J. J. VAN DER SANEEN, COSTUUEWEEISTERS. TSUWSLAUNECH? Zen&ings- samenkomsten Gember-Koek, POSTZEGELS, PLAEZEGELS, BRIEFKAARTEN ©aa. G-ezegelcL ^supxex Buitenlandsch Overzicht. NEDERLAKHE ZENDINGSVEREEMGING ADVERTENTIËN. Medicinale Tokayer en Malaga. T CREBAS. van ,Gebrs. S\EL, Amsterdam. C. DE JONG en ZOON Wed. A. QUAINT, Korte schetsen uit de geschiedenis der Latijnsche School. op Woensdag 5 Februari 1890, Spreker D*. A. LOEFF, Burgerlijke Stand. The Continental Bodega Company hudteekening had geplaatst, maar dat da houder Tan het stuk er de Terklaring onrechtmatiglijk boven geschreven had. Hij beschuldigde dus den houder van abus de blancseign en toen die aaak onderaocht was, werd hij self vervolgd wegens het doen Tan valache aan klacht. ,j Voor de "Rechtbank word hq veroordeeld, voor het Hof werd dit vonnis bevestigd, dooh later op grond van eenig gebrek in den vorm werd door den Hoogen Raad dit arrest vernietigd en do zaak Terweien nahr het Hof te Amsterdam. Omdat men daar eohter niet in den waan kon hebben verkeerd, dat lijn klacht eeuigen grond had, werd hij daar vrijgesproken. Intusschen was door denielfden man een civiele Tordering tot betaling van aeker bedpg tegen den houder Tan dat. bewuste segeltje ingesteld bij de Rechtbank te 'sHage. V Deze erkende dadelijk het gevordorde bedrag schul dig te ''zijn, maar braoht in compensatie de schuld waarvan bij dat zegeltje tou blijken, èn, subsidiair, deed een eisoh voor dat bedrag in reconventie. Ook in het civiel geding ontkende de eischer het bestaan van de schuld. Na eira verheor op vraagpunten braoht nu de ge daagde het bewuste onderhandsche geschrift ia het geding en daarop wederom ontkende de eischer ooit sqn handteekening onder die verklaring te hebben eaatst, ontkende ook het renvooi, gelijk de ge- de beweerde, eigenhandig nevens de verklaring op het zegeltje te hebben geschreven. Op grond dat begin van bewijs bij geschrifte van de tegen- vordering gelevérd was, stond de Rechtbank den gedaaode toe om nader bij getuigen het bestaan der schuld te bewijzen. Tan deze beslissing ging de eischer in appel en gisteren werden voor het Hof te 's Hage in diezaak de pleidooien gevoerd. Voor den appellant, eischer in eerste instantie, voerde mr. Kranenburg, uit Utrecht, o. a de volgende bezwaren aan de oorspronkelyke vordering, die dadelijk door den gedaagde geheel was toegegeven, betrof een handelszaak, een summiere zaak de tegenvordering gold een zaak van gewone behandeling daarom had de Rechtbank behooren te splitsen. Namens zijn cliënt ontkende hij ook nu weer wat hij voor de Rechtbank had ontkend en beweerde bovendien, dat, al was het stuk echt, het nog niet kan gelden als begin van bewijs, terwijl ten over vloede niet voldaan was aan de voorwaarde, daar appellant de huizen niet had geleverd. Jhr. mr. Reijnst, voor den geïntimeerde optredende, begon met een uitvoerig .exposé te geven van de feiten. Nadat in de Zoutmaustrasfc «enige Ruizen waren afgebouwd, 'rustten op dezo panden en den grond een te, een 2e en een 3e hypothsek. De eerste hypotheekhoudster zou, omdat de rente niet op tijd was betaald, krachtens onherroepelijke volmacht verkoopen. De beide houders van de derde hypotheek (èen van hm was de tegenwoordige appel lant) begrepen, dat er voor. B£h niets zou overschie ten en trachtten daarom fmet (le vier houders van de 2e hypotheek diet op den accoordje te gooien, ten einde bij den geforceerdei verkoop den koopprijs te kunnen drukken en voor zoo weinig mogelijk geld eigenaars der panden te kunnen worden. Een overeenkomst in dien geest ontstond. Wanneer zij, nl. de houders der Se hypotheek, de huizen hadden gekocht, zouden zij aan de vier houders der 2e hypotheek, gfeet ruim 7000, een som van 3000 betalen. Yoor het gemak, om een omslachtige akte en kos ten te vermgden, werd er nu een onderhandsoh geschrift opgemaakt, waarbjj de houders van de Se hypotheek verklaarden san de houdere der 2e hy potheek, wegens geleend geld, schuldig te zijn een som van 3000. Toen het ooncept daarvan aan den nu appellant ter onderteekening werd voorge legd, maakte hjj de opmerking, dat hij alleen dan die som schuldig zou zjjn, wanneer de huizen door hem en zgn confraters waren gekocht; daarom schreef hij een renvooi in dien geest er bij. Na alleen met het oog op den moreeion indruk van den reohter de strafzaak, die er uit waa gevolgd te hebbeo gereleveerd, trachtte pleiter te weorleggen de bezwaren, die tegen het vonnis waren aangevoerd. Na re- en dupliek werd de oonclusie van het O; M. bepaald op 10 Eebr. a. s. Sta ten-generaal. Kekstk Kamzz. zitting van Vrijdag 31 Januari. Het gewicht der zitting ligt voornamelijk in den uitslag. Met één stem meerderheid is de begrootiug van Koloniëu verworpen. Het werd dan ook tgd dat aan dezen evangeliebelgder, die blgkbaar meer geschikt is voor zendeling of apostel dan voor minister van koloniën, bet politiek vertrouwen werd opgezegd. De eer van den dag komt toe aan den heer Tan Gennep, die in eene heldere rede de zondenlgst van den minister opmdhkte en hem zijn steun opzegde, omdat hg niets doet dan stokpaardjes berijden en gevaarlijke hartstochten opwekken. Doch ook de hh.van Roasem.Rengers enlnsinger spaarden den minister niet; duidelijk bleek uit de adviezen, dat de gevaarlgke inmenging in doft godsdienst der inlanders de ongerustheid zoozeer heeft doen toe nemen, dat de liberalen niet langer eene afwachtendé bonding konden aannemen. De verdediging dps ministers bevatte niet veel nieuwshet waren, zooals de heer Tan Gennep snedig opmerkte, oude kennissen die niemand overtuigden. Wel wrong hg zich in allerlei bochten om zjjoe vroegere uitlatingen zooveel mogelijk te verzachteo, doch hg kon niet loochenen dat verbreiding van het christendom hem boven alles gaat. Hg', was nederig genoeg zich te vergelijken met den apostel Paulus, die evenals hij van razernij, van godsdienstwaanzin werd beschuldigd en toch een zegen geweest is voor de heidensche volkeren. Dooh hij vorgat dat deze heidenapostel geen minister van koloniën waa. Terecht gaf de heer vsn Royen hem den welgemeendeh raad zendeling te worden, indien hij niet nalaten kan te arbeiden aan de ver breiding vah het christendom. Stenn vond de minister alleen bij den lieer Tan Zuylen en dan nog maar op een speciaal punt de Indiache muntquaestie. Niemand stond anders op te zijner verdediging. Teekenen wij nog aan, dat de heer Pgnappel het beleid des ministers streng afkeurde, maar stemde voor de begrooting, omdat hij constitutioneeie be zwaren had tegen afstemming om redenen buiten de begrooting. 4 Tan de liberalen atemdeu Kappoyne, Huydeooper, Ylielander Heyn en do Yoorzitter vóór. De 20 tegenstemmers waren allen liberates. -v— IT. DE TRAUDENIUS8EN. Hebben wij in eene vorige sohets onze aandaoht meer bepaaldelijk gevestigd op de posten, voorkomende onder ae ontvangsten in de rekeningen van Paulus Traudonius, thans wensohen wij enkele uitgaven eenigs- zins nader te beschouwen. Onder de .uitgaven bekleedeu de jaarwedden van het ouderwijzend personeel eene eerste plaats. Over het traetement van den Rector spraken wij reeds het bedroeg 1B0 met vrije woning en do veran derlijke emolumenten komende van de schoolgelden der hoogste klasse. Die 150 vinden wij evenwel niet geboekt in onze rekeningen, dooh wel in de Stadsrekeningen van het jaar 1577 af. Deze eigenaardige scheiding in het finantieel beheer der school vindt haren oorsprong in toestanden van een vroeger tijdperk, waarin de stad de school jaarlijks pachtte van den Heer of Graaf, en de door de stedelijke regeeiing benoemde en be zoldigde Rector niet alleen als onderwijzer, maar fei telijk ook als inner der gepachte inkomsten (school gelden) optrad. Om nu tot onze rekeningen terug te keeren de tractementen der drie ondermeesters bedroegen voor ieder 90. De kwitanties die, prachtig geschreven als zg zgn, eeu bewijs leveren dat de edele schrijf kunst niet verwaarloosd werd, zijn nog op het archief aanwezig. (1) De concierge, die belast was met «het school ts veegen en'besemschoon te houden" kreeg niet bijzonder veel. Nadat hg een paar maal verhoogine aange vraagd eq, verkregen had, ontving hjj eindelijk 5 per jaar 1 Laten we maar veronderstellen dat hij alleen maar 's morgens behoefde te komen om de sohool schoon te maken en dat verder van hem geene diensten werden gevorderd. Wjj zouden verder te veel van het geduld der lezers vorderon, wanneer wjj sl de interessaute posten afzonderlijk gingen bespreken. Slechts op een paar zeer frappante zaken willen wjj de aandaont vestigen. In de eerste plaats dan worden wjj getroffen door de veelvuldige bewijzen van seue zekere vaderlijke ge hechtheid van de scholasters ten opzichte van de onderwijzers. Een paar voorbeelden sleohte. Een zekere Simoo Schoemasz, meester in de derde klasse is gsduieade geruimen tijd ziek en sterft. Zijn trae tement gaat gedurende zijne ziekte door en degeen die zjjne lessen tijdelijk waarneemt krijgt eene ruime belooning. Dit alles getuigt reeds van een in dien tijd zeldzame zorg voor de materieole belangen van de onderwijzers. Doch wat zien wjj nu verder Schoemasz was Ongehuwd en woonde zooals wjj zonden zeggen, «op kamers" bij eene zekere juffrouw Lijsbet Jans dia onzen Schoemasz gedurende zijue ziekte uit stekend verzorgde. En nu vinden wij in de rekoning van 1588 eeue post waarbjj aan haar voor «die goede servjjs en de behulpeljjckheyt van mr. Sehoemasz in sijn sieckbedde ten wteynde bewosen" de somma van' 12 wordt uitgereikt. Al letten wij nu, bij de beoordeeling van deze post, op den tjjd waarin rij is neergeschreven, dan nop mogen wjj in de aan Lijsbet Jans uitgereikte beloonmg een aanlig voorbeeld zien (1) Op het Muesm vsn Oudheden heeisden sich ook nog eenige kniUntiee een Rectoren en Prscceptoren. hoorde zij, dat - het. vrg knorrig werd gegeven, en onmiddellijk daarna riep mevrouw Reade haron zoon toe, haar niet zoo lang te laten wachten'. Het schoolfeest, dat om ziekte van enkele ge meenteleden tot nn toe was uitgesteld, zou Zaterdag worden gevierd en den daaropvolgenden dag was het oogstfeest. Dit laatste gaf Tiolet niet veel drukte; zjj bemerkte er niet veel van. Zooals zij hoorde, bepaalde men zich tot het zingei van het oogstlied en van bijzondere dankzegging voor Gods zegen vrif slecht overeen te brengen met het morren en klagen der boeren over dien „eeuwigdurenden regen en de schade die bij aanrichtte" en voorts werd de kerk met korenaren en groen versierd. De jfcge dames Reade hadden voor dezen keer de versiering der kerk voor hare rekening genomen, omdat de dominë'sfrouw buitendien zooveel bad te bezokgen voor het schoolfeest, den maaltijd en den bazar. Toen Haidee en Tiolet Maandag eene grootere wan deling hadden gedaan dan gewoonlijk, kwam Jane h&r met een zeer geheimzinnig gezicht tegemoet loopep. «O, juffrouw, de jonge mijnheer Reade is hier' geweest; hij vroeig naar u; hij had eene boodschap aan u.' Toen ik vertélde dat u uit was en aanbood u zjjne boodschap over te brengen, zoide bij, n liever te willen schrijven, want het was van vëel gewicht. Hg schreef een brieve, maar ik kan waarlijk niet helpen, dat Sarah het van ,hem aannam. Zg bracht het naar mijnheer, en toen ik haar achterna riep dat het voor ,n rf&s, deed zij alsof zg mij niet verstond." Geducht uit haar humeur over die hoogst onge paste handelwijs van Sarah, ging Tiolet naar boven. Zoodra zij in de eetkamer kwam, overhandigde mijn heer haar het briefje met de woorden: «Hier is een billet-doux voor u, juffrouw; van wien denkt u dat het komen zalf Tau wien ver wacht u er een?" «Tan niemand, mijnheer," antwoordde zij blozend. Zij opende het briefje onmiddeigk, als om te toonen hoe weinig gewicht zg er aan hechtte en las- «Waarde juffrouw! Mijne zusters vinden dat er zooveel voor de versiering der kerk is te doen, dat zij vreezen niet op tjjd gereed te zullen zjjn. Zoudt u zoo vriendeljjk willen zjjn een handje te helpen? Als u er njets tegen heeft, kom ik morgen na het ontbijt met dat werk oaar Elzenhof rijden; omstreeks kwartier over tweeën. Uw dw., i Laurence Reade." In dea grond waa dit 'briefje eene kleine teleur stelling, maar het was beter zoo;, nu kon zjj het zonder schroom laten zien. Zjj dacht er over of zij het maar niet zou verscheuren, als een nieuw bewjjs dat het haar niet kon schelen, toen zij een paar regels op de binnenzjjde van het velletje geschreven zag. Als dacht zij aan geheel andere dingen, stak zij Eet papier weer ia de enveloppe en lijet deze zoo onverschillig mogeljjk in den zak glijden. Wat duurde de maaltijd dien middag lang! Toen hij eindelijk was afgeloopen, ging zij naar de leer kamer en haalde het biljet te voorschijn. Binnen ih stond: «Waarom was u Zondag zoo onvriendelijk?' Eerst den volgenden dag, kwartier over tweeën, kon zjj °P die vraag antwoord geven, maar zij had dien namiddag onder de les wel willen zingen en juichen. Zij had het niet noodig gevonden het uur te noemed, waarop mjjnheer Reade het werk zou brengen. Men was tusschen twqe en drie uren ge woonlijk met elkander in de huiskamer bijeen. Maar op diqn dag vroeg mevrouw aan Tiolet, dadelijk na bet otèn, of zjj eeu -paar brieven voor .haar wilde schrijven, die met den n'amiddagpost weg moesten. «He weet wel, dat u liefst ongestoord schrjjtt, juffrouw. Zal ik uwe koffie in de leerkamer daten brengen of'boven op uwe kamer?" «Liever op mijne kamer, als u zoo goed wilt zijn. Zij liep naar boven en deed alle moeitftjhet stuk dat in den keel zat, door te slikken. Zij hield anders zooveel van dat halfuurtje na het i eten in de hhiskttmer. Dan zat zij onder het genot van een geurig kopje koffie de couranten te lezen en naar mijnteers grappige opmerkingen over hetgeen hij laa te luisteren, het was zulk een recht 'ge zellig halfuurtje. Zij had één van die nare brieven af, waarvan me vrouw haar het klad had gegeven zij beteekendon niets toen er aan de deur werd getikt en Jane met eene hooge .kleur, giegelencPpinnenkwam. Woedtvervolgd.) van den hechten band die er tasachen scholasters en onderwijzers bestond. Nog eene andere post onder de buitengewone uit gaven verdient vermelding. Mr. Adriaen Tonok, die Si de tweede klasse doceerde, had het ongeluk ge had om een van zjjne leerlingen, onder het straffen, het oog te kwetsen, naar ik vermoed door een on handige slag met de bekende plak, die al heel lioht, wanneer de jeugdige delinquent zich wat voorover buigt, in plaats van op de hand, op eeu of ander deel 'van het hoofd kan tereoht komen. Door die onwillekeurige verwonding had Mr. Adriaen, volgens onze rekening, sohade geleden, waarschijnlijk door dien de ouders van het jonge mensch den onvoor- ziohtigen meester gedwongen hadden de kosten van den heelmeester te betalen. Die kosten nu worden hem met 12 gl. 10 st. vergoed, omdat de scholasters «genoech versekert waren sulcx niet door eenige verbittertheyt ofte opset, maer onoselyok geschiet te zjjn." Dit voorbeeld doet ons zien dat in dezen tjjd de onderwijzers geenszins overal, geljjk men wel eens meent, onbeperkte vrijheid in het toedienen van lichamelijke straffen hadden, maar integendeel zeer op hunne hoede moeiten zijn dat ze, al was 't maar bij ongeluk, niet een of andere wond toebrachten. Dat 'overigens de onderwjjaqia. van dien tjjd, na elke gehouden strafoefening, de wVaak der ouders moesten duohten, is bekend. Menigmaal werden Rectoren en leeraren, bij het uitgaan der school, opgewacht door de oudera vooral door de moeders om afre kening te houden met den snoodaard die hunne lievelingen wat al te streng gecorrigeerd had. (2) Ten slotte nog een paar kleine posten die de Scho lasters betreffen. Deze hoeren dronken nogal eens een glaasje wjjn. Dooh 'tis niet te verwonderen dat zij, bij vervelende bezigheden als het verpachten der turftonnen en het controleeren der Bchoolxeke- ningen, zich gaarne van eene kleine opwekking be dienden. Merkwaardig is het evenwel, dat die on kosten aan wjjn soms met vrij veel omhaal verdedigd wordt. De heeren Soholasters krjjgen die tractatie speeiaal voor de goede zorgen die zjj, gedurende een jaar, aan de school besteed hebben en voor het aan- hooren en slniteu van de rekening. Toch dronk men niet bijzonder veel. Met zijn vjjven (den Rector rekenen wij mee), dronken zij gewoonlijk voor oen som van 4 gulden, waarvoor men in dien tjjd ongeveer 3'/s kan wijn kon koopen. En biermede sluiten ook wij de rekeningen van Trau- deniua en zullen wjj tot de verdere geschiedenis van het Gymnaaium overgaan. Intusschen wensohen wij hiermode tot een volgenden Zaterdag te wachten. (2) Wie hiervan iets meer wil weten lese eene aardige acboolcomedie *an den nit Gouda afkooutigen Schonneu», orer welken geleerde onlange, van de hand van dr. Garrer, «ene keurige monografie «erachenen ia. De beor Von Berlipsch, regeeringa-oommissaris in de Rijnprovincie is tot minister van koophandel in Pruisen benoemd in plaats van den r^jkskaoselier, die meer rust wil hebbdn. Ondankt de plaats kebbende wijziging, blijft echter de opperste leiaing in de oeccnomische en handels politiek ook thans in Bismarcks band. De nieuwe minister zal zich in de $er«te plaats hebben bezig te houden mot de arbéidswetgeving, welke o. a. zal worden uitgebreid door een wetsontwerp tot het instellen van raden van nijverheid en verzoening op initiatief van den staat. Het daaraan verbonden parlementair overleg en in het algemeen de, uitbrei ding der arbeidswetgeving maken bet optreden van een speciaal met dit ressort belasten minister ge- wenscht, te meer daar Bismarck, wegens redenon vau gezondheid, zoo weinig mogelijk meer aan de Rijksdagsdebatten zal deelnemen. Ook de op bet gebied der internationale handelspolitiek, b. v. tegen over Frankrijk, te verwachten gewichtige maat regelen doen het wensohelijk voorkomen, dat Bismarck van "eeq deel zijner werkzaamheden ontheven worde. Be benoeming vau baron Berlepsch ontleent geen gering gewicht aan het feit, dat hij, als Oberpraesi- dent van de Rijnprovincie, overwegenden invloed gehad heeft op de vreedzame oplossing van de groote werkstaking dor mijnwerkers, aldaar in het vorige jaar. Geheel tegen den drang van andere hooge ambtenaren in, weigerde hij principieel de hulp in te roepen der militaire overheid; persoonlijk trad hij' in overleg met de werkstakers, schonk met succes zjjne bemiddeling tnsschen hen en de mijn- bezitters, en verdedigde bjj de regeering met kracht het standpunt eener voorzichtige en verzoenende tactiek, waarmede hjj op den Keizer persoonlijk een gunsfcigen indruk maakte. In de Fransohe Kamer wordt van tjjd tot tjjd links en /echts getracht te geraken tot de groote eenheid, d. w. z. eon vereeniging van al de ver schillende fracties. Aan de linkerzijde is men echter daarmede al niet veel gelukkiger dan aan de rechter. Eergisteren |(zou" er vergadering f zijn, maar van de 870 uitgenoodigden hadden slechts 130 gebruik ge maakt, bohoorende tot verschillende richtingen, zoc- als Clémenceau, Madier de Montjau, Casirair, Périer, Ribot en Raynal. Ook Martineau, die het Boulangisme den rug heeft toegekeerd, was verschenen. Men wilde beraadslagen over het vormen van een enkele groote partij, die op gezette tijden zou bijeenkomen ten einde aaneensluiting te verkrijgen over alle ge wichtige quaestiën. Het voorzitterschap werd opge dragen aan Brisson, die met het plan niet ingeno men was. Hij zag in een enkele groote groep een element van ontbinding; zij zou een macht in den Staat worden zonder eer.ige verantwoordelijkheid te dragen. Be discussie was wel een beetje verward. Ten slotte is de volgende door Lanessan voorgestelde motie aangenomen, doch slechts met een vijftigtal stemmen; de anderen onthielden zich: „De republi- keinsche afgevaardigden den 29en Januari in plenum bijeengekomen, de eensgezindheid der republikeinsche, uit de laatste verkiezingen voortgekomen meerderheid wenschende te handhaven, besluiten dat alle afge vaardigden den laatsten Woensdag van elke maand zonder voorafgaande oproeping in plenum zullen vergaderen, om de aan de orde zijnde quaesties te onderzoekon en die beslissingen te nemen, welke het geschiktst worden geacht om de denkbeelden vau vooruitgang te doen zegevieren; dat de buiten gewone bijeenkomsten in plenum to allen tijde kun nen plaats hebben na bgeenroeping van minstens vijftig loden; dat de republikeinsche meerderheid als grondslag van haar program aanneemt: het behoud en de toepassing der legerwet, die de seminaristen geen vrijstelling verleent, der schoolwetten en de verdediging der volkssouvereiniteit tegen de aan hangers der monarohie van het keizerrijk* of de dictatuur, onder welken vorm deze zich ook voordoen.» Verder wbrd nog besloten een register aan te leg gen, waarop de republikeinsche afgevaardigden, die de vergadering niet hebben bijgewoond, zich kon den inscbrijvetf ten bewijze van in^emming. De „comminip van 55», welke de Franschë Kamer 'koos om advies uit te brengen over de handelstractaten, heeft hun arbeid aangevangen met het benoemen van den heer Méline tot Voorzitter. Be heer Méline, oud-minister van landbouw, gaat door voor den leider der protectionisten. Tot onder voorzitters werden benoemd de heer Viette, eveneens een protectionist, en de vrijhandelaar Raynal. Be heer Méline aanvaardde het voorzitterschap met het uitspreken van een korte rede, waarin hij verklaarde dat de meerderheid, in de commissie vol strekt niet optreedt met- een vooraf bepaald pro tectionistisch program, waarvan zij niet wil afwijken. Het doel der meerderheid is slechts mede te werken om Frankrijk in staat te atollen de mededinging met andere landen vol te houden en den natiooalen arbeid te bevorderen. Be Italiaansche Ministerpresident besloot, op grond van het rapport over (Jen financieelen toestand van Rome, een wetsontwerp in te dienen tot het verleeneu van hulp door den Staat; het bedrag wordt niet genoemd; de Kamers zullen worden uit- genoodigd het ontwerp voor Faschen te behandelen. V Heden overleed zacht en kalm, ia den ouderdom van 75 jaren, onze hartelgk geliefde Echtgenoot, Vader en Behuwd vader de Heer ADRIANÜS GIJSBEBTUS MULLER. Mede namens mjjne Kinderen, P. W. 8PBUIJT, Wed. A. U. Müixkk. Waddinxveen, 31 J&nn&ri 1890. Provinciale Bond Tan Afdeelingen der in ZUID-HOLLAND. in de Hervormde Kerk te Zevenkuizen, des morgens ten 10 ure, OPWEKKENDE ZENDINGSREDE. van Dordrecht. Des middags ten l1/. ure MEETING. Sprekers o.a. D». J. HOEK van Zevenhuizen, 8. COOLSMA, Ond-Zendeling en D«, A. H. ROOSE van Rotterdam. GEBOREN30 Jan. Leooardua Petros, oodars C. van der Klein en C. Compier. Johannes, ouders S. Rapis en J. Hoothoff. 81. Jacobus Johannes, ouders J. H. Bekkers en J. P. van der Kint. Ileiidrika Maria, ouders C. M. de Jong en M. de Hoog. Hermanns, ouders B. W. van de Pavoordt en H. van der Wolf. ONDERTROUWD: 31 Jan. L. Kleine, te Rotterdam, 22 j. en E. 'tan Vliet, 21 j. J. Vermeulen, 24 j. en K. Osaevoort, 24 j. J. Lorie, 28 j. en J. Verhoef, 27 j. Gouderak: GEBORENKlaasje Corneiia, ouders A, Verwey en M. Vroege. OVERLÉDEN P. Lok, 81J. ONDERTROUWD j H. Versnel en J. van Vouren. Specialiteit in Spaansche en Portageesche Eenig Depöt te Gouda, bg Heden overleed in den onderdom van 68 jaren te Rotterdam, onze geliefde Moeder en Behuwdmoeder Mevrouw M. C. RADEMA KERS, Wei}". van den Heer*R. R. Bok. A. D. M. van ECK—Bok. C. VAN ECK Szn. Gouda, 31 Januari 1890. Weder voorhanden heerljjke goed voor de maag, 35 en 65 ct. per stok. Banketbakker, MARKT 57, GOUDA. Op het atelier van D. SAMSO.M knnnen tegen goed salaris geplaatst wbrden COSTUME- WERKSTERS, liefst die bekend zgn met het afwerken van tailles. Tevens LEERLINGEN die reeds met de eerste beginselen bekend zgn. Verkrijgbaar te Gouda bg P. I OUDSHOORN, Kleiweg en bg IG. H. LAKERVELD, Gouwe C. 96; te Schoonhoven bg P. PIJN van DRAAT Alblasserdam bg de *Wed. J. DE BOER Giesendam bg Wed. v. d. HEUVEL en Leerdam bjj A. van WIJK. i Aeperen bg D. VERMEIJ. Probeert s. v. p. de SOUCHON-THEE No 3, a f 1.25 per V» kilo. GEVRAAGD door te Haarlem. Ten gerieve mijner Clientèle zullen voortaan steeds bij mg voorhanden zgn. Magazijn van Schrijfbehoeften.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 2