Buiteniandsch Overzicht.
PETR0LEUM-N0TEERINGEN
Oantzlaar Schalkwijk, te Rotterdam.
bijna allen van vreemden oorsprong. (Zie o. a. F.
Nagtglas, Levensberichteh van Zeeuwen.) Het rijke
Middelburg lokte in den bloeitijd der Republiek en
nog lang daarna tal van vreemdelingen. Vandaar
de velerlei uitboemsche familienamen onder alle
standen in die stad. Een groot gedeelte der wal-
chersche boeren schijnt van fransche of waalsche
afkomst te zgn. Velen dragen nog min of meer
verbasterde Iransche geslachtsnamen. In westelijk
Zeeuwsch-Vlaanderen daarentegen moeten niet weinig
afstammelingen wonen van vluchtelingen uit Sals-
burg en omstreken. In oostelgk Zeeuwsch-Vlaan
deren vindt men families van spaanschen bloede.
0Sedert ruim oen halve eeuw wordt Zuid-Beveland
overstroomd door emigranten uit de overige zeeuw*
sche eilanden en van de zuidzijde der Wester-
Scheldeboorden. De Katholieken onder hen zijn
bijna allen van zeeuwsche of belgischt-vlaamsche
afkomst. Te Goes wonen buitengewoon veel menschen,
die geen goboren Goesenaars of kinderen van niet-
Goesenaars zyn. Zij komen of kwamen uit alle
windstreken.
Hoe het echter staat met de afstamming der
oudere zuld-bevelandsche families, zoo aanzienlijke
als geringe, durf ik niet vast zeggen. Vermoedelyk
zijn de oude „Goesenaars", zooals alle Zuid-Beve
landers vaak genoemd vorden, moer „van vreemde
smetten vrij" gebleven. Het goesche land is lang
spaansch gebleven, bezat niets dan een klein land
stadje, was uitsluitend eeu landbouwende streek en
lag voorheen zeer geïsoleerd. Ook bleven sommige
ambachtsheeren in hur. heerlijkheid wonen onder de
Republiekzij zullen zeker geen vreemdelingen ge
lokt hebben, om zich op de vingers te laten kijken.
Zeker is het, dat er in Zuid-Bevelaud enkele fami
lies woonachtig zijn, die aldaar eeuwen vertoefd
hebbenhet zijn meestal zeer in verval geraakte
patricische geslachten. Oude, nog bloeiende regen
ten-families van goesche afkomst vindt men er niet
meer, voor zoover mij bekend is.
Een der gezondste plekjes der wereld schijnt wel
het eiland Lesbos te zijn, wegens zijn uitstekend
klimaat. De gelukkige gevolgen daarvan openbaren
er zich, volgens het Turksche blad Murabet, door,
algemeenen hoogen ouderdom, want noch in Mitylene
noch op het overige gedeelte van het eiland is het
iets bijzonders meer, als iemand boven de honderd
jaar oud wordt. Zoo wordt eené vrouw op het
eiland gevonden, die 145 jaaren oud en nog heel
kras is. Mezzini, de zoon van Ism&ël Aga, telt 130
jaar, de schoenmaker Xalil Aga 120 en Asik in 't
dorp Argas 115 jaren. Vergeleken bij ons zoo
afwisselend en meestal niet gunstig klimaat, is dat
gelukkige eiland werkelijk door ons te benijden.
Zou er geen herstellingsoord zijn op te richten P
Op het zuidelijk eiland van Nieuw-Zeeland is een
waterval ontdekt, welke tot de merkwaardigste op
aarde kau gerekend worden. De toegang ^derwaarts
is evenwel met groote plaatselijke zwarigheden ver
bonden, daar hij gelegen is te midden van met
sneeuw bedekte bergen, talrijke gletschers en groot-
sche bergmeeren. De hoogste der thans bekende
watervallen is in Californie, waar het water van een
hoogte van 2550 voet naar beneden stort, Dan volgt
de Orco-val op den Monte-Rosa in Zwitserland mot
2400 voet val booste in twee sprongen. De nieuw
'ontdekte val optNieuw-Zeeland neemt met 1904 voét
Beaconsburgh zou aankomen, af te halen. De heer
Reade was op reis geweest om papieren in orde te
brengen, in verband met den aankoop eener boer
derij, een paar mijlen verder op, want hij had aan
zijn zoon beloofd, dat hij die zou koopen in zijne
afwezigheid.
„Wij gaan nu eerst naar dokter Lowe en dan ga
je met mij naar het station om papa af te halen."
Zij protesteerde hiertegen, zeggende dat zij met
den dokter naar huis wilde rijden, maar zij liet zich
door hem bepraten.
„Waarvoor heb je eene boerderij noodig, Lau
rence?" vroeg zij, toen zij buiten het stationshek
stonden te wachten. Zij was in het rijtuig blijven
zitten- en hield de teugels vast, uit vrees dat het
vreemde reisgezelschap van den jongen heer Reade
te veel opzien zou baren als zij uitstapte en met
hem in de wachtkamer ging. Maar hij bleef naast
haar staan en hield gedurende het praten haar hand,
onder den regenmantel, stevig vast.
„Waarvoor ik eene boerderij noodig heb? Om een
tehuis voor jou te hebben en iets om voor ons den
kost te verdienen. Ik heb een beetje verstand van
de landbouw, en het komt er bovendien minder op
aan of ik in den eersten tijd al eens wat verlies bij
de zaken."
„Waarom wilde je een „thuis" hebben voor zulk
eene „rolleerde coquette" die je gisteren zeidet nooit
terug te willen zien?"
„Men is toch niet verplicht rekenschap af te leg-
valhoogte de derde plaats in deze voert in drie
opeenvolgende vallen meer water dalwaarts dan, de
beide eerstgenoemde te zamen. In de vierde plaats
komt dan een waterval van 1400 voet hoogte in
de Pyreueeen. De Niagara-val voert van alle
watervallen op aarde de grootste hoevoelheid water af.
Uit Paramaribo schryft men aan do N. R. Ct.
De zending van mr. Kalff naar Noderland, om
aldaar de houding van gouverneur Lohman bij de
regeering te gaan verdedigeu, is iets zóó ongehoords
dat wjj het niet konden gelooven, eer wij dien
jeugdigen rechterlijken ambtenaar zagen vertrekkon,
niet met buiteniandsch verlof om gozoudheidsredenen
zooals vroeger, of met ontslag, maar als koerier van
den gouverneur. Wij zijn benieuwd wie de kosten
van de heen- en weerreis per mail en van het
verblijf in Nederland betalen zal, en zyn overtuigd
dat elke poging om hiervan eene begrootingspost
te maken zoowel hier als in Noderland zal schipbreuk
lijden, daar het eeuo uitgaaf is niet ten algemeenen
nutte of in het algemeen belang, maar uitsluitend
ten behoeve van den heer Lohman. Velen denken,
dat de heer KalfT (doch dat is eene bloote onder
stelling) zelf pleizier had om weer eens over te wip
pen. In den korteu tijd, dat hij hier is, is het
reeds zijne dorde reis naar Europa. Dergelijke
uitstapjes schijnen hem dus niet onwelkom, zegt
men, en dan mag hij die nu ook eens zelf bekos
tigen. Bloeiend als eene roos, heette het vroeger
dat hij om gezondheidsredenen gingnu heet het
op last van den gouverneurDooh de heer Kalff
is een onafzetbaar ambtenaar, door den Koning be
noemd, en van eenen dergelijken „last" van den
gouverneur, buiten zijnen rechterswerkkring om,
kon dus geen sprake ziju. Gesteld dus dat hij die
zending niet zelf heeft uitgelokt, had hij 's gouver
neurs aanzoek daartoe niet mogen inwilligen.
In geen geval zal hij de kostou van zijne pleizier-
reis op de uitgeputte kolonie kungen verhalen. An
deren meenen, dat in den korten tyd van zgn be
stuur de financiën van mr. Lohman zoo zijn
vooruitgegaan, dat hij zich «ie weelde van zulk eenen
duren boodschapper thans reeds zou kunnen ver-
'oorloven. De kosten evenwel daargelaten, mag men
toch niet voorbgzien, dat eeu lid van het Hof van
justitie (onze jeugdige vriend Kalff bezit geenerlei
administratieve of politieke nevenbetrekking) door
den Koning benoemd wordt uitsluitend voor de
rechtspraak, eri geenszins om op zulk een tijdroo-
venden voet voor boodschaplooper van deu gouverneur
of wien ook te spelen.
Ongetwijfeld zal de rechtspraak (nog een ander
lid van het Hof is met verlof afwezig) door deze
nieuwe, geheel noodelooze, afwezigheid wérden be
nadeeld.
Zal de regeering dit alles toelaten En zal de
Vertegenwoordiging er dan het zwijgen toe doen?
Of zal aan mr. Kalff worden beduid, dat hg onver
wijld de terugreis zal hebben aan te nemen, en
voortaan zich houden moet aan het werk, waarvoor
hij is aangesteld?
En moet eene herhaling van dergelijke grappeu
niet worden voorkomen?
Waarom, vragen wij hier allen, heeft de gouverneur
den gewoneu weg niet bewandeld, en papier, peu
en inkt gebruikt of door den gouvernements-secreta-
ris doen gebruiken
Is hij hier bevreesd voor het ncripta manent? Is
gen van elk woord dat raèn zegt, kleine heks?"
j lachte hij. „Je dacht niet dat ik in ernst plan
had je nooit terug te zien. Dat geloofde je immers
niet?"
„Het zou mg niets hebbén kunnen schelen!"
„Daar hebben wij de coquette alweer? Je zoudt
me zulke sprookjes nooit hebben verteld, vóór je
op Deuhamcourt les had genomen. Ik wilde je mor
genavond komen bezoeken. Ik ben heden den ge-
heelen dag op Lawley geweest en ik moet er morgen
weer met mijn vader heen. Maar morgen avond
kom ik op Elzenhof en vraag ronduit naar je. Denk
et om dat ge niet uitgaat!"
„Ik beloof niets."
„En dan kunnen wij heerlijk een poos samen pra
ten, want de heer Rayner is, ditmaal zij dank, niet
thuis; ik zal je een adres opgeven waar je mij je
brieven kant zenden."
Zij waren zoo in hun gesprek verdiept, dat Violet
er niet op had gelet hoe een man vlak'achter hen
stond. Laurence keek nu om en ontdekte dat de
trein was aangekomen terwijl zij aan het keuvelen
waren.
„Goede hemel! Wacht hier op mij,lieveling!"
riep hij haastig, en nu liep hij met zulk eene vaart
weg, dat hij tegen den man die als een aardwerker
was gekleed, aanbonsde en hem den hoed van het
hoofd stootte!
faon hij met zijn vader, die Violet zeer vriendelijk
groette, terugkeerde, zag hij erg bleek, en bezorgd
het misschien te doen om geen enkel spoor tq doen
overblijven van de voorstelling van zaken, die men
als goed christen, naar waarheid, en dus onbewimpeld,
zou moeten geven
Mag vraagt hier een ieder mag iemand
van den naam van Lohman tegonwoordig alles doen?
Een van de grootste Amerikaansche millionaire,
do heer Andrew Carnegie, heeft in het Juli-nommer
van de „North-American Review" een opstel ge
plaatst over do plichten van ryke lieden, dat bijzon
der de aandacht getrokken heeft, o. a. in Engeland
door den heer Gladstone ter sprake gebracht en ten
onzent in de "Wetenschappelijke Bladen" overgeno
men is. Carnegie's betoog kwam hierop neer dat het
verwerven van 'zulke monsterachtig groote vermogens,
als tegenwoordig het meest in Amerika voorkomen
op zichzelf volstrekt niet opgeoorloofd of verkeerd
is, maar tot bevordering van het algemeen belang
kau strekken, indien de bezitters er van zich
hunne verplichtingen bewust zjjn. Zij moeten zich
beschouwen, niet als eigenaars hunner schatten, maar
als beheerders er van ten algemeenen nutte. Aan
hunne wettige erfgenamen moeten zij niet meer
dan matige middelen van bestaan nalaten, liet ove
rige behooren zjj te besteden tot het stichten van
inrichtingen van openbaar uut of van barmhartig
heid, en dut wel bij hun leven, niet bij testamen
taire beschikking na hun overlijden, in welk geval
zegt jCarnegio de persoonlyke verdiensto
grootendeels verloren gaat.
De daad bij het woord voegende, hoeft de heer
Carnegie aan de steden Alleghany-City en Pittsburg
eene kostbare openbare boekerjj ten geschenke ge
geven. Die in de eerstgenoemde stad is onlangs,
in tegenwoordigheid van den president der republiek,
feestelijk geopend.
Na ruim 36 jaren in tuchthuis en gevangenis te
hebbeii doorgebracht, was de 59jurige J. H. Röhde
op 3 Ocfobor des vorigen jaars weder ontslagen met
een uitgaanskas van ƒ273. Hij nam zijn iutrek bij
eenvoudigo burgerlieden te Amsterdam en noemde
zich eommiaaionair, maar giug bij voorkeur des
avonds uit; hij zeide dat hij wel eens 's nachts uit
bleef, doch dan behoefde men zich niet ongerust te
maken, daar hij voor zaken naar Naarden ging.
Maar op 29 Docorabor werd R. weder gevangen ge
nomen, verdacht van verschillende diefstallen bij
nacht door middel van braak en Donderdag stond
hij weder terecht wegens drie dtcfstallen, waarvoor
O. M. 10 jaren en 8 maanden gevangenisstraf eischte.
Op zijn 70e jaar, als hg dit haalt, zal deze treu
rige man dan 47 jaren gevangenisstraf achter don rug
hebben. Zeven-on-veertig van de zeventig jaren
Een reis om de wereld als eon uitstapje voor eene
zomer vacantie, wordt waarschijnlijk door den aanleg
van oen nieuwen spoorweg in Rnsland, die tevens
de langste spoorbaan dor wereld zal zijn. Deze is
in wording door don aanleg der Siberisch-trans-
Aziatische lijn van Petersburg over Irkutsk naar
Wladiwostok aan den Stillen Oceaan. De Canadeo-
sche spoorweg heeft een lengte van 5000 kilometers,
de Noord-Pacificbaan van 6500, terwyl de nieuwe
^iberisch-trans-Aziatische lijn 6500 kilometers lang
zal zijn. Tegenwoordig heeft een brief van Peters-
burg naar Wladiwostok nog 2'/j, maand in den zomer
in den winter zelfs 4 maanden noodig, na?«'t gereed-
liet hij zijne oogen ronddwalen.
„Weet je wie die man was, tegen wien ik aan
liep?" fluisterde hij.
„Die aardwerker?"
„Het was geen aardwerker, het was de heer
Rayner."
„Maar Laurence."
„Hij was het; ik verzeker het je. Wat had hij
hier, zoo vermomd, te doen? Hij kwam met dezen
trein. Hij heeft stellig ons gesprek afgeluisterd.
Let eens op, Violet, wat ik zeg-, ik zal je nooit te
rugzien
„Maar Laurence, hoe kon hij dat teweeg bren
gen? Je komt morgen avond en, vraagt naar
mij
„Luister goed, Violet," viel hg haar in de rede;
„als je mij morgen avond om zeven uren nog niet
hebt zien komen, ga dau voor half acht naar je
„nestje" in het plantsoen; maar heel zeker, daar
reken ik op."
„Goed Laurence. Ik beloof het!"
Gedurende den rit naar huis praatte de oude heer
Reade vriendelijk met haar; Laurence zat stil, trok
nu en dan bezorgd haar regenmantel wat hooger
tegen haar hals en sloeg haar oplettend gade, terwijl
zij met zijn vader sprak: zelf zeide hij echter nau
welijks een paar woordefi.
{Wordt vervolgd
maken der nieuwe spoorlijn zal de overtocht in 12
dagen kunnen geschieden. De nieuwe baan zal het
ook mogelijk maken, in 40 dagen om de aarde te
reizen, zoodat aulk een tocht dan wellicht nog eens
een vacantie- of een huwelijkRreisje zal worden.
Over de inneming zonder slag of stoot van de
drie bentings, die aan onze troepen te Atjeh den
26sten Juli van het vorige jaar zooveel offers heb
ben gekost, zijn sedert 6 Januari, den dag var. dit
wapenfeit, uitvoerige berichten ontvangen. CMt alles
is opnieuw gebleken zegt do Java-Bode dat
het vroeger bij Kotta Pohama gebeurde onze positie
volstrekt uiet zoo had verergerd als velen wel meen
den, dat er van een geregeld beleg van onze stel
lingen door den vijand geen sprake was, dat men
dus zeer verstandig heelt gehandeld door toen niet
dadelijk van systeem te vêrandereu, en dat wij geen
goed georganiseerde strijdmacht tegenover ons heb
ben, maar slechts losse benden, die, wanneer zij
daartoe- kans zien, in vereeniging met onze vijanden
binnen en buiten de linie hun slag trachten te slaan.
Het nomen van do positie Kota Toenakoe zal zeker
ons prestige bij do oorlogspartij wel wat hebben
verhoogd, maar het is toch de vraag of niet nog
steeds zooveel mogelijk geduld moet worden geoe
fend en men niet den pretendent-sultan zoo min
mogelijk moet doen bemerken, dat naar zijne onder
werping reikhalzend wordt uitgezien. Dat inlus-
schon dit laatsto wel gedaan wordt door hen, die op
Atjoh met de leiding der zaken zijn bolast en die
gaarne vandaar weg willen, is hun niet euvel te dui
den, en zoo is het ook te verklaren dat een tweede
tocht van Toekoe Nek naar Keraala wordt beraamd,
al is daarvan even weinig resultaat te wachten van
don eersten, vooral daar do oorlogspartij, minder
lichtgeloovig dan de Minister van Koloniën, ook
nu niet zal meenen, dat Nek uit eigen beweging
komt.
Do blokkade van Atjeh's Noordkust wordt streng
volgehoudenop drie schepen na, die te Amboina,
Bqndjermassin en Palerabang zijn gestationneerd,
bevindt zich thans de geheele beschikbare Indische
marine in de wateren van Atjeh.
Over deze operatie wordt van 12 Jan. in oen
brief uit Atjeh aan de Jave-Bode nog het volgende
geschreven
Heb ik in mijue verige correspondentie in grove
trekken de inbezitname der 3 vijandelijke bentings
gemeld, thans kan ik daaraan nog toevoegen, dat de
3 detachementen uit Kota Pohama, Pakan Kroong
Tjoet en Lamjong gecommandeerd werden respectie
velijk door de luitenants Web, Schroder en Mathijsen,
torwijl het geheel geleid werd door don chef van den
staf, den kapitein van Heutz. De weg, die genomen
werd, was dezelfde als die indertijd door de pa
trouille Veerman is gevolgd, zoodat men dan ook,
eveuals Veerman, het eerst voor Kota Toeankoe
kwam. Na de lagune overgetrokken te zijn vond men
Kota liagoe, de door ons op 26 Juli 1889 genomen
benting, en noordwaarts van deze Kota Baroe.
Kotu Hagoe scheen na 26 Juli door de Atjehers
reeds gedeeltelijk geslecht te zijn, om het dicht bijge
legen Kota Baroe meer te kunnen versterken. Deze
benting bad een aarden wal van p. m. 5 m. dikte, en
ware de benting dien nacht bezet geweest, zoo had
men geduchten tegenstand ontmoet. Het 14e en 3e
bat. waren echter in de nabijheid, om zoo noodig hulp
te verleeneu. Het^vérdere van dien dag (6 Januari)
werd besteed opfde genomen bentings in eenigszins
bewoonbaren téestand te brengen, waarbij de aanwezige
troepen voorwaarts in stelling bleven liggen. Gedu
rende den nacht bleven 100 man van het 14e bat.
do bentings bewaken. Den volgenden morgen kwamen
2 compagoiën van het 12e bat. inf. en ongeveer 150
dwangarbeiders een begin maken met het openkappen
van het terrein, eu deze compagniën bleven den vol
genden nacht de benting bewaken. Dien dag was
geen sobot gelost geworden, hoewel zich in den na
middag in den rand van Jcampong Tjadé Kedjoeran
een tiental Atjehers vertoonden. Des middags kwam
een Atjeher uit die kampong vragen, wel zoo goed
te willen zijn de kampong te sparen. Toen den
volgenden morgen echter een groot aantal schoten in
die richting gehoord werden, bleek het al spcedig,
dat juist uit die kampong de eerste kogels onq wer
den toegezonden. Natuurlijk dat ons kruit en lood
toen ook niet gespaaid bleef. Dien dag bekwamen
wij twee dooden, den iil. fusolier Sakia, no. 28172,
en den Europ: fuselier van Garderen, no. 25287,
beiden van het 12e bat. inf. Men gaat nu steeds
voort met het openkappen van het terrein. Dat het
laatste werk, het slechten der bentings, zeker niet
het pleizierigste werk zal zijn, ligt voor dè hand.
Onder de zaken, tot do vroeger bestaande orde
behoorende, welke de wilde stormvloed der om
wenteling in 1789 in Frankrijk met vernielend ge
weld verwoestte of deed verdwijnen, behoorden ook
de op zichzelf onschuldige speelkaarten. Wat? Ko
ning, koningin, boer! Er was immers geen Koning,
er zouden voortaan geen heeren, edel vrouwen of boeren
zijn, maar niets dan vrijheid, gelijkheid, biirgers on
burgeressen
Daarom vond men toen speelkaarten der Fransche
Republiek uit, die, het eerst verschijnend in 1793,
als de eigenaardigste kaart e-blaadjes, die de wereld
ooit gezien had, een kortstondig modebestaan hadden.
Daar het genie de plaats der koningen zoude inne
men, werden op deze kaarten de heeren of koningen
geniën genoemd, en wel: hartengenie of genie des
oorlogs, ruiten-genie of genie vau- den handel, kla
veren- of vrede-genie en schoppen- ot kunst-genie.
Deze geniën waren deels naar den smaak van dien
tijd uitgerust met strijdlustige oorlogs-atributen, deels
met zinnebeelden der. nieuwe of der oud-Romeinsche
staatsregeling.
Evenzoo hadden de vrouwen, in plaats van haren
vroegeren titel van koningin, dien van „vrijheid"
gekregen, wat in de toenmalige ooren vrij wat beter
klonk, en tengevolge daarvan ontstonden de namen:
harte-vrijheid of vrijheid vaq eeredienst, ruiten-
vrijheid of vrijheid van handel en bedrijf, klaveren-
vrijheid of vrijheid van het huwelijk en schoppen-
vrijheid of vrijheid der drukpers, en als de voor
naamste zinnebeelden der betreffende ex-koninginuon,
speelden eene eerste rol de phrygische muts, een
hooren van overvloed, een vaandel met het verlokkende
woord „echtscheiding," gedragen door de vrijheid
in persoon, zoowel als de strijdknods der kracht en
de alarmtrompet der faam met en benevens de leus
„lipht."
Nu de gelijkheid was gekomen in de plaats der
boeren en knechten, werd harten-boer: gelijkheid
van het hart of der plichten, voorgesteld door een
indrukwekkenden nationaal-gardist met de nadere
verduidelijking: „veiligheid"; ruitenboer werd: ge
lijkheid van kleuren, in de gedaante van een pootigen
neger, dr.e zijn vroeger slavenjuk met de voeten ver
treedt; klaverenboer werd: gelijkheid van rechten, in
den persoon van een rechter met de weegschaal, en
sehopponboer stelde de gelijkheid van rang voor, als
men dit ton minste kon begrijpen uit de voorstelling
van een gewapenden sans-culotte die, zittende op een
steen der vernielde Bastille, zich vermaakte met het
vertrappen van adellijke wapens en -titels.
Onclnnks al die schoone en leerrijke zinnebeelden,
gingen deze origineel© speelkaarten der eerste Fran
sche Republiek denzelfden weg op als zij zelve: zij
verdwenen, nadat zij het kortstondig bestaan eener
raode-één-dags-vlieg hadden geleid, tegelijk met de
vrijheid en gelijkheid, tot welker verheerlijking zij
waren uitgevonden. {Zondagsblad.)
De vindingrijkheid der Chineezen, ook in tui-
nierswerk, blijkt uit de drijvende tuinon, die zij ver
vaardigen. In do maand April wordt er van bam
boesriet een vlot gegsiaakt, tien of twaalf voet lang
en ongeveer half *oo breed. De rieten worden aan
elkander gebonden met een duim tusschenruimte.
Er wordt eeue laag stroo van een duim dikte over
heen gespreid en daarover eene* jtwoe duim dikke
laag kleverige modder, uit een" kanaal of waterplas
gebaggerd, waar het zaad in gezaaid wordt. Dan
wordt het vlot aan den oever va|| oen stil water ge
meerd en vereischt geen verdere zorg. Al spoedig
zakt het stroo en de bodem ook en verkrijgen de
wortels hun voedsel alleen uit het water. Binnen
een week of drie is het vlet bedekt met den wilden
wijngaard, waarvan de stengels en wortels verzameld
worden om ze te koken. In den herfst hebben zijn
kleine, witte knoppen en gele stengels tusschen de
ronde bladen een zeer aardig aauzien. Op sommige
plaatsen wordt moerassig land op die wijze voordeelig
bebouwd.
Behalve deze drijvende groentetuinen zijn er ook
drijvende rijstvelden. Op vlotten als bovenvermeld
wordt zeewier en modder als bodem gelegd, en wan
neer de scheuten van de rijstplant zoover zijn, dat
zij overgeplant kunnen wordÖn", worden zij in deu
drijvenden bodem gezet, die, door de wortels van het
zeewier vastheid verkregen hebbende, de planten het
geheelo sqizoen door in goeden staat houdt. De aldus
geplaute rijst rijpt binnen zestig a zeventig dagen,
in plaats van honderd. De vlotten worden aan den
oever vastgelegd en drijven op meren of wateren,
die geen sterke strooming hebben.
Tot dusver is de uitslag van 318 verkiezingen
vbor den Duitschen rijksdag bekend, waaronder
meer dan 120 herstemmingen.
Elk nieuw bericht, dat ontvangen wordt, vergroot
de nederlaag <der Aar^-partijon, voornamelijk der
nationaal-liberalen, en bevestigt de onverwachte ze
gepraal der sociaal democraten en vrijzinnigen, voor
wie in een groot aantal districten de herstemmin
gen gunstiger staan dan voor de tegenpartij. In
enkele gevallen is het nog onzeker, of het tot eene
herstemming of tot eene definitieve zegepraal zal
komen.
Naar *een zorgvuldige telling is de uitslag tot
dusver
Gekozen: Centrum 66, Polen 15, Elzassers 10;
deze drie partijen te zamen 14 herstemmingen.
Conservatieven: gekozen 31, herstemmingen 21.
Vrij-oonservatieven: gekozen 13, herstemmingen 19.
Nationaqj-liberalen-. gekozen 15, herstemmingen 56.
Vrijzinnigen: gekozen 20, hei stemmingen 62.
Democratische volkspartijgekozen 2, herstem
mingen 9.
oociaal-democratengekozen 20, herstemmingen 56.
De vrijzinnigen rekqpen op 60 mandaten.
Bennigsen is niet gekozen, maar komt in herstem
ming met den candidaat der sociaal-democraten.
De leider der conservatieven, Helldorff, hoeft in
zijn oud district moeten onderdoen voor den can
didaat der vrijzinnigen.
Stöcker komt in herstemming met Trager, van de
vrijzinnige partij.
Volgens de Bol. Nachriehten bestaat geen grond
voor den twijfel, als zou de conferentie ter bescher
ming der arbeiders niet spoedig te Berlijn bijeen
komen. Oostenrijk-Hongarije, Italië, Frankrijk, Groot-
Britannië, Zwitserland, België, Nederland, Zweden
en Noorwegen hebben hun deelneming toegezegd.
Rusland on de Vereenigde Staten van Noord-Ahie-
^ika hebben geweigerd, op grond dat zij minder
rechtstreeks bij de zaak belang hebben.
Zaterdagavond eindigde de termijn van tien dagen,
welke deu hertog van Orleans is toegestaan om in
hooger beroep te komen tegen zijn veroordeeling
door de Parijsche rechtbank. De hertog heeft geen
gebruik gemaakt van zijn recht en derhalve moest
Zaterdagavond een besluit worden genomen.
In den ministerraad kon men het niet eens worden
over het geval. De heeren Tirard en Constans ver
klaarden zich er voor den hertog onmiddellijk over
de grenzen te laten brengen, maar de overige mi
nisters waren er voor eerst na verloop van oenigen
tijd kwijtschelding van straf zou worden verleend.
Toch gelooft men dat een beslissing in den eersten
zin zal wordea genomen, omdat president Carnot
zich op hetzelfde standpunt stelt als de heeren
Tirard en Constans.
Eenige Parijsche bladen weten zelfs mede te doe
len, dat alle voorbereidende maatregelen reeds zijn
genomen. De prefect van politie heeft den hertog
medegedeeld, dat hij in den nacht van de Conciergerie
naar de' centrale gevangenis zal worden overgebracht,
De pre%ct zal den prins dan het decreet voorlezen,
waarbij de president de straf kwijtscheldt en hem
terstond naar het station brengen. Onder geleide van
een paar beambten der Parijsche politie zal de prins
dan terstond worden vervoerd naar Zwitserland, van
waar hij is gekomen.
Yan het Portugeesch Engelsche geschil hoort
men weinig meer, ook niet van het Portugeesche
verzoek ora een conferentie op grond van het Congo-
tractaat. Zou men dat verzoek stilzwijgend in de
doos hebben gedaan, omdat er ten gevolge van den
onwil van Engeland toch geen kans bestaat de zaak
hiqrmee uit de wereld te helpen! Misschien.,'t Heet
nu althans dat de Portugeesche Repeering de hoop
nog niet heeft opgegeven, dat Engeland, rekening
houdend met haar moeilijke positie, zekere conces
sies zal doen, waahloor zij op een schijnsucces
kon wijzen om de publieke opinio tevreden te stellen.
De Engelsche Regeering verzekert, dat zij twee
jaren geleden reeds Portugal heeft gewaarschuwd,
dat zij geen aanspraak op land onder Engelsch
protectoraat of van Engelsche nederzettingen zou
erkennen. Vroeger heeft de Engelsche Regeering
zich op dit punt wol eens minder beslist uitgelaten.
De nog altijd niet door de Mogendheden erkende
Vorst van Bulgarije, Prins Ferdinand van Koburg,
staat niet bekend als een man van groote bekwaam
heden. Men schreef indertijd het aanvaarden van
de Bulgaarsche betrekking toe aan een soort van:
waaghalzerij, waartoe hij voornamelijk door zgn mama,
Prinses Clementine, gedreven werd. De dezer dagen
overleden Hongaarsche staatsman Andrassy, die
vroeger Ferdinand nog al eens zag, lang vóór er
sprake was van zijn Bulgaarsche onderneming, moet
zich een paar jaar geleden gunstig over hem uit
gelaten hebben. Andrassy verklaarde, dat Prins
Ferdinand een helderheid yan oordeel had eu zulk
eeu mate vali voorzichtigheid als hij zelden by
iemand van dien leeftijd had aangetroffen. Als ik
met hem sprak, zeide Andrassy o. a. kreeg ik den
indruk van mot een detectie!' te doen te hebben,
die mij wilde uithooreu. 't Spreekt van zelf, dat dit
oordeel spoedig de rondte zal doen door de pers.
van de Makelaars
De markt was heden onveranderd.
Loco Tankfust 8.30. Geïmporteerd fust 8.40