K° 4143.
BINNENLAND.
KN
3
aire,
1890,
IETS GEHEIMZINNIGS.
ren
ULINS,
it worden.
,ÏTG.
Advertentieblad
Nieuws- en
Dinsdag 11 Fdnarl.
ping
aak,”
P van
FEUILLETON.
'3en73*.
EGEN,”
retelling.
1890.
*mité.
van eene
en Badin
EVER,
angeres,
LDER,
imatrice,
E
De intending van advertentiön kan geschieden tot eèn uur des namiddags van den dag der uitgave.
Mn kantore
i WERVE
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
(Uit kei Engelech.)
0.
'ebr. in de
BI 1890.
Tooneel.»
lestaan
j.)
DAUDET.
g 7'/, nur.
jzen.
GOUDSCHE COURANT
or Gouda en Omstreken*
desmor-
igel, op de
JMAN, te
e Zondagen
10 tot dee
ecretarie en
liggen.
vor den Ge-
Gisterenavond toen de nieuwe stoomboot «do
Deel IP hier ter stede aankwam en aan den wal
■J-UB!»-L-l
Laurence Violet in:
„Wacht nog even; ik breng u thuis. Ik kom
terug.”
Violet had rich, niet al te vlug, aangekleed, ter-
wijl rij er over dacht, hoe Laurence zijne belofte zou
kunnen bonden, toen er aan de huisdeur werd gebold
en de stem van den heer Bayner zich liet hooren.
Mevrouw Manners bleef in hare rede steken en zag
Violet onderzoekend aan.
„Het schijnt dat de heer Bayner komt om u thuis
te brengen,” zeide de oude dame koel.
Violet zou die wandeling met Laurence voor geen
schat willen missen en daarom ontvielen haar de
woorden:
„Ik vrees dat het zoo is.”
De goede vrouw keek zóó vreemd op, dat Violet
slechts één uitweg zag: rondrit de waarheid te zeggen.
„Beste mevrouw, de heer Reade heeft gezegd, dat
hij mij wilde thuisbrengen wat moet ik doen?”
„En wilt gij liever met hem gaan?”
„O ja, veel liever.”
Mevrouw Manners veranderde geheel van toon;
haar arm om Violet heen geslagen, leidde zij haar
naar den tuin.
„Loop dit pad af, kindlief, en wacht op hem by
het hek. Het is een weinigje misleiding, vrees ik,
maar jij bent een kind en hij is een beste jongen.
Ga, ga I
Violet liep haastig tot aan 1
het pad een bocht en zij hoorde het hek dicht.
JDERS van
I8DAG dan
dage ten 1
ihrpving in
E8TEDEN:
ran 276.—
ndeTw*-
ren
van 82
pi de Boe-
GOUDA, 10 Februari 1890.
Eerstdaags komt de nieuwe stoomboot „de Deel",
varende tusscben Rotterdam en Gouda, in de vaart, j
die bij de gebr. Smit aan de Kinderdijk gebouwd
is. Deze boot munt uit door een sierlijk, smaakvol
uiterlijk en tevens door een hoogst gemakkelyke
inrichting. Behalve een nette achterkajuit, le klasse,
bevat zij nog een zoogenaamde dames-salon en boven
beiden een glazen kajuit, die een heerlyk uitzicht
naar buiten geeft. De voorkajuit, 2e klass^, is bij
zonder ruim. Het zal een waar genoegen zijn
daarmede een reisje naar Rotterdam te maken. De
oude boot blijft als reserve dienst doen.
Dezer dagen is het juist 60 jaar geleden dat de
lijn RotterdamGouda door deze boot bevaren wordt.
Dat niettegenstaande de groots concurrentie, die zij
te doorstaan had, deze onderneming zich zoo voort
durend in een bloeiend bestaan mocht, verheugen,
geeft een gunstig getuigenis van de wijze Waarop
de zaak geëxploiteerd en de directie gevoerd werd.
Wij wenschen de bh. van der Garden, «ier naam
zoo nanw verbonden is aan deze onderneming, van'
harte toe dat zij ook in het vervolg bloeien moge
en dat haar nieuwe boot steeds behoore tot de
meest gebruikte vervoermiddelen dezer stad.
AD VERTENTIEN worden geplatte*
van 15 regels a 50 Centeniedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
39)
Ik riep om hulp en toen kwam de heer Rayner
boven, die haar geducht heeft beknord.”
Deze verklaring was door het geheele gezelschap
zeer oplettend aangehoordzij had ze nu willen geven,
want zy had wel begrepen dat er over gepraat was.
Mevrouw Manners verzocht den heer Reade, haar
toch vooral niet bij den bazaar in de steek te laten,
en hij beloofde te zullen komen.
Mevrouw Manners sprak over de grootere uitbrei
ding die het feest dit jaar had verkregen en over de
muzikanten uit Beaconsburghdoch op eens zweeg
zij, want die waren door den ouden heer Rende
besteld.
„Ja, dat is de schuld van mijn vader,” lachte
Laurence. „Papa gaat waarlijk op rijn ouden dag
nog de eenvoudige rust van het dorpsfeest met mu
ziek verstoren. Hoe oudeugendl”
„Laurence!” waarschuwde zjjne oudste zuster.
Zij spraken nog eene poos over de beste verdeeling
der werkzaamheden op het feestterrein, en daarna
maakten de dames zich voor den aftocht gereed.
Onder de drukte van het afscheid nemen fluisterde
Tot de derde (tevens laatste) uitvoering van de
Christophorus-Cantate enz. die gisterenavond in de
Sociëteit „Ons Genoegen" plaats had, waren alle
leden der Congregatie uitgenoodigd, die daarvan,
naar zich laat denken, met groot genoegen gebruik
maakten.
niet op resultaten wijzen, dan nog zou zoo leest
men in de circulaire bij de tegenwoordige wettige
verhouding tusschen hoofden van scholen en onder
wijzers haar bestaan noodzakelijk zyn.
„Immers, die verhouding is zoodanig, dat de onder
wijzer, in ’t belang zijner positie, dikwijls zijne moe
ring niet durft te uiten in 't bijzijn van hoofden. En
tengevolge van die verhouding hebben de hoofden
van scholen, misschien zonder het zelf te willen, de
maatschappelijke positie van den onderwijzer, voor
een groot deel in hun handen, daar zij meestal eenen
beslissenden invloed hebben op de benoeming en de
bevordering. Ook in de school staat de onderwijzer
tegenover het hoofd in dezelfde afhankelijke be
trekking. De beslissing over den gang en
de methode van het onderwijs, zelfs in de eigen
klasse van den onderwijzer berust uitsluitend by het
hoofd, niettegenstaande de onderwijzer verantwoor
delijk wordt gesteld voor de resultaten van zijn on
derwijs. Bij zulk eene verhouding is het niet moge-
lyk, dat de meering der onderwijzers omtrent
schoolzaken tot haar recht komt. Eerst wanneer de
onderwijzers niet onder, maar naast het hoofd der
school hunne gemeenschappelijke belangen en die
van het onderwys kunnen bespreken en behartigen,
kan er sprake zijn van in alle deelen vruchtbare
samenwerking. En terwijl de Vereeniging zooveel
mogelyk de stoffelijke belangen harer leden behartigt,
is haar doel vooral de betrekking van onderwijzer,
even goed als die van hoofd eener school, te maken
tot eene erkende onafhankelijke maatschappelijke
positie.”
Een voorspoedige reis! De Engelsche bark Jfor-
garetk kwam dezer dagen te Boston aan. Het schip
kwam van Afrik’s westkust en had aan boord een
lading dieren voor een menagerie, bestaande uit 13
slangen, 400 kakatoe’s en papagaaien, 1 orang-oetang
een gorilla, een aantal andere apen en twee krokodillen*
slaan, maar zij kon niet terug en kwam in aanraking
met den heer Reade, die in volle vaart terug kwam
loopen.
„Pardon mynheer,” zeide zy, doodelyk verlegen.
Hy had haar bij den arm genomen en hield haar
met zacbten dwang vast.
„Juffrouw Howart 1 Is u op de vlucht
„Ik ik was op weg naar huis,” stamelde rij.
„Maar dit is niet de weg daarheen. Liept gij my
misschien tegemoet?” liet hij er zacht op volgen.
„Wel neen!” riep zij halfschreiend, terwijl zy zich
los maakte.
Hoe vreeselijk, den schijn te hebben den heer
Reade na te loopen!
„Niet? Ik 'had het in stilte gehoopt. Ik heb
gedraafd als een postpaard om bijtijds te komen.”
Zij zeide niets.
„Waarom wildet gij alleen naar huis? Ik had
immers beloofd u te halen.”
„Ik ik wilde u geen moeite veroorzaken.”
„Dat is byzonder lief van u. Maar als die moeite
mjj niet kan schelen, mag ik u dan nu niet thuis
brengen? Ik ben er nu toch, of gaat u bepaald
liever alleen?”
„Ja, ik zou liever alleen gaan, dank u.” De woor
den wilden er haast riet uit en zij zag dat Laurence
haar niet geloofde. Hij bleef naast haar loopen,
met het hoofd in den nek. Opeens veranderde hy
het zijhek. Daar maakte van houding en op hartelyken toon zei hij
-j- v-, l.t. „O, nie| schreien, lieveling! Ik zou je niet be-
Bovendien worden alle Ad vertentien gratia
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
’t welk des Maandags verschjjnt.
aanlag, werd de stuurman K. der,.oude boot bij het
afzetten tusschen de beide booten ingedrukt; zyn
toestand is gelukkig riet gevattlijk.
Honderdduizenden Nederlaodjehe mannen en vrat*
wen zijn thans, zonder dat zij lot weten, leden van
een in lien Haag opgeriobte vereeniging genaamd
Oranjebond. Volgens de statuten, die deser dagen in de
StaatKOurant zyn openbaar gestaakt, zyn namelijk
„leden der Vereeniging personen, welke het huis
van Oranje-Naseau zyn toegegtan en hiervan door
gehechtheid en trouw blijk gefen". Die omschrij
ving geldt gelukkig van nagenoeg het geheele
Nederlandsche volk, en er werdt in de statuten niets
bepaald over aanmelding of andere voorwaarden van
aanneming als lid. Het voordeel van hot lidmaat
schap bestaal o. a. in de ondersteuning die behoef-
tigen kunnen ontvangen. Wel kan het bestuur hen
die vijf achtereenvolgende weken in gebreke blijven
hunne contributie (vjjf centen in de week) te .vol
doen, royeeren, maar het ml den bestuurders nog
al moeite kosten die bepaling op alle door genoem
de algemeene regeling als „leden ingelyfde personen"
toe te passen.
De aangeduide leemte in de statuten doet natuur
lijk niets te kort aan de goede bedoelingen der
stichters, wién wij een groot getal werkelijke leden
en begunstigers toewenschen. (Hbld.)
Het hoofdbestuur der Nederlandsche openbare
onderwijzers- en hoofdonderwijzers-vereeniging (na
de Koninklijke goedkeuring op de gewijzigde statuten
zal de naam veranderen in: Bond van Nederlandsche'
onderwijzers) heeft een circulaire rond gezonden aan
de onderwijzeressen en onderwijzers in Nederland,
om hen tot toetreding rit te noodigen. Daarin wordt
opgesomd, wat tot dusver door de vereeniging werd
verricht tot bevordering der speciale belangen van
de onderwijzers. Maar ook al kon de vereeniging