BINNENLAND. DOOV.EN. Schuttersraad te Gouda. POSTERIJEN". Aan de goedkeuring van Ged. Staten zjjn voor het vervolg onderworpen de bepalingen der gemeentelijke verordeningen omtrent den leeftpd, waarop de kinderen aan de openbare school worden toegelaten of ontslagen, en de besluiten over het ontslag van onderwijzers, buiten hun verzoek. Bjj de nieuwe regeling van het getal ouder- wjjzers, die aan de openbare school, behalve het hoofd, moeten aanwezig zijn, wordt de verhouding, in plaats van 1 op 45 leerlingen gebracht tot 1 op 55. Dit is een der scha delijkste bepalingen van het ontwerp. De vergelijkende examens voor de benoeming van schoolhoofden worden bij deze wet afge schaft. Alleen wanneer burgemeester en wet houders omtrent de voordracht van ten min ste drie bevoegden niet tot overeenstemming kunnen geraken met den districts-schoolopzie- ner, of, bjj aanmelding van meer dan zes. beide partijen het wenschelijk achten, eischt de wet »een vergelijkend onderzoek naar de geschiktheid der Candida ten.» Ontslagen kan het hoofd eener openbare school, door den gemeenteraad, worden op voordracht Zoowel van burg. en weth. als van den districts-schoolopziener. Tot dusver alleen op voordracht van den laatste. Zooals boven is gezegd, behoeft zulk een besluit van den gemeenteraad de goedkeuring van Ged. Staten om in werking te treden. Volgens een nieuw art. kunnen jongelieden, die als kweekelingen zjjn toegelaten, en reeds in het bezit der onderwijsakte zjjn, tjjdeljjk worden belast met de taak van den, om een of andere reden afwezigen onderwijzer. GOUDA, 2 October 1889. De uitslag der herstemmiug voor oen lid van den Gemeenteraad is aldus Uitgebracht 772 stemmen. Van onwaarde 9 Geldige763 Daarvan vereenigden op zich de Hoeren C. G. van der Post409 stemmen. J. S. Kampo354 Zoodat gekozen is de Heer C. G. van der Post. Heden morgen per bulletin aan onze geabonneerden binnen de stad bezorgd). In de zitting der Tweede Kamer van heden hul digde de heer Van der Loeff de nagedachtenis van het overleden medelid Greeve, die door trouwe plichts vervulling als Kantonrechter en Kamerlid uitblonk. Goedgekeurd werd het ontwerp houdende nadere bepalingen op den dienst der locaalspoorwegen en tramwegen. In de hedenmiddag gehouden vergadering van den gemeenteraad, die door 1:2 leden werd bijgewoond (afwezig waren de hh. van der Gardeu, Oudijk, Jager en Noothoven van Goor, terwijl er ééne vacature is) werd door den Voorzitter medegedeeld dat Gedepu teerde Staten het raadsbeluit van 3 September jl. tot verleening van een subsidie aan de Afd. Gouda van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw hadden goedgekeurd. Voorts deelde de Voorzitter mede dat overleden was Dr. J. H. Slothouber, onlangs benoemd tot rector aan het Gymnasium alhier. Spr. zeide dat in hem verloren werd een man van groote geleerdheid, die tevens een uitstekend paedagoog was, zoodat zijn overlijden voor het gymnasium en deze gemeente een groot verlies moest worden geacht. Voorts deelde de Voorzitter mede dat de Minister van Binnenlandsche Zaken de benoeming door den gemeenteraad van den heer E. J. Grotendorst te 's Hage tot Leeraar aan het Gymnasium alhier niet had goedgekeurd. Er zou alzoo eoa nieuwe oproeping moeten geschieden. Zooals men weet had geuoemde heer No. 2 op de voordracht gestaan en was met één stem meerderheid benoemd. Deze mededeeling deed verscheidene leden het woord voeren. De heer Straver gaf zijn groote be vreemding over de handelwijze van den Minister te kennen, die eerst de combinatie van beide be trekkingen aan H. B. school en gymnasium had goedgekeurd en thans nu de Raad gebruik had gemaakt van zgn recht om uit de voordracht eene keuze te doen, zij 't dan ook No. 2, deze kouze niet bekrachtigde. Door den Minister was volgens spr. den Raad hierdoor een slag in het aangezicht ge geven en het was z. i. weuschelijk den Minister onze bevreemding te kennen te geven over zijn besluit. De Voorzitter meende dat er een misverstand bestond bij sommige raadsleden betreffende deze zaak. $>e Raad had zeker hot volle recht eene keuze te doen uit do voordracht, maar de Minister had eveneens het recht die keuze al dan niet goed te keuren, terwijl natuurlijk ook Z. M. do Koning niet door -'o benoeming van den Raad van eene leeraar aan hit Gymnasium gobonden was denzelfden persoon aan de H. B. school te benoemen. De heer Straver gelooft dat de niet-goedkeuring van den Minister alleen gerechtvaardigd zou zgn als er iets op liet gedrag van den heer Groten dorst is aan te merken. Overigens staan de hh. Speekman en Grotendorst nagenoeg gelijk. De een is doctor, de ander doctorandus, en dus zijn beide bevoegd, terwijl iu de advertentie van oproeping wel degelijk stond dat het honorarium voor 't Gym nasium ƒ800, voor de H.B. school ƒ1100 zou bedragen, alzoo 1900 tezamen daar de betrokkingen zouden worden gecombineerd. Dat goschiedde met goedkeuring van den Minister en nu gaat het niet aan thans de raadsbenoeraing niet goed te keuren. Spr. noemt die handelwijze unfair De Voorz.tter wijst or op dat in de oproeping stond dat wanneer beide betrekkingen gecombineerd werden, het tractement 1900 zou bedragen, maar natuurlijk is de Koning niet gebonden aan öen be sluit van Gouda's gemeenteraad. De heer Prince geeft insgelijks zijn groote verba zing te kennen over de handelwijze van den Minister. Het is hier een feit, dat nog nooit zal zijn voorge komen. Op deze wijze wordt aan den Raad een voordracht ingediend, zoogenaamd wel met de volle vrijheid daaruit een keuze te doen, maór nu de Raad no. 2 kiest, nu wordt do keuze niet goedgekeurd. Op deze wijze bestaat er geen vrijheid van keuza. Het is niet zoozeer, meent spr., een klap in het aan- gezicht van den Raad, maar wel een klap in het aangezicht van Curatoren. Wie adviseert Curatoren? Spr. gelooft de Inspecteur, en als nu niet de volle vrijheid wordt gelaten om uit de voordracht dien rsoon te benoemen, die men het best acht, wat teokent dan die voordracht? Spr. geeft in over weging dat de Raad den Minister om inlichting vrage en hem onze bevreemding over zijn besluit te ken nen geve. De Voorzitter zegt dat dit laatste volstrekt niet aangaat daar de Minister niets deed als van zijn recht gebruik maken. Hij kan de benoeming-al dan niet goedkeuren, terwijl ook de Koning voor de be noeming van een leeraar aan de H. B. School niet gebonden is aan een besluit van (Jen Raad. De heer van Iterson beantwoordt den heer Straver, die beide personen van de voordracht zoo ougeveer gelijk stelde, daar de een doctor en de $nder doctorandus is, maar zij staan volstrekt niet gelijk eu ieder raadslid dat het advies van den Inspecteur heeft gelezen (en spr. moet veronderstellen dat ieder raadslid dat gedaan heeft) weet dat de een ver boven den andere stond. Wat curatoren betreft, die de voor dracht indienden, zij waren gebonden door de wet om meer dan één persoon op de voordracht te plaatsen. Was dat niet het geval geweest zij hadden ongetwijfeld slechts één persoon daarop geplaatst. De heer Straver zegt zeer gaarne op de verzeke ring van den heer van Iterson te willen aannemen dat hij die No. 1 op de voordracht stond zeer ge leerd en knap is, maar spr. weet uit vele voorbeel den dat niet de geleerdste persoon altijd de meest geschikte is, daar deze niet altijd de noodige tact heeft om goed met jongens om te gaan en hen to onderwijzen. De heer van Vreumingen wenscht deze vraag te stellen is de bij den Raad ingediende voor dracht wettig of niet Zoo ja, dan was alzoo do combinatie goedgekeurd en dan had de Raad volle vrijheid No. 2 te benoemen. Waartoe diende anders do voordracht? De Voorzitter stemt toe dat de Raad die vrij heid had, maar do Minister heeft het recht die goed- of af te keuren. Men moet ook niet uit het oog verliezen, zegt spr., dat de Leeraar aan het Gymnasium alleen dan do instrumenten van de H. B. school zou mogen gebruiken als hg tevens was Leeraar aan de H. B. school. Benoemden wg dus een ander, dan zou de gemeente zelf zoo'n collectie instrumenten moeten aanschaffen, wat zeer kostbaar zou zijn. De hoer van Vreumingen geeft in overweging dan voortaan, met het oog op hetgeen thans ge beurt, vooraf de goedkeuring te vragen van den Minister op de personen, die op de voordracht staan. De Voorzitter merkt op dat de raadsleden, als zij de stukkeu gelezen hebben en het advies van den Inspecteur, op wiens rapporten ook de Minister grootendeels afgaat, zeer goed konden weten wie de Minister verwachtte dat benoemd zou worden. De heer w. Vreumingen kan zich niet een Inspecteur voorstellen die iemand alleen voor de vorm. op een voordracht plaatst, wat de Voorzitter doet opmerken, dat curatoren de voordracht opmaken en de Inspec teur alleen adviseert. ijke gezicht van den bruidegom, ofschoon men daarop nog duidelijk de sporen van de doorgestane ver moeienissen lezen kon; maar de schoonheid van de bruid verrukte aller oogen en harten; en inderdaad geleek zij op dit oogenblik eene hemelsche ver schoning. Het gefluister der menigte zweeg, toen de priester, aan de bruid een teeken gaf, om op te staan, en de vragen deed, die de kerk voorschrijft." Toen de antwoorden gegeven waren knielden brui degom en bruid neder, en staken elkander den ring aan den vinger; daarop breidde de priester de slip pen van de stool over hunne vereenigde rechterhan den uit, en zegenend sprak hij de woorden uit, waarmede Christus leerde, dat de liefde op aarde niet vergaat. Toén voegde hij er bg, dat hij hen, tot afscheid, eenige woorden van raad en onderwij zing wilde medegeven. Hij zeide dat hij sprak, als dienaar van den God, van liefde en genade, en als burger van een vaderland, dat, aan zichzelven terug gegeven door Zijnen wil, van zgne kinderen, die vereenigd waren door eene liefde, sterker dan de dood, een krachtig, arbeidzaam, en braaf geslacht verwachtte, zijne stem beefde van inwendige aandoe ning, toen hij eindigde met deze woorden: „De dagen, die wij beleven, zijn door den wil des Hoeren over ons aangebroken, en het zou onbillgk zijn, zoo wg derzei ver grootheid niet erkenden! Hij liet die burgerlijke wedergeboorte toe, en zal ons kracht ge ven om die geheel te voltooien. Misschien zullen er nog moeielijke dagen komen, dagen vol gevaar; misschien is het voor ons weggelegd om nog grooteré beproevingen te verduren, om nog grootere verande ringen te zien. Als gg dit altaar verlaat, vergezellen u de gebeden, die ik voor u opzend; dat de Heer uwe liefde zegene, en doe samensmelten met de liefde tot Hem, want, zooals er geschreven staat: „Wie niet lief heejt is in den dood." Gij zijt voor mij de voorspelling van eene betere burgerlijke maatschappij, noch eerzucht, noch vooroordeelen, noch de onzeker heid der tijden hebben uwe heilige en reine liefde overwonnen. En zoo voor u de strijd des levens nog niet afgestreden is, indien ook voor u nog dagen aanbreken vol lijden en beproevingon, moge dan nooit in uwe ziel het geloof bezwijken aau de liefde en aan de vrgheid, die heerlijkste gaven welke God ons gaf. Denk dan ook aan mij, den nederigeu verkon diger van zgn woord Hot leven is een wor stelperk; ook ik moet den goeden strijd strijden! Rn m de liefde, die ook een plicht is, die vervuld moet worden, is u de belooning weggelegd, die be loofd is aan allen, die gehoorzaam aan de eeuwige wetten, en dien weg bestreden, die steeds hooger en hooger Voert! De menigte begreep niet veel van zijne eenvoudige woorden; maar zij vielen diep in de ziel van het bruidspaar en wekten hen op tot heilige gedachten. De abt verliet het altaar, en trad in de sacristie; hem volgden de jonggehuwden en de getuigen; dé pastoor was hen voorgegaan, terwijl hij mompelde //Nu ik had die toespraak eens moeten houden Die don Vitalo past de teksten wel wat wonderlijk toe. De naald van zijn kompas is wat onrustig; maar, den eenen of anderen dag, zullen wij misschien wel eens - wat anders zien!" Toen wierp hg zich inden gereedstaanden leunstoel zette den bril op zijn neus en begon in het register te bladeren. Hij schroef de namen, titels en datums; daarop teekenden Camilla en Gabrio, op de plaats, die hij hun met den vinger aanwees, en daaronder de getuigen, graaf Gian Rinaldo en de advocaat. Toen de bruidstoet door het deurtje dat in de pastorie uitkwam, de kerk verliet, stroomde die spoedig ledig. En de pastoor wreef zich vergenoegd de handen, toen hij de gift natelde, die de bruidegom hem had gegeven, op zijne fluisterende bede: //Denk aan de armen van het dorp." De marchese Francesco Maria wandelde intusschen al sedert een uur de groote zaal van het kasteel op en neder, en wachtte op de terugkomst van het bruidspaar; nu en dan sprak hij afgebroken woor den, of ontsnapte hem een zucht. De ruime zaal werd slechts in het midden ver licht door eene ouderwetsche lichtkroon van Murano met afhangende bladeren zoodat de hoeken van de zaal slechts in half donker gehuld waren, daar de geschilderde zoldering slechts weinig licht terug kaatste, zoodat de gestalte van den ouden man, zich gedurig in de duisternis verloor. Wordt vervolgd.) Ten slotte wordt de mededeeling van de niet-be- 1 noeming van den heer Grootendorst voor kennisge ving aangenomen. De volgende stukken kwamen bg den Raad in: 1. Eeno aanbeveling voor lid der Gezondheids commissie, vacatureMrJ Van Mierop. Daarop staan: 1. Mr. D. J. VAN HEUSDE. 2. H. GROENENDAAL. Ter visie en benoeming in de volgende vergadering. 2. Een voorstel van B. en W. tot wijziging der remeentebegrooting, dienst 1889. 5 Ter visie. 3. Een voorstel van B. en W. om den gemeente bouwmeester een gratificatie toe te kennen van 500 als een bewijs van waardeering woor de wgze waarop hij de buitengewone werkzaamheden heeft verricht bij stichting der stedelijke gasfabriek en dus als een bijzondere erkenning van buitengewone diensten. Ter visie. 4. Een voorstel van B. en W. om op'het vroeger ingekomen adres betr. het inrijden van de Korte Groenendaal van slechts écn kant een gunstige be schikking te nemen en te bepalen dat het inrijden alleen inag geschieden van de zijde van de Lange Groenendaal. Ter visie. 5. Eene missive van Dr. D. Terpstra, zijn dank betuigende voor de verleende gratificatie. Aangenomen voor kennisgeving. 6. Adresseu van C. van Baaien, J. T. Baron, E. Buurman, T. Kooij, G. Nagtegaal, P. M. Olt- huisen, 1). Oosterora, D. van Reede, B. de Ronde en A. v. d. Weijdon verzoekende in aanmerking te komen voor brugwachter aau do brug op de Gouwe tegenover de Turfmarkt. Aangenomen voor kennisgeving. 7. Het rapport van do Commissie, in wier han den was gesteld de begrooting dor gemeente voor 1890. De Commissie stelt daarin o. a. het volgende voorHet staangeld op de Markt te verhoogen de visscherg in dc gemeente niet meer te verpach ten de jaarwedde van den sluiswachter aan de IJselhavensluis met 100 te verhoogenelk lid van den gemeenteraad gratis oen exemplaar van hot ver slag van het verhandelde in den Raad te doen uitreiken; do brug achter de Vischmarkt te doen herstellen; de zoogenaamde /,kom* voor het korkhof te doen dempen of door een koker met den Turfsingel to verbinden en op die wijze van versch water te voor zien de rioleeriug van de Boelekado to doen vol tooien en deze ter hand te nemen voor do rioloering door B. en W. voorgesteld; de voormalige Gasthuis- kerk te verkoopen of verhuren, als B. en W. althans niet binnen kort voornemens zijn een voorstel te doen daaraan een bestemming te geven; op het Marktplein nog 2 groote lantaarns te plaatsen zoo als er nu écn voor het Stadhuis staat; de stodelijke zwemschool gedurende eenige uren van den dag voor vrouwen en moisjes open te stellenterwijl de Commissie B. en W. uitnoodigt binnen kort voorstellen te doen tot inrichting van het gesticht voor vrouwen en meisjes, overeenkomstig het verlangen van Mej. Hoffman. Ter visie. De Raad keurde in deze zitting goed -de begroo tingen der gesubsidieerdo Instellingen van Weldadig heid, en die voor de exploitatie der Volksgaarkeuken, dienst 1890 en benoemde tot Brugwachter aan de brug op de Gouwe tegenover de Turfmarkt C. Fortuin, met 8 stemmen, terwijl Olthuisen 2 en van Reede en van Hofwegen ieder 1 stem kregen. Bij de Rijkspostspaarbank werd aan het post kantoor Gouda en do daaronder ressorteerende hulp kantoren gedurende de maand September 1889 ingelegd 2429.105, terugbetaald 1259.07. Het laatste, door dat kantoor uitgegeven boekje draagt hot nummer 1977. Door don Schuttersraad werd gisteren aanbesteed de levering van 20 Schuttersjassen, 20 Pantalons, 12 Schako's, 80 paar schouder-passanten en 60 hals dassen. De uitslag is aldus Voor de jassen werd ingeschreven door J. G. van Dam, voor 9.75 M. S. Cats, voor 9.80. De pantalons door J. G. van Dam, voor 5.40M. S. Cats, voor 5.70. De schako's door M.S.Cats, voor 2.50. De passanten door M. S. Cats, voor 0.191/# en de halsdassen door J. G. van Dam, voor 0.40alles per stuk. Voor de Rotterdarasche Rechtbank haddou zich gisteren twee personen te verantwoorden, als gevolg vau de ongeregeldheden, in de maand Mei jl. alhier plaats gehad hebbende bij gelegenheid van de her kiezing tot lid der Provinciale Staten van den heer mr. A. A. van Bergen IJzendoorn. In de eerste plaats betrof het een 18-jarigen op perman C. C., wonende te Gouda, die in den avond van den 15 Mei, loopende aan het hoofd van eene bende jongens, deze in het openbaar mondeling heeft opgeruid, om bij sommige ingezetenen de glasruiten in te werpen. Twee getuigen werden gehoord, die dit hadden gehoord, en wel iedere getuige op eene andere plaats. Het O. M. oordeelde, dat het ten laste gelegde door de verklaringen der twee getuigen wel was bewezen, en daaruit ook bleek dat het ge hoord was op twee verschillende plaatsen. Daar dus de feiten uiteenloopen, moest er ten deze vrijspraak volgen. De tweede persoon, die terechtstond, was de 15- jarige P. B., die bekende in bedoelden avond ge tracht te hebban glasruiten van het huis, bewoond door den bakker Dercksen aan de Westhaven, te vernielen, door met een stuk steen daarnaar te wer pen, hebbende het werpen echter zijn doel gemist, daar bekl. de ruiten niet heeft geraakt. Zijne ver oordeeling werd gevorderd tot één dag gevange nisstraf. Over 8 dagen uitspraak. Uit Gorinchen wordt van 1 October gemeld Heden werd het stoffelgk overschot van dr. J. H. Slothouber, conrector aan het gymnasium te dezer stedo, na eene korte ongesteldheid in de volle kracht zijner jaren aan zijnen werkkring pntrukt, ter aarde besteld. Een aantal belangstellenden, leeraren, oud-leerlin gen, leerlingen, vrienden, omringden de groeve. Toen de kist, met kransen bedekt, in het graf was nedorgelateu, nam ds. A. de Pecker het woord, om, ook namens de ambtgenooten van den betreurden doode, in korte trekken te herdenken, wat de ver dienstelijke geleerde als docent was geweest, en hoeveel er in horn word verlorenvoor de weten schap, waarvan hij een even gelukkig als ijverig beoefenaar wasvoor de jongelingschap, wier goede gids op de banen der studie hij is geweest; voor zgne vrienden, in wier hart hij zich door zijn om gang eene plaats had verworvenvoor zijnen vader, in wiens ouderdom die zoon als de kroon was ge weest: voor de eenzaam achterblijvende weduwe met hare kinderen, die zijne zorgende liefde voor taan zouden moeten ontberen. Daarna wijdde de heer Uytwerf Sterling, student aau de universiteit te Utrecht, namens de oud leerlingen, aan de nagedachtenis van den beminden leermeester oen woord van eerbiedige hulde, dat van dankbare liefde getuigenis gaf. Een der broeders van den overlodene bedankte voor de laatste eer, den onvergetelijken ontslapene bewezen. Geheel onder den indruk der aandoenlijke plech tigheid verliet de talrijke schare, zwijgend, eerbiedig de stille rustplaats der dooden. Sta ten-Generaal. Tweede Kamer. Zitting van Dinsdag 1 October. De minister van waterstaat toont bij elke gelegen heid, dat hij goed op de hoogte is vau zijne taak de kamer, zoowel linker- als rechterzijde, vertrouwt dan ook op zgne inzichten en verzekeringen. Dit bleek ook heden bg de verdere behandoling van de wet op de Waal verbetering. Het groote belang in het algemeeen van de verbetering der rivier de Waal voor de gemeenschap van de zee met Midden- Europa kan wel door niemand worden ontkend. De vooruitgang in» den scheepsbouw nu het type van een Rijnschip is geworden een schip van 80 m. lengte, 10 m. breedte en 2.40 m. diepgang vestigt in het belang der concurrentie met andere zeehavens, meer in het bijzonder de aandacht op de groote be- teekenis die de verbetering dezer rivier voor onze groote havensteden gelijkelgk heeft. Verscheiden leden o. a. de heeron A. van Dedem en Bahlmann maakten bezwarende heer Tak van Poortvliet was min of meer angstvallig voor het wolslagon der onder neming. De minister wist echter met klem zgn voorstel te verdedigen, de geopperde bezwaren werden ont zenuwd, het belang van Nederland bij het werk uiteengezet en daarbij betoogd dat wij ten opzichte san Duitsohland geenerlei verplichting hebben om do diepte op drie meter te brengen. Tegenover de meening van den h$er Tak gaf de minister te kennen, dat hij volkomen overtuigd was van het welslagen der zaak en dat de raming met de meeste nauwkeurigheid is gemaakt, zoodat hg niet voor overschrijding der aangevraagde sommen vreest. De Regeerir.g had ten slotte de voldoening de wet met 79 tegen 6 stemmen aangenomen te zien. Nog kwam in behandeling een wetje waarbg aan militaire apothekers in kolonialen dienst bevoegdheid verleend wordt hun vak ook hier te lande uit te oefenen. Dit wetsontwerp had ten doel eene hardheid weg te nemen, die, naar het oordeel der regeering, ten opzichte van sommige militaire apothekers in kolonialen dienst bestond. Terwgl toch aan hen, die op 1 Januari 1866 den rang van mijjtair apotheker in den kolonialen dienst bezaten of be zeten hadden en op eervolle wijze den dienst hadden verlaten, bij de wet van 1 Juni 1865 zonder nader examen de bevoegdheid van apotheker was verleend, missen de militaire apothekers in kolonialen dienst, die na 1 Januari 1866 werden aangesteld, die be voegdheid. De regeering wenschte nu aan den Koning de macht te zien toegekend om ook aan deze militaire apothekers de verlangde bevoegdheid te verleenen. De heer Roëll was voornamelijk de tolk dergenen, die zich niet met dien maatregel kouden vereenigen; hij twijfelde of voor de koloniën dezelfde oischen gesteld werden als hier te lande en zag er dus be nadeeling der bestaande apothekers in. Niettemin nam de kamer het ontwerp aan met 47 tegen 20 stemmen. In eene namiddag-vergadering zal de Kamer heden behandelen het wetsontwerp tot nadere regeling vau den dienst en het gebruik van spoorwegen, waarop met beperkte snelheid wordt gereden, en dat tot instelling eener consignatiekas. Het onderzoek van de staatsbegrooting in de af- deelingen is aan de orde gesteld na afloop van het onderzoek der overige nog in de afdeelingen te onder zoeken wetsontwerpen, maar in elk geval niet voor aanstaanden Dinsdag. Uit 's-Gravenhage wordt gemeld: Het Haagsche publiek nam gisteravond op har telijke wijze afscheid van het Phüharmonisch Orkest, dat het verblijf in het Kurhaus te Scheveningen avond aan avond, dag aan dag tot oen waar genot maakte. Het laatste concert in het seizoen was ook nu weder eigenlijk tot niets anders bestjmd dan om het orkest, zijn verdienstelijken leider, den heer Kogel, en de solisten door de aanbieding van even fraaie kransen als bloemstukken, niet bet minst door geest driftvolle toejuichingen, op ondubbelzinnige wijze dank te betuigen voor het door hen geschonken kunstgenot. Elk nummer van het program, de aanbieding van elk huldeblijk ging van oorverdoovend applaus ver gezeld, dat zijn toppunt bereikte toen Weber's „Ju- belopverture" zich in volkslied oplostte. Een mon- sterkrans waarin een «tot wederziens" was gevlochten vertolkte de meening van het zeer talrijk publiek. Na afloop van het concert vereenigde de maat schappij Zeebad de artisten aan een luisterrijk souper, waaraan mede aanzaten, behalve de directeur-gene raal, de gedelegeerde van den Raad van Beheer en de baddoctor. Een aantal toasten werden daarbij uitgebracht: op de vorstelijke familie (beantwoord met een dronk op het stamhuis der Hohenzoilern), op Den Haag en de Hagenaars, op Scheveningen enz. Het feestmaal vormde een waardig slotnummer van het groote zomer-programraa|? De Haagsche corr. van de //Zutf. Ct." schrijft, dat men daar in politieke kringen, ook in de Eerste Kamer de aanneming van de schoolwet verzekerd acht. Maar ook daar zal het naar alle waarschijnlijkheid niet aan strijd ontbreken. Naar hij verneemt, is thans ter perse een brochure van een bekend staatsman, getiteldde val van de openbare school, een brochure, die zoe- wel om vorm als inboud indruk in den lande zal maken. Iemand, die door een eenvoudig middel van 23jarige doofheid en van geruisch in de ooren genezen is zal de beschrijving van dat middel in het Hollandsch gratis eenieder op aanvraag toezenden. J.H.Nicholson 21 Bedford Square W. C. London Bij vonnissen van 1 October zgn veroordeeld H. V., G. A. C. H. v. A., J. B., P. B. en C. J., ieder in een boete van 0.50 en in de kosten wegens zich niet tijdig doen inschrijven als schutter. LIJST van BRIEVEN, geadresseerd aan onbe- keadeu, gedurende de le helft der maand September, welke door tusscbenkomst ran het postkantoor terug te bekomen zijn. Mej. de Graaf, Amsterdam; Wed. Moggo en Zn. 's HertogenboschH. J. v. Lonkhuijsen, Veenhuizen; Anna Buwalda, Zuidbrook. Van Reouwqk Mussaart, 's Grarenhago. BRIEFKAART. A. Wolffenbüttel BRIEVEN verzonden geweest naar DUITSOHLAND: G. J. van der Flier, Howard. RUSLAND M. Lerenblat, Rossian. De Directeur van hot postkantoor, VORSTER.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2