BINNENLAND. Bultenlandsch Overzicht. ï*l daarvhn het gevolg zqn? Sieraden van ons parlement als de heeren Verniers van der Loeff en Roëll, om van zooveel anderen niet te spreken, zullen moeten vallen. Alle andere belang n des lands znllen worden opgeofferd, omdat men zich blindstaart op die eene quaestie, die wel eene groote, maar toch niet de allesbeheerschende rol speelt in politiek en maatschappij. Het weerstandsvermogen der liberale partij, die behoefte heeft aan de toe wijding van allen in den strijd tegen de ker- kelijkeu, zal voor jaren zijn gebroken. De openbare school, het volksonderwijs, dat allen even lief is, zal ten slotte het slachtoffer worden van dezen roekeloozen wrok, terwijl de kangewezen weg voor ons ligt uitgebreid; als één man het hoofd te bieden aan den was- senden stroom van kerkeljjke invloeden, nauw keurig toe te zien bij de uitvoering eener wet, die de billijkheid jegens allen ten doel heeft, maar die, zooals alle regelingen, heilzaam of verderfelijk worden kan, al naar den geest waarin zij wordt toegepast. Deze verdeeldheid zou ongetwijfeld zich voortplanten, waar het geldt de behartiging der gemeentebelangen. En bjj gemeenteraadsverkiezingen komt steeds meer de staatkundige meening der candidaten in aanmerking, nu de plaatselijke autoriteiten zooveel invloed kuunen oefenen op het open baar onderwijs. Ook daar behooren alle libe ralen zich aaneen te sluiten, nu de tegenpartij er overal op uit is de raden „om te zetten". Zelfs lauwheid is niet te verdedigen. Het doet pijnlijk aan, als men Mr. Levy en anderen hoort verklaren, dat hun belangstelling tot het vriespunt is gedaald, omdat de liberalen niet allen van hun meening geweest zijn. Geluk kig wellen zulke woorden niet uit het hart, gelijk reeds bleek uit de peroratie van den zelfden sprekerBij al hetgeen ons weder- varen is, hebben wij althans ééne troost,de i overtuiging namelijk, dat de geschiedenis van dit land te rijk en te schoon is, dan dat het geestdoodende clericalisme den klassieken bodem der vrijheid door zijn verschroeienden adem op den duur zou kunnen doen verdorren." Ten slotte zjj ons nog een aanhaling ver gund uit het debat in Burgerplicht. Het zijn woorden van den heer A. C. Wertheim, het bekende Amsterdamsche lid der Eerste Kamer. .Voortdurend reagéerend op het verledene, uit te sluiten door uw woord heu die de ge trouwe medewerkers zijn, zal der tegenpartij ten goede komen. Laat ons moed houden, laat ons begrijpen, dat in staatkunde nog iets anders is dan gevoel en hart, dat er moet zijn verstand en overleg. Men sluite niet uit, ver- vreemde niet, miskenne niet hen die naar hun j geweten hebben gehandeld, en we znllen zijn j en blijven één tegenover den kerkelijken drang. GOUDA, 26 Februari 1890. De Prov. Staten van Zuid-Holland kozen gisteren tot lid van de Eerste Kntner den gep. schout-bij-nacht F. H. P. Van Alphen met 41 stemmen, tegon 24 op den heer A. F. JL K. baron v. llaersolte van den Dooru. De Staals.-Ct. van 25 Febr. bevat de wijziging gebraubt in de statuten der Nod. Rijnspooiweg- maatsch., met het oog op de verraordelyke over name der lijnen door den staat. Aai» artikel 5 der statuten wordt toegevoegd eene nieuwe ziusnedo van den volgendon inhoud «Ingeval de overeenkomst, welke tusschen den staat en de maatschappij aangegaan en door^ de buitengewone algoraeeno vergadering van aandeel houders van deu vijfden October achttienhonderd negen en tachtig is goedgekeurd, door de wet wordt bekrachtigd, wordt de duur der maatschappij bekort tot aan het tijdstip, waarop de by die overeenkomst beschreven overneming van het bedryf der maat schappij door don staat plaats heeft op wordt de maatschappij op dat tijdstip ontbonden." De afgetreden Minister van Binneulaudsche Zaken, baron Mackay, beeft gisteren nfscheid genomen van de hoofdambtenaren, chefe van afdeelingen aan dat Departement, en heeft daarna zijn ambt als Minister van Koloniën aanvaard met de gebruikelijke voor stelling van ambtenaren, welke ook plaats «had. toen heden de nieuwe Minister in functie trad. Eergisteren uam de heer Keuchenius afscheid van de ambtenaron nan Koloniën. Naar men verneemt, is door eenige steenkolen handelaars, in plaatsen aan deu Rijnspoorweg gelegen, aan den minister van waterstaat een adres gezonden, met verzoek om bij eventueele overneming van den spoorweg door deu staat, wel te willen bepalen, dat de steenkolenhandel, door de stationschefs of andere spoorwegambtenaren tot nu toe gedreven, niet meer zal mogen plaats hebben. Staten-generaai Tweede Kamer. Zitting van Dinsdag 25 Februari. Mededeeling wordt gedaan van de ingekomen wetsontwerpen en verdere bescheiden. Namens de Commissie van Rapporteurs voor het wetsvoorstel van den* 'heer Reekers, betreffende de Zeetnsscheryen, brengt de heer Fabius rapport uit over de ip handen dpr commissie gestelde regeerings- inlichtingeu. De commissie stelt voor, die voor ken nisgeving aan te nemen, onder dankbetuiging aan den minister van waterstaat. Drukken en ronddeelen. De, Khmer gaat over tot vernieuwing barer afdee lingen, nadat dc voorzitter een voorstel tot regeling van werkzambeden tegen het einde dezer vergadering had aangekondigd. Door de afdeelingen zijn benoemd: tot voorzitters de heeren Schaepman, Tak, E. Cremers, Reekers en Schimmelpenninck van Nijenhuis; tot onder-voorzitters de heeren W. Cremers, Van der Kaay, Gleichmau, S. van der Oye en van der Schrieck. Wordt besloten heden en volgende dager, tal van wetsontwerpen in de afdeelingen te onderzoeken, en Vrijdag te VJ9 uur over te gaan tot de benoeming van een commies-griffier, en daarna aan do orde te stellen de 8 ontwerpen betreffende de burgerlijke pensioenen. Pb vergadering wordt gesloten. Buiteugewone vergadering der Provinciale Staten van Zuid-Holland van Dinsdag 25 Febr. De Voorzitter, inr. C. Fock, zegt, dat de aanleiding tot de bijeeuroeping van dezo buitengewone vergade ring van droovigen aard is. Op het laatst van Januari overleed de beef Ven der Goes van Dirx- land, die in 1888 door uw Vergadering tot lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal wer l gekozen. Het is hier de plaats niet om in het breede uit te weiden over hetgeen in den heer Van der Goes ver loren wordt; zyn bekwaamheid, helder verstand, gepaard met den lust en de warmte om zich met de publieke zaak te bemoeien, en het goede en schoone en edele te bevorderen, zullen den naam van Van der Goes een eereplaats geven in do analen des lands en in de herinnering van velen zyner vriendenen allen, die hem gekend hebben, zullen hem voorzeker die eereplaats gunnen. Toejuichingen. Ingekomen waren de geloofsbrieven van den heer Rinkes Borger, het nieuw gekozen lid der Staten voor het district Leiden. Zij werden commissoriaal gemaakt in handen van de heeren Van Weel, Neeb en Van Hogendorp. De heer Van Weel bracht rapport uit en ponclu- deorde tot toolating, waartoe werd besloten. De heer Rinkes Borger werd binnengeleid en beëedigd en nam zitting. Aan de orde was de verkiezing van een lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Er waren 70 leden tegenwoordig (10 leden hadden schriftelijk bericht van verhindering ingezonden.) De heeren De Jonge, Van Heemstra, Bevers eu SchuurbecqneBoeije werden tot stemopnemers benoemd. Er werdrn uitgebracht 41 stemmen op den hear F. H. P. Van Alphen, gepen». Schout-bij-nacht24 op baron Van llaersolte va» den Doorn, l op mr. C. Cocker waren 3 blanco-biljetten in de bus. De hoer van Alphen is dus gekozen. Daarna werd het voorstel aangenomen om Ged. Staten te machtigen zich in appèl desnoods en in cassatie te verweren in het rechtsgeding ter zake van de werken dor spoorwegbrug in cle Zijl. Niets meer aan de orde zynde, werd deze buiten gewone vergadering gesloten. In een te Amsterdam gehouden vergadering van afgevaardigden der Doopsgezinde Sociëteit in Neder land is in de plaats van prof. De lloop Scbeffer, die den leeftijd tan 70 jaar bereikt heeft, tot prof. aan het Seminarie te Amsterdam beroepen dr. Kramer te Zwolle met 47 van de 54 stemmen. Volgens de Lyon Medical zyn in Frankrijk 2,000,000 huisgezinnen zonder kind2,500,000 met één kind 2,300,000 twee kinderen; 1,500,000 drie; omstreeks 1,000,000 vier; 550,000 vyf; 330,000 zes en 200,000 zeven of meer. Betreffende de overstrooraing in Arizona wordt na der het volgende gemeld. In de rivier de Hassayampa had eene pakhuismaatschappij, (ie Walnut Grove het gekrabbel met; «Ik heb met mevrouw Marmers gesproken. «Vaarwel mijn lieveling! Pas nu deze zes weken vooral goed op je zelve; daarna zult ge nooit meer op je zelf behoeven te passen. «Je innig liefhebbende Laurence." Zij drukte een kus op het briefje, 'en snelde naar huis en naar de leerkamer. Sarah stond bij deu schoorsteenmantel en de pen dule stond nu op vier minuten over achten Wrat was die tijd tusschen haar helpen van Sarah omgevlogen Zoodra Sarah de kamer had verlaten, ging Violet aan de tafel zitten, met het hoofd in de handen. Zij wilde niet schreier., maar toch biggelden een paar tranen langs hare vingers, bij de gedachte Laurence voor zijn vertrek niet meer te zullen zien. Eén ding stond vast: Sarah had opzettelijk de ontmoeting ver hinderd. Dat bellen aan de voordeur was van Lau rence geweest, en na hem met een leugen te hebben afgescheept, had zij een ander sprookje gereed, toen Violet haar had gevraagd wie daar was geweest «De timmermansjongen!" Zij had het toen wel vreemd gevonden, dat Gregsons loopjongen aan de voordeur ?ou komen, maar nu wist zij zeker, dat hij er in het geheel niet was geweest. Deze kwaadaardige plagerij maakte Violet angstig. Was zij wel langer veilig in hetzelfde huis met eene vrouw, die zich zulke streken veroorloofde, enkel om eene laatste bijeenkomst van Violet met haar beminde tegen te werken? Het was nu Woensdag en de heer Rayner zou niet voor Zaterdag thuis komen. Wat zou Sarah gedu- rendo die drie dagen nog voor hatelijkheden be denken? Dat zij geene gelegenheid ongebruikt zou laten om Violet hare vijandige gezindheid te doen gevoelen, daarvan was zij zeker. Zij herinnerdo zich nu, hoe dringend Sarah had verzocht in haar dienst te mogen blijven. Zou de kans om Violet den eenec of anderen trek te kunnen spelen, daarmede ook iets hebben te maken gehad? Want Sarah was er de vrouw niet naar het Violet ooit te vergeven, dat zij de onwillekeurige aanleiding was geweest tot de be- i dreiging van te worden weggezonden Het hielp niets of Violet zich nu ook zat opt* te winden met voor- I stellingen van wat Sarah al of niet zou doen. Als 1 zij het al te gröf maakte, dan kon Violet aan den heer Rayner schrijven en hij zou Sarah wel op haar plaats zetten. Om afleiding te vinden, haalde Violet Laurence's briefje nog eens te voorschijW. Vreemd dat hij in die enkele regels het de moeite waard keurde haar te zeggen, dat hij twee mannep bij het stal hek had gezien. Wat beteeken de dit voor hem? Zij begreep er niets van, maar zij wilde Laurence schrijven wat zij had gezien en misschien dat hij dan, door iets meer te weten, het beter zou kunnen verklaren. Zij zat nog op het briefje te turen, toen Sarah binnen kwam om haar het blakertje te brengen, eene zeer ongewone beleefdheid van haar; anders liet zij dit Jane doen. Violet zag hoe eene uitdrukking van teleurstelling en ongerustheid haar gelaat verdon kerde, toen zij hare sluwe oogen op het papiertje vestigde. Violet nam de voorzorg Laureuce's adres van buiten te leeren voor zij zijn briefje bij zijn vorig schrijven, dat zij nog altijd om haar hals droeg, insloot. Den volgenden morgen kwam er een brief voor Violet van mijnheer. Hy schreef, dat by in het «Gaity Theatre" was geweest en zond haar een ge kreukeld «affiche" dat haar volstrekt niets kon sche len; want zy kende noch het stuk, noch een der tooneelspelerM^Toch moest zij lachen om de ver gissing vairagjol^e, die mijnheer dien avond, als aard werker mkleed, aan het station had meenen te zienNa het eet en ander over Londen te hebben geschreven, vertelde hij dat hij aan mevrouw Rayner had geschreven en in haar brief een kus voor Haidee had ingeslotenhij verzocht Violet de kleine^ in dubbele mate hare liefde te schenken, omdat zij ziek was. Vervolgens kwam eene opdracht, die Violet liever niet zou hebben uitgevoerd, maar toen Sarah voor het ontbijt binnen kwam zeide Violet: «De heer Rayner heeft my een boodschap aan je opgedragen in een brief, dien ik daar juist heb ge kregen: «Zeg aan Sarah, dat zij vooral de taak, die zij in mijne afwezigheid heeft op zich genomen, niet mag vergeten."' (Wordt vervolgd.) K Storage Company twee jaren geleden 5 dammen ge legd, deels tot afschutting van het water, deels tot het bebouwen met pakhuizen. Het water was afge damd voor den aanleg eener hydraulische inrichting, waarmede de pakhuizen moesten worden bediend. De inrichting was juist met groote kosten gereed «rakomen en de volgende week zouden de werkzaam heden worden begonnen. De dam, die het wa^er tegenhield, had eene lengte beneden van 110 en boven van 400 voet en eene dikte van 110 voet beuoden en 10 voet boven en vormde eeu vergaar vijver van 4,8 kilometer lengto, 1,2 kilometer breedte en 110 voet diepte. Te Phoenix, een stad die op geruimen afefiand ligt van het tooneel van de ramp, werd het africht gebracht door een man te paard, die zoo snel gbi^- den had, dat zijn paard onder hem dood viel, toen hy do stad binnonkwara. Mijlen ver beneden (len dam stond, zeide hij, hert land onder water. De stroom had zulk een verschrikkelijke kracht, (jat rotsen werden stukgeslagen en groote brokken mee gevoerd. In wijden omtrek was bet donderend ge- ruisch des waters hoorbaar. Men zegt, dat beneden de heuvelrij die zich nabij den doorgebroken dam bevindt geen enkel menschelijk wezen in leven is gebleven. In het lage land wonen vele goudgravers, en het is zeer moeilijk het juiste aantal te schatten van hen, die omkwamen. Geneeskundigen en anderen hebben zich naar de plaats der ramp begeven om zoo mogelijk hulp te bieden. Naar in de Asser Ct. door den briefschrijver uit de hoofdstad wordt medegedeeld, is het te Amster dam geen geheim, dat 't vooral aan het lid van den Raad van Beheer van Hot Ned. Tooneel, (len heer A. C. Worihcira, te danken is, dat de artisten bijeen zijn gebleven en de compagne ongestoord is voortgezet. In 't blaadje der Vereeniging tot verbetering van armenzorg wordt het volgende medegedeeld als historisch Twee Rottordamsche dames waren in het laatst vai Deeember '89 te 'sGravenhage bezig bood schappen te doen, en gingen te twaalf uren in een bij de dames bekenden bakkerswinkel om iets te eten. Toen* zij inden winkel waren, zagen zij buiten voor het raam een opgeschoten jongen staan, die, met een grooten kiespijndoek om het hoofd, een treurigen, hongerigen blik naar binnen wiprp. De dames, bewogen door medelijden, riepon den jongen binnen, en gaven hem een saucysen-hroodje. Toen de jongen den winkel uit was, zeide do winkel juffrouw, dat'hem niets mankeerde; dat hij eiken dag tegen den middag met zijn kiespijndoek daar kwam staan, en dat er olken dag dames waren, die zich daardoor lieten beetnemen dat hij togen halftnee zijn dook afdeed en dan voor zijn genoegen ging wandelen, om 's avonds we or op een andere manier te gaan bedelen. Beter was het, als die winkeljuffrouw de mede lijdende drmus vooraf waarschuwde. Maar 't is weer een bewijs te meer, dat men beter doet, nooit te geven zonder onderzoek. Toen in 1772 de Amsterdamsche schouwburg afbrandde, werden er van zekeren kant allerlei hatelijkheden geuit aan het adres der voorstanders van het tooneel, en beweerd op de wijze als zeker blad onlangs over een tooneelmeester dat die brnnd een straf was van den Heer. Nu zijn wij ruim een eeuw later, en hetzelfde lied wordt weer gezongen. Het is uu de katholieke Noord-Brabander nog wel, die in den brand ziet de wrekende hand Gods. Wat blijven wij ook in dit opzicht stilstaan Als alle rampen, die kerken, en hare bedienaren treffen, moeten toegeschreven worden aan den «toorn Gods", wat moeten er dan toch in die gebouwen en ouder die personen veel ongerechtigheden gebeuren De Haagsche correspondent van de N. Or. Ct. schrijft het volgende, dat het door ons de vorige week geuit vermoeden bevestigt: «Nog in een ander opzicht moet de ministerraad, naar ik met volkomon zekerheid kan verklaren, dezer dagen op 't Loo tegenstand hebben gevonden. Er waren nl. ter gelegenheid tan 's konings ver jaardag 60 bevorderingen en benoemingen in de orde van den Nederl. Leeuw voorgedragen en Z. M. heeft er slechts 48 verleend, terwijl er oen paar voor later zyn bewaard, die echter ook deze week hun bestemming zullen vinden of reeds gevonden hebben. Onder de onderscheidingen, die Z. M. weigerde, was er een, te voren raeds in enkele dag bladen aangekondigd, waarop de ministerraad zoo hoogen prijs stelde, dat hij Zondag opzettelijk bui tengewoon bijeenkwam, om te beraadslagen over 3 konings verzet. Thans zal dr. Kuyper de teleur stelling goedmaken A bon entendeursalut!" Een priester uit de Hautes Alpes, die den dienst verrichtte te Chaudun, ia het slachtoffer geworden van een vreeselijk ongeluk. Dezer dagen verliet hij zyn pastorie om den pas toor van Fare, op vijf kilometers van Chaudun ge legen, een bezoek te brengen. Om den weg te verkorten ging de jonge priester over den Col du Moettet, welke een hoogte heeft van 2063 meters en thans geheel met sneeuw 'bedekt is. Reeds was hij aan de overzijde gekomen, op twee kilometers van de plants zijner bestemming, toen hij uitgleed en viel. Hij rolde over do hevrozen sneeuw met eeu zoo vreoeelijke snelheid naar beneden, dat hij zich aau niets kon vasthouden en in in een afgrond viel van meer dan 500 meters diepte. De pastoor van Fare, ongerust over het wegblijven van zyn vriend, zond iemand om hem te zoeken. Dezo vond weldra de bloedsporen en eenige uren later haalde men het onkennelijk geworden lijk van den ongelukkigen priester uit den afgrond. In den Grand Cercle te Parijs had dezer dagen de wedstrijd plaats, waarin de bekende schaakspeler Rosenthal te gelijkertijd 8 partijen blind zou spelen. Het spel duurde 2 uur en'er werden 84 zeiten ge daan. Toen, na een half uur pauze, het spel werd voortgezet, gaf Rosenthal, zohder de schaakborden gezien te hebben, uiet alleen alle zetten aan, die tot dusver gedaan waren, maar zelfs den geheelen stand van elk spel. Om 1 uur des nachts had Rosenthal de 8 par tijen gowonnen. We lezen in de Celebes-Ct. van 10 dezer: Met betrekking tot de tinexpoditie op het eiland Flores, onder leiding van den mijningenieur'Van Schelle, tfbrnemen wij het volgende. Toen die heer zich iu den loop der vorige maand, bijgestaan door den gezaghebber K. en den po9thou- dor B., incluis een achttal oppassers en hoorders, met onderzoekingen vau deu bodem bezighield, werden hij en zij, die hem vergezelden, onverhoeds door in boorlingen aangevallen. De ingenieur ontving een klewanghouw over hoofd en nekt terwijl de heer K. op den grond geworpon werd en een diepe hoofdwond bekwam. En de beer B.? «verwijderde" zich met de acht vogolingen. Toen de heer K. zijn bezinning herkreeg, zag hy den heer v. S. zich moedig verdedigen tegen zijue aanvallers, en B. op een afstand van ca. 70 passen aan het vuren. Hij snelde onmiddellijk den ingenieur te hulp eu het gelukto hun beiden en den oppasser van don eerste den vijand van zich af te houden en te retireeren, zonder dat zij vervolgd werden. Het schijnt, dat rooven bet eenige doel van den aanval geweest is, want toen de schavuiten, waar schijnlijk ook bevreesd geworden door het aantal dood en en gekwetsten, die zij gekregen haddenbemerkten dat er niets te halen wa9, trokken zij af. Aan een koelie werd een der kaken stak geslagen en een diepe wond in den rug toegebracht. Een oppasser, een Macassaar, die met twee ge weren op den loop was gegaan, wordt nog steeds vermist. Door den resident is bereids een expeditie aange vraagd tot tuchtiging der schuldigen. deu Stadsschouwburg vernielde en verteerde, kwam tot het besef, dat treuren natuurlijk, maar helpen gewenscht, ja noodzakelijk is. Wat verloren ging aan archiéf, aan bibliotheek, aan decoratief, is onherstelbaar, maar plotseling «ra leden geldelijk schadeverlies aan kleedingstukkenen benoodigdheden, door «force majeure" ontbonden overeenkomsten, en niet het allerminst betrekkingen niet meer te vervullen, onnoodig geworden diensten, vervallen verklaarde weekloonen, dat alles te zamen genomen eischt hulp, uiet alleen van tooneel vrienden en begunstigers, maar van alle weldenkendeu, van alle offervaardigen, waaraan Nederland bij zoo menige gelegenheid rijk bleek te zijn. Het hoofdbestuur roept van die allen hulp in en steun. Het Hoofdbestuur vraagt aan alle Afdelingsbe sturen van het Nederlandsch Tooneel verbond om middelen te beramen, maatregelen te nemen, waar door milde bijdragen vloeien, vraagt aan alle kun stenaars, kunstenaressen, mildheid, de tweelingzuster van het genie, in het verleenen van zedelijkeu en stoffelijken steun, vraagt aan alle leden van het Ver bond krachtsinspanning, aan alle welgezetenen in Nederland offervaardigheid en dan wordt het doel van het Hoofdbestuur ten volle bereikt. Welk is dat doel? Het bijeenbrengen van een som, een groote som, om ten eerste hen te helpen, die werkelijk door den vreeselijken schouwburgbrand geleden hebben, en te helpen, naar recht en billijk heid, in verhouding tot het geledeu verlies, en den aard der verliezen in aanmerking nemende, recht vaardig oordeelende over de aanleiding en onver mijdelijkheid van die verliezen. Het Hoofdbestuur hoopt en vertrouwt, dat die in Nederland bijeenge brachte som aanzienlijk genoeg zal zijn, om niet alleen te gemoet te komen in (le schade door dezen brand veroorzaakt, maar ook om daarna een fonds te stichten, die bij elke dergelijke ramp tot onmid dellijk helpen in staat is. Dan aan beheer en ui4- keering van dat fonds zoodanige regelen te verzekeren, en zulke voorwaarden te verbinden, die bijdragen tot verminderen van gevaar, tot vrijwaren tegen schade. Het Hoofdbestuur is gaarne bereid aan allen, die helpen willen, die helpen kunnen, inlichtingen te verstrekken, wenken toegeven, maar laat een ieder vrij in het nemen van maatregelen. De Afdeelingsbestureu zullen weten, welke mid delen het beste passen in het kader hunner omgeving, kunstvereenigingen en particuliere gezelschappen heb ben zei ven te beoordeelen langs welken weg het (loei het best bereikt kan worden. Het Hoofdbestuur als zoodanig, mengt zich niet in hun, overleg, maar het vraagt dringend, geen krachten te versnipperen, maar allen, allen met bekwamen spoed, de bereiking van het voorgeschreven doel te helpen bevorderen, het fonds te helpen stichten en bloeien. Velen, velen in den lande, staan helaas, nog buiten het Nederlandsch Tooneelverbond. Aan allen vraagt het Hoofdbestuur: helpt ons, ieder op zijne wijze, helpt in het openbaar of in het verborgen, en geeft de bewijzen van uwe instemming, van uwe hulp vaardigheid aan den Hoofdbestuurder, die U het naaste staat. Zoo verrijze uit de puinhoopen van Amsterdam's Stadsschouwbiftg een gedenkzuil voor breed opgevattê raenscblievendheid. Men meld uit Amsterdam aan de N. R. Crt., dat de directie van de Hollar.dsche Spoorweg-Maatschappij besloten heeft, ingaande met primo April, do buiten gewoon goedkoope retourbiljetten op haar lijnen to vervangen door andere die berekend zijn naar den zelfden inaatsraf, welke op den Nederlandschen Rijn spoorweg is aangenomen. Van dezen maatregel zal het gevolg zyn, dat eon reiziger per kilometer de zelfde vracht betaalt op den Nederlandschen Rijn als op den Holl. Spoorweg en dat de prijzen van retourbiljetten op dezen laatsten spoorweg zullen worden verhoogd, behalve voor die stations, welke over een kortoren weg te bereiken zijn. Zoo zal de prijs van een rotour Amsterdam Rotterdam over den Holl. Spoorweg niet verhoogd worden, omdat die prijs berekend wordt naar dien van de zooveel kortere Rijnspoorweg-route. Wij vernemen verder, dat de Ned. Rijnspoorweg maatschappij met de Holl. IJzeren is overeenge komen, om, voor de concurrente stations de prijzen van (le Holl. aan te nemen, zoodat voortaan de prijzen vonr beide spoorwegen dezelfde blijven. De aanleiding tot den bovenvermelden maatregel moet gezocht worden in de buitengewoon hooge kolenpryzen, die na 1 April aanstaande moeten be taald worden, en waarvan een stijging der exploitatie kosten met minstens tien percent het gevolg is. Amsterdam, 24 Februari 1890. Hat Hoofdbestuur van het Nederlandsch Tooneel verbond, geheel onder den indruk van de ramp, die Amsterdam en geheel Nederland heeft getroffen, nu in den vroegen ochtend van 20 Februari het vuur Het Hoofdbestuur van het Nederlandsch Tooneelverbond A. G. van HAMEL, Voorzitter. Groningen J. H. KRELAGE, Ondervoorzitter. (Haarlem-.) M. J. WALLER, Penningmeester. (Amsterdam.) JOS. JACOBSON, (Rotterdam.) J. E. BANCK, H MARCELLUS EMANTS, UJ D. H. JOOSTEN, Secretaris. (Amsterdam.) Groote toebereidselen worden in geheel Duitsch- land gemaakt voor den tweeden en beslissenden ver kiezingsstrijd. Het aantal herstemmingen is nu reeds tot 148 gestegen, geen wonder dus dat alle partijen nu haar uiterste krachten inspannen oiu nog een zoo groot mogelijk gedeelte van den rijken buit te veroveren. Toen de liberale pers gisteren uitcijferde, «dat de Fortschritt-partij weer tot 70 leden in den Rijksdag zou aangroeien," antwoordde de Norddeutsche AÜge- meine Zeitung«Eene dergelijke berekening is alleen mogelijk, wanneer men aanneemt, dat by alle her stemmingen tusschen een liberaal eu een Kartell-n\any de sociaal-democraten den liberaal zullen steunen, terwijl de nationasl-liberalen hun denzelfden dUüfct bewijzen als zij in herstemming komen met sociaal democraten." Dit acht prins Bismarcks blad onmogelijk, en toch is het geschied. Gelijk onze Berlijnsche correspon dent reeds seinde, hebben de sociaal-democraten besloten in alle districten, waar leden der oppositie, hotzij liberalen, clericalen of wie ook, in herstem-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 2