BINNENLAND.
Bultenlandscü Overzicht.
minder wanneer, zooals hier te lande het
geval ia, tegen staatsexploitatie zoo krachtige
tegenstand bestaat en wel zeer lang bestaan
zal. Het komt one voor, dat er inderdaad,
wat het bnitenlandsch vervoer de zooge
naamde doorvoer betreft, geen gevaar be
staat, omdat de spoorwegen ook rekening
hebben te houden met de goedkoope water
wegen en de mededingende bnitenlandsche lijnen
b v. met Antwerpen en Bremen. Al wilden
ze, onze beide groote spoorwegmaatschappijen
knnnen dien stroom niet keeren. Maar voor
het binnenlandsch verkeer zouden enkele
meerdere waarborgen niet overbodig zjjn. In
dien in dit opzicht de zaak zoo kan worden
geregeld b.v. door voldoend toezicht van
regeeringswege en van wege het belanghebbend
publiek, dat voor het illusoir maken der con
currentie geen vrees behoeft te bestaan, dan
vervalt daarmede het laatste bezwaar, dat tegen
de verwezerfljjking der uitnemende plannen van
den minister van waterstaat kan worden aan
gevoerd.
In alle gevallen hopen wjj met de N. Rott. Ct.,
dat de Kamer het ontwerp zal behandelen
zonder er 'een politieke bril bg op te zetten.
Rechter- en linkerzijde moeten hier uitsluitend
het oog vestigenop de belangen des lands.
Wat de liberalen betreft, wjj meenen als zeker
te mogen aannemen, dat de bekwaamheid van
den heer Havelaar hem aan die zjjde zooveel
sympathie heeft bezorgd, dat de staatkundige
richting van het kabinet hem geen stem zal
doen verliezen, indien zjjne voorstellen werke-
lijk aannemelijk zjjn.
GOUDA, 30 Mei 1890.
De te Utrecht gevestigde Stoomtramweg-Maat
schappij Gouda" (lgn GoudaBodegrave) verkeert
in liet bijzondere geval dat met het overlijdeiï op
21 dezer van den heer B. H. Beer, haar gebéele
college van commissarissen is uitgestorven.
Met den heer Beer bestond dat lichaam, laatstelijk
uit de heeren mrs. 8. Katz en M. J. Rikoff. Den
21sten Juni a. a. zal eene algemeeno vergadering
worden gehouden waarin nieuwe commissarissen zullen
worden benoemd.
In de Staatscourant is opgenomen een verslag over
den staat der Koninklijke Muziekschool in 1889.
Het schooljaar werd geopend met 266 leerlingen,
tegen 255 in het begin van 1888; daarvan waren
106 mannelijke en 160 vrouwelijke.
Eervol zijn met eindgetuigschrift ontslagen do
dames M. G. C. Snijders, geboren te Rotterdam,
W. S. Reedijk, geboren te Batavia, en B. J Humme,
geboren te Toelan (Java), alle drie voor solozang
als hoofdvak; de da nes J. C. Rollin Couquerque,
geboren te Arnhem, J. M. d'Arnaud Gerkens, gebo
ren te Menado en J. M. C. Ahsmann, geboren te
Delft, alle drie voor piano als hoofdvakmejufFrouw
C. C. Hoogenboom/ geboren te Gouda, en de heeren
H. J. W. Struys en P. W. Broek, beiden geboren
te 's-Graienhage, alle drie voor viool als hoofdvak,
en de heer L. P. L. Versteegh, geboren te 's-Gra-
venhage, voor klarinet als hoofdvak.
Over gedrag en vljjt der leerlingen valt over het
algemeen te roemen.
De uitgaven bedroegen 25,67 2.84l/ii de ont
vangsten 25,716.50, zoi»dat op de rekening over
1890 een voordeelig slot is van 48.651/|.
Een koopman, te Leiden woonachtig, had van
iemand aldaar, die lezen noch schrijven kon, op
dracht ontvangen een schuldbekentenis te schrjjven
voor oen bedrag van ongeveer 35. In plaats
daarvan, schreef hij, dat de persoon aan hem 5
schuldig was, na ee:i jongetje, dal lezen en schrijven
kon, vooraf uit do kamer te hebben verwijderd, en
liet dit door den persoon, die bij hem als ^zaak
waarnemer" te markt was gekomen, onderteekenen
döor diens hand te besturen. Deswege gisteren te
's Hage terecht staande, droeg bekl. met ongeë
venaarde breedsprakigheid zgne verdediging voor;
waar die wol op neer kwam, is eohter onmogelijk
weer te geven, en ook het O. M. liet haar rusten
en eischte voor bekl., die reeds raeermalon deswege
was vervolgd, zg 't dan ook niet veroordeeld, 4
jaren gevangenisstraf.
Omtrent de eergisteren plaats gehad hebbende
brand te Fegenoord schrijft meD aan het N. v. d. D.
Wanneer men den Fegenoordschen dgk langs wan
delt, welke thans door den grooten aanbouw echter
een deel zijner aanlokkelijkheid verloren heeft, dan
trok eer linkerzijde van dien dgk een ieders aandacht
het aldaar gelegen blok huisjes. Het zag er wel oud
maar toch netjes uit. Het had vooral iets aantrekke-
lijks door de kalme rust, welke or scheen te heer-
scher. onder die talrijke over het geheel behooftigo
bevolking.
Toch bleek ook hier het uiterlijke slechts schijn.
In het huisgezin van zekeron Bruns heerschtc niet de
vrede, welke zelfs in de armoedigste omstandigheden
het geluk aanbrengt. De vrouw had dan ook met
een der vijf kinderen de woning verlaten, en de man
woonde er thans met de vier overige.
Woensdag ochtend was hij ongeveer tien minuten ge
leden uit zijn .woning ^.gegaan, zijne vier kinderen
achterlatende, of deze maakten een vervaarlijk leven.
De buren, aan dergelijke tooneelen gewoon, sloegen
er eerst geen acht op, doch al spoedig bemerkten
zij dat er iets bijzonders gaande was. Zij gingen naar
boven ende deur was op slot. Een brandlucht
kwam hui te geraoot, en de deur wercj, opengetrapt.
Wat huH'te doen stond was de„kinderen te redden'
en verder op behoud van eigen have' bedacht te
zijn, zoo fel grepen de vlammen om zich heen.
In een oogwenk was de soldering doorgebrand, en
nu kreeg het vuur ruim baan, want over het geheele
blok van 12 huisjes was slechts één zólder, slechts
door hekwerk in afdeelingen gescheiden. Geen won
der dus, dat als in een oogwenk het geheele blok
in lichten laaie stond.
Omtrent de oorzaak loopen de meeningen uiteen.
Sommigen beweren dat de kinderen met krullen
zouden gespeeld hebben, anderen zoeken de oorzaak
dieper en brengen haar in verband met de afwezig
heid van den bewoner. Wat hierran zij, hieromtrent
zal het onderzoek, onmiddellijk door de politie ingo-
ateld, wel opheldering verstrekken.
De feiten, waarvoor men thans staat, zijn zoo
treurig mogelijk: 24 gezinnen zagen zich in weinige
oogenblikken van alles beroofd, daar ook van het
huisraad slechts weinig gered is kunnen worden. De
stukjes land voor de woningen, bezaaid met hetgeen
men nog in haast naar buiten had kunnen brengen,
te midden waarvan de klagende en schreiende huis
gezinnen, leverde den ganschen dag een beklagens
waardig tooneel op. Van die 24 huisgezinnen toch
waren slechts, 3 geassureerd; 21 gezinnen hebben
alles bij den brand verloren.
Onder de duizenden toeschouwers liet echter een
beroep op de liefdadigheid door den brandmeester
Driebeek gedaan, zich niet onbetuigd, want eene
collecte, voor de slachtoffers gehouden, bracht reeds
dadelijk een som van ruim 90 bijeen.
Dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland hebben
zich tot de Tweode Karper gewend met een adres,
waarin zg verklaren, ook na de aangebrachte wijziging,
zich niet te kunnen vereeuigen met het wetsontwerp
op 's Rgks waterstaatwerken. Zg verzoeken het ont
werp in dien zin te wijzigen, dat niet aan den Koning
alleen worde overgelaten, in welke gevallen ook,
regelen te stellen voor het afleiden van water in
openbare wateren onder beheer van het Rgk staande.
Zg meenen dat een waarborg voor do belangen der
waterschappen alleen dan bestaat, wanneer het stellen
van regelen over af- en aanvoer van water door
waterschappen aan de wetgevende macht blijft voor
behouden.
De heeren J. B. Snellen, F. A. Van Hall, C. P.
Metelerkamp en F. Schwiep, concessionarissen van
een korteren spoorweg AmsterdamRotterdam heb
ben zich tot do Tweede Kamer der Staten-Generaal
gewend mot een .adres, waarin zij hun grieven tegen
de aanhangige spoorwegovereenkomsten uiteenzetten.
Zg hebben gemeend in deze niet handelend te
moeten optreden alvorens de plannen der Regeering
volledig bekend en toegelicht waren. Zg vertrouwen,
dat nu voldoende blijkt dat Amsterdam's handels
belangen beter on zekerder zgn gewaarborgd door de
uitvoering vah hun concessie dan door de thans aan
hangige regeéringgplaunen.
Alle 'deskundigen op spoorweggebied, zeggen zg,
v^roprdeelen zonder uitzondering het hoofdbeginsel
der* wet: de exploitatie van één spoorwegljjn door
twee can curr eerend e Maatschappijen. Nergens, waar
bej onder dezelfde omstandigheden is beproefd, heeft
het goede resultaten opgeleverd, eu zelfs de Regee-
riqg is piet .in staat geweest, evenmin als Ie voor-
staedërs d,er voorgostelde regeling, dit hoofdbezwaar
te ontzenuwen; een bezwaar, dat een ernstig gevaar
voor den handel dreigt te worden, omdat het onver
mijdelijk tot een volledige Samenwerking der twee
overblijvende Maatschappijen moet leiden, of tot
staatsexploitatie, beidén dood end voor alle concurrentie,
welke laatste voor den handel hoog noodig is.
In de gisteren voortgezette vergadering der Maat
schappij tot Nut van 't Algemeen kwam aan do orde
het voorstel van 't departement Wageningen. Dit
voorstel had de strekking, dat de Maatschappij meer
zou doen voor d§ pensioneering van werkliedep.
Hef departement Wageningen had in dezen geest al
veel gedaan, zooals door zijn afgevaardigde uitvoerig
word in't licht gesteld. Volgens dezen doet het
Waar heb ik anders vqor te zorgen dan voor uw
gajuk ?'v En mijnheer Dent sloeg zgn Arm om Pru
dence heen, en kuste haar, precies zooals hij dat wel
deed voor dat John Dent ooit te Rivermouth aan
kwam. v
De verstandigste manier om met een spook om te
gaan, ié, te dóen alsof het er nieUis. Een spook
heeft niéts liever, dah dat je er bang voor bent
heeft nergens meer hekel aan, dan dat je er niet
om geeft. Vorwaarloozing doet het wqgkwijnen
als men ten minste van een spook, ook zelfs figuur
lijk gesproken, zeggen kan, dat het wegkwijnt,—
en tot etof vergaan.
wEn laten we nu eens zien," zeide mijnheer Dent,
,i Wat die jonge man te vertellen heeft."
De goede man was gewoon nooit een ding half
bakken te doen. Toen hij noch bier brouwde,
brouwde hg het beste bier, dat ze ooit te River
mouth gedronken hadden, maar daar was hij nu niet
meer trotsch gp.
Hg raapte den brief op en gaf dien aan Prudence,
die niet spreken kon van verbazing en van vreugde
over deze plotselinge verandering. Een oogenblik
bleef ze onbewegelijk zitten, terwijl haar oog glinsterde
van tranen, en toen brak zij don brief open. »Ik»
zal hem u voorlezen," zei Prue deftig, als met zeker
gezag.
Wordt vervolgd.)
heer Dent bij zichzelven op bitteren toon oii hij liep
naar de deur, zoo stijf als een grenadier, toen Pru
dence hem terughield.
Zullen we nooit weer vrienden worden?" zeide zij,
terwijl zij hare hand zachtjes op zijn arm lei. «Zal
u nooit riteer van mij gaan houden Het is alsof ik
hier in huis vreemd begin te worden ik ben hier
heel niet meer thuis zooals vroegerweet u, wat ik
zal doen, als ik zeker weet, dat ik u toch niet meer
kan schelen? Ik zal heengaan."
Hartig wierp hij een blik op Prue's gelaat en zag,
dat zij het meende.
ffVan mij heengaan?" -riep hij, „wat zou ik dan
in 's Hemels naam zondtfr u moeten beginnen?"
wik kan hier niet leven, als u niet van mij houdt.
Ik heb niets gedaan, waarmede ik verdiend heb, dat
u zoo onaangenaam tegeü mij is. Ik heb John Dent
alleen bij toeval gezien. Ik ben niet uitgegaan om
iem te ontmoeten, er bestaat niets tusschen ons
maar ik heb hem lief en ik zal hem altijd blijven
liefhebben. Ik zal er mijn heele leven spijt ^an
hebben, dat ik hem dat niet eerlijk gezegd heb. Dat
is 'teenige, wat ik verkeerd gedaan heb. Als u
denkt, dat ik u ongehoorzaam geweest ben, wil ik
u gaarne daarvoor excuus vragen. Maar u is hard
tegen mij geweest, zonder dat ik het verdiende. Het
zal niet lang meer duren of ik zal van dé hardheid
niets meer voelen en dan zal ik er alleen aan denken,
hoe onrechtvaardig u voor mij geweest is."
En hiermede v keerde Prudence zich om en ging
aan haar werktafeltje zitten.
Ieder woord was een dolksteek? voor mijnheer Dent.
Was hij dan toch zoo hard voor haar,geweest? Dat
moeri' wel zoo zijn. Thans trof het hem voor 't eerst,
hoewel Prudence in die laatste drie maanden veran
derd was. Hij had noch niet opgemerkt, dat zij zoo
bleek was; er waren donkere randen om hare oogen,
die haar heele gezicht schenen te verduisteren en de
oogen zelf waren groot en glinsterend geworden, als
van iemand, die de tering heeft. Toen haar handen
op haar schoot lagen, zag hij, hoe wit en mager zij
waren; en zijn geweten sprak luide. Het was niet
^genoeg, dat hij het spook goed en wel hield opge
sloten, zijn plicht reiktó verder; hij moest zorgen
voor de gezondheid en het geluk van het meisje en
dat had hij nagelaten.
ffPrue," zeide hij, plotseling berouw gevoelende,
z/ik ben verblind en onredelijk geweest. Als je maar
weer gelukkig en tevreden kunt zijn, heb ik niets
vftn je te vragen, dan me te vergeven, dat ik niet
gemakkelijk besluiten kon, je af te staan aan den
eersten jongen' den beste, die om je kwam. Je bent
zooveel jaren mijn eigen, lieve meid geweest, dat ik
heel in de war raakte, toen ik er aan dacht, je te
moeten verliezen. Maar *we zullen er niet meer over
spreken, schrijf aan Jack en zeg hem, dat hij thuis
komthij zal welkom zgn op Willowbrook. Als hij
noch droomt van goudgraven, zal ik een zak geeltjes
in den tuin begraven, dan kan hg die opdelven.
AlleSp "wat ik bezit, is toch immers voor u beiden.
Pensioen verbond" al zeer weinig, daarom moet de
Af, tot N. v. 't A. zich de zaak aantrekken, opwek
ken tot sparen en geen betere wijze van sparen is
er, dan voor de werklieden de gelegenheid open
te stellen, zich op den ouden dag een pensioen te
verzekeren.
Do Voorzitter zegt den afgevaardigde van Wage
ningen dank en hoopt dat de overige departementen
je wenken, door den afgevaardigde van Wageningen
gegeven, ter harte nemen.
Aan de orde komt thans punt XII van den be
schrijvingsbrief. Voorstel van Groniugendat een
onderzoek worde ingesteld naar hetgeen tot verbo-,
tering van de armenjorg is, of wordt beproefd in
ons land, in vergelijlg/g ook met dergelijke pogingen
in den vreemde en d« de uitkomsten van dit onder
zoek worden bekend gemaakt, zoowel tot wering der
armoedo als verzorging van bestaande armen.
De afgevaardigde van Groningen lichtte dit vpor-
stel toehg" zegt, dat de Maatschappij aan 't geheele
land een weldaad zal bewgze, als zij zich aan de
zaèk der armenverzorging gaat wijden.
De som van 1500, die Groningen voor het
onderzoek wenscht uitgetrokken te zien, berust slechts
op eene raming het eerste jaar zal dit bedrag ze
kerlijk niet benoodigd zijn.
Heerenveen heeft sympathie voof de grondgedachte
van 't voorstel van Groningen, maar toch moet de
afgevaardigde van dit dep. daartegen zijn stem ver
heffen. Deze betwijfelt, of men door dit onderzoek
eene wetenschap zal opdoen, die in de praktijk kan
omgezet worden. Hij meent, dat men voor de ver
betering van armenzorg te zeer bekend moet zijn
met lokale omstandigheden, om door een algemeene
enquête en door 't aan de hand doen van algemeene
regeling den toestand te verbeteren. Elk departement
kan in zijn eigen kring een onderzoek instellen en
desnoods kan dan de Maatschappij een pnderzoek
instellen naar de werkzaamheden der departementen
op dit gebied, maar in een algemeene enquête ziet
hij geen nuthet zal slechts een lijvig rapport
maar geen andere resultaten opleveren.
Zutfen verdedigt het voorstelzelfs een lijvig rap
port zal door de voorlichting, die het kan verstrek
ken, weet nut afwerpen. Zoo'n rapport zal wenken
bevatten, die elk in eigen kring kan toepassen. Alle
vragen die den toestand der armen eq daarom de
sociale qgaestie raken zijn van groote beteekenis en
daarom hoopt hg, dat het voorstel Groningen zal
worden aangenomen.
De heer Veltman \an het Hoofdbestuur zegt dat
onderwerp geheel op den weg der Maatschappg ligt.
De quaeette is allerbelangrijkst, het onderzoek zal
niet in een paar jaar zijn afgeloopen eu veel eischen
van de financiëelo krachten der Maatschappg, daarom
is ook 1500 voor het onderzoek niet genoeg.
Reeds voor drie jaren werd besloten een onderzoek
in te stellen naar de arbeiderswoningen en eerst
dit jaar kan dit rappori verschijnen, Hg zogt
daarom //Qui trop embrasso, mal étreiut." Laat.ons
niet to veel hooi op de vork nomen.
Het Hoofdbestuur heeft het voorstel van Groningen
met sympathie begroet, maar vooralsnog moet dit
hét voorstel afwgzen. Als Groningen over een paar
jaron met zijn voorstel terugkomt kan het van den
algeheelen steun van het Hoofdbestuur verzekerd zijn,
Groningen blijft zijn voorstel verdedigen, vooral
omdat, zooals ook de afgevaardigdo van Zutfen nog
eens in 't licht heeft gesteld, het flnancieele bezwaar
niet bestaatde vork kan dus het meerdere hooi
wel dragen. v
In Groningen is hét gemeentelijk budget voor
armenzorg in de laatste 20 jaren van 60.000 op
120.000 gestegen dit ko.mt, omdat de particuliere
liefdadigheid de hand op den zak houdt, de kerke
lijke liefdadigheid niets meer doet. Het is dus wel
noodig? dat de Maatsch. zoo spoodig mogelijk zich
do zaak der armenzorg aantrekke.
Haarlem meent, dat de vergadering zich met het
advies van het Hoofdbestuur moet vereenigen en de
Maatschappij blijven afwachten, welke gegevens de
enquete, door Staatswege ingesteld, verstrekt.
De afgevaardigde van Schiedam deelt mee, dat zich
te Amsterdam een Schiedammer van eenigeberoemdheid
dr. De Groot gaat vestigen, iemand die veel studie
van armenzorg zelfs in Azië en Amerika heeft ge-
maaktj; deze beroemde man dus zal, als hij te Ara-
sterdam komt, zekerlijk in allerhande comité's voor
armenzorg opgenomen worden {daarom hoopt hij,
dat het voorstel van Groningen aangenomen zal wor-
v ^Pre^ers woorden wekken algemeen hilariteit.
Nadat Heerenveon nog eens het voorstel bestreden
heeft en de heer Veltman de meening van het hoofd
bestuur nader heeft toegelicht wordt tot stemming
overgegaan en het voorstel-Groningen, met meerder
heid van« stemmen verworpen.
Thans komt in behandeling punt XIII. Voorstel
van het departement Utrecht,/oro, onder dezelfde
voorwaarden, waarop in 1887 door de algemeene
vergadering aan het Utrechtsch museum van kunst-
ngverheid, ten behoeve van daaraan verbonden o^-
derwgs-cursussen, gedurende drie jaren een subeidie
is verleend van 500 's jaars, thans weder gelijke
subsidie van 500 voor de eerstkomende vijfjaren
toepte staan."
Genoemd museum werd werd in 1884 met behulp
der 3000, door de Maatschappij toegestaan, ge
opend en is sedert sterk uitgebreid. In zijn toelich
ting herinnert het departement Utrecht, dat in den
winter van 1886 Ook een begin werd gemaakt met
het onderricht in de kunst-industrie en uit de ver
slagen blijken kan, dat de nuttige werking van mu
seum en onderwijs zich zeer merkbaar doen gevoelen.
De fffinancieele «ömmissie" stelt een amendement
op het voorstel voor, om de gevraagde 500 voor
drie jaren toe te staandaarentegen blijft Utrecht
aandringen op het subsidie voor vgf jaar.
Woerden bestrijdt het voorstel, op grond, dat er
zoovele andere behoeften zgn, waaraan noodig vol
daan moet wordeneen inrichting, die zoo weinig
verwant is aan de Maatsch. en zoo nauw verbonden
is aan de stad Utrecht en die nu reeds zes jaren
bestaat, mag nu wel aan de zorg van de stad Utrecht
overgelaten worden.
De heer A. C. Wertheim deelt namens het hoofd
bestuur mee, dat dit het amendement van de flnan
cieele commissie overneemt. Hij is er voor dat de
Mpij. de school voor kunstnijverheid verder haar
steun verleene.
Bij stemming wordt het voorstel Utrecht met
groote meerderheid aangenomen, in dien zin, dat het
subsidie wordt verleend voor den tijd van drie jaren
of zooveel korter, als Utrecht zijn subsidie verleent.
Omtrent de Postzegel-tentoonstelling to Londen
schrijft men aan de N. R. Ct. o. a. het volgende
In hare 'meer gevorderde stadiums is de t'mbro-
logie lang geen kinderwerk, doch eerder eene studie,
die eene veelsoortige kennis onderstelt. Eon ver
zamelaar die op de hoogte blijven wil van zijnen tijd,
moet aan eene uitgebreide geographische wetenschap
eene vrij groote kennis der nieuwere wereldgeschie
denis paren, en ulthans een oppervlakkig meester
schap over de voornaamste talen bezitteq. Daaren
boven komt hem een zeker instinkt uitnemend te
stade, ja het moet betwijfeld worden of hij het ooit
ver brengen kan in de postzegelkunde zonder dat
instinkt, hetwelk enkel eene langdurige ervaring kan
scheppen en kweekon. In de timbrologie zijn niet
alleen eerlijke menschen werkzaam. Hoe zeldzamer
een postzegel blijkt te zijn, des te grooter is de ver
leiding het na te maken, en er behoort een geoefend
oog toe om het echte, dat 20 waard wezen kon,
te onderkennen van het onechte, dat geen waarde
heeft. Dan is er echt en echt. De eischen die de
timbrojoog voor echtheid stelt, kunnen van die eens
anderenstervelings geheel afwijken. Vóór hare in-
lgving liet de Transvaalsche republiek postzegels
maken in Duitschland. De regeering te Pretoria
•verzuimde de platen terug te eischen, en, toen er
vraag ontstond onder de postzegelliefhebbers naar
Transvaalsche postzegels, omdat het land was inge
lijfd, meende de Duitsche firma die vraag te mogen
bevredigen door onverpoosd voort te drukken, waarmee
zij hoogo?, winsten behaalde buiten haar oorspronkelijk
contract. Deze postzegels zijn echt, dewijl zij ver
vaardigd zijn uèar de platen der Transvaalsche regee
ring, doch 'zij zijn niet echt (in het oog der kenners),
dewgl zij zijn uitgegeven buiten de grenzen der repu
bliek. Hoé 4© liefhebbers nu een onderscheid kun
nen zien tüsschen de echte Transvaalsche postzegels
en de onëchte echte, weet ik niet, maar dit geval
duidt de fijne nuanceeringen van het vak aan. De
kenner moet een geopend oog hebben. Eene kleine
vergissing in een jaartal of in eene tint kan hem veel
geld en naamloos hartzeer veroorzaken.
Doch deze teleurstellingen worden ruimschoots ver
goed door de overwinningon van het schrandere ge
duld. Tegenover de overrompelingen der bedriegerij
^taan de verrassingen der timbrologische voorzienig
heidWelk een triomf voor een verzamelaar als bij
een postzegelsoort ontdekt, die nog nergens beschreven
staat. .Voor hem, voor zijne \rienden, voor het
z/vak," staat dit gelijk met de opsporing eener nieuwe
ster, plant of spin in astronomische, botanische of
entomologische kringen. Er worden tegenwoordig
verkenningstochten ondernomen ora onbekende orchi
deeën in oerwouden te betrappen en te ontvoeren,
doch er worden ook expeditiën uitgerust door ver
mogende philatelisten, om naar nieuwe postzegel
soorten te speuren in verre landen. Zoo heeft het
parlementslid Tapling onlangs eene reis ondernomen in
net Oosten en bij die gelegenheid rariteiten //ontdekt",
welke alle liefhebbersharten moeten doen popelen.
Daartoe behooren de oudere Afghaansche postzegels,
tot dusverre onbeschreven gebleven en helaasniet
op 4a tentoonstelling aanwezigzij hadden zulk een
nobel figuur gemaakt nevens de antiekste soorten van
Mauritius en Britsch Guyana, die tot de kostbaarste
zeldzaamheden op dit gebied behoorenÉén enkel
postzegeltje van Mauritius, uit het 'jaar 1847
Mauritius was de eerste Engelsche kolome, welk®
plakzegeltjes voor brievenfrankatuur invoerde me1
de woorden .Post-Office" er op, is X 200 waard,
en waarschijnlijk sou de eigenaar, de voornoemde
heer Tapling, zijnen schat niet voor het tienvoudige
wi'leu verkoopen, want zijn exemplaar is het éénige
in Engeland. Ook is hij (le gelukkige bezitter van
een ouden Meuritiaanschen briefomslag, met een
shilling-stempel bedrukt, die mede hoogst zeldzaam
is, omdat de voorraad, spoedig na de invoering dezer
omslagen, een luncheon voor de witte mieren te Port
Louis opleverde. Wanneer ik nu nog zeg, dat men
«gek» moet zjjn om X 200 te betalen voor een leelijk
on smerig vierkant stukje papier, dat ruim veertig
jaren geledin, een frankeerzegeltje was in eene kleine
Britsche kolonie, dan leg ik daarmee tegelijkertijd
mijne onkunde en mjjn gebrek aan timbrologische
geestdrift bloot.
In België begint men zich zeer te verontrusten
over den achteruitgang van den handel te Antwerpen.
De vorige week werd deze kwestie ook in den senaat
ter sprake gebraoht door den heer della Faille, die
een onderzoek verzocht naar den toestand van de
Antwerpsche haven, wijl deze naar zjjne meening
voor den handel niet toereikend is en zich do door
voerhandel meer en meer naar Rotterdam, Hamburg
en Duinkerken verplaatst. Terwijl in 1880 het scheeps
verkeer te Antwerpen 3.063.000, te Rotterdam
1.681.000 tons bedroeg, was dit in 1888 veranderd
en resp. 3.920.000 tons en 2.488.000 tons.
Deze vermindering schreef de spreker toe aan
de vele belastingen en andere hinderlijke bepalingen,
die België den vreemden schepen oplegt. Hy drong
daarom aan opafschaffing van vuur— en baken
gelden vermindering van het loodsrechtvermin
dering van het voorrecht voor schepen, die niet
geregeld aanleggen, en voor sohepen met bestemming
naar den Rijn; het onmiddellijk aanleggen eener
nieuwe sluis aan de Amerika- en Afrika-dokken
het uitbaggeren der Schelde betere regeling van de
vaart naar den Rijnhet inrichten van een nieuw
statistiek bureelonderzoek naar de middelen, om
een deel der dokken en kaden te Antwerpen tot
vrije haven te hervormen.
In een andere zitting besprak de heer della Faille
don toestand van de vaargeulen der Schelde, die
een onvoldoende diepte hebben. Hij drong aan op
spoedige uitvoering van de ontworpen uitbreiding
der kaden en dén aanleg van een nieuwen gemeen-
schapsweg met de hoofdstad, wyl de Belgische
nijverheid bedreigd wonlt met het verlies van een
aanzienlijk deel van haar afzet, indien buiteuland-
sche schepen afgeschrikt worden door don onvol
doenden staat der Antwerpsche havenwerken.
De minister De Bruyn verklaarde zich bereid do
opmerkingen van den heor della Faille te onderzoeken.
In de Duitsch-vrijzinnige pers wordt over de
nietyerkiezing van Richter tct voorzitter der com
missie van 7 leden een scherpe poleniiekugovoerd
Volgens een schrijven uit Berlijn aan de Frtrnkf.
dtg. is de verkiezing niet als een overwinning van
de gematigde richting binnen de - vrjjzinnige partij
op te vatten, want, wanneer tegenover het centrale
comité, dat uit alle afgevaardigden bestaat, het
vroeger door de tegenstanders van den afgevaardigde
Richter voorgenomen .sterke stuk" uitgevoerd was,
zoo zou dit, gelijk bij de laatste zittingen der frac
ties gebleken is, hen flinke meerderheid voor Richter
opgêleverd hebben.
.De vijanden, die Richter binnen zijn partij heeft
heet het verder in deze correspondentie bestaan
uit persoonlijke en politieke. Wijl echter de heeren
wisten, dat zij het niet op een „sterk stuk» konden
laten aankomen, hebben zy, zooals steeds duidelijker
bUjk, in stilte en tegen den cotuxnsm omnium, dat
alles by het oude moest blijven, de kleine manoeu
vre afgesproken en uitgevoerd, om den tiran met
zes man tegen vijf ten val te brengen of hom ten
minste door het niet herkiezen tot een eerepost een
krenking toe te voegen. Deze waarlijk niet impo
sante wijze om den tiran ten val te brengen is alleen
mogelijk geworden, doordat de heer Hanel zich tegen
zijn vroegeren politieken vriend Richter heeft laten
gebruiken, op wiep hy boos is,t wijl deze hem
en parenthese opgemerkt; met instemming van alle
partijgenooten tot de orde heeft geroepen, toen
de heer Hanel na de algemeené verkiezingen van
20 Februari plotseling in Sleeswijk—Holstein het
bondgenootschap met het Kartel bij de horstem
mingen tegen de sociaal-democraten aanbeval."
In alle vrijzinnige kiesdistricten baart volgens den
briefschrijver het voorval groot opzien en diepe
verontwaardiging, want men verheelt zich niet, dat,
moge men ook de beweegredenen van Richters
tegenstanders in de partij zeer uiteenloopend zjjn,
het gebeurde toch den uitorlijken sobijn heeft, alsof
het eenen slag is Jegen de richting, wier eerlijke