I
ELS.
ER,
.nhevolen.
gebrouwen,
‘oit; verbetert
:t Soepen,
iroenten en
en.
I
BINNENLAND.
ZR,
kt.
Donderdag 8 Augustas.
IN- 3986.
1889.
i.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Gabrio en Camilla.
»ten.
4 MAR.
De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave.
Drogist.
het besle
weid.
m
lekten
7 Uwr.
.BS
ierin
mdwater,
ichen,
f 1.75.
Dr. POPP's
temen-zeep.
rausparant
)n,
-Mondwater
i tijd. 'W
men.
FEUILLETON.
Hen verhaal uit Milaan
i
Afzonderlijke Nommera VIJF CENTEN.
18)
IN.
30 Cent».
[en Schouw*
De uitgave dezer Courant geschiedt dageljjks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prgs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
Bovendien werden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD,
’t welk des Maandags verschgnt.
.modewinkel*
andpjjn, ont-
onaangename
worden zeker
lijks gobrnik
goudsche courant.
b
Aan het departement van binnenlandsche zaken is
men, volgens den Haagscbon kroniekschrijver der
N. Gr. Ct., gereed mef een voordracht tot split
sing der meervoudige in enkele kiesdistricten. Dit
ontwerp gaat nu dezer dageu naar den Raad van
State en zal onder de eerste voorstellen behooren,
die in de zitting 188990 sullen worden ingediend.
AD VERTENTIEN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Men meldt uit ’s-Gravenhage van 6 Augustus:
Het mondeling overleg van den minister van bin
nenlandsche zaken met de commissie van voorberei
ding uit de Tweede Kamer over de schoolwether-
ziening is heden afgeloopen. Het gedrukte rapport
wordt binnen enkele dagen verwacht.
De minister van binnenlandsche zaken heeft eene
studiebeurs voor de Rykskweokschool te Middelburg
toegekend aan W. Lekkerkerker, te Moerkapelle.
tanden go
's Tandplom-
tegen eiken
i.
’.espen, welke
veeg brengen.
DOOR
GUILIO CARCAN O.
Fry naar het Italiaatuch
DOOB
VANESSA.
V.
Op dit oogenblik wendde Camilla, die gedurende
den maaltjjd slechts weinige woorden met haren
buurman, den dokter, gewisseld had, zich tot hare
moeder, en zeide met eene niet luide, doch duide
lijke en vaste stem:
Vergeef mij, mama Het- is geene belee-
digingl Het was, naar het mij voorkomt, eene
brave, moedige dand en Galeazzo ontkent dat
ook niet. Zou hij niet hetzelfde voor mij gedaan
hebben, indien iemand het gewaagd had, de hand
aan zijne zuster te slaan?”
«Hoe? riep de baron haastig, «kent mijne
nicht misschien dien heer?"
Camilla antwoordde niet, maar voelende, dat zij
bloosde, .boog zij het hoofd.
kapitein ter zee; G. Kruys, kapitein ter zee; G. H.
Thomassen a Thuessink van der Hoop, oud-lid van
de Tweede Kamer der Staten—Generaal en burge
meester van Doornspijk; en tot secretaris: de heer
jhr. G. J, van Tets, adjunct-commies bij het dep
tement van koloniën.
Over de nu laatstelijk te Atjeh gesneuvelde offi
cieren wordt in de N. R. Ct. o. a. het volgende gemeld:
Kapitein W. F. N. von Geusau bereikte den leeftijd
van 37 jaar, was jongste kapitein bij den generalen
staf en chef van den staf van den gouverneur van
Atjoh. Hij was 13 Juli 1869 bij het instructiebatafjon
in dienst getreden en werd toen reeds als korporaal
meermalen als toonbeeld van ijver en goede plichtsbe
trachting gesteld.
Lt. N. Hageman werd in 1881 tot officier benoemd
en 8 Aug. 1883 le luitenant. Luit. T. J. F. Veer
man ontving zijn opleiding te Meester Comelis en
werd 23 Febr. ’87 le luitenant. Alle drie de ge
sneuvelden waren zeer geacht en tevens zeer gezien.
Aan hun nagedachtenis wordt een openlijk woord
van hulde gebracht door den kapitein der inf. van
het N. O. leger F. L. Nix.
Eene geachte familie te Amsterdam, de heer Sch.,
ontving Vrijdag het treurig bericht, dat een harer
leden, een jongmensch, student aan de universiteit
te Amsterdam, op een uitstapje in de Alpen, ten
Bij Zijner Majesteit. besluit is, ingevolge gemeen
schappelijke voordracht van de ministers van marine
en van koloniën:
lo. eene commissie samengesteld, ten einde Hoogst-
derzelve te dienen van .advies op de vraag: «of het
uit een staatkundig en financieel, en ook uit een
technisch-maritiem oogpunt wenschelijk is, de be
staande indeeling der maritieme middelen in Neder-
landsch-Indië, overeenkomstig het koninklijk besluit
van 16 November 1866 no. 80, in een Nederlandsch
auxiliair eskader, eene Indische militaire marine, en
eene Indische gouvernementsmarine te bestendigen;»
zoo ja: a. duidelijk te omsehrfjven de bestemming
dier drie categorieën, opdat dienaangaande geen mis
verstand mogelijk ziji. in algemeens trekken aan te
wjjzen, welke uitgaven ten behoeve van die categorieën
ten laste moeten komen van de Nederland^che, en
welke van de Indische begroeting; zoo neen: welke
regeling in plaats van de bestaande dient te worden
ingevoerd
2o. benoemd: tot voorzitter dier commissie: de
heer I. D. Fransen van de Putte, oud-minister van gevolge van een val, het leven'heeft verloren,
koloniën, lid van de Eerste Kamer der Staten-Gene-
raal; tot leden: de heeren W. F. van Erp Taalman
Kip, oud-minister van marine; J. W. Binkes, vice-
admiraal, Zr. M». adjudant in buitengewonen dienst;
J. A. de Gelder, oud-lid in den Raad van Neder-
landsch-Indië; C. Boescher, oud-directeur van .bin-
nenlandsch bestuur in Nederlandsch-Indië; D. L.
Wolfson, oud-zeeofficier, lid van de Provinciale Staten
van Zuid-Holland; H. D. Guyot, gepensionneerd
GOUDA, 7 Augustus 1889.
De adrocaat-generaal van den Hoogen Raad con
cludeerde tot verwerping van het beroep door v.
Bergen, v. d. Grijp en Quik ingesteld legen het
arrest van het Hof te 's-Hage, waarbij zij met be
vestiging van een vonnis der Rotterdamsche recht
bank tot levenslange gevangenisstraf zijn veroordeeld,
wegens den moord te Stolwijk. In deze zaak waren
geen cassatiemiddelen voorgesteld.
Uitspraak 16 Augustus.
Z. M. heeft tot hoogl. in de fac. der rechtsgel.
aan de Rijks-Univ. te Leiden, om onderwijs te
geven in het Rom. recht on zyne gesch., benoemd
mr. H. L. Drucker, hoogl. aan de Rijks-Univ. te
Groningen, uit welke betrekking hem tevens eervol
ontslag is verleend.
De zwarte bles La Fiteue van C. Oudijk te
Waddinxveen heeft bij do harddraverij in den Haag
de 2e premie behaald 50).
Beroepen bij de doleerende gem. te Capelle aan
den Usél ds. H. K. Zijlstra, te Kooten.
gemaakt te worden van een geheim, dat er geen
meer was voor hem; de uitdrukking van zijn gelaat
eerst zoo gemaakt ernstig, ging over in boosaardige
nieuwsgierigheid onder onverschilligheid verborgen;
en een glimlach zweefde op zijne lippen.
Het gesprek duurde geruimen tijd. Een bediende,
dio in de antichambre wachtte, was op eene bank
in slaap gevallen, opende nu en dan de oogen, on
tevreden dat het juist zijne beurt was; dan stond
hij eens op, liep heen en weder om wakker te blij
ven, terwijl hij zijne makkers hun genisten slaap
benijddevan tijd tot tijd bracht hij zijn oor aan de
deur om te luisteren. Maar de dame en haar ver
trouweling in het afgelegenste gedeelte van de zaal
gezeten, spraken zacht, ofschoon ernstig; en de arme
man kon met al zij no nieuwgierigheid geen enkel
woord opvangen, dat hem eenig denkbeeld gaf van
het onderwerp van dat langdurige gesprek. Hij kon
niets anders doen, dan zyu eerwaarde naar de maan
wenschen, omdat deze in het huis zijns meesters den
baas begon te spelen, en er te middernacht in den
biechtstoel zat.
Misschien kunnen wij wel raden, waarover hun
gesprek liep; even als de padre al vooruit geraden
had, wat het nieuwe geheim van de dame was. Het
voorgevallene tegen het einde van het diner, de
weinige onvoorzichtige woorden van de jonge dame,
dat gesprek, alleen verstaan door de beide personen
hield zich in. Nadat het suikerwerk en de vruchten
waren rondgegaan, stonden de vrouw des huizes en
hare gasten op, terwijl de bedienden met veel be
weging de stoelen achteruittrokken; het gezelschap
ging in do naaste zaal, gevolgd door den hofmeester
en twee livreiknechts, die het koffieblad droegen, en
de koffie presenteerden.
Gedurende den korten tyd, dien het gezelschap
daar of op het terras doorbracht, vond Graaf Gian
Rinaldo gelegenheid om het meisje te naderen. En,
daar het hem toescheen, dat zy verstandiger gespro
ken had dan allen, nam hij vriendelyk hare hand
en fluisterde:
«Lieve Camilla I sta toe, dat een vriend metgryze
haren u geluk wenscht Wanneer het hart
spreekt, begrijpt men gemakkelijk; de waarheid is
zoo schoon op de lippen van een lief meisje!
Wy beiden zullen baar steeds voorstaan, niet waar?”
Het meisje wilde antwoorden, maar zij was te
zeer ontroerd; doch haar blik zeide genoeg.
Dienzelfden avond zeide de marchese, buitengewoon
vermoeid van hetgeen hij een zijner campagne!ogen
noemde, tot zijne vrouw, dat hij behoefte had aan
rust, en ging vroeger dan gewoonlyk naar zijne
kamer. De dame wendde zich tot den padre lettire,
die ’t laatst van allen gebleven was, en verzocht
hem, om de goedheid te hebben, van haar eenige
ooerenblikken aan te hooren.
Bij raadsbesluit van 1 Juli jl. werd door den
raad van Ridderkerk de onderwijzer De Zeeuw in
die gemeente uit zijne betrekking ontslagen, omdat
het getal onderwijzers aldaar, tengevolge van het
stichten eener bijzondere school, boven het vereischte
minimum was gekomen.
Een dusdanig besluit zal, meent het hoofdbe-
’s echte Pr>-
De marchesa zag hare dochter een oogenblik twij
felachtig en verbaasd aan; zij wilde iets zeggen, doch
dat wy, even als de slaperige knecht, ar iets van
kanapce, en zette zich op zijn gemak, om deelgenoot