Bultenlantlscli Overzicht.
PETR0LEUM-N0TEERINGEN
Cantzlaar 4 Schalkwijk, te Rotterdam.
Burgerlijke Stand.
van reisgeld toot de heenreis, naar Duitsehlaad ten
behoeve van industrieele ondernemingen worden ge
lokt, terwijl by hunne aankomst ter plaatse blykt,
dat rij daar niet gebruikt kunnen worden.
«Het is daarom geraden, dat die werklieden, al
vorens op zulke beriohten en voorspiegelingen der
agenteu aftegaan, of zelf of door tusschenkomst vaü
den burgemeester hunner woonplaats, zich tot den
Nederlandschen consul in de streek, waar die onder
nemingen zich bevinden, om inlichtingen wenden
omtrent de vooruitzichten in het bekomen van werk,
de loonen en de huurprijzen der woningen aldaar.
„Ik heb de eer UHEd. te verzoeken, de burge
meesters in uw gewest uit te noodigen, aan het
bovenstaande in hunne gemeente zooveel mogelijk
bekendheid te geven en hunne bovenbedoelde tusschen
komst te verleenen.
Zooals men zich wellicht herinnert, is op de be
grooting van waterstaat voor 1890 een crediet toe
gestaan, om over te gaan tot het afschaffen van alle
emolumenten voor de postambtenaren en hun daar*
voor van rijkswege een evenredige tegemoetkoming
te verleenen. De minister heeft thans, naar Het
Fad. mededeelt, 'aan dat plan uitvoering gegeven.
De ambtenaren, die de emolumenten verliezen, zullen
voorloopig uit de schatkist een toelage ontvangen,
overeenkomend met het gemiddeld bedrag van hetgeen
zij in de laatste drie jaren aan emolumenten ont
vangen hebben. Zoodra een nieuwe traktements—
regeling tot stand komt, zullen die toelagen vervallen.
De Staat zal zich nu, zooals het voornemen was,
voortaan zelf belasten met de diensten aan particu
lieren, bijv. het aannemen van abonnementen op
dagbladen, tegen een provisie, die in de schatkist
zal Tloeien.
Daar het gebleken is, dat in den laatsten tij
waarschijnlijk in verband met de hooge cokesprijzen
door directiën van stoomtramwegen andere brandstof
wordt gebruikt dan in de concessie-voorwaarden is
voorgeschreven, zal van hooger hand daarop streng
worden toegezien.
Zaterdag vergaderden te Rotterdam, op uitnoodiging
van het bestuur der afdeding „Rotterdam» van de
Vereeniging tot bevordering van Zondagsrust, een
aantal winkeliers in tabak en sigaren, ten einde de
wenschelijkheid en mogelijkheid te overwegen om op
Zondag hun winkels te sluiten. Zoowel de mogelijk
heid als de wenschelijkheid werd erkend. Alleen gaf
aanleiding tot debat de vraag of men er in eens dan
wel geleidelijk toe zou overgaan. Voorts achtte men
ook noodig de medewerking van fabrikanten en
depóthouders.
Het bestuur der afdeeling zal daartoe de noodige
stappen doen, waarna alsdan een nieuwe vergadering
zal worden belegd, om een definitieve beslissing in
deze te nemen.
Als een bijzonderheid op het gebied der natuurlijke
historie deelen wij mede, dat de vischhandelaar
L. M. Btruijk te Hellevoetsluis in het bezit is ge
komen van een volwassen bot, die er uitziet alsof
twee dezer platvisschen met de huikzijden tot éen
zijn gegroeid. Het zonderlinge exemplaar heeft vier
oogen, een dubbele ruggegraat en twee rugzijden, op
de gewone wijze gekleurd en gewelfd. Indien het
„Zou je dan niet gekomen zijn f'
„Neen."
Al was dat „neen" een jaar in het ijs bewaard
geweest, dan had 't niet kouder kunnen zijn.
„Ben je ook boos op me?"
„Ik ben heel boos op je. Het stond je heel lee-
lijk, John Dent, om met Oom te twisten; het is je
eenigste vriend."
„Ja, maar zie je; 'tkon toch niet anders, li
kwam' in groote verlegenheid en onzekerheid naar
hem toe; ik had vriendelijken raad noodig, en me
dunkt, dat hij mij hard en ruw behandeld heeft.
Als hij je niet verteld heeft, waar we woorden over
kregen, zal ik er niets van zeggen. Heeft bij het
je verteld, Prue?"
„Ja, dat heeft hij," zeide Prudence langzaam.
„Ik kon toch immers niet beter doen, dan het
hem eerlijk zeggen?"
„Het speet me razend, dat 'tgebeurd was!
„Maar had „ik het dan liever aan jou moeten
zeggen
„Dat had roe toch meer gespeten.» v
„Dan lijkt 't wel," zei John Dent, //dat ik ran de
twee kwaden ten minste 't kleinste genomen heb.
Dat is ten minste wat. Maar het kwaad is gedaan
en het eenigste, wat ik kan doen om het weer goed
te maken, is, dat ik zoo gauw mogelijk maak, dat
ik weg kom. Ik kan je niet zeggen hoen Pl01f!er
het me doet, dat ik je noch eens zie. Ik heb hier
iederen dag twee, drie uur gezeten, altijd met de
„wonderdier» in 't leven kan worden gehouden, zal
het naar den Rotterdamschen dierentuinworden
opgezonden.
Bij de ontgravingen buiteu de Wittepoort te Leiden
komen iu vrij grooten getale steenen tabakspijpjes
voor den dag, zooals de Spanjaarden ze tjjdeus de
belegering veel gebruikten en jzooals er ook op het
stedeljjk museum aldaar een paar worden bewaard.
Een sigarenhandelaar op de Haarlemmerstraat heett
er een 40-tal van weten te koopen, waaronder er
zijn met allerlei afbeeldingen.
Scheveningeu is in zomertooihet strand getuigt
van leven en beweging en van gezelligheid.
Tot de groote verbeteringen welke in den afge-
loopen winter zijn aangebracht, heboort de uitbrei
ding en verfraaiing van het emplacement van de
Hollandsche stoomtram nabij het hotel Zeerust.
De gebouwen, nabij het Hotel d'Orange, ten dienste
van de electrische tram zijn flink, de nieuw aange
legde baan tot Wittebrug levert tal van schoone
vergezichten op, maar de opening laat nog steeds op
zich wachten. Men spreekt nu weer van Zondag
1 Juni.
Het Kurhaus opent op Zondag 15 Juni zijne
deuren voor het publiek.
Een hartstochtelijk boekenliefhebber, een zekere
Albert Lutton, ia te Londen in hechtenis genomen,
op grond vau eene poging om een kostbare boekerij
aan te leggen met zeldzame boeken die hij uit de
National Library wilt te smokkelen. Hjj kocht
oude boeken op eeo stalletje, ging er mede naar de
leeszaal, vroeg een zeldzaam werk en terwjjl bij het
ernstig scheen te bestudeeren, schoof hij het oude
boek er voor in de plaats en liet het zeldzame exem
plaar in zijn zak glijden. De politie vond op zijn
kamer alle dus gestolen werken netjes in boeken
kasten gerangschikt.
Een aardige anecdote uit den Ruseische-Turkschen
oorlog doet de ronde in de Russische bladen. Eenige
kozakken beklaagden zich zeer, dat zjj zoo weinig
plaats hadden in den voor het verroer der militairen
ingerichten veewaggonte Minsk aangekomen klaag
den zjj vooral steen en been en vroegen daar eenige
waggons meer. Reacrvewaggons waren echter niet
aanwezig, doch de stationchef hielp zich slim uit de
verlegenheid. „Kunt gjj lezen" vroeg hjj een ko-
zakkenonderofficier. Ja, nu lees dan eens wat op dien
waggon staat!" „40 man of 8 paarden" maar het
Russische ili (of) was verkort tot is eohter ook
„De kozak las nu 40 en 8 paarden."
Ojj ziet wat de hooge overheid besloten heeft
zei nu de chef, „en hoe uitstekend jelui eigenlijk
zitten. Wees dus spoedig stil of ik laat onmiddellijk
noch acht paarden aanrukken.
Het spreekt van zelf, dat de braven zonen van de
Don gedurende het verdere deel van de reis zoo slil
waren als de soldaten in „het turfschip van Breda."
Dr. E. R. Allinaon schreef dezer dagen in het Had.
fFeekbl. o. a. het volgende over het gebruik van bruin
brood
„Wanneer men mjj raadpleegt over ongesteldheden,
schrijf ik dikwijls het gebruik van bruin brood voor.
Door bruin brood versta ik brood van ongebuild
stille hoop, dat het geluk je bierheen brengen zou.
Zie je, Da. Wibird was do beate vriend van mijn
vader, zoolang We hier in de stad woonden, en me
dacht, dat ik niemand nader had als hem; daarom
heb ik hem een heel poosje mijn onaangenaam bijzjjn
laten genieten. Ik heb allerlei theologische boeken
van den dominé gelezen," vervolgde hij somber, „en
ook wat boeken over de mijnen, en nu ben ik vrjj
goed op de hoogte van het leven hier namaals en
van de aardkunde."
Prudence had moeite, niet in lachen uittebarsten.
„Maar de tijd viel me erg lang; dat kan ik je
zeggen. Daar op die houten bank heb ik de ellen
digste uren van mijn leven doorgebracht."
Die woorden kwamen Prudence later dikwijls in
de gedachten, als zij op diezelfde groene bank, onder
den wijngaard zat.
„Nu je hier bent, is dat alles weer overmaar
ik geloof niet, dat ik het noch een week had kun
nen uithouden, als had ik geweten, dat je Zaterdags
komen zou. Hoor eens, nicht Prue, ik heb je noch
heel veel te zeggen, en ik weet niet, hoe ik het zal
zeggen. Mag ik 'teens probeeren?»
„Dat hangt er van af, wat voor dingon, 't zijn,»
hernam Prudence. „Er zijn enkele dingen, die je
niet tegen mjj behoort te zeggen.'
„Mag ik je zeggen, dat ik j6 liefheb?'
„Neen, dat moet je me niet zeggen
„Dat behOef ik je niet te zeggen, meen je zeker.
Oom Ralph heeft me 'die moeite bespaard. Als hij
tarwemeel, d. w. z., het graan moet gemalen en tot
brood bereid worden, zonder er de zemelen uit te
verwijderen. De redenen, waarom men hot graan
moet gebruiken met al de stoffen waaruit het bestaat,
zjjn vele. De tarwekorrel bestaat uit een meelach
tige kern, omhuld door een bruin vliesje. De om
hulsels worden zemelen genoemd, en van de kern
wordt het witte meel gemaakt. Zemelen bestaan uit
niet voedende, houtachtige vezels, en bevatten de
meest minerale bestanddeelen van het koren, zooals
phosphaten, ijzer, enz. Vlak onder het omhulsel be
vindt zich een laag cellen, grootendeels bestaande
uit de stikstofhoudende stoffen van het graan. Wanneer
wij nu de zemelen verwijderen, dan gaan deze stof
fen, evenals de minerale bestanddeelen, vérloren.
„Het gevolg hiervan is, dat wanneer men witte
brood gebruikt, men een voi dsel tot zich neemt, dat
niet genoeg minerale bestanddeelen en vleeschmakende
stoffen bevat, en men zich dus onvoldoende voedt.
Daardoor verliezen wjj spoedig onze tanden. De
kinderen zjjn onderhevig aan Engelsche ziekte, en wij
worden niet verzadigd. Moeders, die haar kinderen
zogen, moeten altoos bruin brood eten, aangozien dit
de vorming van tanden en beenderen bij de kinderen
bevordert. Engelsche ziekte ontstaat uit gebrek aan
kalkzouten in hel bloed en kan alleen genezen wor
den door bruin brood of havermeel. Door enkele
toediening van kalkphosphaten wordt de kwaal niet
weggenomen. Tengevolge van het verwijderen van
de meeste stikstofhoudende stoffen, is het brood on
voldoende voedzaam en zjjn wij genoodzaakt eieren,
kaas, vleesch of peulvruchten te gebruiken, willen
wjj verzadigd raken. Men placht melk te beschou
wen als een volmaakt voedsel en dat is het ook,
maar voor jonge kinderen. Het volmaaktste voedsel
voor een volwassen mensch is koren. De plantaar
dige stikstofverbindingen van het koren dienen om
de spieren op te bouwen, door de zouten worden
beenderen en tanden gevormd, het meel geeft warmte
en kracht, en de zemelen bevorderen de werkzaamheid
der ingewanden.
Bruin brood en water bevatten alles, wat noodig
is om het leven te onderhouden, ook bjj iemand die
hard werkt. Menschen, die wittebrood eten, hebben
dikwijls last van een onaangenaam flauw gevoel in
de msagomdat gevoel te doen verdrijven, nemen
zij dan hun toevlucht tot bier, wijn of spiritualiën,
waardoor deze onaangename gewaarwording vooreen
oogenblik wijkt. Indien zjj bruin brood aten, dan
zouden zjj geen last hebben van dat gevoel, en zouden
wjj een matig volk zjjn.
De zemelen, hoewel onverteerbaar, zegt Dr. A.
verder, spelen toch een zeer belangrijke rol bjj het
voedingsproces. Ten eerste verdeelen zjj de voe
dende stoffen in oplossing moeten komen. Ten tweede
nemen zjj ruimte in de maag in, waardoor een over
matig gebruik van spijzen belet wordt. Evenzoo
worden de dunne darmen door hen gevuld, en hier
door wordt onwillekeurige beweging der darmspieren
aangezet, aldus de dagelijksche ontlasting bevor
derende.
Een brutale roofaanval is dezer dagen te Tisza-Bid
gepleegd. L'it Pest worden daaromtrent de volgende
bijzonderheden bericht. De gewezen rechter Kornis
zat op zijn kasteel 's avonds te 10 uren met zjjn
vrouw in de eetkamer, toen twee mannen met zwart
gemaakte gezichten binnensnelden en hem aanvielen.
Hij bleef bedaard, pakte de kerels in hun kraag en
me vertrouwd had, geloof ik, dat ik heengegaan was,
zonder er een woord van te spreken. Ik ben er
trotsch op, dat ik je liefheb. Ik weet wel, dat ik
er mjj een ongeluk mee op den hals gehaald heb,
daar ik misschien mijn leven lsng genoeg aan zal
hebben; maar het zal mjj nooit berouwen. Ik sta
hooger in mjjn eigen schatting, nu ik niet week
aan week met jou in hetzelfde huis kon wonen, zon
der je lief te krjjgen.»
„Maar ik ik heb je toch nooit
«Nu ben je op gevsarljjk terrein, zei John Dent.
„Als je een hekel aan me hebt, zeg het me dan niet
als je veel van me houdt, zeg het me dan ook niet;
want ik zou het geen van beiden knnnen verdragen.
Ik verklaar op mijn woord van eer, dat ik het niet
weet, dat ik het alleen maar hoop, en dat ik|het
niet zou willen weten, al kon ik er de wereld mee
verdienen.'
Ziedaar dan een minnaar een uit de tiendui
zend die op het punt is, zich voor zqn meisje
aan handen en voeton te laten binden, en die geen
gelofte van haar wil aannemen, al wilde ze dien doen.
Hjj zei niets minder dan de volle waarheid, toen hjj
verklaarde, dat hij volstrekt niet wist, hoe Prue over
hem dacht. Zjj mocht hem natuurlijk wel lijden
dat was duidelijk; maar verder wist hij er ook niets
van. Hij wilde gaarne heengaan, met zooveel hoop
als de onzekerheid kan geven, ien misschien had hij
daar wel gelijk aan.
IVordt vervolgd.)
wierp hen de deur uit. Maar toen hij daar nog
vier gewapende mannen vond zwichtte hjj voor de
overmaoht en voldeed aan hun verzoek, hun al het
geld te geven dat hjj in huis had. Hjj bracht hen
naar zijn studeerkamer en gaf hun 1500 in bank
papier. „Wij willen moer geld, hond!" riep een
der roovers, „wij weten, dat je nog 100,000 in
huis hebt." „Dat was verleden week,"ant-
woorddo Kornis, „maar dezer dagen heb ik voor
die som een landgoed gekocht." Na kort beraad
stelden do roovers zich daarmee tevreden. Een van
hen rukte Kornis zjjn gouden horloge uit den zak,
maar hjj gaf het, toen hij hoorde dat het een dier
baar aandenken was, grootmoedigljjk terug.
Daarna sloten de roovers Kornis op in zijn werk
vertrek en keerden terug naar de eetkamer, waar
zjj de vrouw des huizes nog vonden, en dwongen
deze, hen te brengen bjj haren oom, den 83 jarigen
heer Dogaly die in den omtrek den naam van een
Nabob had. Zij trokken den grijsaard, die sinds
langen tijd ziek lag, uit zjjn bed, en een der man
nen schoot hem in den mond, zoodat hjj terstond
den geest gaf. De roovers begonnen toen een ijzeren
geldkist, welke op Dogaly's kamer stond, open te
breken. Terwijl zij daarmee bozig waren, gelukte
het mevrouw Kornis te ontsnappen. Zij snelde naar
de dienstbodenvertrekken en maakte alarm. De'roo-
vers namen daarop (1e vlucht in een gereedstaand
rjjtuig, na eerst nog in den blinde een paar revol
verschoten gelost te hebben.
De roovers zjjn nog niet gerat, maar men meent
hun aanvoerder op het spoor te zijn.
Herbert Bismarck vertelde op een diner te Londen
de volgende, maar hij beweerde, historische anecdote.
De onderhandelingen tusschen Engeland en Holland
over de Knap de Goede Hoop konden maar niet tot
een goed einde komen waarop eindelijk de Holland
sche afgevaardigde aan de Engelschen het volgende
voorstel deed „Geeft ons de Kaap eu houdt jelui
de Goede Hoop.»
Jammer, dat 't anders is uitgekomen en Holland
alleen de Goede Hoop, zonder de Kaap beeft be
houden
De heer C. L. Kniphorst vestigt in de Niemee Asser
Courant de aandacht op de uitgestrekte en nog on
ontgonnen veengronden in Frankrijk. „De veen
gronden,» aldus schreef hmn zekere heer Tivgt „lig
gen hier in een rjjke en sbhoone landstreek, met zeer
veel middelen van gemeenschap, zoowel te water als
te land, in de buurt van Lyon. Geen veengrond is
beter gelegen. It moet u mededeelen, dat veenont-
ginning geheel en al onbekend is in Frankrijk, en
men er ge«j begrip heeft van do waarde der veen
gronden. Ik bon eigenaar van ongeveer 50 bunders
veengroudhet veen zit ter diepte van ongeveer drie
tot vier meter. Ik zoek een deelgenoot om de veen-
ontginning te beginnenzijn er bij u liefhebbers voor
veenontginning, laten ze dan overkomen om te zien.»
Het bedekken der tuinpaden en wandelwegen met
zand (grint), geljjk gewoonlijk geschiedt, heeft zjjne
schaduwzijde, omdat zand en grint lieht verschuiven
of verwaaien, het pad oneffeu wordt en bij regen met
water doortrokken. Ook eischen zulke paden veel
onderhoud, vooral op plaatsen waar weinig wordt ge-
loopen wegens het verwijderen van steeds woekerende,
onkruid. Wel is waar kostbaarder maar duurzamer
en minder onderhoudskosten vemischende zijn, volgens
„Landwirthschaft und Industrie,» de waterdichte voet
paden, die men van eene soort beton aanlegt. Het
oude zand of grint moet uitgegraven worden, dan
laat men het over een zeef gaan om alle aardachtige
deelen, onkruidwortels enz. te verwijderen, en ver
mengt op zes deelen drie deelen scherpkantig, fijn
zand en één deel portlandcement; van geringere cement-
soorten moet men wat meer nemen. De massa wordt
met water tot eene matig stijve brij aangeroerd, met
oen schop ongeveer 6 centimeter hoog over den weg
uitgespreid, geëffend en geplakt. Er mag niet eerder
op geloopen worden voor het pad hard is, wat bin
nen twee dagen gesohiedt. Zulke paden blijven steeds
schoon, vlak en droog en men bespaart veel arbeid.
(landb. Crt.)
In het twaalfde verslag van de Vereeniging tot
verbetering van Armenzorg te Rotterdam wordt o. a.
het volgende gemeld
„Wederom wordt in dit verslag de tabel opge
nomen, waarin het komen en gaan van personen uit
{y.?. handwerkstand in oijfers is voorgesteld. Er
bhjkt uit, dat terwijl in 1887 do zuivere vermeer
dering 651 bedroeg en in 1888 1543, in 1889 een
aanwas viel op te merken \an 2055 personen, die
bij dag- of weekloon werken of niet werken
en due dag- noch weekloon verdienen. Teoordeelen
naar het aantal personen, zoekende naar eene of
andere bezigheid en eerst weinige dagen of weken
hier ter stede wonende, die zich bij de Vereeniging
aanmelden, moet bet getal dergenen, die zonder
middel van bestaan naar 002e stad komen afzakken,
zeer groot zijn. Wanneer men in den regel in het
oog houdt, dat de bevolking bepaald wordt door de
hoeveelheid middelen van bestaan waarover zij be
schikken kan, in het oog houdt, dat vele van die
zoekende personen hier big ven wonen, dan verbaasd
men zich niet langer over de soms zonderlinge mid
delen van bestaan, die eene groote stad weet aan te
wijzen. «Stelselmatig onthouden wij alle hulp aan
den niouw aangekomene." Heed men algemeen zoo
teeken van afkeuring hooren wij van alle zyden
dan zou er meer ruimte en minder ellende zijn."
Omtrent het armbezoek zegt het verslag: «Het
werk vaü armbezoek wordt voor de meesten onzer
van jaar tot jaar aangenamer, al kunnen wij, helaas,
niet ontkennen, dat ook hier somtijds teleurstelling
ondervonden wordt. Het ia waar, menigmaal zien
wij ons deerlijk in onze beste verwachtingen bedrogen
en vaak behoort er moed en toewijding toe, om niet
vol vertwijfeling ann den goeden uitslag, ons werk
prijs te gevendoch tegenover die oogenbljkken van
ootmoediging staan toch ook vele ondervindingen
van blijden aard, en ontmoetingeu, die ons vaak
sluimerend vertrouwen in den adel der menschelijke
natuur woder doen ontwaken. Hoe dikwijls gebeurt
het niet, dat onze armen ons ten volle hun ver
trouwen schenken, zonder tegen ons op to zien, als
tegen iemand die tegenover heh, of boven hen staat.
«Hpe menigmaal is het ons uiet mogen blijken,
dat de door ons bezochte personen overtuigd waren
van onze warme belangstelling in hun lot en van
onzen vasten wil om hun tot nut en hulp te zijn.
En waar de verhouding tusschen ons en de armen
eene zoodanige was, daar ging ons werk gemakkelijk
en was het resultaat meestal gunstig."
Toen keizer Wilhelm met den erfprins van Sak
sen-Mei ningen Zondagmiddag in een rijtuig met één
paard, dat hy zelf bestuurde, naar de aanlegplaats
der stoomboot reed, werd het paard bij een kruis
punt schichter. De keizer sproug er uit en «iel op
den rechterarm. Het rijtuig sloeg toen om, zoodat
de erfpflns er uit viel. Beiden wachtten in een na
burige villa, totdat een ander rijtuig was gohaald,
en reden toon naar de aanlegplaats. Per boot maak
ten de keizer en de prins toen het voorgenomen
tochtje naar het Pauweneiland,
De keizer verzwikte den rechtervoet. Wegens een
zwelling van den voet, door bloedstorting veroor
zaakt, werd de keizer verhinderd heden het feest
van de kadettensshool by te wonen.
De verkiezingen van de helft der leden van de
Belgische provinciale raden, die moesten afireden,
hebben in het geheele land plaats gehad. Behou
dens enkele veranderingen «au weinig beteekenis,
is de verhouding tusschen de beide partijen dezelfde
gebleven. De clericalen behielden do meerderheid
in zes en de liberalen in drie provinciën.
President Carnot heeft weer een nieuwe reis aan
vaard. Nu geld hot bezoek het zuiden, en wel
hoofdzakelijk Montpellier, dat feest viert ter eere
van zijn zeshonderd-jarige universiteit. Te Lyon,
Montélimar, Orange en Avignon, welke plaatsen het
eerst worden bezocht, is de President weer zeer goed
ontvangen.
Te Montélimar had de heer Carnot zijn eerste
rede. Toon de sonator Loubet, de burgemeester der
stad, hem begroette, antwoordde de heer Carnot:
dat het land een sterke, verdraagzame en eerlijke
republiek verlangde en dat hij het als zijn taak be
schouwde ais de verdediger van een dergelijke repu
bliek op te treden.
In dit opzicht geeft dus deze reis van den heer
Carnot geen stof tot bijzondere beschouwing, maar
toch viel bij het vertrek van don president iets voor
dat nogal iu het oog viel. Toen de ministers in het
station bijeenwaren om den president uitgeleide te
doen, verscheen geheel onverwacht ook de Russischo
gezant baron Mohrenheim, die zich bij hen voegde,
ten einde den president dezelfde eer te bewijzen.
Het doei van deze geheel ongebruikelijke beleefd
heid is natuurlijk een openlijk blijk tegeven, dat de
vriendschappelijke verhouding tusschen Rusland en
Frankrijk, ondanks de hiorover verspreide geruchten,
in geen opzicht is gewijzigd. Te Parijs ten minste
wordt de stap van den Russischen gezant aldus uit
gelegd en beschouwd als een nieuw bewijs tegen
het bericht van de Timesdat czaar Alexander voor
nemens is zich bij het drievoudig verbond aan te
sluiten.
Profetiën vallen niet te doen over den toekora-
stigen uitslag der onderhandelingen tusschen Duitsch-
land en Engeland over de Afrikaansche aangelegen
heden. In Duitsche koloniale kringen begint raon
langzamerhand het onwrikbaar geloof aan de opti
mistische verwachtingen ten opzichte van dit resultaat
te verliezen, in verband met de in Engeland
veldwinnende waarschuwende stemmen tegen lord
Salisbury, om ditmaal wat vaster op zijn stuk te
staan tegen de hooge eischen van het Duitsche ryk.
Te Berlyn ^vreest men al te zeer dat do openbare
meening lord Salisbury zal dwingen uit zelfbehoud
zijn welwillende houding jegens Duitschland te laten
varen. Tot dit vermoeden bestaat wel eenige grond
Want dat lord Salisbury de wenken hem door de
dagbladen, zelfs van zijn eigen richting, en de dis-
cussiën in het parlement niet in deu wind slaat,
blijkt uit zyn ifede, Donderdag op het banket van
hot kleermakers-gilde te Londen uitgesproken. Hij
protesteorde nadrukkelijk togen de geuite beschuldi
ging, dat de regeering grondgebied in Afrika zou
hebben prijsgegeven, wijl nog geen overeenkomst
met eenige buitenlandsche regeering gesloten is.
Het was zelfs twijfelachtig, of een overeenkomst
bereikt zou worden. In ieder geval zouden de
belaugen der handelsmaatschappijen eu zendeling
genootschappen in het oog worden gehouden. De
voorvallen in Afrika daargelaten, verzekerde lord
Salisbury, waren de kansen op het behoud van den
vrede nimrfter gunstiger geweest dan thans.
De openlijk uitgesproken twijfel van den Engel
schen premier over een goed einde der Duitsch-
Britsche onderhandelingen betrekkelijk de Ooet-
Afrikaausche aangelegenheden is een nieuwe domper
op de geestdriftige hebzucht der Rolonialschwarme?
te Berlijn.
Trouwens de tory-regeering heeft reeds genoeg
moeilijkheden in de binnenlandsche staatkundo, waar
over zij struikelen on vallen kan, om niet ten be
lieve van hot Duitsche rijk en zijn koloniale politiek
een niouw onweer boven haar hoofd aan te trekken.
Reeds nu bereiden de verschillende partijen zich in
meerdere of mindere stilte op de aanstaande ver
kiezingen voor en de liberalo oppositie zou uit lord
Salisbury's zwakheid jegens Duitschland een even
scherp wapen tegen do tories en liberale unionisten
smeden als zij dit reeds doet uit de Iersche en andere
quaestiën.
De Portugeosche minister van Financiën Castello
Branoo heeft zyn begrooting ingediend met voorstel
len ter verkrijging van eveuwicht tusschen de ge
wone uitgayen en inkomsten. De tinancieele toestand
door het vorige bewind achtergelaten, was volgens
den Minister niet bevredigendgedurende het be
heer der progressisten waren do gewone uitgaven
grootelijks vermeerderd, zoodat de aanmerkelijke
toeneming der ontvangsten was overtroffen verge
leken bij het jaar 1886 1887 was het gewone
tekort verdubbeld. Intnsschen was de welvaart sedert
9 jaren toegenomen; sedert 1880 was de invoer van
machines van 1041 tot 1755 conto's vermeerderd;
de invoer uit de koloniën van 1581 tot 3745 de
uitvoer naar de koloniën van 990 tot 2347, enz;
aan spoorwegmateriaal was in 1889 zesmaal meer
ingevoerd dan in 1880de spoorwogontvangsten
waren van 3229 tot 5454 conto's gestegen. De voor
stellen van den minister betreffen afschaffing van de
tonne- en ankergelden en quarantainereebten, alles
to vervangen door rechton op de hoeveelheid geladen
en geloste waren, veranderingen in de zegelwet,
reorganisatie van de douane enz. De buitengewone
uitgaven voor 1890 1891 schat do Ministor op
2506 conto's, waarvan 1342 voor het koloniale
departement.
De oud-Minister Carvalho zal in Juni uit Lissa
bon naar Mozambique vertrekken aan het hoofd eener
wetenschappelijke zending, dio den toestand der goud-
on steenkolenmijnen in dat land zal onderzoeken.
Een andere expeditie vertrekt in Augustus met het
deel te Bhithe een kolonie te stichten. Aan deze
ondernemingen wordt gewicht gehecht. Men ziet er
uit, dat de hebzucht der Engelschen do Portugeezen
wakker maakt.
De tariefwet, door het Huis van Afgevaardigden
in de Vereenigde Staten aangenomen, zal deze week
aan den Amerikaanschen Senaat worden gezonden,
waar zij, naar men verwacht, 2 maanden in behan
deling zal blyven. Er zullen volgens de Times ver
moedelijk ingrijpende veranderingen in worden ge
maakt, die omslaohtigen arbeid en langdurige beraad
slagingen met zich sleepen, daar de voornaamste
republikeinsche Senaatsleden herziening van vele
rechten wenschen
van de Makelaars
De markt was heden vast.
Loco Tankfust f 8.35. Geïmporteerd fust f 8.35.
September-, October-, November- en December-
levering 8.65.
y 11 saBaag
REBOREN 23 Mei. Adrisan, ouders I. van I.ceewm en
S. den Herder. 24. Johannes, ouders H. J. Verblssuw en
H. Diebrink. 25. Willem, ouders W. O. Boot eu F
G. J. Kroysheer. Johan, ouders E. W. de Keuter eu J
C. Bomer IJds, ouders H. Blsst. r en G. Verdouw'.
26. Dirkje Marie, ouders D. Stigter en M. Ooms.