'ÉS
SS.
m73a.
[JEU
mu..
BINNENLAND.
I
IETS GEHEIÏIZIOIGS.
N° 4166.
Dinsdag 11 Maart.
OT,
en
iOOT.
1
1890.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
k,.
I
Tl
De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave.
>en.
"•i
ije,
2.
LSCÏÏE
ïa
degelgko
ÊN
'V-
NT.
FEUILLETON.
geplaatst
Afzonderlijke Nommen VIJF CENTEN.
Do vergadering
t
r
vin
>8ch.
een
t
Maar het moet
u
Coniest.-
t
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden is f 1.25, franco
per post 1.70.
Bovendien worden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
’t welk des Maandags verschijnt.
1EN han-
zyn ook
en als er
Wen store
i het Ned.
im, liefst
d zjjn of
9ouda.
per pakje
Vanille te
shten Be
ugen heb
gqudsche courant.
f 175.
1
Laurence nu onder het be
zon komen, stelde zij, haren
ie Cou-
i door het
WAN en
ADVERTENTIEN worden geplaatst
van 1-^5 regels a 50 Centeniedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
int
ómen bjj
ïhmarkt.
u maar eens moest gaan bezoeken en u vragen, of 'post te bezorgen?’
u een brief, van mij aan hem, in een van uw Vriendelijk dank.” En rillend© bij de gedachte,
brieven zoudt willen insluiten. Hij zeide ook, dat dat haar schrijven aan
ik u aan uwe belofte moest herinneren en u zeggen, reik der gevreesde Alice
{Uit het Engelsch.')
63)
Het scheen, dat die avond reeds zoo lang achter
haar lag, en toch waren er inderdaad eerst 8 dagen
sedert verloopen. Haar Jiart klopte en zij liep lang
ham, in hare verbeelding Laurence weder om den
hoek ziende komen.. Maar natuurlijk kwam hij niet.
Nu versnelde zij haar stap, het park door, om naar
„de Hall” te gaan.
Hoewel het nog maar weinig later daq vijf uren
was, maakte de mist, die hoe langer hoè dichter
werd, dat Violet zich begon te haasten: zij zou on-
middellijk terug moet A keeren als zij geen gevaar
wilde loopen, het-pa*uit het oog te verliezen en
op dezen, kleinen afstand tusschen „de Hal” en El
zenhof toch nog aan het dwalen raken. Zij schelde
aan en vroeg juffrouw Maud te mogen spreken. De
huisknecht? die de deur opendeed en die zeker dezelfde
Williamson zou wezen, die zoo bang was voor eene
donderbus, liet haar infhet salon. Daar was nie
mand; want ftij waren allen aan de thee.
Dat was haar eerste bezoek in Laurence’s woning.
De gedachte nu in het huis te zijn waar hij door
gaans leefde en het gevoel van schaamte, dat sommige
zijner huisgenooten haar voor eene indringster zouden
houden, als zij alles wisten, maakten haar zenuw
achtig. Zij viel op een stoel neer en bedekte het
gelaat met beide handen. Toch was het een troost
voor haar, op een stoel te zitten, dien Laurence zeker
dikwijls had gebruikt. Welke zou zijne liefste plaats
in het salon zijn geweest? Zij ging op verschillende
stoejen zitten, in de stille hoop dat zii instinctmatig
zou te weten komen, op welken van die allen hij
het liefst zat. Zij was het hieromtrent nog niét met
zichzelve eens, toen juffrouw Maud binnenkwam. Het
was een meisje van omstreeks zestien jaar met een
zwak, doch niet onbevallig gezichtje. Zij gaf Violet
de hand, een weinig verlegen, maar vriendelijk.
„Mevrouw Manners heeft mij verzocht u deze
blaadjes ter verspreiding in uwe wijk ter hand te
stellen, juffrouw Reade. Zij heeft er enkele van,
die zij voor bijzondere personen geschikt acht, ge
adresseerd,” zeide Violet haar het pakje gevende.
„Ik dank u zeer. Het is heel vriendelijk vart u,
zooveel mtteite te doen.” 1
„Wel, het is volstrekt geene moeite.”
Nu volgde er eene onbehaaglijke pauze.
Violet hervatte op zachter toon haar gesprek met
Maud. f f o-
„Uw broeder Laurence heeft mij gezegd, dat ik verzóek den brief dadelijk bij zyne aankomst op de
maar eens moest gaan bezoeken en u vragen, of 'post te bezorgen.”
brief, van mij aan hem, in een van uw
Hij zeide ook, dat dat haar schrijven
GOUDA, 10 Maart 1890. j
In de Zaterdag gehouden vergadering der Liberale
Unie is beraadslaagd over de belasting-voorstellen
der hh. Goeman Borgesius c. s. Do vergadering
vereenigde zich met eene motie van den heer Levy,
aldus luidende
„De vergadering,
kennis genomen hebbende^ van de parlementaire
gedachten wisseling over de wetsvoorstellen der heeren
Borgesius c. s.,
betuigt hare ingenomenheid met het initiatief
der voorstellers, gelijk met de grondbeginselen in de
ontwerpen vervat.”
Die motie was op verzoek van het bestuur nog
in dien zin gewijzigd, dat er instemming in betuigd
wordt met de invoering eener rijks-inkomstenbe-
lasting met progressie.
De Noord-Hollandsche Vereeniging Het Witte
Kruis zal een enquête instellen ongetwijfeld een
zaak ‘van gewicht naar den jtaat van den ge
zondheidstoestand in Noord-Holland.
Deze enquête zal worden uitgevoerd door een
commissie van drie personen, te benoemen door het
hoofdbestuur; de inspecteur en de adjunct-inspecteur
het geneeskundig staatstoezicht van Noord-
Holland worden benoemd tot adviseerende leden dier
commissie.
De punten en vragen, waarover de enquête loopt,
worden in bijzonderheden door de enquête-com-
missie vastgesteld.
De commissie zal aan geneesboeken, ziekenver
pleegsters, Gemeentebesturen en andere personen
of autoriteiten vragen ter beantwoording zenden
(schriftelijke enquête.)
De commissie zal op plaatsen, waar zij dit noodig
acht, een persoonlijk onderzoek instellen en daartoe
verschillende personen hooren (raondelingd enquête.)
De enquête zalzich uitstrekken over de volgende
drie punten
1. staat van de geneeskundige hulp (o. a. ook
kwakzalvers, geheimmiddelen enz.)
2. ziekenverzorging (verstrekking van doelmatig
voedsel, verplegingsartikelen, verpleegsters enz,)
3. gezondheidsmaatregelen (woningen^ drinkwater,
verordeningen enz.)
Naar aanleiding
Men scbwjft uit Utrecht aan de N. R. Ct.:
Nu het bericht der pa^ ontdekte gruwzame engel-
makerij te Warschau aller harten weer met ontzet
ting vervult, schijnt bekniet te onpas om ook de
hand weer eens in eigen Bbezem te steken, en zich
te herinneren wat nog niet vele jaren geleden dr.
Verspyck, inspecteur van het geneeskundig staatstoe
zicht in deze provincie, omtrent den toestand op dit
gebied in eene openbare vergaderihg mededeelde, en
waarvan het verslag in. de N. Rott. Ct. toenmaals
„eene rilling door het land” deed gaan.
Bij die rilling is het echter gebleven; de toe
standen schijnen nog geheel dezelfde als in dien
tijd. De statistiek zal moeten uitmaken, of qr verbe
tering is gekomen in de sterfte van jonge kinderen,
die toen zoo aanzienlijk was, dat dr. Verspyck haar
niet aan de gewone oorzaken meende te moeten toe
schrijven, maar aan verwaarloozing, zoo niet erger,
van de kinderen door de ouders, die, ten gevolge
van de begrafenisljussen; waarbij zij hun kroost ver
zekerd hadden, geldelijk voordeel uit hunnen dood
trokken.
Bij die gelegenheid wees ik toen reeds op eene mij
bekende familie, die het voorrecht had elk jaar den
ooievaar een kindje te zien bréngen, welke kindertjes
wel niet de traditioneel© duizend gulden medebrachten,
Woensdag is door het kantongerecht te Zierikzee
behandeld de zaak van F. 8. te Bruinisse, die, zoo-
als indertijd gemeld werd, zijne kaarten voor de
volkstelling verbrandde, en ook later, nadat hem, in
tegenwoordigheid van een politiebeambte, een tweede
stel kaarten was aangeboden, bleef bij zijne weigering
om de kaarten in te vullen.
Voor het kantongerecht is hij niet verschenen.
Bij verstek werd tegen hem geëischt betaling van
twee geldboeten ad 20, elk subsidiair 10 dagen
gevangenisstraf, en de kosten.
’De uitspraak is bepaald op Maart a. s.
dat hij de zijne, aan u gedaan, ook niet zou vergeten.
Dit heeft hij onderschrapt.”
Juffrouw Reade’s terughoudendheid was nu opeens
geweken. Met een van blijdschap stralend gelaat
riep zij uit:
„Heeft hij dat gezegd? Dus hij denkt er aan!
U weet zeker wat het is, niet waar? Het betreft
zijne belofte er voor te zorgen, dat de heer Reynolds
den volgenden winter hier komt. O! maak toch
vooral dat hij zijn woord houdt! Ik wil alles voor
u doen files wat mij ten minste niet met mama
of Alice in onmin zal doen komen als u mij wilt
helpen.”
„Dat wil ik zeker. Ik zal er hem in mijn brief
aan herinneren, of, als ik hem misschien spoedig
ontmoet, dan zal ik zeggen: „Vei^eet-vooral niet,
heer Reynolds voor den volgenden winter uit te
noodigèn!” *Is dat goed?”
„Ja, dat is heerlijk! Maar het moet nog zoo
vreeselijk lang duren!”
„Ik heb een brief in mijn zak. Schrijft
spoedig?”
„Ik heb er juist een af, daarin zal ik den uwen
sluiten en hem aan een heer, die hier thee drinkt,
maar straks naar Londen vertrekt, medegeven, met
Naar aanleiding van het bericht dat de laatfte
personentrein MaastrichtVenlo van verleden Zater-
dag-avond bij zijn aankomst* te Roermond en ook
op zijn verderen rit naar Venló geen enkelen reiziger
bevatte, zegt de Arnh. Ct'.
Naar men wil, deed zioh dit verschijnsel niet
zelden voor op de lijn Bokstel-*-Wezel. De legèAde
loopt zelfs, dat aan een reiziger, in dezen trein ge
zeten, bij elk station itoor^deif conducteur de vraag
werd gedaan, of hij niet eens zou uitstappen. Uit
welwillendheid tegenover de welwillendheid-van den
conducteur gaf de reiziger eindelijk aau de uitnoo-
k diging gevolg, en in de wachtkamer van het station
bood hij den conducteur, die zich tegenover hem
zette, een glas bier aan.
Wanneer gaan wij verder? vroeg de reiziger.
U hebt het maar te zeggen, mijnheerantwoordde
de beleefde conducteur.
Ik? Ik heb hier niets te commandeeren.
Toch wel, mijnheer; u is de eenige reiziger, en
het hangt dus van u af, of u de reis wil voort
zetten.
Nu man, laten we dan maar weer een eindje
rijden, sprak de reiziger, betaalde het gelag én zette
zich in den trein, die nu gemoedelijk voortreed,
nadat de stoker den’ machinist had gewaarschuwd,
dat „meneer er was.”