lORC. Kb alen BINNENLAND. IETS GEHEIMZINNIGS. R .uwe, I N° 4188. Nieuws- en FEUILLETON. 1800. Wt* 24 Juwri. Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. F De inzending van advertentiên kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. i I ÏEN” 11 11 i Krui»,' ie 71. en (Uit kei Engehch.) f I 1 Zoon Oe uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prjjs per drie maanden is f 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. Bovendien worden alle Ad verten tien gratis opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’t welk des Maandags verschijnt. 1. maand. r Courant. omtrek gedurende de loo] er 8 a 4 waarin geen 1. de oranjerie, een tusschen de bloe- 180. i’sche ge- IKAMER. lidden der 890. listen. Duitsch Y. Z. uur. van hun, die door die wering schade hebben geleden, uitdeelingen van brandstoffen enz. te doen. 5, trotseeren tijd komt de d, eene phy- eld verbreid sldaad blykt loor den ge- ■g opgedaan worden jwgestel >gen, en zy >ote publiek 1 wanhopige ogen uit de uigsohriften r aan de iseerend ith. Dr. r. P. Fo- rath Dr. jr-direc- rjjs, rue lusbaoh, Dr. C. ae et de Uit Bodegraven schrijft men ons van gisteren Met den tram, die heden morgen te 10 uren uit Bodegraven vertrok, is het volgende ongeval voor gekomen. De kinderlijkwagen van Gebr. Blom uit Gouda, die in deze gemeente een lijkje moest ver voeren, kwam, door het schrikken van het paard, in botsing met genoemden tram, waardoor het voor wiel en het lemoen brak. Na in de Oud-Beeu- wijksche buurt een tilburrywiel geleend te hebben, kon de koetsier met z|jn beschadigd rijtuig naar Bo degraven sukkelen. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. oswyze van AD VERTENTIEN vryrden geplaatst van 1—5 regels a 50 Centeniedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Uit Zevenhuizen schrijft men ons Hetf getal lijders aan influenza of „aanverwante kwalen' (verkoudheid enz.) kan in deze gemeente zonder overdrijving op ongeveer 1000 worden be paald. Een fondsbode die 3 a 400 gezinnen in den >op dezer weer bezocht, vond zieken voorkwamen. Door de Commissie tot wering der bedelarij in Zevenhuizen ia ongeveer f 300 ingezameld om daar- 14) „Dankje; ik kan onmogelyk binnenkomen ik ben al te erg bespatde wegen zijn één en al modder. Ik heb alleen een briefje van mevr. Manners aan mevr. Rayner .te brengen.” „Gekheid. Kom naar binnen.” Hij bond zijn paard vast en stapte de kamer in. De predikantsvrouw zond meest altijd hare briefjes door een van hare jongens, en toen Violet hoorde, welk eene onbeduidende boodschap het was, vloog de gedachte haar door het hoofd, of hij die ook tot een voorwendsel gebruikte voor een ander doel. Maar hare verwachting werd teleurgesteld. De heer Reade sprak uitsluitend met mijnheer en mevrouw en richtte nu en dan het woord tot Haidee; maar als Violet eene opmerking maakte, zag hij haar niet eens aan. Zij was boos. Het kon haar natuurlijk niet schelen, of de heer Reade haar aankeek, of niet mot haar sprak; maar de burgerlijke beleefd heid, vooral ten opzichte eener ondergeschikte, ver bood hem toch baar geheel over het hoofd te zien. Zij wilde hem dit doen gevoelen door eenvoudig te doen alsof hij er niet was, en toen Haidee naar het naamde algraine d, slape- sn die door gen, on der ge- van ge- du bekende aden, geen en voor angstig eringen srhoofd, handen meisjes in jonge ned, wordt ;e koste- GOUDSCHE COURANT. en. 1947, aan GOUDA, 28 Januari 1890. Dinsdag 28 Januari a. st. des avonds ten 7 uur, zal de heer J. Bruinwold Riedel, secretaris der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen, in de zaal „Nut en Vermaak" eene voordracht houden over „de Maatschappij tot Nut van Algemeen en haar taak naar de behoeften van dezen tydl” Deze voordracht zal ook kunnen worden byge- woond door hen, die geen lid van ,’t Nut” zijn, zoodat met recht mag worden verwacht dat een talrjjk publiek zal opkomen om dit voorzeker be langrijk onderwerp te hooren bespreken. woning een plaats had gevonden. En als zij rustig werken wilde, gaf zij er meermalen de voorkeur aan, reeds haar toekomstige woning te betrekken, waar zij dan ook Vrijdag-tnidjlag ijverig zat ta werken, toen haar minnaar bij haar kwam. Hierin lag niets ongewoons. Als Hendrik van Wijkvliet, die wynkoopersknecht van beroep is, in de buurt kwam, liep hij wel eens meer even op, en het meisje begroette hem dan ook op de gewone wjjte. Er was haar echter een bijzonderheid ter oore gekomen. Van Wykvliet speelde met nog twee personen een twintigje in de Staatsloterij, en op hun nummer was Donderdag een duizendje gevallen. Het meisje had dit van adderen vernomen, en Van Wijkvliet had het haar niet verteld. Haar bevreemding over diens stilzwijgen gaf zij lucht in de woorden „Zie-je nu wel, Hendrik, dat je niet van mij houdt? Je vertelt aan anderen dat je een duizendje getrokken hebt, en voor mij hou-je het stil. Wat moet dat nu worden, als wij getrouwd zjjn?' Zonder eenigerlei andere aanleiding vatte Van Wijkvliet bij die woorden vuur, sprong op, en met de woorden„Wacht, wij hebben toch nog een ap peltje te schillen I' trok hij zjjn mes en bracht het meisje verscheiden wonden toe. Niet minder dan 2l/s uur zjjn de geneesheoren in het Gasthuis bezig geweest om het beklagenswaardige slachtoffer te verbinden. Haar toestand is zeer zorgelijk, en slechts een oogenblik werden de ouders bij het bed hunner dochter toegelaten, om in eenige zwakke klanken van haar lippen het gebeurde te vernemen. Voor de ouders is het voorgevallene een verschrik kelijke slag, te treffender omdat zij nog slechts kort geleden een dochter van zeventien jaren door den dood verloren. Van Wijkvliet bracht zich-zelven slechts eenige lichte verwondingen aan pols, mond en hals toe. Binnen kort, waarschijnlijk Zaterdag 1 Februari, zal in de zaal „Kunstmin” der Sociëteit „Ons Ge noegen” door het Tooneelgezelschap van het Salon de» VariéU» te Amsterdam worden opgevoerd Hen drik Ibsen’s veelbesproken tooneelstuk Nona. Aan de voorbereiding is zeer groote zorg besteed, het is ingestudeerd onder leiding van eenige Amster- damsche letterkundigen, die de repetitien bijwoonden. In vele plaatsen van ons land werd het met grooten bijval opgevoerd. De hoofdrol is in handen van een jonge, doch zeer talentvolle actrice, Mej. Aleida Roelofsen en ook de overige rollen zijn in goede handen. De verschillende bladen in Amsterdam en elders gewaagden met grooten lof van de opvoering van Non», dat den naam van dramatisch kunstwerk ten volle verdient en met aandrang mag de aandacht van de Goudsche tooneelvriendeu op deze voorstel ling worden gevestigd. raam liep om naar Reade’s paard te zien, volgde zij haar. Het kind was niets bang voor de# vos zij ging een paar klontjes voor hem vragen, en toen, een stukje suiker op hare vlakke hand houdende, liet zij hem dit ophappen, terwijl zij met hem keu velde in eene taal, die Violet niet verstond, maar die hij best scheen te begrijpen. „Wil u hem ook een klontje geven, juffrouw?” vroeg zij. Maar Violet wilde voor geen geld van de wereld het paard van den heer Reade „aanhalen.” Zij liet hare kleine pupil dus bij haren viervoetigen vriend en begon wat bloemen, voor de vaas op de theetafel, te plukken. Zij had bare handen half vol, toen zij de stemmen der heeren op de plaats en daarna het geluid der paardenhoeven hoorde. Juist stond zij bij het trapje van paar zilverbladeren plukkende, om men te schikken, toen zij den heer Reade voorbij hoorde rijden. Zij zag niet op, tot hij riep: „Goe den avond, juffrouw Howart!” Het hoofd half omkeerende, antwoordde zij koeltjes: „Goeden avond I” en ging voort met haar werk. Misschien had hij gedacht, dat zij een praatje met hem zou willen houden, maar dan had hij het totaal mis! Nu reed hy door, maar een oogenblik later stond hij weer stil en zij zag hem, onder het uiten van allerlei ongeduldige woorden, mot zijn rijzweep aan het slot van het hek scharrelen, dat hy niet scheen te kunnen oponmaken. De moordaanslag in de Warmoesstraat te Amster dam heeft zich anders toegedragen dan aanvankelijk gemeld werd. Het N. v. N. schrijft dienaangaande Niet ten huize van Termaat is de moord gepleegd, maar in een woning, die de dochter van Termaat vlak tegenover de ouderlijke woning bad gehuurd en waar zij, als zij in het voorjaar in den echt zou zijn getreden met Hendrik van Wijkvliet, voorgoed haar intrek zou nemen. Het meisje, arbeidzaam en vlijtig van aard, had zich door haar handenarbeid een spaarpotje verwor ven, waaruit een en ander voor het huishouden was aangekocht, dat reeds iii de aanstaande echtelijke „Hoe onhandig, niet even van het paard te sprin gen en het slot open te maken! Het gaat zoo ge makkelijk; mij dunkt, dat ik bet zonder bezwaar, zelfs te paard zittend, zou kunnen opendoen,” dacht zij. Hij bleef vergeefsche moeite doen; telkens steigerde het paard of gloed de zweep af, terwijl Violet naar al dat gehaspel stond te zien en niet kon nalaten te roepen: „Wat is het toch!” Zij maakte zich boos over die bespottelijke onhandigheid. Daar stond de vos eventjes heel stil; maar het scheen dat Reade dat gunstig oogenblik opzettelijk verzuimde. Zij fronste het voorhoofd van ongeduld, toen hij, plotse ling opziende, haar blik ontmoette. Er bleef voor haar niets anders over dan naar het hek te gaan. Het ware al te onbeleefd geweest, dit niet te doen, maar zij deed het slot open zonder een enkel woord te spreken. „Dank u, dank u vriendelijk! Het spijt mij, u zooveel moeite te hebben veroorzaakt, maar die on handelbare vos wil maar niet stilstaan.” „O, het is volstrekt geene moeite,” zeide zij stijf, terwijl zij zich met hare bloemen bezighield. Hij nam den hoed af en reed stapvoets weg, terwijl zij het hek achter hem sloot. Waarom, wist zij niet, maar zij had een gevoel van teleurstelling en ge kwetste waardigheid’ Zij meende, dat zij als meisje, in het byzonder als een meisje in ondergeschikte betrekking, wel had mogen verwachten, dat de heer Reade in de huiskamer oen paar woorden met haar had gesproken.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 1