BINNENLAND.
Öultenlandsch Overzicht.
Brieven uit de Hoofdstad.
louder onderwijs met elkander zullen concur-
reeren, zoo gelijk mogelgk te maken. Behou
den de bjjzondere scholen de vrijheid kosteloos
onderwjjs te geven, wanneer zjj daartoe in
staat worden gesteld door subsidiën uit kerke
lijke of bijzondere kassen, aan de burgerlijke
gemeente moet de bevoegdheid worden gelaten
het openbaar onderwjjs te bevorderen in het
algemeen belang, door niet alleen minder
schoolgeld te heffen dan de kosten bedragen,
maar het door lagen prjjs zoo toegankelijk
mogelgk te maken.
Wjj hopen, dat de rechterzijde aan dit hoofd
bezwaar zal te gemoet komen, anders vreezen
wjj dat de drang der liberale meening de Eerste
Kamer nopen zal de wet te verwerpen.
GOUDA, 28 Augustus 1889.
In de zitting der Tweede Kamer van heden wilde
de heer Holdt conciliant zijn, mits geen verplichte
schoolgeld heffing en wel leerplicht worden opge
nomen. Goed en voldoend onderwijs is voor hem
de hoofdzaak ook voor bijzondere scholen. De heer
Zylker is er tegen op grond van het subsidiestelsel.
De heer Geldemeester is conciliant, maar dringt
bij de rechterzijde aan op gemeen overleg. De
Minister Mackay verdedigde hot ontwerp als be-
oogende het algemeen belang benevens beëindiging en
pacificatie van den schoolstrijd. Leerplicht past
niet in het kader. Het beginsel van schoolgeld
heffing kan niet gemist wordendoch wellicht kan
de zaak anders geregeld worden.
De pogingen tot het oprichten van een centraal
Israel, oudemannen- en vrouwenhuis voor Nederland,
en om daarvoor hot gesticht te Gouda in te richten,
beloven, naar aan de A. R. Ct. gemeld wordt, een
gunstigen uitslag. Vele personen in den lande hebben
zich reeds voor eeno jaarlijksche oontributie ver
bonden.
Op de Tentoonstelling van jong Rundvee van de
Holl. Maatschappij van Landbouw, afdocling Bode
graven en Omstreken, op Dinsdag zijn de vol
gende bekroningen toegekend.
Ingezonden 34 stuks vee.
Molkschotten le pr. M. Binnendijk, Aarlander-
voen2e pr. D. de Bruin, Waarder.
Melk vaarzenle pr. P. Bruut, Bodegraven
2e pr. L. Boor, idem.
Pinkvaarzenle pr. C. Brunt, Bodegraven
2e pr. M. Binnendijk, Aarlanderveen.
Kuiskaftoron le pr. J. van Dobbe, Zwamraer-
dam 2e pr. idem.
De rechtbank te Arnhem verklaarde mej.
M. S. schuldig aan den haar ten laste gelegden
diefstal van effecten ten nadeelo van de dames v. d.
B. te Velp en veroordeelde haar tot eene gevange
nisstraf van 1 jaar.
De Zweedsche zwemer Gustaaf Aky is dezor dagen
de Seine afgezwommen vau Charenton tot Bas Meu-
don. Hij was daarbij negen uren achtereen in het
water.
Een jonge dame, uiterst net gekleed, voorgevende
van zeer goede familie te zijn, had haren intrek
genomen in een der eerste hotels te Groningen.
Vrijdag jl. verliet zij echter zonder te betalen dit
hotel en kwam dienzelfden dag ton huize van mej.
T. in de Pelsterstraat, waar ze voorgaf aldaar «enigen
tijd te willen logeeren. Onder voorwensel nog eene
boodschap te moeten doen, verdween zij ook van
daar. Zondag kwam mej. T. tot de ontdekking,
dat ze eene gouden broche vermiste en deed hier
van aangifte bij de politie. Direct bracht men daar
*4iet geheimzinnig vertrek van de jonge dame met
dezen diefstal in verbandeen grondig onderzoek
werd ingesteld en als naar gewoonte met gunstig
resultaat.
De broche toch, die reeds verkocht was, werd
opgespoord men kwam te weten, dat de jonge dame
vertrokken was in de richting van Assen, de tele
graaf werd in werking gebracht, en spoedig was
de vogel te Assen geknipt. Gisterenavond keerde
zij onder politie-geleide te Groningen terug en leg
de eene volledige bekentenis af.
{N.O.C.)
By het arrangeeren van bouqetten let men er in
Europa vooral op, dat de kleuren der bloemen met
elkaar in harmonie zijnin Japan integendeel wijdt
men bijzonder de aandacht aan het karakter der
bladen, en de stammen en takken spolen de hoofd
rol bij het aanbrengen van eene versiering. Deze
manier vindt in Engeland, waar alles wat uit Japan
komt, zeer in trek is, navolging en 'zal wel spoedig
tot mode verheven worden. Uuisormw
Als de toevloed van vreemdelingen er nog meer
toeneemt, zal Parijs voor de Parijzeuaars weldra
geheel onbewoonbaar zijn. Des namiddags en vooral
des avonds is het nauwlyks meer mogelijk om zich
door de raenschenmassa op de Boulevard een weg
to banen en die eenige haast heeft is gedwongen
van de daarmede evenwijdig loopende straten ge
bruik te maken. In de groote koffie- en bierhuizen
is het schier onmogelijk om een plaatsje te vinden
en de restaurants zyn zoo vol, dat de gasten nage
noeg op elkander zitten moeten, daaronder de
bediening natuurlijk, lyden ffioot. Een uitzondering
maken alleen de restaurants van den eersten rang,
wier bezoek alleen ópenstaat voor hen, die op geen
geld bohoevon te zieri. Ook op het tentoonstellings
terrein is zulk een overvloed van bezoekers, dat het
verblijf aldaar nauwlyks een 4uitspanning meer is,
vooral niet op Zon- en feestdagen, wanneer voort
durend opstoppingen plaats hebben. De aandrang
bij den Eiffeltoren is zoo groot, dat er op sommige
gedeelten van den dag vier of vijf uur voor de
bestijging noodig zijn en men dikwijls een uur
queue moet maken om in een der lifts te komen,
en dat op elke verdieping.
De vreemdelingen, die te Parijs komen om met
de elegante wereld kennis te maken, worden bitter
teleurgesteld, want daarvan is niets te bespeuron,
terwijl het buitenland en vooral de bezoekers uit de
departementen geheel den boventoon voeren en in
den regel alles behalye elegant zijn. Van dien
stroom kan men zich eenig denkbeeld makeu als,
men verneemt, dat bij voorbeeld op 20 Augustus
de hotels garni 230,638 gasten bergden, waarvan
176,479 uit de departementen en 54,359 buiten
landers. En dan zijn de tallooze logés nog met-
eens medegeteld, die hun te Parijs wonende bloed
verwanten de eer aandoen! Daar allen zich dee
avonds bij voorkeur op de Boulevards en in de
centrums var. het gezellig verkeer bewegen, is het
wel verklaarbaar dat het daar druk is en dat men
tegen één Parijzenaar er minstens vyf vreemdelingen
ziet. {Zw. Ct.)
Alle ballons, die Zondag avond te Brussel zijn
opgestegen, zijn onverlet na betrekkelijk korten tyd
nedergedaald maar geen enkele heeft Diest, het
eindpunt van den wedstrijd, bereikt. Het meest
nabij deze stad, op twee kilometer afstand slechts
van deft toren der hoofdkerk, is de Pro Patria neer
gedaald, luchtschipper do heor Portret, wien de
gouden medaille is te beurt gevallende verguld
zilveren medaille is toegekend aan de Industriey
luchtschipper de heer Godard, en de zilveren me
daille aan do Tricolore, luchtschipper do heer Rot,
welke beide ballons neergedaald zyn te Thiel-Bec-
quevoort slechts op een afstand van ongeveer 100
meter van elkaar. Aan alle andere deelnemers is,,
ter herinnering aan dezon nieuwerwetschen wed
strijd, eene bronzen medaille geschonken.
Eon jong Nederlandsch geneesheer, zoo verhaalt
do Tyd, die op reis, in een hotel op een berg by
Rodenbach (Boneme), geneeskundige hulp bewezen
had aan twee hótelbedienden, werd als loon voor zijn
menscblievendheid te Schneeberg door een gondarm
aangehouden, wegens het onbevoegd uitoefem-u van
de goneeskunde. Een hooggeplaatst Oostenrijksch
ambtenaar, die getuige was geweest van de belange
loos verleende hulp, kwam echter tusschenbeide, en
aan zijne bemoeiingen was het te danken, dat do
Nederlandsche geneesheer ongehinderd zijn reis kon
vervolgen. 0
Een wielrijder, Donaldson genaamd, is onlangs
met zyn tweewieler uit Edinburgh op weg getogen
naar Londen, met het doel te beat the recordd. i.
dion afstand, 394 mijion, in korter tijd af te leggen
dan een vroegere wielrenner, die er 2 dagen en 9
uren over deed.
De wegen waren zeer slocht door aanhoudende
regenshij bleof meermalen in de modder steken
maar hy reed voort, nacht en dag. Na vorloop van
24 uren kon zyn maag geen ander voedsel dan soep
verdragenhij werd zoo vermoeid en slaperig, dat
eon vriend, die hein van Londen uit tegemoet wae
gereden, hem slechts met groote moeite wakker kon
houden, maar hij gaf zijn doel niet op, alsof het do
redding van het vaderland gold.
Eindelyk kwam hy to Londen aan, 8 kilogram
lichter dan bij zyn vertrek, en zoo vermoeid, dat hy
23 uren achtereen sliep voordat hij «enigszins op
zijn verhaal kwam.
Maar zijn dool was bereikt. Hij had den weg ia
twee uren minder tijcis dan de tot dusver als snelste
opgeteekende wielrydersrit afgelegd.
Staten-GeneraaL Tweede Kamer. Zitting
van Dinsdag 27 Augustus.
Het woord blijft steeds aan de linkerzijde, waar
was, zetten zij zich samen aan tafel; langzamerhand
kwam de meester weer tot zichzelven, hij beant
woordde al de vragen, die hem gedaan werden, en
was zoo opgeruimd, als zijne vrienden hem nooit
gezien hadden. Zij spraken over het dorp en Cam-
pello, de vrienden en bekenden van Brianzadaarna
over andere dingen die hunne harten deden ont
gloeien; vreemde en tegenstrijdige geruchten van
diplomatieke kuiperijen, van nieuwe en geheime
allianties, van groote krijgstoerustingen. Zij waren
ongeduldig om te weten, wat er waar was, van al
die loopende geruchten; er was eene koortsachtige
spanning, die de harten der braven luider deed klop
pen van blyde hoop, die der boozen van angstige zorg.
Signor Davide zeide, dat hij nooit had durven
hopen, dat bij nog iets goeds zou zien, alleen speet
het hem, dat hij niets kon doen, dan toezien. Toen
Gabrio daarop, met eene beteekenisvolle stem, en een
bezielden blik, op geheimzinnigen toon zeide, dat het
nieuw begonnen jaar niet ten einde zou loopen zonder
een oorlog, die veel onrecht goed zou maken, wreef do
goede man zich de handen, en riep uit: //Ach ja, ons
dierbaar Italië ziet nu pas, wien hot sedert drie eeuwen
verwachtte. En ook ik zeg: Welke deuren zouden zich
voor hem sluiten? Welke volken zouden he>n gehoor
zaamheid weigeren? Wiens afgunst zou zich tegen hem
verzetten? Welk Italiaan zou hem den eerbied weige
ren? Die barbaarsche tiranie walgt iedereen.
Nauwelijks had Davide die bekende woorden aan
gehaald, ontleend aan den grooten staatsman, dien
hy boven eiken wijsgeer stelde, of Gabrio stond op,
zette zich op eenigeu afstand neder, en verzonk in
diepe gedachten, die hem verre van (laar wegvoerden
verre van het rustige vertrek en zijne geliefde be
trekkingen.
Den v olgenden dag moest de meester besluiten om
weer naar Brianza terug te keeren, waar zyn armoe
dig kamertje, en zijn troepje schoolkinderen hem
wachtten; deze tweede scheiding was nog smartelijker
dan de eerslo. Maar Laodice keerde opgeruimd tot
haren arbeid terug. Zy wist niet, dat er intusschen
oen weefsel van list en bedrog om haar gesponnen
werd; zij wist niet, dat haar geheel onbekende per
sonen, zich van hare onschuld en haar ongeluk be
dienen zouden, om aan een ander onschuldig wezen
verraad te plegen.
Sedert eeuigen tijd waren voor Camilla de sombere
winterdagen minder vervelend voorbijgegaan, ofschoon
eene stijve afgemetenheid steeds in het huis harer
ouder? heerschte. Zij kon bijna niet begrijpen waarom
men haar toestand, het grootste gedeelte van den
dag op hare kamer door te brengen, die wel
minder vroolijk was, dan die op het kasteel, maar
haar toch even dierbaar, omdat zij er rustig alleen
kon zijn. En als zij, op de bepaalde uren, in de
vertrekken harer moeder aanwezig was, hoorde zij
van (loze geene enkele van die vluchtige doch scherpe
opmerkingen, die zij allen begreep, en die haar diep
griefden; en, wRt haar het meeste genoegen deed,
sedert verscheidene dagen had zij niet gehoord dat
pater Onofri zich deed aandienen door den gediende,
als hy reeds in de deur van de zaal stond, zooals
hij gewoonlijk deed. Een niet minder aangenaam
vooruitzicht was het, dat haar neef Raimond, zooals
zij op zekeren avond bij toeval gehoord had, toen
hij een zijner tegenwoordig zeldzame bezoeken aflegde,
plan had dion winter Parijs of Londen door te bren
gen. Ofschoon niemand van de familie er haar een
woord van gezegd had, hoopte zij in haar hart dat
het waar was, en hield het zelfs voor zeker.
En soms had zij ia. de morgenuren hare boeken
over geschiedenis en poëzie weder opgenomen, en
kon met een kalmen geest studeeren en nadenken.
Op zekeren morgen toen het ontbijt juist was .af-
fceloopen, gaf hare moeder haar een teeken, om nog
even te blijven, en, zonder dat zij hare verlegenheid
geheel kon verbergen, toonde zij haar een open
briefje, dat zij juist van hare nicht Amalia ontvangen
had. Deze noodigde Camilla om dien dag te komen
eten, haar alleen, heel familiaar; bedanken was on
mogelijk. En voor Camilla zou het zeker een ge
noegen zyn, om die uttnoodigjng aan te nemen, zeide
hare moeder.
Meer werd er niet over gesproken, en tegen den
avond hield het rijtuig van den marchese stil voor
een somber huis, met grauwe muren, hetwelk uitzicht
had op eone der drukste straten der stad. De knecht
sprong van den bok, en opende het portier.
{Wordt vervolgd.)
de meeste sprekers verzoenend gestemd zyn doch
voor het meerendeel bezwaren opperen, die zij gaarne
zouden zien uit den weg geruimd. Het voornaamste
struikelblok is de verplichte schoolgeldheffing. Er is
echter onder de liberalen ook een andere strooming, die
van geen toegeven aan clericale eischen weten wil.
De rechterzijde onthoudt zich als bij afspraakblijk
baar laat zij de zaak geheel in handen der leiders,
hetgeen wellicht de meest gewenschte tactiek is om
tot eene schikking te geraken. Immers dan komen
geen bitse en ondoordachte uitvallen der mindere
goden het werk des vredes storen.
De heeren Sanders, Zaaijer, Dyckmeester en Van
der Kaay betuigden hun goede bedoeling om met
de wet mede te gaan, doch toonden door voorbeelden
en aanhalingen uit vroegere daden en woorden der
leiders van de overzyde aan, dat het hun moeilijk
viel te gelooven aan het oprechte streven der meer
derheid naar beslechting van den strijd. Wanneer men
de stukken in de Standaard vergelijkt met de laatste
redevoeringen van de heeren Schaapman en Lohman,
dan valt de tegenspraak duhlelijk in het oog. In
derdaad is dit een punt dat in do eerste plaats tot
klaarheid moet gebracht worden. Intusschen moet
niet te veel gewicht gehecht worden aan verklarin
gen der tegenwoordige leiders, die toch alleen voor
zichzelf en den tegenwoordigen tijd spreken en hun
partijgenooten buiten de Kamer of hun opvolgers
niet kunnen binden. De heer Mees had dan ook
volkomen gelijk, toen hij opmerkte, dat als de libe
ralen de billijkheid van het subsidie erkennen en
door aanneming der wet bij de voorstanders van
bijzonder onderwijs het gevoel van achterstelling
wegnemen, de feiten sterk genoeg zullen spreken om
eene agitatie, als tot dusver heerschte, onmogelijk te
maken. Met of zonder verklaringen zal do verzoe
ning wel volgen.
De heer De Meijier behoort tot die liberalen, die
aan geen verzoening gelooven en dus de wet niet
willen aanvaarden. Hy drukte vooral op de afbreuk
die aan het openbaar onderwijs kan gedaan worden,
terwijl het onmogelijk is deugdelijke waarborgen te
vinden voor de qualiteit van het bijzonder onderwijs.
De heer W. K. van Dedem onderwierp inzonder
heid de financieele regeling aan scherpe critiek en
wilde gaarne weten welk verband er bestaat Wts-
schen de lasten, die de wet thans den gepréenten
oplegt, en de toegezegde regeling der geipdentelijke
financiën. De minister Godin de Beaufort, wien dit
byzonder aangaat, schitterde door zijne afwezigheid.
Hij had anders misschien eens duidelyk gemaakt,
hoe hij de gemeenten aan het vereischte geld zal
helpen.
Onderscheiden sprekers zyn nog ingeschreven. Het
is te hopen, dat niet alle liberale leden het voorbeeld
van. den heer Roijaards van den Ham zullen volgen
en één voor één opstaan om hun standpunt uiteen te
zetten. Het wordt tyd dat de Regeering en de over
zijde eens aan het woord komt.
Eerste Kamer. Zitting van Dinsdag 28 Aug.
Do Kamer besloot op voorstel van den heer Stork
de laatstelijk van de Tweede Kamer ontvangen spoed-
eischende kleine wetsontwerpen onmiddellijk af te doen.
Zij ging daarna voor goed uiteen tot de volgende
sessie, doch niet ponder geconstateerd te hebben, dat
het overhaast aan de orde stellen van de Onderwijswet
in de andere kamer ten gevolge heeft, dat dringende
voorstellen onafgedaan blyven o. a. de verhooging
der Maridebegrooting van het loopende jaar voor het
schip, waarvan de bouw het vorig jaar geen uitstel
lijden kon.
Heden komt do Fransoho ministerraad bijoen,
ten einde een dag te bepalen voor de azgemeene
verkiezingen. Met zekerhoid weten de Parysche
bladen reeds te melden, dat de 22ste September
door de regeering voor Hen grooten stryd zal
worden gekozen. Levendiger kan de verkiezings
strijd door do zekerheid, wanneer men den grooten
slag zal slaan, niet worden, want nu reeds zijn alle
partijleiders druk in de weer. De „verkiezings
kroniek", welke de Fransche bladen eiken dag
aanbieden, wordt steeds langer en in de meeste
districten zijn de candidaten-lijsten ai opgemaakt.
Aanvankelijk alleen tegen de dokmaatschappijen
gericht, broidt de werkstaking te Londen zich hoe
langer hoe meer uit, ook tot andere bedrijven. De
telegrammen van gisterenavond en die van heden doen
het ergste vreezen. De handel wordt ernstig bedreigd:
vele kolenlndingen blyven op de Theems liggen en
de kolenpryzen stegen dientengevolge verbazend. Ook
de vieeschprijzen stijgengroote hoeveelheden be
vroren vleesoh liggen gelost op de rivior en zullen
spoedig moeten bederven, tenzy zjj terstond uitge
laden worden. De eigenaars trachten dit te doen,
maar de werkstakers beletten hetzij hebben eenige
geladen vleeschwagens omvergeworpen en den inhoud
vernield. De arbeiders in de gas- én beschuitfabrie
ken, ook van de groote drukkerij van Eyre en
Spottiswoode nemen thans ook aan de werkstaking
deel, terwijl ook de werklieden ra olie- en loodwit-
fabrieken neigingen tot het staken van den arbeid
vertoonen. Kortom de toestand wordt onhoudbaar.
En geen der beide partijen schijnt te willen toegeven.
De werkstakers althans hebben zich in een aantal
meetings, Zaterdag en Zondag te Londen gehouden,
tegen elke concessie aan de werkgevers vorklaard,
ja zelfs tegen arbitrage.
Wat de bijzonderheden betreft, beide partijen be
weren natuurlijk gelyk te hebben. De dokmaat
schappijen verklaren, dat loonsverhooging niet kan
worden gegeven, aangezien de tijden zoo slecht zijn,
dat er zelfs geen dividend aan de aandeelhouders
kan worden uitbetaald, zoodat de werklieden, wel
beschouwd, aandeel vragen in winsten, die niet zijn
behaald. Daartegen wordt van de zijde der arbei
ders beweerd, dat de Maatschappijen op een te
weelderigen voet zijn ingericht, de bestuurders en
ambtenaren talrijkor zijn dan noodig is en ook hun
tractemont meerendoels te hoog, terwijl buitendien
de prijzen zouden kunnen worden verhoogd, indien
den werklieden niet een behoorlijk bestaan kan wor
den gegeven.
Een der bezwaren van de werklieden betreft het
aannemen van het werk bij de schepen. Zy beweren,
dat de aannemer de werklieden jaagt en drijft en
gewoonlijk van 10 tot 30 pCt. verdient, terwijl de
arbeiders afgejakkerd worden en schraal loon krijgen.
Hiertegenover staat de klacht, dat, wanneer het
werk niet aangenomen wordt, het bijna dubbel zoo
lang duurt. En bij scheepswerk is altijd haast.
Zoo bestaat er by alle geschilpunten een voor- en
een tegen. En het schijnt dat meer en meer in onze
maatschappij het verschynsel toeneemt, dat de men-
schon elkander niet meer begrijpen, elkander niet
willen begrijpen, en daarom ook niet inzien, dat in
betrekkelijken zin het belang van den een ook het
belang is van den ander.
De algemeene vergadering van katholieken in
Duitschland wordt ditmaal to Bochum gehouden.
De geheele stad is versierd. Bij do l>egrooting
in de groote zaal van het Schuttershof, die ruim
5000 personon kan bevatten, was de toeloop zoo
groot, dat het geheele lokaal dicht bezet was. Na
een welkorasgroet van den tweeden voorzitter der
plaatselijko commissie hield dr. Windthorst eeno
rede, waarin hy onder anderen de toonbeweging
ter sprako bracht, die onder de mijnwerkers aldaar
heeft plaats gehad. Daaromtrent betoogde hij in
krachtige bewoordingen de noodzakelijkheid eener
goede verstandhouding tusschen werkgevers on werk
lieden. De werklieden, zeide hij, moeten den werk
gever eeren en zyn belang bevorderen, want dat is
ook hun eigen belang, en de werkgever moet de
belangen zijner arbeiders als de zyne beschouwen,
want zij zijn kinderen van zyn huis. Welwillend
heid, rechtvaardigheid, liefde tot den naastcu, daarin
ligt de eenvoudige oplossing van dat moeilijke
vraagstuk. Hij verklaarde, dit te zeggou omdat
men had beweerd, dat Bochum ditmaal als plaats
der vergadering was gekozen in verband met de
toonbeweging in het Westfaalsche steenkooldistrict.
Tegen die bewering moest hij ten krachtigste opko
men. De vergadering wil zich met die beweging
niet bezighouden. Dit nam evenwel niet weg dat
hy meende, toch wel tor loops een wenk te mogen
geven ter oovordering van eene goede verstand
houding tusschen werkgevers en werklieden, in
overeenstemming met hotgeen de Keizer aan beider
deputatiën heeft voorgehouden.
De strijd om de leeggekomen zetels in onzen
Raad is eindelyk volstreden. De jongstgehouden
stemming heeft den heer Alting Mees de voldoening
geschonken van eene overwinning, die, zoo zij al
niet overweldigend, in ieder geval beslissend was.
Eerst candidaat der liberalen en toen slechts in
herstemming gekomen, waarbij hy zich evenwel ter
wille van aftredende partygenooten terugtrok daarop
tegen wil en dank bij die horstemming als candi
daat zyner tegenstanders gekozen in de, door hom
eerlijk beantwoorde, verwachting dat hij het man
daat zou weigeren, heeft hy zioh nu ten slotte
weer als candidaat zij nor eigen partijgenooten zien
verkiezen, tegenover den heor Strater, die door de
vereenigde katholieken, anti-revolutionnairen en
radicalen als oppositie-man" werd gesteund.
Hebben aldus de liberalen feitelijk hun vroegere
nederlaag gewroken, er raag niet worden verzwegen,
dat bij deze jongste verkiezing de strijdlust by
beide partyen aanmerkelyk verflauwd was. Voor
een deel kan dit gemakkelijk worden verklaard uit
de vermoeidheid der kiezers. Nog is by ons de
politiok niet zulk een krachtige hefboom, dat zy in
staat zou wezen de belangstel ling der menigte weken
achtereen omhoog te houden. Men werd al het
„gekies" langzamerhand „beu.* Doch in de tweede
plaats zal er toe hebben bijgedragen, dat de kiezers
van weerszijden zich niet heel erg interesseerden
voor de persouen hunner candidaten, die beiden hun
faam nog moeten vestigen en toonen dat zij hart
hebben voor het publiek belang. Daar zijn onge
twijfeld veel kiezers geweest, die voor de verkie
zingen absoluut onkundig waren van het bestaan
van deze hunne twee medeburgers.
Intusschen is hier nog eene kwestie in het spel
gekomen van meer belang dan de straks genoemde.
Toen ik straks zeide dat de heer Strater de man
van de vereenigdeoppositie was, gebruikte ik
een term, die slechts ten deele juist was. Onze
radicalen zijn het over hem lang niet eens geweest,
't Is waar, dat de kiesvereeniging Amsterdam ge
ëindigd is met den heer Strater officieel als can
didaat te kiezen. Doch niet alleen is dit niet ge
schied met algemeene instemming, maar ook zij,
die dit doordreven, hebben dit eigenlijk meer ge
daan par complaisance, dan wel uit overtuiging of
sympathie. Zooals men zich herinneren zal, was de
heer Strater de candidaat der katholieken, en waren
deze, terwijl het samengaan bij de herstemming den
radicalen en anti-revolutionnairen elk een zetel bad
doen wiuuen, het kind van de rekening geworden.
Do billijkheid gebood den overwinnaars van voor
veertien dagen, thans op hun beurt hun krachten in
te spannen, om ook den katholieken een zetel te
bezorgen. Doch zoo de anti-revolutionnairen, aan
deze samenwerking met de katholieken gewend,
eerlijk naar het gegeven parool luisterden, aarzelden
de radicalen, die zich thans op eenmaal bedachten,
dat eene verkiezing van den heer 8trater even
zeer, zoo niet meer aristocraat (van den handel)
dan menig bestreden liberaal hun beginselen
weinig baten zou. En zij poogden of juister een
doel van hen een eigen candidaat te doen stellen.
De heeren v. d. Goes en Hugo Muller, reeds bij
de eerste stemming genoemd en toen met eene
kleine tweeduizend stemmen uit de bus gekomen,
weigerden evenwel tegenover den heer Strater op
to treden. De zuivere democraten gaven echter nog
geen kamp. En toen van de andere zijde de be
wering werd uitgesproken, dat het beginsel der
evenredige vertegenwoordiging alleen reeds vergde
den candidaat der slecht vertegenwoordigde katho
lieken te s'.eunen, toen hechtten zij zich aan dit
motief om er de slotsom uit te trekken, dat men
dan allereerst de minderheid der sociaal-democraten
moest bedenken. Reden waarem zij den heer J.
A. Fortuijn tot candidaat van „Amsterdam" wilden
gekozen zien.
Niet alleen nu is dit mislukt; maar bij de stem
ming zelve hebben zy dezen sociaal-democraat slechts
150 stemmen weten te bezorgen. Het was trouwens
te voorzien, dat deze in de minderheid zou moeten
blijvenmaar nu hij zoo weinig stemmen verworven
heeft moet worden erkend, dat deze te elfder ure
opgeworpen candidatuur eene politieke onhandigheid
is geweest, die 's mans kansen voor de toekomst
zeker niet heeft verhoogd. Wat niet wegneemt, dat
de groep „Amsterdammers", die op zijn hand is,
toch door haar manoeuvres de kiesvereeniging weer
in moeilijkheden heeft gebracht, daar zij er in ge
slaagd is, den heeron v. d, Goes, Muller e. a, de
verzekering te ontlokken, dat zij een andermaal om
billijkheidsredenen den heer Fortuyn gaarne wilden
steunen. Op zich zelf ware dit trouwens niet alleen
de logische consequentie van het door hen verdedigd
stelsel der evenredige vertegenwoordiging, maar het
zou ook eene daad van eerlijke en dus goede poli
tiek zyn! Ongelukkigerwijze is de meerderheid der
radicale kiezers juist met hetzelfde taaie vooroordeel
tegen de sociaal-democraten behept als de liberale,
en het stellen der candidatuur-Fortuijn ter wille
van het beginsel der evenredige vertegenwoordiging
zou voldoende zijn, om de vereeniging „Amsterdam*
een groot deel van haar aanhang te doen verliezen.
In het algemeen zyn, gelijk ik reeds vroeger opmerkte,
de sociaal-d emoe raten haar gevaarlijkste tegen- of
liever medestanders en bij voortduring moet zij hen
uit haar midden verwijderen. Een eigenaardig
soort van democratisch schervengericht, 't welk
niet strekken kan om de vereeniging naar buiten
sterker te maken.
En hiermee zij voor het oogenblik de politiek ter-
zyde gesteld.
Inderdaad wil ik liever nog eens even stilstaan bij
aanstaande wijzigingen in ons stadsverkeer. Na lang
durig wachten zal eindelijk, medio September, ons
nieuw centraal-station geopend worden. Zoo wordt
ten minste verzekerd: Doch er is nog zoo veel aan
te doen eer hot geheel gemeubeld en gestoffeerd is
en gereed om de reizigers te ontvangen, dat wij wel
mogen rekenen die opening niet vóór 1 October te
zien plaats vinden.
Er zal heel wat mee te doen wezen, dit is zeker.
Do critiek zal haar aanmerkingen er niet op sparen
en wij kunnen ons voorbereid houden op een gelijk
soortig twistgeschrijf tusschen voor- en togenstanders