Buitenlandse!! Overzicht.
DOOVEN.
Afloop van Openbare Verkoopingen
van Onroerende Goederen.
noodig de vrijstelling van rijn militairen dienstplicht
welk bewijs hij dan ook verlangde, doch in plaats
dat hem zulks werd verstrekt, verscheen een ser
geant, die hem uitnoodigde mee te gaan naar de
militaire autoriteiteo, daar hy was herkend als een,
die niet voldaan had aan de verplichte loting voor
de nationale militie.
Volgens het zeggen van dezen jongeling, moet de
zaak zich als volgt hebben toegedragenVóórdat
hij moest voldoen aan de verplichte loting, vertrok
hü naar Duitschland, om daar te gaan werken, en
bad met den burgemeester der naburige gemeente,
waar hij woonde, goedgevonden, dat deze voor hem
zou lotenin het geval dat hij een dienstplichtig
nommer trok, zou de burgemeester hem bericht"
zenden, en hij zou dan uit Duitschland herwaarts
komen, om zijnen dienst te vervullen. Daar hij in
het geheel geen tijding van den burgemeester ont
vangen had, dacht de jongeling niet anders, als dat
hem een vrijstellend nommer was ten deel gevallen,
en hij kwam thans over, om zijne papieren te laten
in orde brengen voor een huwelijk.
Ais hij nu volgens de krijgsartikelen veroordeeld
mocht wordeu, mag hij, in plaats van trouwen, vijf
jaren onder de wapenen blijven. {A. C.)
Men schrijft uit Haaksbergen aan de N. R. Ct
Naar aanleiding van de berichten in sommige
plaatselijke blaadjes omtrent het vinden van 'steen
kolen even over onze grenzen tusschen Ahlatatte en
Lnnten, heb ik mij derwaarts begeven, om op de
plaats zelve een onderzoek in te stellen. Dienten
gevolge kan ik u melden, dat men reeds herhaal
delijk in die streken heeft geboord on gegraven,
daar mén de- aanwezigheid van kolen vermoedde.
Voor eenige weken zijn die boringen hervat, en nu
is men op eene diepte van dertig voet op eeDe laag
gestooten, drie voet dik, wel kool en brandbaar,
maar overigens van slechte qualiteit. Een verder
boren bracht slechts leem aan den dag.
Men hoopt echter een steenkolenbekken voor zich
te hebben, daar de opgedolven specie op de aanwe
zigheid wijst. De boringen zullen dan ook van af
stand tot afstand worden voortgezet, om de uitge
breidheid van het reeds gevonden laagje te bepalen
en te Onderzoeken, of hieronder nog niet eene dikkere
schuilt. Mocht die hoop niet ijdel blijken, het zou
ons Twentsch fabriekswezen zeer ten goedo komen.
Het blijkt, dat de Romeinen reeds met verwon
derlijke bekwaamheid aan muntvurvalsching deden.
Een Engelsch collectionneur vond eene prachtige en
vrq zeldzame gouden munt, van Allectus, die zijn
voorganger vermoordde en daarna omtrent het eiiide
der derde eeuw een tijdlang in Brittannië heerschte.
De munt werd op 40 a 50 pond geschat, zeldzaam
heid en gehalte in aanmerking genomen. De vinder
liet haar toen eerst door een essayeur beproeven,
omdat het gewicht niet scheen overeen te komen
met het uitzicht der munt; en men bevond, dat de
munt van koper was, eern verzilverd, daarna ver
guld, en met vernis bestreken.
De ontdekking doet er zeker weinig toe, daar
men in oude munten niet de waarde, maar de zeld
zaamheid en de scherpte van den stempel op prijs
•telt; maar het procédé getuigt van groots handig
heid.
aardig sommetje met de boeten, die aan schrijflustige
Engelschen en anderen, die steeds hun naam willen
mededeelen, worden opgelegd. Zoo betrapten de be
ambten van den toren dezer dagen weder twee Britsche
toeristen die den ijzeren steiger beklommen en die,
toen zij de binten en spanten vol namen zagen,
daarop ook de hunne met behulp van een scherp
zakmesje wilden vereeuwigen. Een beambte zag het
en nam hen mede naar een der hoogere opzichters,
waar do een tot 20 francs boete werd veroordeeld.
De ander, die enkel den tijd had gehad, de helft van
zijn naam in den toren te griffelen, kwam met den
schrik vrij.
De Eiffeltoren-maatechappij verdient een niet on-
Wij hebben allen wat goed te maken bij het var
ken, zegt het Handelsblad, dat met betrekking tot zijn
voedsel steeds schandelijk belasterd is. In plaats
van alles te eten, blijkt hij het kieskeurigste van alle
huisdieren te zijn. Zoo althans hebben eenige „des
kundigen" in Frankrijk en Zweden uitgemaakt. In
het laatstgenoemd land eet de geit van 575 soorten
van planten 449 en weigert er 126. Het schaap eet
van 528 planten 387 en laat er 141 staan. Dan
volgen de jkoe die niet meer dan 276 van de 494
planten, en het paard dat van de 474 slechts 262
planten eten wil.
Schitterend treedt daarnaast de welopgevoedheid
en kieskeurigheid van het zwijn aan het licht. Van
243 planten wil het slechts 72 eten, terwijl het voor
171 zijn neus ophaalt.
Men hoort in den laatsten tyd veel van onge
lukken, door electrische geleidingen veroorzaakt.
Dezer da&en is te New-York weder een werkman,
die op een dak bezig was met een electrische ge
leiding te herstellen, door den electrischen stroom
gedood. Hij bleef een uur in de lucht hangen voor
men hem bereiken kon en een ontzette menigte op
straat zag zijn liohaam door een smeulend vuur
langzaam verkolen.
Dit ongeluk heeft, in verband met de voorgaande
van dien aard te New-York, groote opschudding
veroorzaakt en het schijnt zeer onvoorziene gevolgen
te zullen bobben.
De burgemeester van New-York, de heer Grant,
heeft gemeend het afsnijden van de electrische ge
leidingsdraden te moeton gelasten. Maar toen men
begon met het uitroeren van dit bevel, heeft de
Maatschappij voor Électrische Verlichting verzet
daartegen aangeteekend, waaromtrent spoedig door
het gerecht zal wordpn beslist.
Het publiek is intusscheu do rechterlijke uitspraak
voorgekomen en heeft 's nachts een aantal electrische
lampen vernield.
Voor het gezin van den nieuwen martelhar dor
electriciteit [is een inschrijving geopend.
Do rechterlijke macht in Spanje is met behulp der
politie een waron veldtocht begonnen tegen het dob
belen in vereenigingen, koffiehuizen en andereplaat
sen van vermaak. Te Madrid deed de politie een
inval in een aantal clubs, waar zij kaarten en geld
in beslag en de hazardspelers gevangen nam.
Een rechter waagde het zelfs het Casino binnen te
gaan, een der meest Aristocratische vereenigingen van
Madrid. Hij deed het hazardspel ophouden, maar
nam enkel 4 bedienden gevangen. In de zaai bevon
den zich namelijk een groot aantal senaatsleden, afge
vaardigden, generaals, staatslieden, mannen vail zaken
en zelfs velen1 zijner mederechters, die sterk opkwa-
men tegen het gestrenge optreden der overheid. Dit
wekt dan ook nogal bevreemding, daar o. a. iu ds.
badplaatsen het spelen op groote schaal sinds langen
tijd geduld wordt.
Aan de Zw. Crtschrijft men uit den Haag o.a.
het volgende:
„Het aangevangen afdeelingsonderzoek der Staats
begroting zal zich o. m. kenmerken door scherp-
geformuleerde vragen aan het adres van den minister
van oorlog. De Regeering moge een meerderheid
in de Tweede Kamer hebben, dit zal toch niet be
letten, dat de minderheid zich krachtig doet hooren,
terwijl bovendien aan do rechterzijde wel enkele
leden zitten, die de dure werkeloosheid des Ministers
moede zyn. Vooral hoeft de zending, nu, van twee
commission naar Denemarken en naar Zwitser
land kwaad bloed gezet. In het midden latende
of men aan het departement, waar dan toch de
voorbereiding onzer militaire organisatie reeds lange
jaren aan de orde is, niet op de hoogte zijn moeit
van wat men nu in die landen bestudeeren gaat,
en of juist die lauden ons een leerschool moeten
bieden in zake kadervorming, militiooefening enzL
maakt men er den minister een ernstige grief vin
dat die zending (indien dan noodig) niet is geschied,
toen de staatscommissie haar arbeid onder handen
had. Dan toch had, onverwijld na de vaststelling
van haar verslag, de minister jian het uitwerkop
zijner plannen kunnen gaan en dan*had hij te ge
lijkertijd de vruchten van het Deensche en Zwiï-
serscbe onderzoek te zijner beschikking gehad, 4-
vruchten wellte nu nog moeten gekweekt worden.
„Is dit nu de Minister, wiens voortvarendheid
en werkzaamheid zooveel zouden vermogen P aldus
vraagt men. Bij het Kamerverslag M het geschokte
vertrouwen int den Minister zich onbewimpeld uit
spreken. D« hoer Seyffardt zal, vermoedelijk bij
afzonderlijke bota, opnieuw de dringende noodzake
lijkheid van uitbreiding bepleiten. Voldoet de Mi
nister niét aan dien eisch, dan zal de heer S. weer
een ontwerp van wet indienen, dan om twee lich
tingen meer in dienst te houden,, telkens echter
maar voor één jaar. Deze laatste bepaling van zijn
ontwerp dient om het krijgsbestuur niet een voor-L
wendsel te verschaffen met definitieve regelingen te
blijven dralen vandaar die tijdsbepaling voor éen
jaar. Want er smeten eindelijk eens spijkers met
koppen worden geslagen."
Aan een onlangs verschenen werk van Georges
Batard over de vervoermiddelen te Parijs ontleent
men de volgende bijzonderheden". De eerste, die te
Parijs koetsen coches publics) tor beschikking van
hot publiek stelde, was in 1637, een zekere mijnj
heer Sauvagemen kon zijn koetsen per dag en
per uur huren. Eenige jaren lator trad een tweedè
ondernemer op en in 1657 eon derde, Charles
Villerme, die ten slotte het kouinlyke privilege
verkreeg, om aan de hoeken van straton, op openbar^
pleinen en andere daarvoor geschikte plaatsen in de
stad Parijs en hare voorsteden een aantal karossenL
calèches en rijtuigen rifet twee paarden te stationeef
ren, en wel van 's morgens 7 uur tot 's avomty
7 uur, om deze aan hen, die daarvan gebruik wildeh
maken, por uur, halfuur, of hoe dan ook, te verK
huren. Blaise Pascal, do onsterfelijke schrijver vail
de Lettres Provinciatesgaf den eersten stoot aan
Wee, die werkeloos nederzit, en zich aan het verle-
dene vastklemt, en meent zijne taak verricht te heb
ben. Alles gaat vooruit misschien ontdekken
wij het doel nog niet, maar wij weten toch, dat alles
zich voortbeweegt! Wie het niet ziet, is een dwaas;
wie het ziet, on werkeloos blijft, is een laaghartige
Door de schuld, misschien niet van u, miaar van den
tijd, ziet uwe familie den dag der schande aanbre
ken; misschien begint juist nu voor haar de dag der
wederopstanding, die voor allen noodig ié, Daarom,
gy weet het, moet gij kiezen tusschen het leven en
den dood. Welnu, zie eens, welk een velschil er
bestaat, tusschen de illusies en de werkelijkheid!
Uw vader weet nu, wat hem gisteren nog onmogelijk,
dwaas zou toegeschenen hebben; hij weet, dat hem
niets over blijft dan een naam een naam, die
mooie lijk te dragen is. En de man door wiens hu-
weliji met zijne dochter, hij zich byna vernederd
gevoelde, heeft den moed om tot hem te spreken,
om hem onverholen de waarheid te zeggen: deze
vraagt niets, dan dat hij zich aan hem toevertrouwe,
en, zonder tijd te 'verliezen, heden, terstond doe,
wat ieder eerlyk man doen moot
„Gij hebt hem gezegd?hij weet dus alles?
„Zeker; hij heeft zich geheel aan mij toevertrouwd
hij heeft weenend mijne hand gedrukt, toen ik hem
beloofde, om alles te doen, wat raenschelyker wijze
mogelijk was, om zijne eer te redden, en het over
schot zijns levens minder bitter te «maken. Hij keurt
alles goed, onderwerpt zich aan alles, en dankt mij
voor alles. En gij? Gij hebt het ganscbe
kapitaal van ukven vader op éóne enkele kaart gezet;
en omdat hij geen geld meer had om u te geven,
ten einde te bètalen, Wat gij eene eereschuld noemt,
vervloekt gij u zeiven, vervloekt het leven, en wilt
betalen, wat gé verloren hebt, met u een kogel door
't hoofd te jagén? f Eene eereschuld? Is mis
schien de arbeid van den werkman, of bet brood
van uw leverhncier geene eereschuld voor u?
Maar laten wij dat daarlaten. Ook voor u, wil ik
doen, wat ik kon."
„Zeg niets meer! uwo woorden grieven mij diep;
ik ben geen schurk."
ik ook niet; en daarom spreek ik
uding, ik ben zeker dat gij, na een
„Dat
zonder teru^
nacht vol bènauwde droomen, zult ontwaken,
wat plicht u gebiedt,
wat ge schuldig zijt; gij moet
moedig als Vréeger, en doen.
Vertel ine Ronduit,
bekennen, ge moët u onderwerpen. Binnen één
jaar, misschièn binnen zos maanden, zal het mogelijk
zijn, alles te I betalen. Ik denk het wel. Maar ver
geet niet, dat ge soldaat zijt; daar ligt de weg van
i:-u voor wie dien gaat mot moed en eene
de ziel de liefde tot het
eer en piich
heilige liefdi
vaderland.
„Gabrio! ik
en gij reikt mi
„Ons levei
den eenen oi
dus ons nietm
was verloren, ik ging geheel te gronde,
de hand
is nog iets waard, omdat Italië het ons
ideren dag vragen kan. Het behoort
ser toe, Galeazzo, gij moet heengaan,
en weer naar uw post gaan; bedenk, dat gij nog ié
de eerste gelederen staat. Binnen korten tijd, morf
gen misschien, zoudt ge mij weder naast u zien.
indien hot noodig was, omdat ik Italië nog even
liefheb als vroeger. Ga heen, en laat niemand ieti
merken van den waanzin, die over u gekomen is;j
wij zullen elkander spoedig wederzion. En Beltra-
molo, die arme soldaat, die, beter dan gij, heeft
ingezien wat zijn plicht was, zal u volgen, en u even
trouw en gehoorzaam dienen, als altijd. Ik zal p
schry ven, u van uwen vader en uwe familie vertellen^
en ik hoop, dat een minder treurige tijd voor ui
voor hen, voor ons allen zal aanbreken. Intusschen»
wilt ge geld hebben? Spreek nu maar in eensj
hoeveel hebt gij noodig?"
„Neen, voor het oogenblik heb ik genoeg, voor
het nieuwe leven, dat ik wil boginnen. Ik zal doen wal[
gij zegt; vóór de avond valt, zal ik reeds weg zijn."!
„Maar, zeg niet aan Caïnilla, dat gij vóór dep
uaclit heengaat; zij mocht zich ongerust maken, en \i
hier willen houden."
„Ik zal liet ïiiet zeggen."
„Vaarwel dan; vergeet niet, dat wij zoo goedalsj
broeders zijn. Eens, op een dag die door gee»
enkelen Italiaan vergeten zal worden, stonden wy naasti
elkander, en wy wisten toen, dat ons leyen niet nut-f
teloos was Do strijd is nog niet geëindigde
voor u, evenals voor mij, begint die eiken dag op»
nieuw. Men leeft niet van hot verledene!
Wordt vervolgd.)
hst in het leven roepen van een geregelden dienst
tusschen de Bastille en het Luiemhourg. Men
liet op die lijn eerst zeven karossen rijden, elk
met acht plaatsen en de dienst was door een konink
lijke ordonnantie geregeld. Dat is de oorsprong
der omnibussen. In het jaar 1666 stationeerden
de gebroeders Francini rijtuigen, welke voor het
eerste uur 20, voor elk uur meer 15 sous kostten.
Het eerste reglement op die rijtuigen dagteekent
van 1669het verbiedt onder anderen den koet
siers hunne paarden op do publieke straat te
voederen en hunne rijtuigen zoo te plaatsen, dat
het verkeer er door wordt belemmerd. Onder het
eerste keizerryk nam bet aantal rytnigen van
allerlei soort toe tot 12000 en begon men van de
stationeerer.de rijtuigen staangeld te heffen. In het
jaar 1819 waren er ongeveer 22,000 rijtuigon. In
het jaar 1852 telde men: 352 rijtuigen voor den
dienst in de buiten wy ken, 733 cabriolets, 912
fiacres en 2798 andere huurrytuigenmet de eigen
equipages te zamon schatte men het aantal voer
tuigen op ongeveer 9000. Een koetsier verdiende
toen 3.50 frs. per dag; wat hij ontving, moest hij
aan den ondernemer afdragen. Wanneer hij voor
eigen rekening rijden en wat hij ontving voor zich
zelf houden wilde, dan betaalde hij den ondeir-
nemer per dag gemiddeld 12 a 15 fr. voor hupr
van paard en rijtuig. De tegenwoordige omnibus
sen kwamen te Parijs den 30 Januari 1828 voor hét
eerst in gebruik. In den beginne werden zij zeer
koel ontvangen, maar al spoedig vielen zij zoozeer in
den smaak, dat zich verscheiden maatschappijen
vormden, deels onder zeer eigenaardige namen, zoo
als: „Tricycles*" „Favorites," „HirondeUes, enz. De
overstapkaartjes verschenen in 1886, de imperiale voor
15 centimes in 1853. Twee jaren later smolten
al die maatschappijen tot één enkele samen; deze
beschikte over 347 wagens, die jaarlyks 36.000.000
menschen vervoerden. Tegenwoordig loopen er in
Parys 330 tramwagens, 650 omnibussen (op 34
lijnen), 8713 huurrijtuigen van verschillende maat
schappijen en verhuurders, 200 niet genummerde
huurrijtuigen en 43000 eigen equipages. Rekent
men daarbij nog al de goederen- en meubelwagens,
dan komt men tot een getal van 80000 wagens van
allerlei soort, die onafgebroken het plaveisel van
Parijs heryden. Dan moet men zich toch' zeer
zeker nog altijd verwonderen, dat er betrekkelyk
zoo weinig menschen worden overreden. De straat,
waar de meeste rytnigen passeeren, is de Rue
Rivoli; men telde daar op één dag 42.875; wie
dus daar, ergens gaat staan, ziet, dag en nacht
dooreen henomen, elke twee seconden een rijtuig
langs zich heen rollen, overdag minstens tienmaal
zooveel als 's nachts. Dan komt de Rue de Havre,
de Boulevard des Italians, het Bastillepleiu, de
Avenue de l'Opera enz. De stilste straat is do
Rue de Chaillot, daar passeeren slechts 352 per
dag. Van de bruggen ziet de Pont Royal de
meeste rijtuigen, namelyk 6192 per dag. Al deze
cijfers golden van voor de tentoonstelling; inmid
dels zal bet aantal zeker nog aanmerkelijk groo*
ter zijn geworden.
Zaterdag avond te 11 uur 20 miniiten heeft bij
het station Schaorbeek, eeno van Brussels voorste
den, op het snijpunt der Luiksche en Antwerpscbe
lijnon, eene botsing plaats gehad tusschen den nacht
trein BrusselKeulen en eenen van Antwerpen
komenden goederentrein, welke wonderbaarlijk genoeg
zonder persoonlijke ongelukken is afgeloopen. Toch
zijr. de beide locomotieven en tenders, die juist Up
het snijpunt schuin tegen elkaar zyn ingereden,
totaal vernield, en is van den goederentrein geen
enkele wagen ongeschonden gebleven. .In den nacht
trein waren een dertigtal passagiers, die door den
schok heen en weer geslingerd zijn, maar geen hun
ner is gewond.
In Oostenrijk zijn de landdagen geopend, in
Hongarije is het parlement teruggekeerd, in Servië
heeft Zondag de nieuwe Skoepschtina haar arbeid
aangevangen.
In don Boheemschen landdag ontbreekt, zooals
zij te voren heeft aangekondigd, de Duitsche party
weder op hot appél. Zonder zich om de afwezigen,
die absoluut in bup oog ongelijk hebben, to bekom
meren diendon de jong-Czechen onmiddellijk een
ontwerp van een adres aan den keizer in, waarin zij
onder verwijzing op de geschiedenis der politieke
rechten van Boheme sedert 1527 den souvore.u ver
zoeken de administratieve zelfstandigheid van hun
and te herstellen. Van hun voornemen om den
eizer uit te noodigen zich tot koning van Bohemon
o inten kronen hebben zij afgezien.
a 0en zöer heftig debat, waarin van de eene
zij» e voorgesteld werd het wires aan een commissie
terwijl van de andere zijde verlangd
werd dadelijk tot de tweede lezing over te gaan, is
besloten het adres bij de eerste lezing aan |een
grondig debat te onderwerpen.
Met belangstelling ziet men in deze de houding
der oud-Czechische party tegemoet. Naar men
verzekert, willen de feodalen het adres verwerpen,
wijl zy geen steun schenken willen aan een party,
welke door den keizer streng veroordeeld wordt.
En laten wij er zonder schroom bijvoegen door hen
zeiven evenzeer. De feodale adel in Boheme heeft
een doodelyken angst voor de vurige, radicale
politiek der jong-Czechen, wier partij, getuigen de
jongste verkiezingen voor den landdag, steeds aan
kracht wint.
Niet minder gevaar voor hun eigen invloed zien
de oud-Czechen in de toenemende uitbreiding van
do partij hunner jongere broeders. De adel en de
oud-Czechen, evenzeer als de regeering, begrijpen
zeer goed, dat hun feodale, clericale en reaction-
naire politiek ernstig bedreigd wordt door de jong-
Czochen, die onder Gregr's leiding met jeugdigen
yver en moed het oude bestrijden en voor het
nieuwe kampen.
Met recht vreezen de oud-Czechen, dap het den
jong-Czechen spoedig gelukkeu zal hen in de leiding
der nationale partijen op den achtergrond té dringen,
waarom het dau ook twijfelachtig is of zij boven
genoemd adres zullen steunen.
Belooft de zitting van den Boheemschen land
dag belangryk te zijn, een niet minder geanimeerde
parlementaire veldtocht is, zooals wij vopr eenige
dagen schreven, in Hongarije te voorzien. In de
eerste zitting reeds, Zaterdag, heeft de oppositie niet
minder dan vier interpellaties ingodiend.
Overigens weet Tisza zelf zeer goed dat do
oppositie by haar aanvallen op de regeering hem
persoonlijk tot haar doelwit heeft gekoz^n> maar
luidens zyn eigen verklaring, dezer dagen voor zijn
kiezers afgelegd, zal de minister-president zich geen
vrees aan laten jagen. Hy is vast besloten de grond
wet des lands tegen straatoproer te verdedigen, de
wetten des lands te doen eerbiedigen en te ver
hinderen, dat do binnenlandsche vrede verstoord
wordt.
Uit de rode voeringen, welke zijn politieke tegen
standers eveneens voor hun kiezers hieldèq, blijkt
intusschen,*dat de parlementaire rusttijd [geenszins
hun haat tegen don minister-president verminderde
en dat de oppositie vast besloten is Tisza tot het
uiterste te dryven, zoodat de nieuwe zitting van
hot parlemeut misschien nog menige verrassing
belooft.
Gisteren gaven wij een uitvoerig oveijzicht van
de sinds leng aangekondigde groote politieke rede
voering van den Italiaanschen premier Cijispi. Die
rede maakt een gunstigen indruk en zat wellicht
bydragen de minder juiste denkbeeldeii weg te
nemen, welke tegenwoordig de rondto doe|n en zoo
als 't moer gaat, geloofd worden zonder nader onder
zoek. Dit ia o. a. het geval met het verwyt, dat
Italië's minder gunstige financiëele toestand moet
worden geweten aan het vervallen van helt handels-
tractaat met Frankrijk, terwyl dit weer hbt gevolg
zou zyn van Italië's verkeerde politiek. De waarheid
is dat ook zonder de politiek Frankrijk het handals-
tractaat met Italië zou hebben opgezegd. De oude
handelstractaten stiooken niet met do protectionisti
sche mode, welke over Frankrijk gekomen is in den
laatsten tijd. Daarbij komt dat Frankrijk gjeheel vry
wil worden in zijn handelspolitiek tegenoveif Duitsch
land, dat zich tot heden steeds kau beroepen op de
clausule in den vrede van Frankfort van meest be
gunstigde natie. In 1892 houdt het laatstè handels-
tractaat van Frankryk op en vóór dién tjjd zal
Frankrijk waarschijnlijk met geen enkele Mogend
heid een tractaat meer aangaan.
Te Parys wordt verzekerd, dat de Regéoring last
heeft gegeven, dat „Graaf" Dillon, wannoor hij over
de grenzen komt om, vertrouwend op zijn mandaat
als afgevaardigde Parys toru& *to zien, onmiddellijk
zal worden gearresteerd. Boulanger jkan nog
vinnig zyn. Hy heeft aan Arthur Meyer van
de „Gaulois" het volgend telegram éezondon
Ik heb uw artikel in de „Gaulois" van lljdezer ge
lezen. Ik heb u steeds tot alle domheden in staat
geachtik weet nu, dat gij bekwaam zyt tot alle
verraad. Ik zend u do verzekering van mijn innige
verachting."
Do verkiezingen voor den Badenschen j Landdag
zyn nog niot afgeloopen, maar de samensteilliug der
kiescollegiën geeft nu reeds do zekerheijd dat de
ultraraontanen eenige zetels in de Tvgeeder Kamer
zullen winnen. De nationaal-liberalen echtër behou
den de meerderheid.
Het Engolsche Parlement is verdaagd vanl 16 Nov.
tot 1 Febr.
De Oosteurijksche regeering houdt steeds
waakzaam oog op hetgoen in Servië voor*
blijkt wel uit een artikel van het Weener
blatt, waarin protest wordt aangeteekend
heftigen toon, dien do radicale pers te
tegen Oostenrijk aanslaat. Het orgaau van graaf
een
alt. Dit
Fremden-
en den
Igrado
Kalnoky doet uitkomen, dat het niet bevorderlyk kan
zyn voor 3e goede betrekkingen tusschen de beide
Staten, indien de organen der regeerende partij zich
in Servië op dergelijke wijze uitlaten.
Wat de radicalen in het schild voeren, is nog
onzeker. Nu weer heeft de regee/ing verlof verleend
aan 1200 Montenegrijnen om zich in Servië te ves-
tigen. Zelfs heeft de Servische regeering een beroep
gedaan op de openbare liefdadigheid, ten einde dezen
inmigranten de middelen te verschaffen, zich behoorlijk
in hun nieuwe woonplaatsen in te richten.
Men beweert, dat de Montenegrijnen, die steeds
dergelijke diensten op het Balkanschiereiland bewij
zen, bestemd zijn om zoo noodig bij een omwente
ling een handje te helpen. De Regeering ontkent
dit, maar toch ziet men te Bolgrado deze rumoerige
gasten niet zonder wantrouwen Servië binnenkomen.
In Denemarken duurt het geschil tusschen de
liberale meerderheid in het Folkething en het conser
vatieve ministerie Estrup voort. Daar de Kamer
de begrooting niet wil behandelen, moet de koning
elk jaar een buitengewone financieele wet uitvaardigen,
waart >j de ministers gemachtigd worden de belas
tingen te innen en de gewone uitgaven te doen.
Eeri dergelijke wet werd den laten April uitge
vaardigd, maar deze wet moest door de regeering,
nu het Folkething zijn arbeid weêr heeft begonnen,
terstond aan de goedkeuring der volksvertegenwoor
diging worden onderworpen.
Zoo althans oordeelde de meerderheid. De regeering
dacht er echter anders over en -deed dit niet, waarop
de Kamer, op voorstel van den afgevaardigo Holstein
uit Ledreborg, met 53 tegen 17 stemmen besloot,
de door den koning uitgevaardigde wet voor ongel
dig to verklaren.
Een bijlegging van het geschil, hetwelk reeds
zoovele jaren dunrt,is dus ook nu niet te wachten.
Iemand, die door een eenvoudig middel van 23jarige
doofheid en van geruiscli in de ooren genezen is zal
de beschrijving van dat middel in het Hollandsch
gratis eenieder op aanvraag toezenden. J.H.NiCHOtsoN
21 Bedford Square W. C. London.
VEILING 16 OCTOBER 1889.
te Moordrecht.
Huis, get. 198, Schuren, Kleingarenbaan, ErVen en
t64 a. 80 c. Weiland te Moordrecht 3900.
k'. A. Verburg.
2 h. 81 a. 60 c. Weiland aldaar 6950.kr. W.
Tom.
1 h. 59 a. 2 o. Weiland aldaar 3900.kvL.
Exalto.
Huis, Koetshuis en Stal aldaar 1100.k'. J.
vau Gennep.
MAItKTBERICHTEN.
Gouda, 17 October 1889.
De graanmarkt verkeerde hedon in een teer vaste
stemming.
De kleine aanvoer ruimde dan ook zeer vlug op
tot ruim vorige prijzen.
Tarwe. Jarige Zeeuwsche 7.10 a 7.40. Nieuwe
dito 7.50 i;/ 7 80. Mindere dito 7.J
7.25. Nieuwe Polder 5.75 a f. 6.25. Afwij
kende 5.50 a /i 5.75. Roode Tarwe'/6.a
6.25. dito Angel f 6.60 a 6.70. Rogge Zeeuw
sche 5.25 a 5.60. Nieuwe Polder 4.— a 4.50.
Buitenlandsoho per 70 KG. 4.60 a 4.80. Gerst
Winter 4.50 a f 4.75. Zomer 4.25 a ƒ4.60.
Chevalier 4.75. Haver: per Heet. 3.35 a f 3.75,
per 100 kilo 6.75 a 7.25. Hennepzaad: Nieuw
Inlandsch f 7.ii 7.25. Buitenlandsch 5.
a 5.25. Erwtenkookerwten 8.a f 8.50,
niet kokende 5.75 a 6.Boonen bruine-
boonen f 8.75 a 9.50, dnivenboonen 6.60 i
f 6.80, paardenboonen 5.a 5.90. Kanarie
zaad': 7.25 a 8.— Maïs por 100 'kilo:
Amerikaansche Mixed 5.80 a 5.90. Odessa f 5.70
a 5.80. Cinquantine 6.50 a 6.75.
De veemarkt met goede aanvoer, handel vlug
prijzonj iets mindér. Vette vark'ens, goede aanvoer,
handel vlug, 23 a 27 ct. per half kilo, varkens
voor Londen, tamelijke aanvoer, handel gewoon,
221/, a 23 ct., magere biggen, goede aanvoer, han
del iets minder dan gewoon, 1.20 a 1.60
per week, vette schapen, tamelijke aanvoer, handel
willig, 20.a 30.weilammeren, goede aan
voer, handel willig, 10.a 20.Graskal
veren, goede aanvoer, handel zeer vlug, 40a
105.—r.
Aangevoerd 70 partgen kaas, handel vlug, 1ste
kwaliteit 27.29.—, 2de kwaliteit/23.
a 26.—. Zwaardere 30.