Buiteolandsch Overzicht.
PETR0LEUM-N0TEERINGEN
KENMSGEEING.
Cantzl&ar Schalkwijk, te Rotterdam.
breedte der woning. Aan de voorzijde zyn nog twee
slaapkamertjes gemaakt met een vliering daar boven.
Elke woning is 41/, M. breed ea 17 M. diep, met
inbegrip van plaats en tuin en wordt van waterlei
ding voorzien.
De vereeniging, die op bet initiatief derafdeeling
Utrecht van de vereeniging voor fabrieks- en hand
werken^ verheid in Nederland werd in het leven ge
roepen, nadat de heer Van der Velden, voorzitter
van eene dergelijke vereeniging te Haarlem, de zaak
in eene openbare vergadering had ingeleid, en het
nut der coöperatie in die richting had uiteengezet,
heeft ten doel, voor personen uit den werkenden of
daarmede gelijkstaanden stand arbeiderswoningen to
bouwen en hun deze te verhuren onder beding:
a. dat de verkrijging van den eigendom daarvan
na een vooraf te bepalen aantal jaren aan hen, of
bij overlijden vóór dien tijd aan hunne weduwen, of
aan hunne erfgenamen, of aan door hen vooraf aan
gewezen personen, door de vereeniging worde ver
zekerd (stelstel A.);
dat de eigendom daarvan door hen verkre
gen wordt na een vooraf te bepalen aantal jaren
(stelsel B.)
De vereeniging is dus gegrond op het stelsel van
individueele eigendomsverkrijging, dat hier echter
voor degenen, die daarvan wenschen gebruik te maken,
samenhangt (en in dat opzicht onderscheidt, zich de
Utrechtsche vereeniging van alle andere dergelijke
vereenigingen in ons land) met de mogelijkheid, om
den eigendom der woning, door middel van eene
1 evens verzekering, door de leden te doen waarborgen
aan hun weduwe of wie zij anders zullen verkiezen
aan te wijzen. In dit geval zal de aldus bevoor
deelde onmiddelijk bij het overlijden van het betrok
ken lid, hoe spoedig dit ook plaats grijpe, den vollen
en vrijen eigendom der woning verkrijgen, zonder
tot eenige verdere betaling uit dien hoofde gehouden
te zijn.
Om tot den bouw der woningen, den aankoop
van grond, enz., te kunnen ovorgéan, werd door het
bestuur eene geldleening uitgeschreven van 118,000,
rentende 3*/a pCt., verdeeld in 118 obligatiën van
'1000 elk. Deze leening werd echter niet voltoo
iend. De som, waarvoor werd ingeschreven, stelde
het bestuur intusschen in staat den benoodigden
grond aan 'te koopen en tot de aanbesteding van
den bouw van 42 woningen over te gaan. Voor ruim
48,000 nam dit werk op zich de heer G. H. de
Meij, te Maarseveen.
Zoodra de nu gebouwde woningon zijn betrokken,
zal de aanbesteding der volgende 42 woningen plaats
hebben. Daarvoor zijn de benoodigde gelden reeds
toegezegd door eene te Utrecht gunstig bekende
bankiers-firma, op dezelfde voorwaarden als waarvoor
de eerste leening is aangegaan.
Het bedrag der huur voor elke woning kan nog
niet worden bepaald voor dat de 84 woningen geheel
zullen zijn opgeleverd; waarschijnlijk zal het 2.25
per week zyn. De huur voor een dergelijke woning
in Utrecht bij een particulier zou ten minste 2.50
bedragen
Bovendien zijn nog meer voordeelen aan de ver
eeniging verbonden. De statuten toch bepalen, dat
een lid, dat toegetreden met het doel om eigenaar
te worden, door omstandigheden gedwongen wordt
uit te treden, een aantal percenten, afhankelijk van
het getal jaren, dat hij een huis bewoonde, zoo van
zijn evenredig aandeel in de reservekas, als van zijne
over dit schandelijke voorval gesproken, maar toch
kan ik u wel zeggen, dat die ontmoeting geene aan
leiding zal geven tot verdere onaangenaamheden, veel
minder tot een tweegevecht of tot eenige wraakoefe
ning. De beleedigde was, dat is maar al te waar,
mijn broeder, maar hij zal zwijgen. En mij schijnt
het onmogelijk, dat uw broeder, of een van die licht
zinnige losbollen, die hem vergezelden, het hart zullen
hebben, om twist met hem te zoeken
„Gij neemt mij een pak van het hart. O! indien
gij wist Maar waarom blijft gij mij zoo aan
zien P'
*Arme Camilla! Wel kan ik voor mijn broeder
instaan. Maar van dien dollen streek zullen andere
verdrietelijkheden het gevolg zijn!"
Hare vriendin had den vinger gelegd op de wonde-
plek ih 'thart van Camilla, die geene toespeling
durfde maken op de mogelijke gevolgen van die
onbezonnen grap, noch zich verdiepen in de toekomst,
hare ziel was nog niet bereid om hare eerste, on
schuldige verwachtingen op te offeren. Al wat haar
ontroerde, twijfel, vertrouwen, vrees, dat alles las
hare medelijdende vriendin in dat schoone gelaat,
dat nu eens bleek was, dan gloeiend rood'; Paolina
wenschte haar te troosten, en haar de diepe, door
niemand gepeilde smart te besparen, die zij zelve
eens gevoeld had.
irLuister nu Camilla," zeide zij, *gij moet mij nu
laten gaan, ik durf niet langer bij u blijven; ik zou
u benadeelen in plaats van u te helpen; denk eens
voor aflossing betaalde gelden zullen worden terug
gegeven. Bij overlijden van een huurder naar het
stelsel B, zal bovendien zijne weduwe, of indien hij
geene weduwe of kinderen nalaat, zijne erven aan
spraak kunnen maken op uitkeering van het even
redig aandeel van den overledene in de reservekas,
benevens op 90 pC|. van de betaalde bijdrage voor
de aflossing.
Ook is nog in de statuten bepaald, dat een hulp
kas zal worden gevormd uit een zeker aantal per
centen van batige sloten, boeten en andere buiten
gewone baten. Deze gelden zijn in hoofdzaak bestemd
om aan leden, die daaraan behoefte mochten hebben,
volgens vaste bepalingen tijdelijk hulp te verleenen.
De zaak is dus goed doordacht en flink geregeld,
en er wordt dan ook niet getwijfeld, of deze eerste
vereeniging in Utrecht op dat gebied zal zeker eene
schoone toekomst te gemoet gaan. Mocht dit na
verloop van tijd het geval zijn, dan zal het bestuur
zeker niet achterwege blijven, om ook op andere
punten van de stad dergelijke woningen te doen
bouwen, die in eene werkelijke behoefte voorzien,
en waarin zij zeker by manuen van kapitaal steun
zal vinden om het doel te bereiken.
Wij lezen in het Amerikaansch blad, de Standard,
dat te Grand Rapids verschijnt:
De benoeming van ontvanger van binnenlandsche
belastingen voor dit district is eindelijk gekomen, en
mr. John Steketee is de gelukkige.
Het ambt is een niet te verwerpen positie, waar
aan per jaar een salaris verbonden is van ongeveer
8000 dollar, met kans van meer, naarmate de ont
vangsten in het district hooger worden. Tevens
berust bij den ontvanger de benoeming van acht
onderhebbende personen in het district. Ontegen
zeggelijk is dit het beste en voordeeligste ambt, dat
immer een Hollandschen Amerikaan in dezen Staat
is ten deel gevallen.
John Steketee werd geboren in de provincie Zee
land, Nederland, in 1833, en kwam in 1847 met
zijn ouders naar dit Land. Zij vestigden zich in het
dorp Zeeland, Ottawa County, waar zij behoorden tot
de eerste nederzetters in die sectie van den Staat.
Na drie jaar bij zijn ouders gebleven te zijn, begaf
John zich naar Grandvllle, waar hij bediende werd
in den winkel van John P. Scot en vier jaar in diens
winkel verbleef.
Op 19jarigen leeftijd huwde hij en vestigde zich
in 1854 op een farm in Grand Rapids township bij
Reed's meer. Hij was als land bon wer voorspoedig
en deed ook reeds vroeg aan de locale politiek,
waarin hij voor vier jaren het ambt bekleedde van
township klerk.
In 1872 verliet hij de boerderij en verhuisde
naar deze stad, waar de kansen gunstiger waren
voor de opvoeding zijner kinderen.
In 1877 werd hij verkozen tot super-visor van
de eerste ward en behield dit ambt tot verleden
voorjaar, als wanneer hij voor een herbenoeming
bedankte.
Mr. Steketee bekleedt sedert enkele jaren de
waardigheid van vice-consul der Nederlanden, en
hoewel niet behoorende tot haar politieke kleur, wil
de Standard hem niettemin recht doen wedervaren
met de erkenning, dat hy ten volle doordrongen is
van amerikaansche toestanden zoo in politieke als
in civiele aangelegenheden: hij is een vraagbaak en
raadgever voor velen en iemand met een vrij alge-
aan, zoo men ons, na het gebeurde, eens samen zag;
doch meen niet, dat dit ongelukkige maar eigenlijk
weinig be toekende geval, in staat zou zijn om te
verijdelen, wat misschien daarboven geschreven staat.
Ik weet, dat uit tegenspraak dikwijls kracht geboren
wordt. O! ik heb Gabrio en u lief; ik heb niets
dan u beiden En ik denk dat, zoo God
wil
Zij sprak niet uit, of liever, het minnende meisje
liet haar niet uitspreken, maar sloeg hare armen om
den hals harer vriendin, om hare tranen te verbergen
en het was of zij, zoo doende, aan Paolina het ge
heim van haar leven toevertrouwde.
Zij scheidden, daarAs zwijgende kamenier reed»
teekenen van ongeduld oegon to geven over dat lang
durig gesprek. En Maddelena, verbaasd dat de
meisjes dien morgen zoo weinig acht op haar gesla
gen hadden, bleef haar nastaren, toen zij bij het
omslaan van den weg afecheid namen, en smeekte
's hemels zegen voor haar af.
Gabrio intusschen, bewaarde, een diep stilzwegen
over hetgeen daar kookto in zijne borst. Na die
gebeurtenis, welke hem had opgeschrikt uit zijne
droomen sneed hij elk gesprek, elke gelegenheid
af, die hem daaraan zou hebben kunnen herinneren.
Hij opende weer zijne boeken vol cijfers en bere
keningen, en de kracht, die niets anders hem zou
kunnen geven, vond hjj in zijnen aanhoudenden arbeid.
Zoo dikwijls de vraag: En dan? waartoe zal
dat alles mij brengen? in hom opkwam, dan
meene en bezadigde kennis van personen en zaken
wien het ambt van collector wel aanvertrouwd en
niet ten onrechte toegekend is.
Het Vaderland brengt in herinnering, dat het niet
heett behoord tot hen die, bjj het optreden van
dezen Minister van Koloniën, zich hartstochtelijk
tegen hem geerden. Eene hervormende koloniale
politiek werd van hem verwacht, en de beloften
der openingsrede van 1 Mei 1888 schenen oen ver
blijdend voorteoken.
Na 1'/» jaar waohtens is van dit schoone pro
gramma nog niets verwezenlijkt. Noch pacificatie
van Atjeh, noch wijziging in comptabiliteitswet en
regeeringsreglemenl werden bereikt. Vraagstukken
als de beri-beri, de koffiecultuur en de Indische
marine werden afgewenteld op commissies.
Het bedroeft, zegt Het Vaderland, ons bovenmate,
de werkkracht en het talent van dezen Minister
zich te zien verteren zonder vrucht. Dat de Minis
ter, daargelaten nu enkele welbekende manieën, het
goede wü ea met jjver arbeidt, wij blijven daarvan
nog gaarne overtuigd. Zijn handen zijn gebonden,
zal men zeggen, door dit conserratieve kabinet. Dit
verklaart iets, niet alles. Zóó achten wij den heer
Keuchenius niet verkleefd aan zjjn ministrieelen
zetel, dat hjj dien zou willen behouden, als hij bij
zjjn ambtgenooten bepaald verzet vond om datgene
te doen, wat hjj voor Indië's ontwikkeling noodzake
lijk keurt. Maar wat noodzakelijk is, weet hjj zelf
nietdaar zit de kneep. Het sobijnt, dat de vloek
der veelzijdigheid hem druktbesluiteloosheid. De
twjjfel, die zich terstond bjj ons opdrong, of hjj, het
Departemont binnentredende, beladen met stapels
redevoeringen en plannen en denkbeelden, de kracht
en het talent zou bezitten zich van onnoodigen bal
last te ontdoen, is helaas bewaarheid. Het komt ons
voor, dat de Minister niet weet te kiezen, niet enkele
dingen aanpakt, maar duchtig aanpakt, om ze met
uitsluiting van andere ten einde te brengen. Boven
dien, jaren lang geoefend, in de oppositie en't parle
mentair debat, weet* hjj van eiken maatregel met
scherpzinnigheid de zwakke zjjde te ontdekken en
de bedenkelijke gevolgen te doorgronden. Thans,
tot handelen geroepen, ervaart hij de beperktheid
ook van zjjn vermogen en deinst hjj terug voor
maatregelen, waarvan hij als bij instinct gevoelt, dat
evenzèer onmiddellijk de zwakke zjjde is bloot te leg
gen. Gewoon de zaken grondig te bestudeeren tot
in de kleinste bijzonderheden toe, is hjj nooit tevre
den met het verkregene, verlangt hjj telkens meer
licht, tot het hem duizelt en hjj den draad in den
doolhof niet meer weet te vinden. Met nauwgezet
heid van alles het voor en het tegen wikkende en
wegende, eu de bezwaren zoowel van het een als het
ander doorziende, wordt hjj schroomvallig om beslui
ten te nemen, waarvan hjj de onvolmaaktheid zelf
bevroedt.
Hoe men van heidegrond goed klaverland maakt,
is o. a. door jonkheer mr. A. W. v. Holthe tot
Echten, te Assen, op Drentschen heidegrond aan
getoond. De door hem voor eenige jaren genomen
proeven betroffen laag liggend, eonigszins humus-
rjjk heideveld, 80 hectaren groot, en nabjj Hoo-
geveen gelegen, waarvan een gedeelte als proefveld
werd gebruikt. Vooropgesteld is, dat in heide
grond dien men ontginnen wil geen schapen mo
gen komen, zoo min als heidoplukkers of plaggen-
bracht hij den nacht door, met het oplossen van
moeielijke probleemen, of verdiepte zich in de duis
tere theoriën der wetenschap. En op zekeren ochtend,
toen hjj, na eenen doorwaakten nacht, zjjne studeer
kamer verliet, ging hjj naar zijne zuster, die hem
te gemoet kwam, en een treurigen vragenden blik
tot hem opsloeg: «Paolina ik ben gered. En
hjj drukte haar de hand.
«Ik ben een dwaas geweest!* ging hjj een oogenblik
later, met een bitteren glimlach voort, «ik heb mijn
tijd verspild, en dat is toch het kostbaarste goed,
voor wie hem zoo noodig hebben, als ik. De trotsch-
hoid overwinnen, en de laatdunkenheid die zich ver
heft op een naamdat zjjn droomen van
een schoolknaap! Aan het verledene denken, terwjjl
het tegenwoordige groot en dreigend voor ons staat,
en de toekomst met snelle schreden nadert!
Neen, neen! vergeet ook gjj de vreemde woorden, die
ik in deze maanden mag gesproken hebben al
wat ik zelf vergeten heb, of trachten wil te
vergeten
Zijnet zuster schudde even het hoofd, en glimlachte
op hare beurt, omdat zjj wel begreep, dat die woorden:
«trachten wil te vergeten," meer dan al het anders,
deden zien, wat in zijne ziel omging.
«Gij weet niet," ging hjj voort veinzende haar
niet te verstaan, waar en hoe ik deze laatste dagen
heb doorgebracht.
Wordt vervolgd.)
stekers. De heide, zoodoende drie a vier jaren met
rust gelaten, wordt dicht. Per hectare liet deont-
ginner er 50 hectoliter gaskalk over strooien, en
daarna in den zomer, toen de heide in bloei stond,
met paarden den bodem omscbeuren (ploegen). Op
de paarden volgden de spittors, die den grond 'drie
spitten diep moesten omzettin, en zoo moesten op
leveren dat het onderste spit, gewoonlijk hot zwaarste
zand, boven kwam; daarop volgt de omgeploegde
heidezode en onderaan de overige zode en het oor
spronkelijke tweede spit, dikwijls iets grijs of klip
achtig. Men moet eene diepte van 8 decimeter
lossen grond hebben de spitter ontvangt l1/, cent
per O meter of 150 per hectare. De diepere
grond is in den regel ook voor de houtcnltuur los
genoeg. Op het alzoo omgespitte veld mag niets
van de heidezode zichtbaar zijn, en het zand moet
minstens een paar decimoter de heidezode bedek
ken, en deze zandvlakte blijft den winter onaange
roerd. Wanneer de volgende vooijaarsdrukte voorbij
is, wórden er om de acht meters greppels ingelegd,
de uit de greppels komende specie verdeeld en de
enkele plekken, waar zich laagten vertoonon, aange
vuld. Gemiddeld kan men het omscheuren van den
grond, het maken der greppels en het slechten op
50 gulden per hectare rekenen, zoodat de eerste be
werking (mot het omspitten tegen 150) op ƒ200
komt.
Per hectare werd alstoen het land bezaaid met
500 kilo fijngestoomd beenderenmecl, 400 kilo kaï
niet, 100 kilo ammoniakzout en eindelijk twee hec
toliter rogge. Niettegenstaande dit voor Drente
weinige zaaizaad stond de rogge door sterk uit
spruiten zeer dicht. In het voorjaar word de rogge
weder overgeëgd. De gezamenlijke kosten van be
mesting in zaad en arbeid beliepen 140 por
hectare en op het stam verkochte graan bracht daarna
210 op.
Het daarop volgende jaar werd op dienselfden
en op gelijkerwijze toegemaakten heidegrond,
uitstekende haver verbouwd, waarna het derde jaar
op het proefveld rogge en klaver word gezaaid, om
dat klaver onder rogge doorgaans beter gelukt. Het
goed aanslaan der klaver op pas ontgonnen heide
grond hangt daarvan af, of de kalk en de potasch
zich behoorlijk mot den ondergrond hebben kunnen
vermengen, zoodat voor de klaverteelt de grondslag
in de drio eerste jaren moet gelegd worden.
Hot is merkwaardig, dat in groen- en weidelan
den, uit heideveld aangemaakt en met minerale
meststoffen behandeld, de klaver na eenige jaren
vermeerdert.
De opbrengst zoowel in veldvrucht als in klaver
waren van dienaarddat alle kosten van ontginning
binnen vier jaren terug waren gekomen.
Genoemde heer heeft vele ontginningsproeven in
Drente genomen, doorgaans met rrij goeden uitslag,
zonder straatvuilnis of van buiten aangevoelden stal
mest te gebruiken.
Voor menigeen, die niet met het leven van den
daglooner ten plattelande bekend is, is het dikwijls
oen raadsel, aldus schrijft men uit het Noorden van
Vriesland aan de H. R. hoe die lieden mot de
zeer geringe verdienston jaarlijks kannen rondkomen.
Het loon vsn den stedeljjkcn werkman steekt dan
ook sterk bjj den woudbewoner af.
Een foit is het, wanneer een arbeider allo dagen
werk kan vindea op veld en akker, dat hij het nooit
verder kan brengen dan tot ongeveer 200, zegge
tweehonderd gulden 'e joars. Het klinkt vreemd,
maar het is werkelijkheid. Zjjn daghuur wisselt in
het romer-halfjaar af tusaoheu 60 ct. en één gul
den ongeveer - in het winterseizoen is wel 50 ct.
hot hoogste bedragwanneer er werk is natuurljjk.
Tot, recht begrip het volgende
Een boerenknecht gaat met een meisje uit zjjn
stand trouwen. Beiden zjjn zonder middelen. Ten
hoogste hebben zjj van het loon een weinig overge
spaard, om eenige ron de noodigste huismeubelen
aan te koopen. Hjj huurt een huisje mot zooveel
grond, dat daarop rjjk de vrucht kan verbouwd
voor hot jaar benoodigd, als aardappelen, erwten,
boonen on meer kleinigheden.
Zoo'n erfje wordt gehuurd tegen 25, 80 of
40 per jaar, naar grootte en ligging.
Bij de kleine arbeiderswoning (geen losse kamer)
is altjjd wel zooveel weideland nog, of de gelegen
heid wordt er gevonden, om een of meer schapen
te kunnen houden.
In het vroege vooijaar begint hjj bjjtijds zijn
land te bemesten, om zoodra het werk alom aan
vangt, van zjjne «polle» eonige dagen te kunnen
gaan, om eene daghuur te verdienen. Menigmaal
wordt, zoodra het omspitten is verricht, het poten
en zaaien, planten en schoonhouden aan moederde
vrouw overgelaten.
Is de man met veenwerk bekend, dan wordt voor
enkele weken daarin gewerkt, of wel, hjj gaat in
den maaitijd van huis, om eene buitengewone dag
huur té bekomen. Dit is voor den arbeider het
zware tjjdperk, doch ook het oogenblik van ver
dienste.
Eene som van 40 a 50 gulden wordt vergaard,
om daarmee de huurpenningen en wat dies meer
zjj te betalen.
Zoolang de man van huis is geweest, wordt er
zuinig geleefd in het gezin. Weinig wordt van het
verdiende loon in die dagen in de huishouding
voor eetwaren verbruikt.
Menig gezin weet zich dan te redden uit het
gemak der kippen. Dageljjks bestaat er gelegenheid
de versche kipeieren te gelde te maken, waarvoor
dan verschillende kleine inkoopen worden gedaan.
Geen arbeider, of hjj heeft een toom hennen bij
huis rondloopen van vasthouden is in die ruime
wereld geen sprakede dieren zoeken in hoofdzaak
zelf den kost.
Niet alloen, dat de arbeider voor een wijle zijn
huishoudgeld vindt uit de kipeieren, ook voor meni-
gen kleinen keuterboer is dit eene niet te versmaden
inkomst.
Ligt de woning des daglooners niet ver van venige
gronden verwijderd, dan graaft hij zijne eigene
brandstof van eens anders eigendom.
De werkman gaat nl. naar den eigenaar dier
gronden en graaft na toestemming eene hoeveelheid
turf «om de helft*, d. w. z.de door hem gemaakte
turf wordt het eigendom van den eigenaar van den
grond en van den maker, ieder voor de helft. De
een geeft de specie, de ander het werk.
In den regel zjjn deze erfjes beplant met enkele
vruchtboomen en brengen die, naast eigen verbruik,
nog enkele guldens somtijds aan.
Opmerkelijk is hot hoe de «boerderij* van den
arbeider in de laatste jaren is uitgebreid.
Als van ouds bestond zijn «veestapel* uit een of
twee schapen, een geit, een toom kippen en oen kat.
Bjj enkele vond men een varken in het hok.
Hierin is nu groote verandering bjj vroeger.
Bjjna geen arbeider, of hij houdt geregeld het
geheele jaar doos één of meer biggen, die een weinig
worden gemest en dan voor «Hamburg* (dat is
het gezegde), maar in werkelijkheid voor de export
slachterijen worden opgekocht.
Hierdoor worden de inkomsten een weinig ver
hoogd, maar vooral de mestmaking verbeterd, zoo
noodig op zjjn zandigen akker.
Door deze gegevens, komt men eenigzins tot het
begrip hoe het mogelijk is, dat een arbeider in de
boereustreken in de wouden met zoo'n kleine in-
komste rondkomt.
Zjjn lrefwjjze is dan ook zeer eenvoudig. Tan
uitgaan is geen sprake, alleen mag het zijn in de
stille dagen een familiebezoek. Bjj dete liedon wordt
sterke drank hoogst zelden gebruikt en er zjjn er
genoeg, die dit vocht nooit in .huis hebben. Den
Hinken, dcgeljjken werkman vindt men nooit in de
herberg. Bjj hen is nog huiselijkheid, waaraan de
arbeiders met veel hooger loonetfen somtjjds groote
armoede, wel eens een lesje konden nemen.
By gisteren gewezen arresten hoeft de Raad van
State de verkiezingen van Boulangor tot lid van de
Algemeene Raden vernietigd.
Het Hooge Gerechtshof heeft met 206 stemmen
tegen 6 onthoudingen Boulanger schuldig verklaard
aan de misdaad van samenspanning en Dillon en
Rochefort schuldig verklaard aan samenspanning en
aanstalten tegen de veiligheidvan den Staat.
Voorts is Boulanger schuldig verklaard aanat
tentatwegens het gebeurde aan het spoorwegstation
te Lyon. De schuldigverklaring geschiedde met 198
tegen 10 stemmen en 2 onthoudingen. In do zit
ting van heden zullen andere vergrypen van denzollden
aard in behandeling komen.
Keizer Frans Jozef is te Berlijn door de bevolking
met groote geestdrift ontvangen, en ook de bladen
heeten den bondgenoot van keizer Wilhelm op de
hartelijkste wijze ^welkom.
Wegens den rouw van het huis Habsburg, zullen
tijdens 's keizers bezoek geen byzondere feesten
worden gegeven. Alleen zal éÓn feestmaal ten paleize
worden gehouden, hetwelk door alle aanwezige leden
van het kouinklijk huis, o. a. door de bejaarde
keizerin-weduwe Augusta, zal worden bijgewoond.
Verder zal keizer Frans Jozef slechts eenige oefe
ningen der troepen bijwonen en dan morgen weer
vertrekken.
Toch bleven de Borlyners niet in gebreke hun
ingenomenheid met 's keizers bezoek te toonen.
Toen keizer Wilhelm met zijn gast van het station
naar het paleis reed, stond aan weerszijden van den
geheelen weg een dioht opeengedrongen menigte,
welke den Oostenrykschen vorst een luid welkom
toeriep. //Dit gejuich zegt een der bladen
betwelk zich als het rollen van den donder langs
den geheelen weg voortplantte, Whs het beste bewijs
van sympathie, hetwelk de bevolking den keizer
kon geven."
Bij het gala-diner verwelkomde de Keizer ten
hartelijkste zynen hoogen gast. Volk en leger, zeide
hij, houden trouw vast aan het gesloten bondgenoot
schap en het Duitsche leger is zich bovendien be
wust, dat het met het Oostenrijksche voor de veilig
heid der beide landen moet instaan en, zoo dit de
wil der Voorzienigheid blijken mocht, ook strijden
moet. De Keizer dronk op zijnen hoogen gast, op
diens huis en op de brave Oostenrijksche kameraden.
Keizer Franz Joseph dankte voor dien toost,
alsmede voor de schitterende begroeting, voor het
zoo warme onthaal door de bevolking en voor de
groote hartelijkheid, welke hij had mogen ondervin
den. Hij dronk op het welzijn van den aan zyn
hart zoo na liggenden vriend en bondgenoot, op diens
huis, op de on verbreekbare verbroedering en ka
meraadschap der beide legers en op de vermeerde
ring en versterking der waarborgen voor den vrede.
Waarschijnlijk zal het Engelsake Parlement niet
voor 29 Augustus uiteengaan. Op een meeting van
dissidenten en conservatieven te Birmingham heeft
Chamberlain de stellige verwachting uitgesproken
dat de Regeering in de volgende zitting een Local
Government Bill voor Ierland zal indienen. Wan
neer dat ontwerp geen boerenbedrog is, zegt de Daily
News, moet het een stap nader tot Home Rule wezen.
In Zwitserland heeft het volk het weer druk met
stemmen. Pas is voor de wet op het faillissement
het referendum gevraagd en thans hebben de socia
listen op een druk bezochte volksvergadering te
Oltcn besloten te trachtfh, de 30.000 onderteeke-
ningen bijeen te krijgen, die noodig zijn voor het
uitschrijven van een volksstemming over de wet tot
aanstelling van een procureur-generaal voor het
geheele Eedgenootschap.
Kreta en de Grieksche nota blijven de aandacht
der politiseerende dagbladen bezig houden. Uit
Weenen wordt geseind, dat men zich aldaar van de
goedo bedoelingen van Rusland en Frankrijk ver
zekerd houdt en overtuigd is dat door deze rijken
de opstand op Kreta niet aangemoedigd wordt. Men
herinnert zich, dat Duitsche bladen de laatste dagen
herhaaldelyk de Russiche vertegenwoordigers te Kon-
stantinopel en op Kreta beschuldigden van heime-
lijko ophitserij der ontevreden Kretensers.
Alle berichten stemmen daarin overeen, dat Duitsch-
land, Oostenrijk en Italië niet slechts afwijzend hebben
geantwoord op de Grieksche nota, maar ook te kennen
hebben gegeven, dat zij den stap van Griekenland
ten zeerste afkeuren, wijl zij hem beschouwen als in
strijd met desouvereine rechten van den sultan.
Zelf begint de Grieksche regeering reeds de ge
vaarlijke gevolgen van haar handelwijze te bespeuren.
Het Grieksche volk verlangt door zyn stem gewicht
in de Europeesche politieke weegschaal te leggen.
Zondag was door een troep lieden, gemeenschappelijk
met de uitgeweken Kretensers een manifestatie ge
organiseerd, met het doel van den minister-president
Tricoupis opheldering te vragen over zijn staatkunde.
De politie joeg de manifestanten uiteen maar de be
weging moet nog al van ernstigen aard zijn geweest,
want een brigadier der gendarmes werd gedood en
verscheidene der manifesteerenden gewond. Een aan
tal personen is in verzekerde bewaring genomen.
Van Grieksche zijde zoekt men het merkwaardige
feit, dat steeds de muzelmannen de aanvallers bij de
jongste ongeregeldheden waren, daardoor'te verklaren,
dat de muzelmannen, daar Kreta toch eenmaal van
Turkije zal gescheiden worden, dit liever thans zagen
gebeuren dan later omdat zy hopen dat het nu onder
Engelsch protectoraat zal komen en niet in het be
zit van het gehate Griekenland.
Tan de Makelaars
De markt was heden vast,
Loco Tankfust 8.85. Geïmporteerd fust/8.90.
September-, October-, November- en December-
levering 8.90.
INRICHTINGEN WELKE GEVAAR, SCHADE
OF HINDER KUNNEN VEROORZAKEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda
Gesien art. 8 der Wet san den 2n Juni 1875,
Staaleblad no. 95.)
Doen te weten
Dat xjj vergunning hebben verleend aan de firma
J. A. Trjjbits Jr. te Gouda en hare rechtverkrijgen
den, tot hot opriohten van een gebouw bestemd tot
bewaarplaats van hoorns, beenderen ent. op het
perceel aan de oude Gouwe kadaster sectie A No. 1196.
GOUDA, den 14 Augustus 1889.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VAN BERGEN IJZENDOORN.
De Secretaris,
BROUWER.