Baitenlandsch Overzicht. PETR0LEUM-N0TEERINGEN Caotzlaar Schalkwijk, te Rotterdam. Staten-generaal. Tweede Kamer. Zitting Tan Donderdag 19 December. Bij geen hoofdstak der Staatsbegrooting komen ittlke uiteenloopende belangen en quaestiën ter sprake dan bij Waterstaat (Hoofdstak IX). Ieder afgevaardigde acht zich gehouden, behalve voor de algemeene, bij deze gelegenheid ook op te komen voor de locale en archi-looale belangen van zijn district. Van dat alles een overzicht te geven is ondoenlijk. Gisteren had men nog de algemeene beraadslagingen, waaruit althans eenige punten ge releveerd kunnen worden. De heer Boëll bepleitte de wensoheljjkheid eener algemeene wet op de uit voering der openbare werken en klaagde over de lnchtige wijze, waarmede de min. zich afmaakt van zjjne verantwoordelijkheid voor de fabriekswetgeving. De heeren Schaepman, Domela Nieuwenhuijs, fieldt en Kerdijk bespraken de Zondagsrust, in verband met den dienst der posterijen, der telegraphic en der spoorwegen. De heeren Brantsen en Van der Feltz wijdden hun aandacht aan de verbetering van den Ouden IJsel. De heer Boreel uitte zijn be zorgdheid voor uitputting der duinen door aftap- rg van bet water ten behoeve der leidingen van groote steden. De Minister van Waterstaat was in zijn ant woorden op vele vragen niet bepaald gelukkig. Zijn verantwoordelijkheid in zake de arbeidswetgeving nam hij wat al te licht op en zijn plicht om te waken tegen overmatigen arbeid van de spoor wegambtenaren scheen hjj niet voldoende te be seffen. Het talmen met de herziening der algemeene voorwaarden werd al heel zonderling verontschuldigd door de ophooping van arbeid op de Landsdrukkerij. Ook met een rijkswet, om de uitvoering van open bare werken to verzekeren tegenover tegenstand van lagere besturen, wilde de Minister niet al te veel spoed makende verwijzing naar de regeling der administratieve rechtspraak was intusschen, naar de heer Boëll terecht opmerkte, Weinig afdoendehet is hier niet om rechtspraak, maar om de regelende bevoogdheid der hoogere admini stratie doen. Had de heer Schaepman zijn bijzon dere aandacht gewijd aan de lagere ambtenaren van posterijen en telegrapbie, eerstbedoelden werden verrast door de aankondiging, dat een besluit gereed lag om hun tractementen te verbeteren. Dat de Minister niet al te gretig inging op verdere uitbreiding tier Zondagsrust voor de ambtenaren, ook door den heer Schaepman bepleit, alsmede voor het spoorwegpersoneel, willen wij niet mis prijzen. By die regeling stuit men op vele moeilijk heden, en erkend moot worden, dat reeds veel in de gewenschte richting is gedaan. De minister Havelaar heeft in het algemeen ook thans weder geen ongunstigen indruk gemaakt. Hij is een eenvoudig, gemoedelijk, tevreden glim lachend, beminnelijk persoon; geheel zonder het poseerende van den minister van justitie, doch zeker niet minder werkzaam en met de zaken goed op de hoogte. Een redenaar is de heer Havelaar vol strekt niet. Hij staat maar zoo heel kalmpjes en vriendelijk te zeggen wat hij aan de verschillende ■prekers te antwoorden heeft. Intusschen schijnt Zijne Exc. ook minder dan sommige zijner collega's aan standvooroordeelen te lijden, terwijl hij in ge ringere mate zijn heil zoekt in groote woorden. Was b. v. de bestrijding van den heer Domela hun eigenaardigheden bekend en ziet hen niet on gaarne. De sneltrein stond gereed, de conducteurs dren telden heen en weer en beantwoordden telkens weder de vraag, wanneer de trein zou vertrekken. Ook mijnheer Morris ging naar een der conducteurs. „Mijnheer," zeide hij tot den beambte, „ik bon zeer vermoeid en zou in mijn coupé gaarne tot Pa rijs willen slapen." Bjj dit echt Engelsche verzoek vertrok de beambte geen spier van zjjn gelaat, maar maakte een beleefde buiging. „Ik zou u daarom willen verzoeken gedurende de reis voor mijn echtgenoote te zorgen. Zij zit in de wachtkamer eerste klasse op het vertrek van den trein te wachten. Opdat zij mij niet stoort, wenschte ik wel, dat zij in twijfel was of ik meereis of niet." De advocaat nam twee goudstukken uit zijn beurs en duwde die den conducteur in de hand. „Als dit geld niet voldoende is voor alle uitgaven ter verzorging van mijn vrouw gedurende de reis, dan hebt ge slechts te spreken. In Weistënburg laat ge haar een kop heete melk brengen en daarbij go- braden kastanjes, wijndruiven en beschuit. In Cha lons moet haar thee gebracht worden. Doe nu een coupe voor mjj open, knip mijn kaartje en laat mij verder met rust, ik ben zeer vermoeid en wensch te slapen. Zeg niet aan mijn vrouw, dat ik in den trein ben.» Een oogenblik later zat de advocaat op de zachte Nieuwenhuis, die natuurlijk bjj elk departement het hoogste woord voert, bjj dezen Minister minder plechtig en stooterig dan bjj den heer Buys, onge twijfeld kan zjj meer ter zake dienende en voor de Kamer overtuigend genoemd worden. „Voor de Kamer* natuurlijk niet voor het lid dat zioh tot algemeen klachtentrechter maakt, na die klachten tot meerdere eer van het socialisme eerst nog wat te hebben toebereid. Heden de artikelen. Is het niet of eene stem uit Luilekkerland tot ons komt, wanneer wij in de Grondwet (te Michigan verschijnende) het volgende lezen; „Ons (het Amerikaanach) Gouvernement te Was hington heeft milioenen -dollars, waarvoor het geen gebruik heeft en die dus nutteloos in de brand melders liggen, en het ontvangt nog aanhoudend meer dan noodig is. 't Komt ons voor dat een van de eerste plichten van het nieuwe Congres zal zjjn om middelen te beramen, teneinde hieraan oen einde te maken. Het kan geschieden op tweeërlei manier; lo. ver meerdering van uitgaven. 2o. vermindering van inkomsten. Het eerste middel wordt nu beproefd: pensioenen worden met kwistige hand aan oud- soldaten uitgereikt: een flinke oorlogsvloot wordt gebouwd het schijnt niet te helpen de vloed van goud en zilver blijft in 's Bjjks schatkist steeds stjjgen in plaats van dalen. Dus moet het tweede middel worden beproefd vermindering van inkomsten. Ook dit kan op tweeërlei wjjze geschiedenlo. afschaffing onzer binnenlandsche belasting2o. af schaffing onzer buitenlandsche belasting. Eerstgenoemde zjjn de belastingen op sterkeu drank en tabaklaatstgenoemden zijn onze invoerrechten. Schaft men de invoerrechten af, dan wordt ons land overstroomd door in Europa vervaardigde goederen en onze fabrieken moeten dan stilstaan onze fabrikanten en werklieden hebben dan niets meer tq doen. Bljjft dus als eenig middel overafschaffing van de Bijksbelasting op sterken drank en tabak. In het laatste jaar hebben deze belastingen bijna 131 iniliioen dollars opgebraoht, tegen 124 millioen in 1888, 119 millioen in 1887, 117 millioen in 1886, en 112Vj millioen in 1885. Schaft men deze belasting af, dan houdt de over vloed van geld in de schatkist op. En dan kunnen die 131 millioen dollars, welke na ia 's Rijks schat kist vloeien, waar ze niet noodig zjjn, worden opge bracht als Staats-, county- en gemeentelijke be lasting, ter vervanging van de nu betaald wordende directe belasting op de waarde van iemands bezittingen. Dit is de geheele surplusquaestie eenvoudig voor gesteld." {Arnh. Ct.) Gelijk men weet, zjjn de hoofdschuldigen aan den moord op dr. Cronin te Chicago gepleegd, dezer dagen veroordeeld. Dr. Cronin, het slachtoffer, was een Iersch genees heer, met. vrij uitgebreide praktijk te Chicago en ijverig lid der lorsche vereeniging Clan-na-Gael. Het bestuur dezer vereeniging aan het hoofd waar van Alexander Sullivan stond, werd verdacht misbruik te maken van do toevertrouwde gelden en het was kussens van een coupé eerste klasse, waarvan de gordijntjes dicht waren hij dacht aan Jane Gray. „Nu behoort zij aan mij," mompelde hij. „Zij gaat met mij naar Parijs en nooit laat ik haar meer van mijn zijde. Al haar wenschen zullen vervuld worden behalve diea éénennaar Koert von Berghaupt terug te keeron, dat is onmogelijk. Hij is nu gestraft omdat hij de hand naar Jane Gray durfde uitstrek ken. Jane zal hem vergeten en erkennen dat haar geluk alleen aan mijn boezem te vinden is. Nooit zal ik haar één minuut verbitteren met een verwijt over dat huwelijk, ik heb je alios vergeven, Jane.» „Mijnheer Morris nam haar portret uit zijn porte feuille, staarde het geruimen tijd aan en drukte er toen een kus op. Hij gevoelde volstrekt geen gewe tenswroeging, maar integendeel tevredenheid en zelf voldoening over hetgeen hij verricht had; hij hoopte, dat Jane zich ook spoedig in het gebeurde zou schikken." Hij leunde met het hoofd in de kussens en trachtte in te slapen, hij was met zichzelf en met de we reld tevreden, immers hij had alle geschillen in zijn voordeel beëindigd en zijn tegenstander daarbij niet ipeer benadeeld, dan hoognoodzakelijk was. Toen de klok op het perron het teeken gaf dat de trein over een paar minuten zou vertrekken, richtte de advocaat zich uit de kussens op, schoof het gor dijntje ter zijde en tikte den conducteur, die juist op de treeplank voorbijging. Do beambte opende het portier. dr. Cronin die het eerst de beschuldiging uitsprak' dat het driemanschap niet minder dan 240,000 gld' in eigen zak had gestoken, maar uit het proces bleek, dat Cronin zelf en zjjne vrienden Devoy en M'Cahey in dit opzioht evenmin volkomen onschuldig waren. Door Cronin's aanklacht verbitterd, beraamden Burke, Coughlin en een paar anderen het plan, hem uit den weg te ruimen. In een eenzame buurt in een der voorsteden van Chioago werd een huisje of schuur gehuurd, en dr. Cronin werd daarheen ge lokt, onder voorwendsel, dat iemand geneeskundige hulpbehoefde. Op het oogenblik, dat de dokter den drempel overschreed, werd hij aangevallen en ver moord, en daarna werd zijn ljjk na een vruchtelooss poging om het te doen zinken, in eon riool gewor pen, waar het omstreeks drie weken later werd teruggevonden. Toen het vonnis werd uitgesproken, hielden de drie voornaamste schuldigen, Sullivan, Coughlin en Burke vol, dat zjj geheel onschuldig waren. De bewijzen, welke tjjdens het langdurige proces en door het verhoor van een groot aantal getuigen aan het licht kwamen, waren echter zoo krachtig, dat men algemeen de doodstraf verwachtte. De uitslag was echter, dat alle drie tot levenslange gevangenisstraf werden veroordeeld. Hun advocaat Forrest kwam eohter terstond in hooger beroep en teekende protest tegen het vonnis aan. Den 13den Januari zal den' advocaat gelegenheid worden gegeven zjjn bezwaren tegen het vonnis nader toe te lichten. Bij de eerste stemming was oen lid voor vrijspraak en waren er elf-voor de doodstraf voor alle schuldi gen. Er volgden nog 40 stemmingen en telkens was de uitslag dezelfde. Eindelijk werd tusschen beide partijen een vergeljjk getroffen. Algemeen is men zeer ontevroden over dit vonnis. Alleen hierom verzoent men er zich meê, omdat nu nog de kans bljjft bestaan, dat de drie moordenaars tijdens hun gevangenschap tot beter inzicht komen en de namen mededeelen van hen, die hen opstookten en wier werktuigen zij waren. Ook de meeste bladen keuren het vonnis af. De New-York Timet, de Tribune en de Ilerald protestee ren er zeer heftig tegen, daar zij na alles, wat tjjdens het proces aan het lioht kwam, de doodstraf voor de moordenaars onvermjjdoljjk achtten. Ook het volk was zoo ontevreden, dat de juryle den, die 70 uren opgesloten waren geweest, met gefluit en gesis werden ontvangen, toen zjj het ge bouw verlieten. De politie had echter de noodige maatregelen genomon om de leden te beschermen. In het voorloopig verslag der Tweede Kamer over de begrooting van het dep. van oorlog, is de aandacht gevestigd „op de onbillijkheid om de officieren te doen bijdragen aan de regimonts-muziekkorpsen." Men was van oordeel dat de kosten geheel door den Staat behooren te worden gedragen. In zijn antwoord heeft de Minister van Oorlog opgemerkt, dat er „geen voorschrift bestaat," dat de officieren doot bjjdragen voor de muziek. Er kan daarom, meent hij, geen sprake zjjn van „onbilljjk- heid.» Alleen is bepaald dat onder de baten van het muziekfonds ook behooren de vrijwillige bijdragen der officieren, waarvoor „niet meer dan do helft van een dag traktement per maand mag ingehouden worden.» Naar aanleiding van doze mededeeling ontvangen wjj een schrijven, waarin wordt opgemerkt, dat de „Mijnheer, heeft mijn vrouw u een telegram af gegeven vóór zjj instapte?" „Neen, mylord." „Dan moet ik het doen! Er is haast bjj. Wacht u een oogenblik!" Snel haalde mijnheer Morris zjjn notitieboekje té voorschijn, scheurde er een blaadje uit en schreef een telegram aan prof. Franyois Gispert te Parjjs, waarin hij den beroemden psychiater de aankomst van zijn vrouw tegen den volgenden dag meldde. Het blaadje aan den conducteur toereikende, zeide bjj: „Ik hoop, dat mijn vrouw wel is?" „Zij nam zooeven plaats in haar coupé en ik ge loof, dat zij geheel wel ,is.» „Dank u! Spaar geen moeite of kosten om haar de reis aangenaam te maken. Wil u de kosten van het telegram voorschieten?" „Om u te dienen, mylord!" De conducteur sloot het portier en snelde heen om het telegram naar het telegraafbureau te brengen. Twee minuten later was de sneltrein in beweging. De dienstvaardige conducteur deed zjjn best om de voorgewende vrouw van den advocaat naar be hooren te verzorgen. Zonder eenig kwaad vermoeden nam zjj dankbaar de attenties van den beambte aan. Eerst toen de trein in gang was, gevoelde zij zich beklemd, ongerust, doch haar gedachten snelden haar vooruit naar haar bominden Koert. Wordt vervolgd vrjjheid der officieren om al dan niet voor de muziek bjj te dragen, in de werkelijkheid nogal wel wat te wensohen laat. Wie er gebruik van maakt, moet wel eens ondervinden dat hem dit kwaljjk wordt genomen. De schryver noemt enkele gevallen, die zich hebben voorgedaan. Een jong officier in garnizoen in de nabjjheid van een groote stad, weigert langer bjj te dragen voor het muziekkorpa, dat elders is gevestigd. Hjj bljjft volharden, toen men hem tot andere gedachten tracht te brengen. Eenigen tjjd later komt een plaats open in een verder afgelegen garnizoensplaats en toe vallig wordt hij uitgekozen om derwaarts te verhuizen. Een tweede geval. In een groote stad maakt een kapitein met ongeveer 2200 traktement en een talrijk gezin, bezwaar voor de muziek te offerenhjj meent als goed huisvader te hebbon gehandeld en zjjn chefs billjjken zijn redenen. Na eenigen tijd echter wórdt hjj overgeplaatst naar een veel kleinere gemeente, waar immers het leven goedkooper is Maar in het belang van de opvoeding zjjner kinderen ware hjj liever in de groote stad gebleven. Wie nu tegen dergeljjke overplaatsing opziet, is door zulk een geval gewaarschuwd van zjjn „vrjjheid» liever geen gebruik te maken. Een derde voorbeeld. Een luitenant, gehuwd en vader, met een traktement van 1200 en weinig er bjj, zou gaarne ip een betrekking benoemd worden, waaraan een toelage is verbonden. Hjj is bijzonder geschikt voor die betrekking, volgens het gevoelen zjjner kameraden. Maar hjj heeft bedankt voor de muziek en nu is zijn uitzicht op betrekking zoo goed als nul. Onze berichtgever vraagt, of dergeljjke gevallen niet bewjjzen, dat de „vrjjheid" der officieren om aiet voor de muziek bij te dragen, in werkelijkheid zoo groot niet Inderdaad, de leden der Kamer hebben gelijk die van oordeel zjjn, dat de Staat geheel de kosten der muziekkorpsen behoort te dragen. (Übl.) Bjj onze Engelsche naburen, die, naar de statistiek wil aanwijzen, de grootste vleescheters moeten zijn, maakt men, ter bevordering van de spijsvertering een ruim gebruik van vruchten. Daar nu het sei zoen niet altijd versche vruchten oplevert, bracht men zo weldra in den vorm van jams, marmelades en jetlies in den handel. De groote fabrieken, welke deze vervaardigden, vonden ook weldra haar afnemers in het buitenland en zoo gebeurde het, dat Nederlrndsche vrachten en fruiten, na eerst in Engeland verwerkt te zijn, tot ons terugkeerden. Dit gaf aanleiding tot het feit, dat ook onze industrie de kunst van de Engelschen afzag en zoo ontstond o. m. te Tiel, het land der kersen, aard beziën en frambozen, de Nederlandtche Fabriek van verduurzaamde vruchten en groenten van de Maat schappij De Betuwedie thans reeds verschillende Hoven in Europa bedient, hetgeen onmiddellijk een borg is voor haar goede reputatie. Volgens attesten van deskundigen, o. a. van prof. E. A. van der Burg, directeur van het Pharmaceu- tisch laboratorium, aan de Universiteit te Leiden, zijn de jams, welke in deze fabriek worden ver vaardigd vrjj van alle schadelijke meialen en mag de smaak onberispelijk worden genoemd, hetgeen wij na een genomen proef gaarne onderschrijven. Voor het drogen van vrachten en groenten maakt dei fabrieb gebruik van een evaporatieproces door middel van stoomzij missen den metaalsmaak welken men vaak by de Amerikaansche producten aantreft en komen, wanneer men de gebruiksaanwy- zing der fabriek volgt, versche groenten en vruchten al zeer nabjj. Voor exportatie naar Oost- en Weat- Indie en voor scheepsgebrutk zjjn ze dus zeer aan te bevolen, terwijl de gouden en zilveren medailles, op verschillende tentoonstellingen behaald o. a. op de voedingstentoonstelling te Amsterdam het bewijs levert, dat deze fabriek gerust met het bui- tenland kan concurreeren. Influenza is het wachtwoord, dat in Berljjn tegen woordig alléén opgeld doet en waar de Berljjners al hun denken, spreken en handelen naar richten. In geen koffiekransje, aan geen stamtafel, in geen aca demische gehoorzaal, in geen politieke vergadering, in geen particuliere gesprekken van kooplieden, ge leerden, loden van den Kjjksdag of ambtenaren bij de rechterlijke macht is ooit van iets anders sprake dan van haar. Zij alleen beheerscht alles en allon. Aan de beurs worden reeds drukke zaken gedaan in chinine. Geen courant verschijnt zonder kolommen lange berichten over haar en zonder de aanprijzing van een reeks beslist onfeilbare middelen tot haar bestrijding. Met een tot dusver ongekendeu jjver heeft do industrie zich van haar meester gemaakt. Wat het ook voor artikel zijn moge, door dezen of genen fabrikant in den handel gebracht, zooveel is boven allen twjjfel verheven, dat uitsluitend zjjn ar- tikol tzekerste voorbehoedmiddel tegen de influenza is. De fabrikant van artikelen in kaoetsohoek onder- richt ons van het feit, dat slechts het drageu van gummi-rokken en dito schoenen tegen de ziekte be veiligt; maar de vervaardiger van wollen hemden bewjjst ons onwederlugbaar, dat ieder reddeloos aan de ziokte is overgeleverd, die zich niet „normaal» kleedt. Beeds verkeert men in tweostrjjd, tusschen gummi en wol, als men te lezen krjjgt, dat slechts het nieuwe „anti-miasmatische kamer luohtreinigings- parfum" wezenljjk vertrouwen verdient, terwjjl on middellijk daarop met apodictische beslistheid wordt aangetoond, dat men alleen door 't geheele lichaam in watten te wikkelen, voor de ziekte gevrijwaard wordt. Maar ook dit laatste doet ons tot geen vast besluit komen, want elders wordt ons op zegevieren den toon verzekerd, dat zonder de nieuwe, eerst on langs gepatenteerde hygiënische waschinrichting, die in geen huisgezin mag ontbreken, alle strjjd tegen de epidemie eenvoudig vruchteloos is. Onze wijn leverancier deelt ons in vertrouwen mee, dat hij zoo gelukkig is, in de gelegenheid te zijn, in zijn cog nac een goneeskrachtig elixer voor de ziekte te kun nen aanbevelen, dat tegen alle andere middelen te zamen kan opwegen, on do pasteibakker laat ons vragen, of wij dan de eenigen willen zijn, die van de door bevoegde geneeskundige autoriteiten aanbe volen salie-bonbons ter onderdrukking der influenza geen gebruik zullen maken. Deze epidemie, waarvan 't ongevaarlijke gelukkig vaststaat, brengt minder nadeel toe aan 't lichaam dan wel aan de ziel. Zjj bederft het karakter. De anders zoo zachtmoedige Berljjnsche schoolknaap komt met een van vreugde stralend aanschijn te huis en vertelt moeder jubelend, dat de „Latjjnsche leeraar", God zij dank, de influenza heeft en dat hjj dientengevolge geen werk heeft opgegeven. De dochter, die met haar borduurwerk voor den kerstboom zeer ten achter ia, maakt or zich geen gewetensbezwaar van, met »en kuchje cm bestwil en een halsdoek op in 't oogloopende wijze omgeslagen, papa te verleiden, eeu verontschuldigingsbriefje te schrjjven, volgens welk zjj, nit vrees voor opkomende influenza, de school niet bezoeken kan. Wie, om zuinig te wezen, hetgeen men in dezen tijd niet ge noeg zjjn kan, zich aan zijn maatschappeljjke ver plichtingen gaarne wil onttrekken, behoeft slechts een half woord over de in zjjn huis heerschende influenza te reppen, en men zal van alle uitnoodi- ging, om hem te bezoeken, gaarne afzien. Ten opzichte van andere ziekten zou men niet zoo lichtzinnig te werk gaan, maar bjj de, men zou kunnen zeggen, meer humoristische geaardheid der influenza kan men zich dergeljjke leugentjes ver oorloven. Ze is langzamerhand zoo in de mode gekomen, dat men zich bepaald schamen moet, als men tegen over vrienden en kennissen zich tot de bekentenis gedwongen ziet, dat men tot dusver van eiken aanval is verschoond gebleven. Alleen menschen, die met hun tijd geen gelijken tred houden, zetten hun licht, onrerantwoordeljjk genoeg, zoo ver onder de koren maat, dat zjj nog altjjd van katarrh spreken, waar anderen ten minste griep zouden zeggen. Wie even wel van nature tot pochen geneigd is, beroemt er zich reeds op in een bedenkeljjk stadium der influenza te verkeeren, wanneer hem een slok koffie in 't ver keerde keelgat schiet. Wie tegenwoordig in een tram luide hoest, loopt gevaar van door den conducteur op eenstemmig be vel van de andere passagiers, uit den wagen gezet te worden; de droschken-koetsier weigert, onder be roep op de politieverordening, die hem 't vervoer van personen, san besmettelijke ziekte ljjdende, ver biedt, een ieder op te nemen, wiens stem maar heesch klinkt. Een zwakke toespeling op de om standigheid, dat in een winkel eén der verkoopers ziek is geworden, kan alle klanten veijagen en men schen, met bijzonder prikkelbare zenuwen, nemen aan geen diner deel wanneer zjj vermoeden, dat het door hoestonde menschen is toebereid. Kinderen houden zich voor eeuwig geblameerd, wanneer in 't huis hunner ouders slechts drie personen aan de influenza ljjdende zijn, terwjjl hun speelmakkertjes met begrijpeljjkeu trots vertellen kunnen, dat er bjj hun in huis zeven ziekco zjjn. Gelukkig voor ons, dat Sint Nikolaas achter den rug is, en voor onze Duitsche buren, dat de nWeih- nachtsmannzich door de influenza niet zal laten verjagen. De Engelsche pers is reeds tot bedaren gekomen en heeft haar aanvallen tegen Portugal uitgesteld, totdat alles, wat bjj de Zambesi is voorgevallen, nauwkeurig bekend is. Nu reeds wordt uit Londen gemeld, dat de onvolledigheid van de eerste mode- deelingen der Timet al is gebleken, en bovondien is de Portugeesche regeering geenszins ongeneigd in een schikking te treden. Geljik men weet, maakt Portugal aanspraak op het ten noorden van de Transvaal gelegen koninkrijk Matabele, welk land ook door de Engelschen als tot hun gebied behooronde wordt beschouwd. Nu is de Portugeesche regeering bereid dit land aan Engeland over te laten, mits Engeland dan daar voor zjjn aanspraken op het Shiré-gebied en het zuideljjk deel van het gebied bjj het Nyassa-meer laat varen. Van dit gebied verlangt Portugal niet meer dan wat ten westen door den 28sten lengtegraad en ten noorden door het Duitsche gebied wordt begrensd. Indien Engeland dit gedeelte aan Portugal wil overlaten, ziet Portugal af van zijn aanspraken op Matabele-land en verplicht zich tevens de gestelde grenslijn nimmer te overschrijden. Van een ver binding tusschen de Portugeesche bezittingen in Angola en Benguela op Afrika's westkust met Mozambique op de oostkust is dus geen sprake. De Portugeesche regeering verzekert, dat do inljjving van het binnenland, hetwelk de kusten scheidt, geenszins in haar bedoelingen ligt, zoodat de Engel sche regeering zich in dit opzicht niet ongerust behoeft te maken. De correspondent van do Daily Newt te Lissabon staat in voor de justheid dezer mededeelingon, welke weldra door de Portugeesche regeering met een nauwkeurig uitgewerkte kaart naar Londen zullen worden gezonden. Tot de politieke zeldzaamheden behoort een Fransche kamer van afgevaardigden, wier discusaiën aan eentonigheid lijden. Deze rariteit geeft nog altjjd de nieuwe kamer te aanschouwen. Voor het op sensaties beluste publiek te Parjjs is dan ook de influenza vrij wat belangwekkender dan de tegen woordige parlementaire handelingen. Zelfs de ge heime fondsen, die zoo menig Fransch ministerie verderfelijk waren, konden ditmaal niet meer dan een tucch <T estime behalen. Dagelijks gaat de kamer voort de -erkiezingen van Boulangisten en niet-Boulangisten ongeldig of geldig te verklaren, waarbij zij zich niet altijd, zooals wij reeds vroeger schreven, door beginselvastheid onderscheidt. Dit noemen de opportunisten prac- tische nuttigheidspolitiek, in onderscheiding van die staatkunde, welke in zulke vraagstukken als andere haar principes getrouw blijft. Nu Naquet's verkiezing nietig is verklaard, zal de Boulangistische Nestor wel naar den senaat terugkeeren, waar hij uit voorzorg zijn zetel nog niet opgezegd heeft. In minder gunstige omstandig heden verkeert zijn partijgenoot Laur, wiens ver kiezing ook door de kamer te niet is gedaan. Over nog ongeveer een twintigtal gekozenen moet de kamer uitspraak doen. Van deze zal wellicht geen verkiezing de houding der kamer bjj het toelaten of weigeren der gekozenen zoo zeer karakteri- seeren als haar beslissing in zake de verkiezing van Bisschoffsheim, republikein te Nizza. Als er ooit bij den wedijver aan de stembus geknoeid is dan was hot in Sept. ,11. te Nizza. Bisschoffsheim strooide gouden tientjes onder het volk. Ongetwjjfeld zal hjj, evenals Jaluzot, de directeur der magazijnen van den l'rintempt, aan de afgevaardigden wijs maken, dat hjj dit in vlagen van edelmoedigheid deed en het is maar al te zeer te voorzien, dat de kamer deze leer zal slikken en Bisschoffsheim genade in haar oogen zal doen vinden. Haar commissie, met het onderzoek naar de ver- kiezing belast, heeft haar reeds, het goede voorbeeld gegeven en zijn verkiezing geldig verklaard met 10 stemmen tegen 5, doch de waarheid gebiedt te zeggen, dat niet meer dan 15 leden van de 52 tegenwoordig waren, toen dit besluit viel. In den Senaat werd de Begeering door den mar kies De 1'AngleBoaumanoir geïnterpelleerd over het inhouden van de bezoldiging van geestelijken, die zich op ongeloofde wijze met de verkïèzingen bemoeiden. De Minister Thévenet antwoordde, dat de maatregel in het geheel op 213 geesjeljjken was toegepast, en dat wel om de rechten van den wereldlijken Slaat te handhaven en de geestelijken te nopen om zich te honden bij hun ambt. De bekende clericaal Chesnelong betoogde hierop, dat de maatregel onwettig was, dat de Begeering' van het Concordaat misbruik maakte om den Staat over de Kerk te doen heerschen, de geestelijken tot slaven te maken; in naam der priesferljjke waardig heid en gewetensvrijheid protesteerde hjj daarjegen; het Kabinet voerde oen politiek van tweedracht en verdrukking, welke ten slotte de Bepubliek ver derfelijk zou zjjn. Ten slotte werd met 182 tegen 70 stemmen een motie aangenomen, strekkende om de opvatting der Begeering betreffende het Con cordaat goed te keuren. van de Makelaars De markt was heden onveranderd. Loco Tankfust 8.60, a 8.65. Geïmporteerd fust

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1889 | | pagina 2