesleren, Anna Bonte en voor enkele léssenA. H. Beuse- kamp. Voorwaardelijk W. J. Fortuijn Droogleever. Niet bevorderd 3 leerlingen voor voll. ond. llit de 3e naar do 4e klasse: C. G. N. de Vooijs, G. B. Noothoven van Goor, H. E. Krom, P. N. van Lit, fc. van Dantzig, N. W. van Gelder, W. J. Roozeboom. Voorwaardelijk ook W. van Ingen Schouten en C. van Krimpen (de laatste voor enkele lessen.) Niet bevorderd 5. Uit de 4e naar de 5e klasse D. A. Costerman Boodt, C. H. Wijckhuijse, M. van den Bosch, A. H. Fournier. VoorwaardelijkK. W. de Bock. Niet bevorderd 3. De drie leerlingen der 5e klasse nemen deel aan het eindexamen in Zuid-Holland, dat heden te Schiedam een aanvangt neemt. Hedpn had aan de rijks hoogere burgerschool het eerste admissie-examen plaats. Aangemeld had den zich 19 candidaten, waarvan zijn toogelaten 13, namelijk 11 onvoorwaardelijk: G. Alblas, J. L. Belonje, M. P. Buijs, A. L. Exalto, A. S. J. van Resteren, Ch. G. Körnmann, F. J. S. Maas, M. F. de Raadt, J. H. Schouten, N. H. Vlasveld, F. Weiter. 2 voorwaardelijkW. F. F. Beunders enW. P. Broeder. Gisteren werd in de O. L. V. Kerk alhier het 26-jarig bestaan gevierd van de Broederschap der H. Familie. De kerk'was smaakvol versierd en 's morgens en 's avonds werd door den bekenden pater Wulfingh op welsprekende w ij ze eene feestrede gehouden. Vooral des namiddags was het kerkgebouw druk bezocht. Toen ontvingen ruim honderd mannen de zilveren medaille voor het 25-jarig lidmaatschap der vereeniging en werden ruim 40 nieuwe Leden tot de Congregatie toegelaten. De vroegere direoteur pastoor Sloots van Amsterdam, wenschte de mannen geluk met het feest, door hen gevierd en bracht in treffende woorden de aangename oogenblikken in herinnering terug, die hjj te Gouda onder zijne Congreganisten had gesleten. Van de door den Ned. Rhijnspoorweg aangeboden gelegenheid om deB Zondags voor verminderd tarief naar den Haag te kunnen reizen, maakten Zondag 11. 295 personen gebruik. De extra-trein, die gisteren ten 11.45 uit don Haag naar Gouda en tusschen gelegen plaatsen ver trok was vol. Ondanks het minder gunstige woder hebben dus velen gebruik gemaakt van de zeldzame gelegenheid om hetzij do voorstelling van Carré, hetzij het gehoele concert op het Kurhaus of op Seinpost te Scheveningen bij te wonen. i Zaterdag is geslaagd voor het gymnasium te Doetichem M. Punselie. Met dergelijke dwaze, kinderachtige, onschuldige scherts brachten zij een uur door, zij stoeiden, maak ten elkaar knevels met de zwarte vijgen, de tijd vloog ongemerkt voorbij. Eensklaps riep Argenida. Hoe onvriendelijk, alleen aan ons zeiven te denken! Ik zal dadelijk naar de soldaten gaan, en hun zeggen, dat zij maar zooveel vijgen moeten afschudden als zij willen. Maar ik ben alleen gekomen. Alleen? Geheel alleen. Wat zijt ge weer onvoorzichtig! Onvoorzichtig, waarom? het is nu overal veilig, er zijn immers geene roovers meer? Denk je dat? nu, ik denk het in 't geheel niet. En zij begon te schreien. Argenida, je moet je geene dwaze schrikbeel den in het hoofd halen. Ach ik heb zulk een akelig voorgevoel, dat ik de oorzaak zal zjjn van je dood. De officier droogde hare oogen, en kuste bevend hare lippen; zij liet hem begaan. Kom, kom gauw, wjj zullen den hollen weg langs gaan, zoo als de vorige maal. Maar waarom ben je zoo bang? laten we nog een poosje hier blijven, i WachtO mijn God houd je stil en zij ging naar de deur. Zoodra zij die geopend had, deed zij die weer dicht; hare tanden klapperden, zij keerde zioh om en sloeg hare armen om den hals van Asprini. Savro! mijn lieveling, Savro is hier! God, doe maar open, ik heb mijn revolver. Hij is niet alleen; zij zijn wel met hun tienen. O, God, wat moet ik doen! Als je heengaat zullen ze je zien, want ze komen naar dezen kant. Zeker heeft er een voor spion gespeeld, en je hier zien binnengaan, en nu zijn ze gekomen om je te vermoorden! Maar ik weet er wat op, riep zij plotseling. Ja, ja op die manier zullen we hen beet hebben! VII. In een oogwenk had zij uit de naaste kamer een laken gehaald, dat zij aan een stoel vastmaakte en buiten het venster liet hangen, dat tekenover de deur was, en boven den hollen weg, waarlangs zij vroeger waren gevluohf. I Ze zullen denken dat je daaruit gevlucht bent; en als zij weg zijn dan zullen wij naar San Martino zien te komen, en dan kun jé den weg wel vinden en hen later opsporen. Dit voor alle zekerheid-, zeide zij, terwijl zij een dolk in haar boezem verborg nu zijn we met ons beiden. Men hoorde de roovers met haastige schreden naderen. Vprberg je in die kast, houd je doodstil, en kom er niet uit, wat je ook hoort, voor ik ja roep. Wees niet bang voor mij; niemand in 'tgansche t t land zou Argenida Milano een haar durven krenken. Vrees dus niet». Hij laadde zün revolver, en liet zich opsluiten, vol bewondering voor hare tegenwoordigheid van geest. Argenida liep naar de deur, eg schoof er den grendel af; toen ging zij naar het venstor, en begon te roepen: Vlucht luitenant, gauw, gauw, ze komen; vlucht De roovers stormden de kamer binnen, Savro voorop, met een gelaat, waarop woeste vreugde en wraakzucht te lezen wirenmaar toen hy 't meisje bjj het venster zag staan, en hoorde roepen, viel hij in den strik. Hü stiet een vloek uit, en riep zijne mannën toe: Gauw, gauw, drie van jullie langs het hooge pad, om hem den weg af te snijden. Ik zal bene den langs gaan, dan kan hij ons niet ontloopen. En met jou, onbeschaamde heks, zal ik later wel afre kenen; ik zal hem hier voor je oogen aan stukken snijden. De bersaglieri hebben goede beenen, riep het meisje hem na, terwijl hij naar buiten snelde. En toen begon zij weer uit het venster te roepen: Vluéht, luitenant, vlucht! Savro legde van beneden zijn geweer op haar aan, en riep: Stil, of ik schiet. (Wordt cervolqd.y 1 V O e Uit Amsterdam bericht men ons het overlijden van Mevrouw Maria Francisoa Bia, weduwe van den heer Jan Eduard de Vries, vrae^er getrouwd met den heer Reinier Engelman, in dén ouderdom van 79 jaar. Sedert verscheidene jaren rustende op de vele welverdiende lauweren, indertijd door haar op het tooneel bohaald, stond zij bjj alle tooneelvrien- den in hoog aanzien. Met baar eersten man vormden zjj eens ware sieraden van het Amsterdamsch tooneel en ouden van dagen herinneren zich nog met genoe gen hare vele triumfen daar behaald. Mevr. Albregt verliest in haar een innig geliefdo moeder. Onder voorzitterschap van den Franschen gezant den heer Louis Legrand werd gisteren te 's Hage een groot banket gegeven ter viering van het eeuw feest van 1789 en den nationalen feestdag. Diploma tieke en consulaire vertegenwoordigers uit verschil lende plaatsen van Nederlandsen vele Franschen hier te lande waren aanwezig. Een telegram werd ver zonden aan den president Carnot met de beste wenschen voor het welzjjn van Frankrjjk. De ge zant betoogde dat de gebeurtenissen van 1789 de weldaden van den tegenwoordigenden regeorings- vorm hebben toegebracht. Van de eerbiedigende regeeringsvorm der andere rjjken vroeg hij eerbied voor die van Frankrijk. Ook bracht hij een warm toegejuichte dronk op onzen Koning uit. De Consul uit Maastricht dronk op Frankrijk's voorspoed. De heer P. W. H. Linckens, commies bij het hoofdbestuur van. posterijen en telegrafie, heeft wederom zijn uitmuntend ingerichten „Telegraafgids" uitgegeven, die zooals men weet tweemaal 'sjaars verschijnt bjj den heer M. M. Couvée, te 's Hage. Deze gids geeft letterljjk op allo vragen antwoord, die men ten aanzien van den telegraafdienst kan stellen, en is even practisch en gemakkelijk inge richt als volledig. Het is dan ook een onmisbaar handboek voor ieder, die eenigermate van het telegraafverkeer gebruik maakt. Het einde van de Fransche Kamer is aller treurigst. De standjes en schandalen, uitgelokt door de Boulangisten en hun vrienden, zijn niet van de lucht geweest. Twee afgevaardigden zyn in de couloirs als straatjongens aan 't vechten geweest, terwyl een ander het weder zoo bont maakte, dat hij verwijderd werd. Het is niet de moeite waard al die geschiedenissen in byzondorhedon te verhaleu.} De zitting van Zaterdag verdient echter vermel ding wegens het behandelde onderwerp. Meu heeft in alleryl nog een maatregel tegen Boulanger door- De Vossische Zeitung laat zich daarom zeer scherp uit over deze maatregelen, welke zy ten zeersto afkeurt. Ook de regeeringsgezinde National Zeitung kiest nu zeer beslist partij voor Zwitserland en dringt er op aan, dat prins Bismarck aan het be treurenswaardig geschil een eipde make. Hieruit blijkt dat de nationaal-liberale partij niet voorne mens is in den kanselier ook op dezen weg te volgen. Een ander geval is er nu echter weer bijgeko men. De Duitscho regeering heeft twee burgors van het kanton Bern, de gebroeders Muller uit Belg- heim, gelast binnen vyf dagen den Elzas, waar zij woonden, te verlaten en hun verboden daar terug te keeren. De regeering van het kanton heeft zich hierover beklaagd by den Bondsraad, die den mi nister van justitie heeft gelast over de zaak verslag uit te brengen. Het is den Noorweegschen advocaat Stange ge lukt een conservatief ministerie samen te stellen. Leden van dit kabinet zijn assessor Gram, voor heen rechter in de internatiooale rechtbank te Kaïro en nu werkzaam bij het ministerie van jus titie te Stockholmde burgemeester van Christiania Rygh, die als minister van financiën zal optreden, en de inspecteur van het onderwijs Bonnevio. Een Italiaansch blad# bevat een schrijven van den afgevaardigde Cavalotti, denzelfden die voor eenige dagen de regeeriug interpelleerde over de buitenlandsche 'politiek van Italië. De schrijver verklaart, dat hij in 1860 met ingenomenhoid de vriendschap begroet heeft, welke tusschen I&lië en Pruisen, op kosten van Oostenrijk gesloten was, maar dat hij geenszins van meening is, dat dit bondgenootschap Italië verplicht tot een broeder- krijg met Frankryk. Verder herinnert Cavalotti aan Cnspi's woorden in 1888 gesproken. De tegen woordige minister-president heeft toenmaals Ober- dank een jongen man vol moed genoemd, die met den naam van Italië op de lippen in den dood was gegaan. In 1885 verklaarde Crispi het voor een onmo gelijkheid voor Italië om deel uit te maken van de triple alliantie, met het oog op zijn eigen poli tiek in het Oosten, waarby het zich niet door dé staatkunde van Oostenryk of Rusland kon laWb binden. Terzelfder tijd verklaarde de tegenwoordige eerste minister, dat er een officieel en een geographisch Italië was. Op dit oogenblik zoo luidt Cavalotti's con clusie heoft de roes der macht uit Crjspi's ge heugen elke herinnering gewischt aan alles, wat hij eertyds gezegd en gedaan heeft. Krachtens het wetsontwerp ter bestrijding der veelvoudige candidatuur, dat reeds sedert Februari ligt te wachten, kan niemand zich in twee kies districten tegelijkertijd candidaat stellen; elke can- didaat heeft vdor de verkiezing een verklaring af te leggon, in welk district by wenscht op te tre den ten gunste van hem, die deze verklaring niet getrouw naleeft, mag geen verkiezingsreclamo ge maakt worden en de op khem uitgebrachte stemmen zijn van geenerlei waarde. Hot doel dier wet is duidelyk. Zij richt zich direct tegen het cesarisme en tegen het streven der Boulangisten, om door een honderdvoudige ver kiezing van den generaal aan de stemming de be tekenis van een plebisciet te geven. Gelijk onze lezers weten, beschouwt o. a. de Belgische geleórde, Eniil de Laveleye het verbod der veelvoudige can didatuur als een afdoend middel voor de regee ring om binnen de grenzen der wet het dry ven van Boulanger onschadelyk te maken en de republiek te behoeden. Ondanks allo verzet der Boulangisten is deze wet met 304 tegen 229 stemmen aangenomen. Het Journal des Dóbats meldt-voorts, dat generaal Boulanger naar het Hooggerechtshof zal worden verwezen, onder beschuldiging van aanslag tegen de veiligheid van Staat, complot en verduistering van 252,000 frs. De heeren Dillon en Roohefort zyn evenzeer naar het Hooggerechtshof verwezen als medeplichtigen. De maatregelen, welke de Duitscho regeering tegen Zwitserland wil nemen, zyn begonnen ten minste volgens de Zuidduitsche bladen, die melden tót de Beiersche, Wurterabergsohe en Badensche douanen last hebben ontvangen, de reizigers uit Zwitserland strenger te behandelen dan tot dusver het geval was Alle koffers moeten nu worden geopend, elk stuk goed wordt nauwkeurig onder zocht en zelfs vertelt een reiziger, dat deDuitsche ambtenaren te Lindau een pak zyner brieven heb ben nagesnuffeld. De Norddeutsche 4lgemeine Zeitung laat èr zich met over uit, maar het officieuze blad 'neemt de berichten over, hetgeen door de liberale pers als een bevestiging daarvan wordt boschouwd. J XIX. Dinsdag moet een derde van den Gemeenteraad worden hernieuwd. Van de 13 aftredende leden hebben- zich 12 herkiesbaar gesteld. Een, de heer J. v. d. Hoop Jaczn., heeft verzocht wegens hoogen leeftijd niet meer in aanmerking te komen. Het is de gewone periodieke aftreding en ik zou er den lezer dan ook niet mede bezig houden, indien zich niet incidenten hadden voorgedaan, die ik als trouw berichtgever niet onbesprokon mag laten. De ultramontaansche kies vereeniging Recht en Orde heeft namelijk besloten geen candidaten te stellen. De kans, zoo heette het, stond tegenover aftredende leden te slecht. Doch daarbij heeft men het niet felaten. Nadrukkelijk» werd verklaard dat men den eer dr. H. J. Sleurs als Katholiek vertegenwoordiger niet langer wilde, en de vergadèring verklaarde door langdurig applaus dit te onderschrijven. De heer Sleurs, een der aftredende raadsleden die zich herkiesbaar stelde, werd zoodoende uitgejouwd en zonder plichtpleging aan den dijk gezet. Dit feit is van grooter beteekenis dan het opper vlakkig schijnt. De heer Sleurs toch.is indertijd door de ultratfOa- tanen in den Gemeenteraad gebracht, met medewer king van eene liberale kiesvereeniging met eene geprononceerd protectionistische kleur. In die dagen was de strijd zeer heef tusschen het liberalisme en het ultramontanisme. Vele liberalen kantten zich tegen de candidatuur aan, in de eerste plaats omdat men meende dat er geen aanleiding bestond iemand in den Gemeenteraad op te nemen omdat hij ultra- montaan wasin dé tweede plaats, omdat men voor stander was van het afdoen van^ zaken, terwijl de aanwezigheid van den een of andfen clericaal, den loop der dingen doelloos zou belemmeren door het voereu van eene eindelooze oppositie. Dat alles hoeft de verkiezing van den heer Sleurs niét kunnen beletten. Hy nam zitting, was in den beginne opposant, dpch kwam daarvan weldra terug toen hij na een nauwkeurig persoonlijk onderzoek tot de overtuiging kwam, dat er geen grond bestond voor het voeren van oppositie quant ntéme. Ziedaar nu wat de ultramontanen hem euvel dui- i1" T-U b,"kwaam' ^schaafd, ijverig man; hy bezit daarbij de gave der welsprekendheid, is in hooge mate gemoedelijk en ter goeder trouw. Wat konden zijne geestverwanten meer verwachten? Het antwoord op die vraag ligt voor de hand. De heer Sleurs matigde zich bovendien eenige zelfstan digheid aan en weigerde op den duur aan den lei band der ultramontaansche raddraaiers te loopen. Die heden schreeuwen steeds moord en brand over wat zy noemen: „de kostbare en op weelderige wijze ingerichte openbare scholen." Om het hun naar den zm te maken, had de heer Sleurs bij iedere gele genheid en by elke Begrooting zijn protest luide moeten doen klinken. In het begin heeft hij het dan ook gedaan, doch by nader onderzoek is hem geble ken dat te Rotterdam bij het bouwen en inrichten van scholen, zonder meer voldaan werd aan de voor- schriften der wet. Het lijdt geen twijfel dat Rot terdam schoolgebouwen had kunnen zetten en dat ook nu nog kan doen, die minder soliede, armoe dige, kazerneachtigen zyn, doch van weelde,-in de gewone beteekenis van het woord, was geen sprake weet, uitoefend heer Sleurs" zag in, dat LtTemfSIrToTkiei^ geestigheid te vervallen, niet mogelijk was aan te wyzen waar verkwisting en weelde schuilden. Sinds dien tyd stemt hij rustig voor de Begrooting en voo,1., ,meaw voor,tel tot schoolbouw dat op we zenlijke behoefte gebaseerd is. De liberale partij, die hem scherp in het oog hield, wist zijne houding op prijs te stellen en bij de eerstvolgende verkiezing was hy de candidaat van alle partyen, de protectionisten, de anti-revolu- tionairen en de ultramontanen. Waarom de laatstgenoemden hem reeds toen niet uitwierpen Eenvoudig hierom, omdat destijds de liberalen aan het bewind waren, het monsterverbond nog met dien omvang bad aangenomen en men derhalve nog niet zoo veel noten op zijn zang durfde nemen als in deze dagen van meerderheid van het olencalisme. Doch niet slechts in zake het openbaar on derwijs is de heer Sleurs buiten het verband ge sprongen. Nog eene andere, zoo mogelijk nog ont zettender misdaad bezwaard zyn geweten. De Gemeenteraad had nl. eeneyerordening op de Kinder bewaarplaatsen in het lewr geroepen. Die veror dening, men gelieve daar goed op te letten, had in de verste verte niets gemeen met den godsdienst en de politiek. Het éénige doel was te beletten dat kinderen bewaard werden in daartoe ongeschikte lokalen. Wij hebben ze hier gekend de vochtige kelders en vunze, donkere kamers, waar de kleinen opeengehoopt werden, half stikkende in de bedompte atmasfecr, wentelende in hun vuil, en onder toe zicht van het een of andere oude wijf, te smerig om zelve met een tang te worden aangevat en die bovendien de aan hare zorg toevertrouwde kinderen aan hun lot overliet, tenzij de arme kleinen by het huilen een te Karde keel opzetten, als wanneer do tuchtroede tot stilte kwam dwingen. Welnu, de ver ordening had gben ander doel dan om er voor te zorgen dat de bewaarplaatsen van kinderen aan de allereerste eischen der hygiene beantwoorden en om er alzoo tegen te waken dat de bedoelde spelonken zich vermenigvuldigden. Men zou zeggen dat ieder, tot welke politieke party of religie ook behoorende, dit streven zou hebben toegejuioht. Ea dit was dan ook inderdaad het geval met alle partijen behalve met de Ultramontaansche. Bevreesd dat nu van gemeentewege toezicht zou worden gehquden op den aard der loka len waarin Katholieke Bewaarscholen gewettigd zijn, begon men geweldig veel rumoer te maken. De ver ordening was, zoo heette h«t, in strijd met de Grondwet en met de wet op het Lager Onderwijs. By den Ge meenteraad kwam een adres iu van de Vereeniging voor Katholiek onderwys te Rotterdam, de intrekking der verordening verzoekende. Dat adres, werd, met mede werking van den hoer Sleurs, gewezen van de hand. Be vereeniging wendde zich daarop tot den Koning, de vernietiging der verordening verzoekende. De door den Minister van Binnenlandsche Zaken gecen- trariqueerde Koninklijke beschikking verklaart indi rect dat de verordening niet in strijd is met de grondwet en weigert tot hare vernietiging over te gaan, doch beweert dat de wet op-het Lager Onder wijs de zaak heeft geregeld v«r bewaarscholen waarin voorbereidend onderwys vJBrdt gegeven, acht het derhalve onaannemelijk dat eene plaatselijke ver ordening regelt wat reeds bjj de algemeeue wet gó- regeld is, en verklaard uit dien'hoofde het eerste artikel der verordening te zijn vernietigd. Later dat zal nu drie weken geleden zjjn verklaarde de gemeenteraad zioh onwillig het bedoelde Art 1 te wijzigen en trok de geheele verordening in, alzoo de verantwoordelijkheid van de gevolgen ön da Hooge Regeering ladende.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2