BINNENLAND. Bultenlandscü Overzicht. minder wanneer, zooals hier te lande het geval ia, tegen staatsexploitatie zoo krachtige tegenstand bestaat en wel zeer lang bestaan zal. Het komt one voor, dat er inderdaad, wat het bnitenlandsch vervoer de zooge naamde doorvoer betreft, geen gevaar be staat, omdat de spoorwegen ook rekening hebben te houden met de goedkoope water wegen en de mededingende bnitenlandsche lijnen b v. met Antwerpen en Bremen. Al wilden ze, onze beide groote spoorwegmaatschappijen knnnen dien stroom niet keeren. Maar voor het binnenlandsch verkeer zouden enkele meerdere waarborgen niet overbodig zjjn. In dien in dit opzicht de zaak zoo kan worden geregeld b.v. door voldoend toezicht van regeeringswege en van wege het belanghebbend publiek, dat voor het illusoir maken der con currentie geen vrees behoeft te bestaan, dan vervalt daarmede het laatste bezwaar, dat tegen de verwezerfljjking der uitnemende plannen van den minister van waterstaat kan worden aan gevoerd. In alle gevallen hopen wjj met de N. Rott. Ct., dat de Kamer het ontwerp zal behandelen zonder er 'een politieke bril bg op te zetten. Rechter- en linkerzijde moeten hier uitsluitend het oog vestigenop de belangen des lands. Wat de liberalen betreft, wjj meenen als zeker te mogen aannemen, dat de bekwaamheid van den heer Havelaar hem aan die zjjde zooveel sympathie heeft bezorgd, dat de staatkundige richting van het kabinet hem geen stem zal doen verliezen, indien zjjne voorstellen werke- lijk aannemelijk zjjn. GOUDA, 30 Mei 1890. De te Utrecht gevestigde Stoomtramweg-Maat schappij Gouda" (lgn GoudaBodegrave) verkeert in liet bijzondere geval dat met het overlijdeiï op 21 dezer van den heer B. H. Beer, haar gebéele college van commissarissen is uitgestorven. Met den heer Beer bestond dat lichaam, laatstelijk uit de heeren mrs. 8. Katz en M. J. Rikoff. Den 21sten Juni a. a. zal eene algemeeno vergadering worden gehouden waarin nieuwe commissarissen zullen worden benoemd. In de Staatscourant is opgenomen een verslag over den staat der Koninklijke Muziekschool in 1889. Het schooljaar werd geopend met 266 leerlingen, tegen 255 in het begin van 1888; daarvan waren 106 mannelijke en 160 vrouwelijke. Eervol zijn met eindgetuigschrift ontslagen do dames M. G. C. Snijders, geboren te Rotterdam, W. S. Reedijk, geboren te Batavia, en B. J Humme, geboren te Toelan (Java), alle drie voor solozang als hoofdvak; de da nes J. C. Rollin Couquerque, geboren te Arnhem, J. M. d'Arnaud Gerkens, gebo ren te Menado en J. M. C. Ahsmann, geboren te Delft, alle drie voor piano als hoofdvakmejufFrouw C. C. Hoogenboom/ geboren te Gouda, en de heeren H. J. W. Struys en P. W. Broek, beiden geboren te 's-Graienhage, alle drie voor viool als hoofdvak, en de heer L. P. L. Versteegh, geboren te 's-Gra- venhage, voor klarinet als hoofdvak. Over gedrag en vljjt der leerlingen valt over het algemeen te roemen. De uitgaven bedroegen 25,67 2.84l/ii de ont vangsten 25,716.50, zoi»dat op de rekening over 1890 een voordeelig slot is van 48.651/|. Een koopman, te Leiden woonachtig, had van iemand aldaar, die lezen noch schrijven kon, op dracht ontvangen een schuldbekentenis te schrjjven voor oen bedrag van ongeveer 35. In plaats daarvan, schreef hij, dat de persoon aan hem 5 schuldig was, na ee:i jongetje, dal lezen en schrijven kon, vooraf uit do kamer te hebben verwijderd, en liet dit door den persoon, die bij hem als ^zaak waarnemer" te markt was gekomen, onderteekenen döor diens hand te besturen. Deswege gisteren te 's Hage terecht staande, droeg bekl. met ongeë venaarde breedsprakigheid zgne verdediging voor; waar die wol op neer kwam, is eohter onmogelijk weer te geven, en ook het O. M. liet haar rusten en eischte voor bekl., die reeds raeermalon deswege was vervolgd, zg 't dan ook niet veroordeeld, 4 jaren gevangenisstraf. Omtrent de eergisteren plaats gehad hebbende brand te Fegenoord schrijft meD aan het N. v. d. D. Wanneer men den Fegenoordschen dgk langs wan delt, welke thans door den grooten aanbouw echter een deel zijner aanlokkelijkheid verloren heeft, dan trok eer linkerzijde van dien dgk een ieders aandacht het aldaar gelegen blok huisjes. Het zag er wel oud maar toch netjes uit. Het had vooral iets aantrekke- lijks door de kalme rust, welke or scheen te heer- scher. onder die talrijke over het geheel behooftigo bevolking. Toch bleek ook hier het uiterlijke slechts schijn. In het huisgezin van zekeron Bruns heerschtc niet de vrede, welke zelfs in de armoedigste omstandigheden het geluk aanbrengt. De vrouw had dan ook met een der vijf kinderen de woning verlaten, en de man woonde er thans met de vier overige. Woensdag ochtend was hij ongeveer tien minuten ge leden uit zijn .woning ^.gegaan, zijne vier kinderen achterlatende, of deze maakten een vervaarlijk leven. De buren, aan dergelijke tooneelen gewoon, sloegen er eerst geen acht op, doch al spoedig bemerkten zij dat er iets bijzonders gaande was. Zij gingen naar boven ende deur was op slot. Een brandlucht kwam hui te geraoot, en de deur wercj, opengetrapt. Wat huH'te doen stond was de„kinderen te redden' en verder op behoud van eigen have' bedacht te zijn, zoo fel grepen de vlammen om zich heen. In een oogwenk was de soldering doorgebrand, en nu kreeg het vuur ruim baan, want over het geheele blok van 12 huisjes was slechts één zólder, slechts door hekwerk in afdeelingen gescheiden. Geen won der dus, dat als in een oogwenk het geheele blok in lichten laaie stond. Omtrent de oorzaak loopen de meeningen uiteen. Sommigen beweren dat de kinderen met krullen zouden gespeeld hebben, anderen zoeken de oorzaak dieper en brengen haar in verband met de afwezig heid van den bewoner. Wat hierran zij, hieromtrent zal het onderzoek, onmiddellijk door de politie ingo- ateld, wel opheldering verstrekken. De feiten, waarvoor men thans staat, zijn zoo treurig mogelijk: 24 gezinnen zagen zich in weinige oogenblikken van alles beroofd, daar ook van het huisraad slechts weinig gered is kunnen worden. De stukjes land voor de woningen, bezaaid met hetgeen men nog in haast naar buiten had kunnen brengen, te midden waarvan de klagende en schreiende huis gezinnen, leverde den ganschen dag een beklagens waardig tooneel op. Van die 24 huisgezinnen toch waren slechts, 3 geassureerd; 21 gezinnen hebben alles bij den brand verloren. Onder de duizenden toeschouwers liet echter een beroep op de liefdadigheid door den brandmeester Driebeek gedaan, zich niet onbetuigd, want eene collecte, voor de slachtoffers gehouden, bracht reeds dadelijk een som van ruim 90 bijeen. Dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland hebben zich tot de Tweode Karper gewend met een adres, waarin zg verklaren, ook na de aangebrachte wijziging, zich niet te kunnen vereeuigen met het wetsontwerp op 's Rgks waterstaatwerken. Zg verzoeken het ont werp in dien zin te wijzigen, dat niet aan den Koning alleen worde overgelaten, in welke gevallen ook, regelen te stellen voor het afleiden van water in openbare wateren onder beheer van het Rgk staande. Zg meenen dat een waarborg voor do belangen der waterschappen alleen dan bestaat, wanneer het stellen van regelen over af- en aanvoer van water door waterschappen aan de wetgevende macht blijft voor behouden. De heeren J. B. Snellen, F. A. Van Hall, C. P. Metelerkamp en F. Schwiep, concessionarissen van een korteren spoorweg AmsterdamRotterdam heb ben zich tot do Tweede Kamer der Staten-Generaal gewend mot een .adres, waarin zij hun grieven tegen de aanhangige spoorwegovereenkomsten uiteenzetten. Zg hebben gemeend in deze niet handelend te moeten optreden alvorens de plannen der Regeering volledig bekend en toegelicht waren. Zg vertrouwen, dat nu voldoende blijkt dat Amsterdam's handels belangen beter on zekerder zgn gewaarborgd door de uitvoering vah hun concessie dan door de thans aan hangige regeéringgplaunen. Alle 'deskundigen op spoorweggebied, zeggen zg, v^roprdeelen zonder uitzondering het hoofdbeginsel der* wet: de exploitatie van één spoorwegljjn door twee can curr eerend e Maatschappijen. Nergens, waar bej onder dezelfde omstandigheden is beproefd, heeft het goede resultaten opgeleverd, eu zelfs de Regee- riqg is piet .in staat geweest, evenmin als Ie voor- staedërs d,er voorgostelde regeling, dit hoofdbezwaar te ontzenuwen; een bezwaar, dat een ernstig gevaar voor den handel dreigt te worden, omdat het onver mijdelijk tot een volledige Samenwerking der twee overblijvende Maatschappijen moet leiden, of tot staatsexploitatie, beidén dood end voor alle concurrentie, welke laatste voor den handel hoog noodig is. In de gisteren voortgezette vergadering der Maat schappij tot Nut van 't Algemeen kwam aan do orde het voorstel van 't departement Wageningen. Dit voorstel had de strekking, dat de Maatschappij meer zou doen voor d§ pensioneering van werkliedep. Hef departement Wageningen had in dezen geest al veel gedaan, zooals door zijn afgevaardigde uitvoerig word in't licht gesteld. Volgens dezen doet het Waar heb ik anders vqor te zorgen dan voor uw gajuk ?'v En mijnheer Dent sloeg zgn Arm om Pru dence heen, en kuste haar, precies zooals hij dat wel deed voor dat John Dent ooit te Rivermouth aan kwam. v De verstandigste manier om met een spook om te gaan, ié, te dóen alsof het er nieUis. Een spook heeft niéts liever, dah dat je er bang voor bent heeft nergens meer hekel aan, dan dat je er niet om geeft. Vorwaarloozing doet het wqgkwijnen als men ten minste van een spook, ook zelfs figuur lijk gesproken, zeggen kan, dat het wegkwijnt,— en tot etof vergaan. wEn laten we nu eens zien," zeide mijnheer Dent, ,i Wat die jonge man te vertellen heeft." De goede man was gewoon nooit een ding half bakken te doen. Toen hij noch bier brouwde, brouwde hg het beste bier, dat ze ooit te River mouth gedronken hadden, maar daar was hij nu niet meer trotsch gp. Hg raapte den brief op en gaf dien aan Prudence, die niet spreken kon van verbazing en van vreugde over deze plotselinge verandering. Een oogenblik bleef ze onbewegelijk zitten, terwijl haar oog glinsterde van tranen, en toen brak zij don brief open. »Ik» zal hem u voorlezen," zei Prue deftig, als met zeker gezag. Wordt vervolgd.) heer Dent bij zichzelven op bitteren toon oii hij liep naar de deur, zoo stijf als een grenadier, toen Pru dence hem terughield. Zullen we nooit weer vrienden worden?" zeide zij, terwijl zij hare hand zachtjes op zijn arm lei. «Zal u nooit riteer van mij gaan houden Het is alsof ik hier in huis vreemd begin te worden ik ben hier heel niet meer thuis zooals vroegerweet u, wat ik zal doen, als ik zeker weet, dat ik u toch niet meer kan schelen? Ik zal heengaan." Hartig wierp hij een blik op Prue's gelaat en zag, dat zij het meende. ffVan mij heengaan?" -riep hij, „wat zou ik dan in 's Hemels naam zondtfr u moeten beginnen?" wik kan hier niet leven, als u niet van mij houdt. Ik heb niets gedaan, waarmede ik verdiend heb, dat u zoo onaangenaam tegeü mij is. Ik heb John Dent alleen bij toeval gezien. Ik ben niet uitgegaan om iem te ontmoeten, er bestaat niets tusschen ons maar ik heb hem lief en ik zal hem altijd blijven liefhebben. Ik zal er mijn heele leven spijt ^an hebben, dat ik hem dat niet eerlijk gezegd heb. Dat is 'teenige, wat ik verkeerd gedaan heb. Als u denkt, dat ik u ongehoorzaam geweest ben, wil ik u gaarne daarvoor excuus vragen. Maar u is hard tegen mij geweest, zonder dat ik het verdiende. Het zal niet lang meer duren of ik zal van dé hardheid niets meer voelen en dan zal ik er alleen aan denken, hoe onrechtvaardig u voor mij geweest is." En hiermede v keerde Prudence zich om en ging aan haar werktafeltje zitten. Ieder woord was een dolksteek? voor mijnheer Dent. Was hij dan toch zoo hard voor haar,geweest? Dat moeri' wel zoo zijn. Thans trof het hem voor 't eerst, hoewel Prudence in die laatste drie maanden veran derd was. Hij had noch niet opgemerkt, dat zij zoo bleek was; er waren donkere randen om hare oogen, die haar heele gezicht schenen te verduisteren en de oogen zelf waren groot en glinsterend geworden, als van iemand, die de tering heeft. Toen haar handen op haar schoot lagen, zag hij, hoe wit en mager zij waren; en zijn geweten sprak luide. Het was niet ^genoeg, dat hij het spook goed en wel hield opge sloten, zijn plicht reiktó verder; hij moest zorgen voor de gezondheid en het geluk van het meisje en dat had hij nagelaten. ffPrue," zeide hij, plotseling berouw gevoelende, z/ik ben verblind en onredelijk geweest. Als je maar weer gelukkig en tevreden kunt zijn, heb ik niets vftn je te vragen, dan me te vergeven, dat ik niet gemakkelijk besluiten kon, je af te staan aan den eersten jongen' den beste, die om je kwam. Je bent zooveel jaren mijn eigen, lieve meid geweest, dat ik heel in de war raakte, toen ik er aan dacht, je te moeten verliezen. Maar *we zullen er niet meer over spreken, schrijf aan Jack en zeg hem, dat hij thuis komthij zal welkom zgn op Willowbrook. Als hij noch droomt van goudgraven, zal ik een zak geeltjes in den tuin begraven, dan kan hg die opdelven. AlleSp "wat ik bezit, is toch immers voor u beiden. Pensioen verbond" al zeer weinig, daarom moet de Af, tot N. v. 't A. zich de zaak aantrekken, opwek ken tot sparen en geen betere wijze van sparen is er, dan voor de werklieden de gelegenheid open te stellen, zich op den ouden dag een pensioen te verzekeren. Do Voorzitter zegt den afgevaardigde van Wage ningen dank en hoopt dat de overige departementen je wenken, door den afgevaardigde van Wageningen gegeven, ter harte nemen. Aan de orde komt thans punt XII van den be schrijvingsbrief. Voorstel van Groniugendat een onderzoek worde ingesteld naar hetgeen tot verbo-, tering van de armenjorg is, of wordt beproefd in ons land, in vergelijlg/g ook met dergelijke pogingen in den vreemde en d« de uitkomsten van dit onder zoek worden bekend gemaakt, zoowel tot wering der armoedo als verzorging van bestaande armen. De afgevaardigde van Groningen lichtte dit vpor- stel toehg" zegt, dat de Maatschappij aan 't geheele land een weldaad zal bewgze, als zij zich aan de zaèk der armenverzorging gaat wijden. De som van 1500, die Groningen voor het onderzoek wenscht uitgetrokken te zien, berust slechts op eene raming het eerste jaar zal dit bedrag ze kerlijk niet benoodigd zijn. Heerenveen heeft sympathie voof de grondgedachte van 't voorstel van Groningen, maar toch moet de afgevaardigde van dit dep. daartegen zijn stem ver heffen. Deze betwijfelt, of men door dit onderzoek eene wetenschap zal opdoen, die in de praktijk kan omgezet worden. Hij meent, dat men voor de ver betering van armenzorg te zeer bekend moet zijn met lokale omstandigheden, om door een algemeene enquête en door 't aan de hand doen van algemeene regeling den toestand te verbeteren. Elk departement kan in zijn eigen kring een onderzoek instellen en desnoods kan dan de Maatschappij een pnderzoek instellen naar de werkzaamheden der departementen op dit gebied, maar in een algemeene enquête ziet hij geen nuthet zal slechts een lijvig rapport maar geen andere resultaten opleveren. Zutfen verdedigt het voorstelzelfs een lijvig rap port zal door de voorlichting, die het kan verstrek ken, weet nut afwerpen. Zoo'n rapport zal wenken bevatten, die elk in eigen kring kan toepassen. Alle vragen die den toestand der armen eq daarom de sociale qgaestie raken zijn van groote beteekenis en daarom hoopt hg, dat het voorstel Groningen zal worden aangenomen. De heer Veltman \an het Hoofdbestuur zegt dat onderwerp geheel op den weg der Maatschappg ligt. De quaeette is allerbelangrijkst, het onderzoek zal niet in een paar jaar zijn afgeloopen eu veel eischen van de financiëelo krachten der Maatschappg, daarom is ook 1500 voor het onderzoek niet genoeg. Reeds voor drie jaren werd besloten een onderzoek in te stellen naar de arbeiderswoningen en eerst dit jaar kan dit rappori verschijnen, Hg zogt daarom //Qui trop embrasso, mal étreiut." Laat.ons niet to veel hooi op de vork nomen. Het Hoofdbestuur heeft het voorstel van Groningen met sympathie begroet, maar vooralsnog moet dit hét voorstel afwgzen. Als Groningen over een paar jaron met zijn voorstel terugkomt kan het van den algeheelen steun van het Hoofdbestuur verzekerd zijn, Groningen blijft zijn voorstel verdedigen, vooral omdat, zooals ook de afgevaardigdo van Zutfen nog eens in 't licht heeft gesteld, het flnancieele bezwaar niet bestaatde vork kan dus het meerdere hooi wel dragen. v In Groningen is hét gemeentelijk budget voor armenzorg in de laatste 20 jaren van 60.000 op 120.000 gestegen dit ko.mt, omdat de particuliere liefdadigheid de hand op den zak houdt, de kerke lijke liefdadigheid niets meer doet. Het is dus wel noodig? dat de Maatsch. zoo spoodig mogelijk zich do zaak der armenzorg aantrekke. Haarlem meent, dat de vergadering zich met het advies van het Hoofdbestuur moet vereenigen en de Maatschappij blijven afwachten, welke gegevens de enquete, door Staatswege ingesteld, verstrekt. De afgevaardigde van Schiedam deelt mee, dat zich te Amsterdam een Schiedammer van eenigeberoemdheid dr. De Groot gaat vestigen, iemand die veel studie van armenzorg zelfs in Azië en Amerika heeft ge- maaktj; deze beroemde man dus zal, als hij te Ara- sterdam komt, zekerlijk in allerhande comité's voor armenzorg opgenomen worden {daarom hoopt hij, dat het voorstel van Groningen aangenomen zal wor- v ^Pre^ers woorden wekken algemeen hilariteit. Nadat Heerenveon nog eens het voorstel bestreden heeft en de heer Veltman de meening van het hoofd bestuur nader heeft toegelicht wordt tot stemming overgegaan en het voorstel-Groningen, met meerder heid van« stemmen verworpen. Thans komt in behandeling punt XIII. Voorstel van het departement Utrecht,/oro, onder dezelfde voorwaarden, waarop in 1887 door de algemeene vergadering aan het Utrechtsch museum van kunst- ngverheid, ten behoeve van daaraan verbonden o^- derwgs-cursussen, gedurende drie jaren een subeidie is verleend van 500 's jaars, thans weder gelijke subsidie van 500 voor de eerstkomende vijfjaren toepte staan." Genoemd museum werd werd in 1884 met behulp der 3000, door de Maatschappij toegestaan, ge opend en is sedert sterk uitgebreid. In zijn toelich ting herinnert het departement Utrecht, dat in den winter van 1886 Ook een begin werd gemaakt met het onderricht in de kunst-industrie en uit de ver slagen blijken kan, dat de nuttige werking van mu seum en onderwijs zich zeer merkbaar doen gevoelen. De fffinancieele «ömmissie" stelt een amendement op het voorstel voor, om de gevraagde 500 voor drie jaren toe te staandaarentegen blijft Utrecht aandringen op het subsidie voor vgf jaar. Woerden bestrijdt het voorstel, op grond, dat er zoovele andere behoeften zgn, waaraan noodig vol daan moet wordeneen inrichting, die zoo weinig verwant is aan de Maatsch. en zoo nauw verbonden is aan de stad Utrecht en die nu reeds zes jaren bestaat, mag nu wel aan de zorg van de stad Utrecht overgelaten worden. De heer A. C. Wertheim deelt namens het hoofd bestuur mee, dat dit het amendement van de flnan cieele commissie overneemt. Hij is er voor dat de Mpij. de school voor kunstnijverheid verder haar steun verleene. Bij stemming wordt het voorstel Utrecht met groote meerderheid aangenomen, in dien zin, dat het subsidie wordt verleend voor den tijd van drie jaren of zooveel korter, als Utrecht zijn subsidie verleent. Omtrent de Postzegel-tentoonstelling to Londen schrijft men aan de N. R. Ct. o. a. het volgende In hare 'meer gevorderde stadiums is de t'mbro- logie lang geen kinderwerk, doch eerder eene studie, die eene veelsoortige kennis onderstelt. Eon ver zamelaar die op de hoogte blijven wil van zijnen tijd, moet aan eene uitgebreide geographische wetenschap eene vrij groote kennis der nieuwere wereldgeschie denis paren, en ulthans een oppervlakkig meester schap over de voornaamste talen bezitteq. Daaren boven komt hem een zeker instinkt uitnemend te stade, ja het moet betwijfeld worden of hij het ooit ver brengen kan in de postzegelkunde zonder dat instinkt, hetwelk enkel eene langdurige ervaring kan scheppen en kweekon. In de timbrologie zijn niet alleen eerlijke menschen werkzaam. Hoe zeldzamer een postzegel blijkt te zijn, des te grooter is de ver leiding het na te maken, en er behoort een geoefend oog toe om het echte, dat 20 waard wezen kon, te onderkennen van het onechte, dat geen waarde heeft. Dan is er echt en echt. De eischen die de timbrojoog voor echtheid stelt, kunnen van die eens anderenstervelings geheel afwijken. Vóór hare in- lgving liet de Transvaalsche republiek postzegels maken in Duitschland. De regeering te Pretoria •verzuimde de platen terug te eischen, en, toen er vraag ontstond onder de postzegelliefhebbers naar Transvaalsche postzegels, omdat het land was inge lijfd, meende de Duitsche firma die vraag te mogen bevredigen door onverpoosd voort te drukken, waarmee zij hoogo?, winsten behaalde buiten haar oorspronkelijk contract. Deze postzegels zijn echt, dewijl zij ver vaardigd zijn uèar de platen der Transvaalsche regee ring, doch 'zij zijn niet echt (in het oog der kenners), dewgl zij zijn uitgegeven buiten de grenzen der repu bliek. Hoé 4© liefhebbers nu een onderscheid kun nen zien tüsschen de echte Transvaalsche postzegels en de onëchte echte, weet ik niet, maar dit geval duidt de fijne nuanceeringen van het vak aan. De kenner moet een geopend oog hebben. Eene kleine vergissing in een jaartal of in eene tint kan hem veel geld en naamloos hartzeer veroorzaken. Doch deze teleurstellingen worden ruimschoots ver goed door de overwinningon van het schrandere ge duld. Tegenover de overrompelingen der bedriegerij ^taan de verrassingen der timbrologische voorzienig heidWelk een triomf voor een verzamelaar als bij een postzegelsoort ontdekt, die nog nergens beschreven staat. .Voor hem, voor zijne \rienden, voor het z/vak," staat dit gelijk met de opsporing eener nieuwe ster, plant of spin in astronomische, botanische of entomologische kringen. Er worden tegenwoordig verkenningstochten ondernomen ora onbekende orchi deeën in oerwouden te betrappen en te ontvoeren, doch er worden ook expeditiën uitgerust door ver mogende philatelisten, om naar nieuwe postzegel soorten te speuren in verre landen. Zoo heeft het parlementslid Tapling onlangs eene reis ondernomen in net Oosten en bij die gelegenheid rariteiten //ontdekt", welke alle liefhebbersharten moeten doen popelen. Daartoe behooren de oudere Afghaansche postzegels, tot dusverre onbeschreven gebleven en helaasniet op 4a tentoonstelling aanwezigzij hadden zulk een nobel figuur gemaakt nevens de antiekste soorten van Mauritius en Britsch Guyana, die tot de kostbaarste zeldzaamheden op dit gebied behoorenÉén enkel postzegeltje van Mauritius, uit het 'jaar 1847 Mauritius was de eerste Engelsche kolome, welk® plakzegeltjes voor brievenfrankatuur invoerde me1 de woorden .Post-Office" er op, is X 200 waard, en waarschijnlijk sou de eigenaar, de voornoemde heer Tapling, zijnen schat niet voor het tienvoudige wi'leu verkoopen, want zijn exemplaar is het éénige in Engeland. Ook is hij (le gelukkige bezitter van een ouden Meuritiaanschen briefomslag, met een shilling-stempel bedrukt, die mede hoogst zeldzaam is, omdat de voorraad, spoedig na de invoering dezer omslagen, een luncheon voor de witte mieren te Port Louis opleverde. Wanneer ik nu nog zeg, dat men «gek» moet zjjn om X 200 te betalen voor een leelijk on smerig vierkant stukje papier, dat ruim veertig jaren geledin, een frankeerzegeltje was in eene kleine Britsche kolonie, dan leg ik daarmee tegelijkertijd mijne onkunde en mjjn gebrek aan timbrologische geestdrift bloot. In België begint men zich zeer te verontrusten over den achteruitgang van den handel te Antwerpen. De vorige week werd deze kwestie ook in den senaat ter sprake gebraoht door den heer della Faille, die een onderzoek verzocht naar den toestand van de Antwerpsche haven, wijl deze naar zjjne meening voor den handel niet toereikend is en zich do door voerhandel meer en meer naar Rotterdam, Hamburg en Duinkerken verplaatst. Terwijl in 1880 het scheeps verkeer te Antwerpen 3.063.000, te Rotterdam 1.681.000 tons bedroeg, was dit in 1888 veranderd en resp. 3.920.000 tons en 2.488.000 tons. Deze vermindering schreef de spreker toe aan de vele belastingen en andere hinderlijke bepalingen, die België den vreemden schepen oplegt. Hy drong daarom aan opafschaffing van vuur— en baken gelden vermindering van het loodsrechtvermin dering van het voorrecht voor schepen, die niet geregeld aanleggen, en voor sohepen met bestemming naar den Rijn; het onmiddellijk aanleggen eener nieuwe sluis aan de Amerika- en Afrika-dokken het uitbaggeren der Schelde betere regeling van de vaart naar den Rijnhet inrichten van een nieuw statistiek bureelonderzoek naar de middelen, om een deel der dokken en kaden te Antwerpen tot vrije haven te hervormen. In een andere zitting besprak de heer della Faille don toestand van de vaargeulen der Schelde, die een onvoldoende diepte hebben. Hij drong aan op spoedige uitvoering van de ontworpen uitbreiding der kaden en dén aanleg van een nieuwen gemeen- schapsweg met de hoofdstad, wyl de Belgische nijverheid bedreigd wonlt met het verlies van een aanzienlijk deel van haar afzet, indien buiteuland- sche schepen afgeschrikt worden door don onvol doenden staat der Antwerpsche havenwerken. De minister De Bruyn verklaarde zich bereid do opmerkingen van den heor della Faille te onderzoeken. In de Duitsch-vrijzinnige pers wordt over de nietyerkiezing van Richter tct voorzitter der com missie van 7 leden een scherpe poleniiekugovoerd Volgens een schrijven uit Berlijn aan de Frtrnkf. dtg. is de verkiezing niet als een overwinning van de gematigde richting binnen de - vrjjzinnige partij op te vatten, want, wanneer tegenover het centrale comité, dat uit alle afgevaardigden bestaat, het vroeger door de tegenstanders van den afgevaardigde Richter voorgenomen .sterke stuk" uitgevoerd was, zoo zou dit, gelijk bij de laatste zittingen der frac ties gebleken is, hen flinke meerderheid voor Richter opgêleverd hebben. .De vijanden, die Richter binnen zijn partij heeft heet het verder in deze correspondentie bestaan uit persoonlijke en politieke. Wijl echter de heeren wisten, dat zij het niet op een „sterk stuk» konden laten aankomen, hebben zy, zooals steeds duidelijker bUjk, in stilte en tegen den cotuxnsm omnium, dat alles by het oude moest blijven, de kleine manoeu vre afgesproken en uitgevoerd, om den tiran met zes man tegen vijf ten val te brengen of hom ten minste door het niet herkiezen tot een eerepost een krenking toe te voegen. Deze waarlijk niet impo sante wijze om den tiran ten val te brengen is alleen mogelijk geworden, doordat de heer Hanel zich tegen zijn vroegeren politieken vriend Richter heeft laten gebruiken, op wiep hy boos is,t wijl deze hem en parenthese opgemerkt; met instemming van alle partijgenooten tot de orde heeft geroepen, toen de heer Hanel na de algemeené verkiezingen van 20 Februari plotseling in Sleeswijk—Holstein het bondgenootschap met het Kartel bij de horstem mingen tegen de sociaal-democraten aanbeval." In alle vrijzinnige kiesdistricten baart volgens den briefschrijver het voorval groot opzien en diepe verontwaardiging, want men verheelt zich niet, dat, moge men ook de beweegredenen van Richters tegenstanders in de partij zeer uiteenloopend zjjn, het gebeurde toch den uitorlijken sobijn heeft, alsof het eenen slag is Jegen de richting, wier eerlijke

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 2