Buitenlfndsch Overzicht.
K EJMJMSG E VING.
Van Wasseneer vroeg of het de Begeering wa« ge
bleken, dat de autoriteiten alles hebben gedaan om
de wanordelijkheden te voorkomen. Hierop zeide de
heer Mackay dat bij de jongste verkiezingen de
strijd te Gouda o. a. met hartstochtelijkheid is
gevoerd. Toen de uitslag bekend werd, ontstonden
er wanordelijkheden, die echter een spontaan karakter
hadden en niet wijzen op een vooraf beraamd plan
voor ongeregeldheden. Een kiezer die met deu
uitslag der verkiezing niet ingenomen was, haalde
zjjn wegens het Koningsfeest uitgestoken vlag in.
Dit wekte ontevredenheid en had een volksoploop
ten gevolge, waarbij de politie getraoht heeft te doen
wat zij kon. Zij beproefde de oorzaak weg te nemen
door denr ingezetene tegen wien de ontevredenheid
zich uitte te bewegen zjjn vlag weder uil te steken,
en, toen dit mislukte, door de menigte uiteen te jagen.
Dat de politie het inwerpen der glazen niet kon
voorkomen, vloeide voort uit de moeiolijkheid om
de schuldigen onder de menigte te ontdekken.
Intusschen zijn zjj later gevonden en drie personen
hebben terechtgestaan wegens opruiing en onge
regeldheden; twee hunner zjjn ontslagen van rechts-
verwlging (een 18-jarige, als hebbende gehandeld
zonder oordeel des onderscheids), terwijl een derde
is v&roordeeld tot 8 dagen gevangenisstraf, die hij
heeft ondergaan. De politie heeft zeer goed ge
handeld en de justitie ten volle haar plicht gedaan.
Nadat daarop de interpellant zijne verwachting had
uitgesproken, dat zich in 't vervolg bij politieke verkie
zingen geen ongeregeldheden zouden voordoen, liep
deze interpellatie af.
Nu volgde de injÉrpellatie van den heer Hintzen
over het zeer verrassende besluit van don Minister
van Koloniën om op de jongste veiling der Handel
maatschappij 80800 balen koffie niet te gunnen,
omdat daarvoor niet 2'/s cent boven taxatie was
geboden. De Nederlandsche staat plant en verkoopt
koffie, mag hij ook in koffie speculeeren P zoo
stelde de heer Hintzen de quaestie. De Minister
evenwel oordeelde, dat de vraag deze moest zijn
mag de staat niet, door zjjn koffie beneden zekeren
prjjs niet te gunnen, voor den staat nadeelige spe-
culatiën tegengaan Of de daad van den Minister,
de positio der markt in aanmerking genomen, te
rechtvaardigen was of niet, wjj zullen ons niet ver
meten daarover oen oordeel uit te spreken. Men
zou daarvoor een gefoutineerd koopman moeten
wezen, en nu is het qngelukkige, dat Minister en
Kamer over zulke zaken moeten oordeelen, ofschoon
er alle kansen zijn, dat noch de Minister, die ge
roepen wordt om als kofiieverkooper op te treden,
noch de Kamer, die het recht en den plicht heeft
zjjn daden te controleeren, voldoende op de hoogte
zijn. 't Is niet de eenige valsche positie, waarin wij
als koffie-producent komeh. De heer Hintzen is
zonder twjjfol wel op de hoogte, en toch zal hij,
dunkt ons, do eerste zijn om te erkennen, dat er
bjj de beoordeeling der markt zooveel plaats is voor
subjectieve opvatting, dat tegenover zijn deskundig
inzicht een ander deskundig inzicht zeer goed be
staanbaar is.
De derde vraag was nieuw. De heor Greeve vroeg
naar de voornemens van don minister van financiën
met de pensioenwet, waarop tal van ambtenaren zitten
te wacht» en of hij van plan was bepalingon te maken
ten voordeele van de sedert de indiening overleden
rechthebbende ambtenaren en hun" gezinnen. De
heer Godin de Beaufort antwoordde onmiddellijk on
beloofde het regeeringsantwoord tegen de 2e helft
van October en beloofde overweging van de belangen
der inmiddels overledenen. Terecht herinnerde de
heer Greeve den minister er aan, dat deze wet een
weldadige maatregel zal zjjn, waarop de minister zijn
geheele leven met voldoening zal terugzien.
Bjj de onderwijswet werd de behandeling van art.
24 (aantal onderwijzers) voortgezet en geëindigd.
Een verbetering werd er in aangebracht op voorstel
van den heer Van der Feltz.
Gehandhaafd is namelijk de datum van 15 Januari
ter bepaling van het aantal kinderen, dat als maat
staf dienen moet, in plaats van het gemiddeld aantal
van 4 data, 1 Oct., 1 Deo., 1 Febr. en 1 April.
Volkomen onverklaarbaar was ons des Ministers
betoog dat zjjn stelsel beter was. Het werd dan ook
door elf leden der reohterzijde prijsgegoven, die zich
bjj het liberale amendement aansloten. Met deze
conciliante houding verwierf men wellioht ook eenige
conciliatie van liberale zijde. Althans niet minder
dan 21 stemden ten slotte voor het regeerings-artikel,
terwjjl 20 het afstemden.
Men is thans aan art. 26, dat de minimum-jaar-
wedden bepaalt, waarop een amendement is voor
gesteld door de heeren Hartogh, Van Houten en
Rutgers, de strekking hebbende de tractementen te
regelen naar den levensstandaard en de plaats van
inwoning.
Heden voortzetting.
Het op verre afstanden overbrengen der werk
kracht, voortgebracht door hooge watervallen, is
een vraagstuk der toekomst, dat met het volste
recht de aandacht van ingenieurs en nijveren bezig
houdt. Zoo bedient men zich op deze wjjze in de
mijnen van Nevada, in de Vereenigde Staten, van
een waterval van 890 meters hoogte. Dit wordt
echter nog verre overtroffen door hetgeen in Frankrijk
in de vallei van Présivaudau, bjj Grënoble, geschiedt.
Daar laat, naar het Zondagsblad meldt, zeker fabrikant
Bergés het water eener bron, die omstreeks 300
liters per seconde levert, een val van 500 meters
doen en dan op een turbine werken van drie meters
middellijn. De daardoor ontwikkelde werkkracht is
gelijk aan het vermogen van 1500 paardenkrachten
en wordt op 2 kilometer afstand overgebracht.
Hierbij heeft men zich van merkwaardige hulp
middelen bediend. Zoo heeft men in de fabriek
Bréguot een manometer moeten bestellen, die tot 50
atmosfeeren was gegradueerd. Om den ontzettenden
waterdiuk meester te blijven, heeft men een stelsel
van bijzonder ingerichte kranen moeten aanbrengen
en buitengewoon sterke buizen moeten gebruiken.
Een gaatje in de buis ^oo groot als het oog eener
naald, was voldoende om een zaal der fabriek- met
een ondraaglijkon vochtigeu nevel te vullen. Bij
een andere gelegenheid ontstond een overlangsche
barst in de buis, en een dunne waterlaag, hard en
scherp als een degenlemmet, spoot daaruit met
zooveel kracht, dat de onvoorzichtige, die het ge
waagd zou hebben er voor te gaan staan, ongetwijfeld
door midden ware gesneden. De inrichting zelde
is zoo merkwaardig, dat reizigers, die de schilder
achtige natuurtafereelen der Grande Chartreuse
bezoeken, haar zelden uit hun program laten.
Dit het bulletin van de ./Federation internationale"
tot1 bestrijding der prostitutie, blijkt, dat er van
10 tot 14 Sept. een congres der „Fédératio te Geneve
zal worden gehouden. Het congres zal drie secties
omvattan, een aan hygiëne, een andere aan wetge
ving, een derde aan zedelijkheid gewjjd. De heer
Van Schermbeek, hoofdcommissaris- van politie te
's-Hage, de douairière Klerok en de gravin Van
Hogendorp zullen uit ons land overkomen, terwijl
ons land ook vertegenwoordigd zal worden door jhr.
mr. O. Q. van Swinderen, die tevens vice-president
zal zjjn van de „section de legislation," als wier
president prof. Éraile de Laveleye zal fungeeren.
In die sectie zal door jhr. Van Swinderen gesproken
worden over den handel in blanke slavinnen.
Men schrijft uit Atjeh aan de Javabode
Met de beri beri is het thans hoogst treurig
deed zich voor eenige weken een weinig beterschap
voor, helaas, de geneeskundige dienst zit weder in
zak en asoh, en de driekleur eenige maanden wap
perend op 't hospitaal is thans weef neergehaald.
Met deze boot gaan een 200-tal militairen naar
Padang, waarvan beri-beri het grootste contingent
levert. Van onze officieren gaat de le luitenant
Njjenhuis naar Batavia wegens zware koortsen.
Genoemde officier bevond zich reeds eenige dagen
aan boord van Zr. Ms. stoomschip Bromo ter reede
alhier, om ontslagen te worden van een koorts, die
hem hier maar niet verlaten wilde. Ook de luite
nant Steinmetz, wiens echtgonoote eergisteren van
Batavia is gearriveerd, vertrekt mede naar Batavia.
Het is te hopen, dat voor de vertrekkeuden, zoowel
officieren als manschappen, spoedig eene flinke aan
vulling komt, waaraan groote behoefte is, daar de
gezondheidstoestand bepaald ongunstig is te noemen.
Behalve degenen, die dagelijks in het hospitaal wor
den opgenomen, kunnen de dageljjksche ziekenrap
porten hiervan getuigen, daar nog een massa zooge
naamd kwartierziek krijgen. Tot verbetering van
dien toestand wordt anders al het mogelijke gedaan-
Sectorpatrouilles zijn tot opfle helft gebracht; ging
vroeger eene compagnie eens in de veertien dagen
op sector, thans is dit op eene maand gebracht. De
troepen moeten ,van de oefeningen om 8 uur in de
kazernes zjjn teruggekeerd, enz.
Naar aanleiding van het door den Privy Council"
genomen besluit, krachtens hetwelk, te beginnen
mot 1 September 1889, Nederlandsch hoorn- on
wolvee in Groot-Brittannië weder zal worden toege
laten zonder slachting achten de minister van
binnenl. zaken en van handel het noodig, belang
hebbenden met den moesten aandra .g te wijzen op
het groote gewicht van alleen in alle opzichten
gezond vee naar Engeland uit te voeren en hen tot
de grootst mogelijke waakzaamheid aan te sporen,
opdat de dezerzijds en door Engeland voorgeschreven
maatregelen stipt in acht worden gfnomen.
In verband hiermede, wordt in de Staatscourant
van 4 dezer de aandacht gevestigd op de bepalingen
van hoëfdstuk 32 van de Animals order of 1886 en
voornamelijk op de in bovengenoemd besluit van
den Privy Counoil gestelde voorwaarden, waaraan
de laiftlihg van Nederlandsch ree. in Engeland is
onderworpen.
Wij verwjjzen voor de nauwkeurigo opgave van
die voorwaarden naar de Staats-Ct. van 4 dezer.
Alleen zijfgeraeld, dat zij alle betrekking hebben op
de schepen, waarmee het vervoer geschiedt.
Tevens wordt do aandaoht van belanghebbenden
gevestigd op een (insgelijks in do Slaatscour. van
Toen zij- op de begraafplaats gekomen waren, Werd
de kist langzaam nedergelaten, en verscheidene man
nen uit de menigte der vrienden, spraken vurige en
bezielde woorden, vol smart en hoop uit, bij dat
open graf. Den ganschen dag was de stad onrustig,
en er werd over niets anders gesproken.
Toen de avond nauwelijks gevallen was, liep van
mond tot mond het berioht, dat eenigen, die het
meeste deel genomen hadden aan die vaderlandsch-
lievende demonstratie, gevangen genomen waren, en
voor de crimineele" rechtbank zouden terechtstaan;
en niemand wai/er die deze onverstandige qp on
rechtvaardige wraakoefening niet verwenschte. Ook
de gematigde burgers, die het minst afkeerig ge
weest zouden zijn van eene verzoening met het
vreemde gouvernement, -schudden het hoofd, en zei
den: „Nu is het onmogelijk1 om tot een vergelijk
te komen; zij willen hunne laatste kaart uitspelen."
Velen, de wanorde ziende, en niet in de handen
der politie wenschende te vallen, verlieten terstond
de stad; het was qen geschikt oogenblik om de
grenzen over te trekken en naar Piemont te gaan,
waar hunne vrienden hen wachtten. En dok; Gabrio
ontving, van velen zijner vrienden den welgomeenden
raad, om maar stil hen te gaan; omdat, zeiden zij,
men nooit kon weten, waarop een politielj proces
kon uitloopen.
Hjj wankelde. Den volgenden dag ontmoette hjj,
tegen den avond den jongen Galeasso, die hem de
onheilspellende berichten overbracht, welke hij ge
hoord had, en die hem waarschuwde om niet al te
gerust te zijn, zooals anderen, die reeds in moeilijk
heden waren geraakt met de heeren van Santa Mar-
gherita, Gabrio beloofde hem, tot zijne geruststelling,
dat hij dien nacht niet thuis zou gaan slapen.
En daar het laat was geworden, en hij stond te
denken, waar hij veilig kon heengaan, bood Gfale-
ayzo hem het paleis van zijn vader aan, waar geen
gevaar, noch voor hem, noch voor de bewoners
dreigde, en waar een kamertje aan de tuinzijde ge
reed was. Gee no levende ziel behoefde het te weten,
want niemand kwam in dat vertrekje, dat hij tot
atelier had ingericht, als hem van tijd tot tijd de.
lust bekroop, om op het veld der geschiedenis met
niemand minder dan Sal/ator Rosa of d'Azeglio te
wedijveren. Hij drong zoozeer aan, dat Gabrio, die
eerstplan had om te weigeren, het foch aannam,
en er toen weer berouw over had; daar het hem,
na alles, wat er gebeurd was, de vreemdste zaak van
de wereld toescheen, dat hij dëar den nacht zou
doorbrengen.
Zij waren, intusschen aan do afgelegenstraat,
waar hij woonde, gekomdh, Gabrio dacht aan Jijne
moeder en zuster; en, vreezende dat zij ongerust
zouden zijn over zijn wegblijven, verzocht hij zijn
vriend even te wachten, en ,ginj£ naar boven. Hij -
meende bij het opgaan van den trap, dezelfde dier
bare, verschijning te zien, die hij bij de begrafenis
had opgemerkt. Hij ging naar binjten, gaf eene
reden op voor zijn uitblijven, en ging toen weer
heen. Toen hij beneden kwam, zeide hij tot zijn vriend:
«Het zij, zooals gij wilt, ik ga met u mede."
Door de buitengewoon stille straten gingen zij
naar het paleis, en kwamon ongemerkt binnen. Zij
begaven zich naar het bovenkamertje waar Galeazzo
tegenwoordig eene schuilplaats zocht, als de lucht in
den familiekring al te drukkend werd. „Sedert eenigen
tijd," zeide hij, sedert ik de avondgezelschappen van
mijn vader, waarin zoo zonderling over politiek ge
redeneerd wordt, den rug heb toegekeerd, is dit
hoekje van het paleis mijn kasteel geworden."
Een twintigtal schilderijen, onbekende overblijfselen
van oude kunst, familieportretten, zeeën, die niemand
ooit gezien, en heiligen zonder naam versierden de
beide' kamertjes; en bij het vqnster stond de ezel met
£n doek, dat mot eene laag stof was overdekt.
„Ziedaar, voor dezen nacht, en voor zoolang gij
wilt, sta ik u mijn rijk af. „Hij plaatste het licht
op de kast. „Ik zal u nu 'een knecht zenden, op
wien ge u gerust verlaten kunt. Een beste kerel,
maar hij ziet niet vorder dan zijn neus lang is: zeg
hem maar wat ge noodig hebt, en d(y of gij thuis
waart. Sttofgen zal ik u al de nieuwtjes komen
brengen, die ik heb kunnen opvisschen, en daarnaar
zullen» we ons> gedragen, want ook ik, heb wel lust
om eens frissche lucht te gaan scheppen, en gij
moet mjj helpen Nu goeden nacht, droom
plerie'rjgAdieu."
Wordt vervolgd.)
4
4 dezer afgedrukte) instructie voor de gouverno-
ments-keurmeesters en in het bijzonder op de be
paling in art. 8 der instructie, dat de inladers van
vee voor 't buitenland bestemd, het in hun hand
hebben te beletten, dat ook vee worde uitgevoerd,
lijdende aan andere ziekten dan die hier te lande
besmettelijk worden geacht.
Mon schrijft uit Delft, dd. 3 Septomber:
Op den gewonen dag werden heden als alle jaren
de lessen aan de Indische Instelling alhier geopend.
Op den gewonen dag doch niet op de gewone wijze.
Reeds lang waren er plannen gemaakt om de opening
ditmaal feestelijk te doen plaats hebben en het
25-jarig bestaan der instelling te vieren. En zoo ge
schiedde het ook. Te 11 uur werd een reünie van
oud-studenten aan de instelling gehouden. Zjj werden
aan het gebouw op het Oude Delft ontvangen door
de feestcommissie en de studenten, en verwelkomd
met een rede van den voorzitter, den heer P. van
Tubergen, waarop door een dor reünisten geant
woord werd.
Deze bracht hulde aan de mappen, die voor 25 jaar
het gemeentebestuur van Delft uitmaakten en de
Indische instelling oprichtten, en hij eindigde met de
beste wenschen voor den bloei der instelling.
Den hoogleeraar J. B. P. F. Gonggrijp en den
custos D. Veer van do oprichting af aan de inrich
ting verbonden, werden in het bijzonder gecompli
menteerd. De eerste werd een bureau-ministre met
stoel aangeboden, met een kunstig gesneden ivoren
vouwl>een en penhouder, en oen album met de
portretten der sohenkers. Veer, de Oude bekende
Veer, met zgn gewichtig gezicht en zijn ambtenaars
air hetzjj me' a"en eerbied gezegd ontving
een zwart marmeren pendule met inscriptie, en een
inktkoker, benevens de middelen, om zich nog een
souvenir naar eigen keuze aan te schaffen, vergezeld
van een album met de namen der gevers.
Verder ontving de heor Veer een brieventasch met
een geheimzinnigen inhoud, die een stillen lach om
zijn mond deed spelen een geschenk van hoog
leeraren en docenten.
Te 2 uur hield de hoogleeraar-directeur, de heer
Spanjaard de man, die zich zoo met hart en ziel aan
de instelling wijdde en als hot ware geheel met haar
veroenigd is, de feestelijke openingsrede. Spr. gaf
een overzicht van de gesdhiodenis van de Kon. Delft-
sche Akademie en van, de Indische instelling, om ton
slotte to komen tot de vraag heeft de Indische
school gedurende haar vjjf- en twintigjarig bestaan
aan haar doel beantwoord?
Spr. meende, dat dit niet betwijfeld kon worden,
waar te wijzen is op 650 porsonen, die na hunne
studiën alhier volbracht te hebben voor eene plaatsing
in don kolonialen ambtelijken dienst in aanmerking
kwanten, en waarvan de" orergroote meerderheid op
dit oogenblik nog den lande dient. Wel acht spr. de
inrichting toch nog voor verbetering Vatbaar en miste
hij bv. noode onder de examenvakken emóge kennis
van do begiuselen der burgerlijke bouwkunde, de
kennis der eerste beginselen van het burgerlijk en
handelsrecht der Europeanen en van het straf- en
procesrecht geldig voor de beide categorieën, waarin
de bewoners van Nod.-Indië doortet Beg. reglement
worden verdeeld. p
De aanwezigheid van mr. L. W. C. v. d. Berg
onder de docenten zal er echter toe leiden om be
houdens goedkeuring van de bevoegde autoriteit
alvast een college in laatstgenoemd jvak van weten
schap te openen.
In verband hiermede zullen eenige wijzigingen
in het prog^mma der lessen voorgesteld worden.
Dit zal dan een kenmerk zjjn tan het einde van het
eerste 25jarig tijdvak em een bewijs, dat de gemeente
Delft en de Indischpsinstelling aldaar niet slechts
streven naar eigen voordeel on belang, maar dat zij
er een eer in stellen haar steentje apn te brengen,
waar het geldt de instandhouding en" dé bevestiging
van het gebouw van Neerlands grootheid als koloniale
mogendheid.
Spr. bracht nu nog een woord van dank aan allen,
die tot den bloei der inrichting hebben medegewerkt,
en richtte zich nog tot de oud-studenten, terwijl hij
eindigde met de woorden„Leve dé Ind. Instelling,
leve DelftDat deze woorden vooral, uitgespro
ken door dezen feestredenaar, weerklank vinden is
te begrijpen.
De heer F. M. de Vries v. Heijst, burgemeester,
nam daarna hetwoord, sprak prof. Gonggrijp in
hot bjjzondoq, toe, en deelde mede, dat de Baad
besloten had den heor Spanjaard een persoonlijke
jaarlijksohe toelage van 500 toe te kennen.
Hedenavond was er bal in dén Stake Boelen. De
zaal nas fraai versierd, door den decorateur Bosselaar
uit Utrecht en Gehr. Koeslag uit Delft. Alles wat er
aan Indië fraais en schoons te ontleenen is, was met
kwistige hand in de zaal aangebracht. Een paar
Javaantjes boden de dames thee aan, en onderwal
vereenigden zich in ife receptiezaal de commissie en
de oud-studenten, de burgemeester en het D. B., de
directeur en hoogleeraren der instelling om den Min.
van Koloniën en den heer J. C. Fabius, lid der Tweede
Kamer voor Delft te ontvangen. De heer Keuchenius,
stelde een feestdronk in op de instelling in de oude
veste, een feestdronk, waarop door den heer Spanjaard
in zijne gewone welbespraaktheid werd geantwoord.
Nogvoerden het woord de hh.v. Soest, oud-student,
Dr. Wijnmalen en Fabius en toen begon het bal
dat behoeveu wij het te zeggen tot laat in den
nacht voortduurde.
De Standaard betoogt de mogelijkheid» van een
vergelijk in zake de schoolgeldheffing, dat tevens de
autonomie van de gemeenten redt.
Indien vast staat: I. dat alle onvermogenden kos
teloos onderwijs genieten; 2. dat alle minvermogen
don pro rato ontlast worden; 3. dat het schoolgeld,
voor wie geheel betaalt, niet tot den kostenden prijs
behoeft te worden opgevoerd; 4. dat de hooge re
geering heffing van een tendentieus hoog schoolgeld
kan beletten, dan beeft volgens de Stand, de
linkerzijde practisch al wat zo bij het aangaan van
een vergelijk begeeren kan.
„En omgekeerd, indien voor ons maar vast staat:
1. dat slechts onvermogen het ouderwijs kosteloos
maakt; 2. dat de heffing proportioneel naar ieders
staat en stand zal zijn; 3. dat de heffing geen was
sen neus zal worden; 4. dat het spelen met de
schoolgeldheffing niet langer middel zal zijn, om de
vrije sohool in haar opkomst tegen te houden, of
in haar ontwikkeling te belemmeren, dan is ons
hierin een zooveel betere conditie geboden, dan
waaronder we thans leren, dat het compromjs geen
bezwaar oplevert.
„Om hiertoe nu te geraken behoort 'de liberale
partij het facultatieve uit de heffing qua talis, en
Mackay o. i. de inmenging der hooge overheid los
te laten."
De redactie zou dan aldus kunnen luiden:
„Voor ieder schoolgaand kind zal vau hen die het
ter school zenden, een evenredig schoolgeld worden
geheven. Bedeelden en onvermogenden zijn van
deze heffing vrijgesteld."
u Voor ieder schoolgaand kind", is in elk geval
te schrijven voor van ieder schoolgaand kind", daar
uiteraard deze belasting niet van de scholieren, maar
van hun «uders of Voogden wordt geheven.
En mocht de linkerzijde ook zoo nog voor de ge
volgen vreezen, en dus nadere bepaling nu reeds
wenschen, welnu, laat men dan, zoo tot een classifi
catie op dit oogenblik dog niet te geraken is, nu
voorshands zekere grenzen voor het maximum voor
stellen, b. v. in dien zin dat het maximum van dit
evenredig afloopend schoolgeld niet onder zeker«pro-
bent van den kostenden prijs mag dalen en evenzoo
zeker procent van den kostenden prijs niet mag te
boven gaan.
<Zoo ware er reeds oen zeker perk aan wederzijdsche
willekeur gesteld.
Onder "maximum verstaan we hier natuurlijk het
cijfer, van waaraf'het evenredig schoolgeld moet be
ginnen te loopen.
En met een maximum voor zulk een schoolgeld
ware de speelruimte -tusschen 75 en 50pCt. van den
kostenden prjjs als vanzelf aangewezen.
De minister van oorlog wenscht de proefneming
met de vrijwillige oefeningen in den wapenhandel,
laatstelijk geregeld bij min. beschikking den 12 Aug.
1888, te doen voortzetten, en voor zooveel het mo
gelijk is de gelegenheid tot deelneming aan zooda
nige pefeningen uit i® breiden tot enkele plaatsen,
waar geen garnizoen ligt. In verband daarmede
bevat de Staats-Ct. nieuwe bepalingen, waaruit blijkt,
dat de' bedoelde gelegenheid behalve daar waar gar
nizoen ligt, ook wordt aangeboden in gemeenten,
waar' voor.de oefeningen der schutterijen instructeurs,
van het leger-beschikbaar worden gestold, voor zoo
veel zich in die gemeenten bij den commandant der
schutterij een geribegzaam aantal jongelieden tot
deelneming aanmeldt en voor die oefeningen door
de zorg van het gemeentebestuur over eene bruikbare
localiteit en ovor wapenen van de schutterij ter
plaatse kan worden beschikt. De regeling der cur
sussen heeft plaats in overleg met dep commandant
dier schutterij.
Dë Londensche dokbestuurders rapporteerden
gisteren' middag, dat de toestand onveranderd was,
maar dat het cijfer der teruggekeerde dokwerkers sterk
vermeerdert. Zeker^ eigenaars van wérven en pak
huizen aan de Theems .hebben weder eene overeenkomst
gesloten'' raetde aanvoerders der werkstakers, op voor
waarden nagenoeg gelijk aan' die in het vorige contract,
dat door de dokbestuurders verworpen en door de meer
derheid der eigenaars van de werven verloochend
werd. Niettemin yerklnarden heden de onderhande
laars dat zij, die tot de overeenkomst toegetreden
zyn, het werk te Londen ttsrvatten zullen.
De werkstaking te Liverpool is gisteren plotseling ge
ëindigd met de volledige overwinning der werkstakers.
Nog steeds is het onzeker, wanneer czaar Alexander
den Duitsohen keizer een bezoek zal brengen. Het s
voortdurend uitstellen van dit bezoek, welke redenen
men daarvoor ook moge opgeven, wordt natuurlijk
«overal beschouwd als het bewijs van den geringen
lust, dien de czaar in de reis naar Berlijn heeft.
Deze lust zal zeker nog meer verminderen door de
vinnige aanmerkingen der officieuze Duitsche bladen,
welke de houding des czaren zeer scherp afkeuren,
zoodat het zelfs wordt betwijfeld, of de czaar wel te
Berzijn zal komen.
Met groote vreugde bespreken de Duitsche bladen
de statistieke opgaven van den stand der bevolking
in Frankrijk in 1881, dezer dagen gepubliceerd.
Uit die cijfers blijkt vermindering der huwelijkon,
vermeerdering der echtscheidingen, afneming der
wettige en toeneming der onwettige geboorten,
grooter aantal sterfgevallen dau geboorten in 44
departementen en toenemende immigratie. Het getal
huwelijken bedroeg 276.818, d. i. 6360 minder
dan in 1883 en 8719 minder dan tusschen 184^
en 1860. Er zijn in 1888 uitgesproken 4708 echt
scheidingen, d. i. 1072 meer dan in het jaar te voren.
Het getal geboorten is 882.639 geweest, d. i. 16.794
minder dan in 1887, 41.919 minder dan in 1886,
42,000 minder dan in 1885 en 55.119 minder dan in
1884. Zonder de onwettige geboorten zou de be
volking verminderen. De departementen waar de
sterfte de geboorten, het meest overtroffen heeft,
zijn Calvados, Orne, Boven-Garonne en Manche; in
de Boven-Garonne beliep het verschil 2422. Daaren
tegen overtroffen de geboorten de sterfgevallen bij
de uitheemsche bevolking met 11.000, d. i. het
vierde gedeelte van het geheele excedent. De Duit
sche bladen wijzen tegenover deze ongelükkige cijfers
op de steeds vrij druk aangroeiende Duitsche
bevolking.
De "Algejneene Raden van Aude, Pas-de-Calais
en Calvados hebben //wenschen" uitgesproken, strek
kende om de buitenlantjsche werklieden, ten getale
van 1.100 000 in Frankrijk gevestigd, van den arbeid
aan openbare werken en spoorwegen uit te sluiten
en een belasting van de industriëelen te heffen, die
hen gebruiken, op straffe van boeten tot 3000 francs.
En dat onder de moderne Republiek!
De republikeinen in Frankrijk pjn reeds zoo goed
ais gereed met hun candidaten voor den verkiezings
strijd. Van de 586 districten, waar gestemd moet
worden, zijn reeds in 546 rópublikeinsche candidaten
aangewezen. Bij de eerste stemming gaau opportu
nisten en radicalen elk hun weg, ma^r bij de her
stemming aldus luidt de afspraak zullen Ijeido
partijen eendrachtig dien candidaat steunen, die de
meeste stemmen heeft verkregen. Zoo hoopt men
althans te voorkomen, dat de anti-republikeinen te
veel zullen winnen.
Hoe met de w on verkiesbaren", do veroordeelde
heeren Boulanger, Rochefort en Dillon, zal worden
gehandeld, is nog niet uitgemaakt. Daar deze heeren
na het vonnis van het hooge gerechtshof niet ver
kiesbaar geworden zijn, mogen hun namen eigenlijk
ook niet door de prefecten op de lijsfen der candi
daten worden .tpegelaten. De regeering heeft daarom
doen weten, dat zij zelve hierover wenscht te be
slissen, hetgeen vermoedelijk in den ministerraad van
heden zal geschieden.
Een vermakelijk staaltje van wetsontduiding geeft
de heer Hervé, de directeur van den Soleil en een
van de steunpilaren der royalisten. Gelijk men weet,
heeft de minister van binnenlandsche zaken verbo
den, proclamaties vau pretendenten openbaar te ma
ken, en waar dit geschiedde, werden ze terstond
verwijderd. De heer Hervé, optredende als de can
didaat der conservatieven in het 8ste Parysche
arrondissement, heeft nu een manifest uitgevaardigd
tot zijne kiezers, hetwelk niets anders is dan de
proclamatie van den graaf van Parijs met de woor
den: //Aan deze edele woorden heb ik niets meer
toe te voegen." De politie kon dit alom aangeplakte
manifest niet laten wegnemen, daar de heer Hervé
volkomen recht heeft tot zijn kiezers te spreken.
INBICHTINGEN WELKE GEVAAR, SCHADE
OF HINDEB KUNNEN VEROORZAKEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda;
Galet op art. 6 on 7 der Wet van den 2n Juni
1875, (Staatsblad No. 95.)
Brengen ter algemeens kennis, dat op de Secretarie
ter visie is gelegd een verzoek, met' bijlagen van
de Gebs. de Baadt om vergunning tot het oprichten
eener inrichting met stoomvermogen tot het zuiveren
en berojden van voeren in het perceel gelegen aan
de Peperstraat Wijk K. No. 9 Kadaster Sectie D
No. 2086.
Dat op Woensdag, "den 18 September .1889, des