binnenlandT
Buitenlandscti Overzicht.
het er niet over eens, wie het eerst dit onheilig
vuur ontstoken had.
Het lijdt dus voor ons geen twijfel of de
spoorwegovereenkomsten zijn niet beoordeeld
naar de innerlijke waarde, maar van weerszij
den bekeken door eene politieke bril. Dat doet
ons leed voor de Tweede Kamer. Het bewijst,
dat er leden zijn, aan wie wij de groote belangen
des vaderlands niet met gerust geweten zouden
toevertrouwen, indien wij ze moesten afvaardi
gen. Vandaar onze verzuchting: gelukkigslat er
nog een Eerste Kamer is. Wij hebben alle hoop,
dat dit lichaam de quaestie niet zal verpjaatsen
op verkeerd terrein. Daarvoor is de aard harer
samenstelling en haar bekende bezadigdheid ons
borg. Niet de verwerping der overeenkomsten
zou ons leed doen, daar is misschien evenveel
vóór als tegen te zeggen. Maar wel verwer
ping om redenen vau hooge politiek, omdat
men den tegenstander de eer niet gunt, zulk
een belangrijke economische hervorming tot
stand te brengen. De natie heeft er recht op,
dat dergelijke voorstellen beoordeeld worden
naar de innerlijke waarde. Thans bestaat daar
omtrent geenerlei zekerheidintegendeel wij
meenen te hebben aangetoond, dat het omge
keerde meer dan waarschijnlijk is. Niettegen
staande al het talent in de Tweede Kamer
besteed aan de bestrijding, kan het publiek
thans niet weten of al die drukte ernstig was
gemeend dan wel diende als stormram tegen
de Regeering. Van de Eerste mag men dui
delijker uitspraak verwachten.
Intusschen maakt de stemming in de Tweede
Kamer de taak der Eerste niet gemakkelijk,
als het aangenomen voorstel in tweede instantie
tot haar komt. Maar ons hoogste staatscollege
heeft meermalen getoond, dat het daartegen is
opgewassen en volkomen in staat is een onpar
tijdig oordeel te vellen.
GOUDA, 19 Juni 1890.
Onder de machinist-leerlingen 2e klasse, die met
gunstig gevolg het eind-examen hebben afgelegd en
den practischen cursus aan boord van Zr Ms stoom
schip Leeuw hebben gevolgd, komt voor onze voor
malige stadgenoot P. Kruisheer, die van 17 geslaagden
No. 2 behaalde, wien als zoodanig nog een speciaal uitge
loofde prijs werd toegekend. Met 1 Juli a. st. wordt
bij bevorderd tot machinist leerling le klasse.
De opbrengst van de collecte voor den gewapenden
dienst, die gisteren plaats had, bedraagt 154.62.
Heden morgen werd in „de Romein" aanbesteed
het doen van eenige herstellingen aan de kade langs
de rivier de Gouwe met bijlevering van de noodige
materialen, ten behoeve van den polder Bloemendaal.
3 biljetten waren ingekomen.
Ingeschreven werd door: A. de Jong Jr., te
Ammerstol voor 1261.—, Ph. Verbruggen te
Waddinxveen voor 1096 en W. Bokhoven te Gouda
voor 1025.aan wieu het werk gegund is.
Tot gemeente-ontvanger te Woerden is benoemd
de heer W. F. Stoop te Niguw-Lekkerlandmet 6
stemmen tegen 5 op den heer R. van Wijk aldaar
uitgebracht. Laatstgenoemde stond niet op de aanbeve
ling van B. on W.
Uit Oudewater schrijft mon dd. 18 Juni aan de
N. R. a
Treurig liet het zich gislereuavond aanzien voor
onze deelnemers aan den optocht, waaronder een
9-tal dames, leden van het gemengd koor Polyhymnia
de regen kletterdo uren achtereen op de straatklinkers
neder, zoodat wellicht menig hartje zich onrustig zal
hebben nedergelegd. Maar gelukkig, heden ochtend
bleek het, dat hot „Oranje zonnetje" de zoo goedge
zinde feestvierende Oudewatersche burgers ook thans
niet in den steek liet. Waar 75 jaren geleden de
regen het hare er toe bijbracht, dat de slag vau
Waterloo zoo zegevierend voor do bondgenooten ein
digde, daar doet heden de zon hare stralen voelen, ten
eindo do feestvreugde in ons stedeke te verhoogen.
Te half elf ure dezen morgen zette de optocht zich
in beweging. Achtereenvolgens zagen wij:
1. Banierdrager te paard der afd. Oudewater en
omstreken der Holl. Maatsch. van landbouw.
2. Leden dier afdeeling te paard.
3. Fanfarekorps Euterpe.
4. Voor*, der regelingscommissie, te paard,
5. Historische groep te paard, voorgesteld door de
heoren leden der harddraverij-vereeniging Voorwaarts
en de gymnastiekvereeuiging Brinio.
Heraut.
b. Z. K. H, de prins van Oranje, later Willem 'II,
gevolgd door 2 stafofficieren.
c. 7j. II. de Hertog van Wellington, gevolgd door
2 stafofficieren.
d. Z. H. prins Blücher, gevolgd door 2 stafofficieren.
6. Banierdragers van Voorwaart» to paard.
7. Lid van Voorwaart» met dame in Hollandsche
sjees.
8. Allegorische voorstelling der zangvereeniging
Polyhymniabestaande in een feestwagen, waarop
Apolloomringd door de 9 Muzen.
9. Banierdrager der IJscl ib te paard.
10. Rijtuig waarin 3 bestuursleden der IJsclub.
11. Banierdrager van Brinth te paard; en
12. Feestwagen van Brinio.
's Namiddags te 4 uren werd deze optocht herhaald,
waarbij ook alles in de volmaaktste orde afliep. Het
■laat zich aanzien dafr het concert, heden avond te
geven door het fanfarecorps Euterpedruk bezocht zal
worden en alzoo deze feestdag een gezellig eindo
hehben zal.
Aan het Verslag van den toestand der gemeente
Gouda over 1889, ontleenen wij nog het volgende:
Nadat Zijne Excellentie de Minister van Binnen"
landsche Zaken in het laatst van het jaar 1888 onder
zekere voorwaarde *de gevraagde Rijksbijdrage voor
een opterichten Gymnasium had toegezegd, werd
door den Gemeenteraad besloten het Progymnasium
met het eindo van den loopenden cursus opteheffen
en dit door een Gymnasium te vervangen.
Togelijkertijd werd een Collogie van Curatoren
voor die instelling in het leven geroepen, dat werd
samengesteld uit de Heeren J. W. Haverkamp Bege-
mann, Mr. A. A. van Bergen IJzendoorn, Mr. J.
H. van Mierop, Dr. F. H. G. van Iterson en Mr.
D. N. Brouwer, die alien in dezelfde betrekking bij
het Progymnasium fungeerdou.
Den 15o April aanvaardde dit Collegio zijne taak
en tevens de opdracht Uwer Vergadering om de
verschillende voorstellen voor te bereiden of te ont
werpen, die met betrekking tot het Gymnasium bij
den Raad zouden moeten inkomen.
Het Progymnasinm.
Bij den aanvang van het jaar telde het Progymna
sium 14 leerlingen en wel ,3 in de vierde, 1 in de
derdt^ 2 in de tweede, en 8 in de eerste klasse.
Vóór het einde van den, cursus verliet 1 leerling
de eerste klasse, zoodat aan het overgangsexamen
slechts 13 deelnamen.
Bij dit examen bloek dat 3 leerlingen der vierde
klasse tot de vijfde klasse van een gymnasium zouden
kunnen overgaan, de eenige leerling der derde tot
do vierde, de beide leerlingen dor tweede tot de
derde, en van de 7 leerlingen der eerste 4 onvoor
waardelijk en 1 met herexamen tot de tweede.
In het personeel der Leeraren kwam geene ver
andering.
De Rector Dr. D. Terpstra verzocht togen het
einde van den cursus u;egens gevorderden leeftijd
zijn ontslag. Gedurende 46 jaren was hij bij het
voorbereidend hooger onderwijs in deze Gemeente
als Conrector en Rector werkzaam geweest en had
zich daarbij door ijver en toewijding steeds onder
scheiden. Het gevraagde ontslag werd den hoog-
geachten man dan ook onder toekenning van pensioen
tervol verleend met de dankbetuiging vau den Raad
voor de vele en langdurige diensten aan de Gemeente
bewezen.
Aan de Heeren Dr. L. X, Kespor, Dr. R. A. M.
Staveniwe de Brauw, M. J. van Dugteren, H. W.
F. Bonte, Th. G. G. Valetto, J. H. van der Voort,
A. F. Cremer on A. L. van Uven werd wegens op
heffing van het Progyranasiura insgelijks eervol ont
slag verleend onder dankbetuiging voor de door hen
bewezen dienston. Voor den Heer F. Sieverdink
was het verleen^n van ontslag onnoodig, daar hij
slechts tot het einde van den cursus was aangesteld.
Het Collegio van Curatoren leed een treffend ver
lies door htt overlijden van den Heer Mr. J. H.
van Mierop. Van dé oprichting van het Progvmna-
siura in 1880 af bad hij zitting in het Collegio.
Met warme belangstelling behartigde hij ook in deze
betrekking de hem toevertrouwde belangen. Hij ver
wierf zich, volgens het verslag van Curatoren, iu
hooge mate de achting zijner medelelen, die zyne
nagedachtenis in eere zullen houden.
Het Progymnasium had bij zijne opheffing 9 jaren
bestaan.
Gymnasium.
De voorwaarde waarop de Minister van Binnen-
landsche Zaken zich bereid had verklaard eene Kyke-
lijdrage voor het Gymnasium te bevorderen, was do
vestiging ervan iu een ander gebouw, dan waarin
zich het Progyranasium bevond. Dit gebouw, dat
tevens voor Burgeravondschool diende, werd voor het
Gymnasium ongeschikt geacht, terwijl de Minister
tevens meende, dat het geone aanbeveling verdiende
do scboolmeubelen en leermiddelen ook door audero
leerlingen te doen gebruiken. Zyne Excellentie gaf
daarom in overweging tot het stichten van een nieuw
getfouw overtegaan.
Ten einde aan het verlangen van den Minister te
ben ik altijd aan het rondtrekken geweest. Ik ben
nooit langer dan eene maand op dezelfde plaats ge
weest, als nu 't Matste half jaar in een veld in do
buurt van Shasta, waar ik een veefokkerij begonnen
was met een ander (die niet wist, dat ik de geest
van Jonas was, dio weerom was gekomen), en daar
zou ik mijn fortuin gemaakt hebben, als de veeziekte
niet juist was uitgebroken, toen wij op het punt
waren heel voordeelig te verkoopen. Ik wist niet,
dat ik de veeziekte had; maar ik verbeeld me toch,
dat do koeien de ziekte van mij gekregen hebbon.
En wat heb ik al dien anderen tijd gedaan?-Want
ik had maar zes maanden noodig om mijn vrienct
den veefokker te ruïneeren. Ik ben aan 't zoeken
geweest naar George Nevins, Joe Tworably!
Wat zou ik je wel kunnen vertellen, als ik den
moed en het geduld had, dat alles nog eens te her
halen? Het eerst heb ik in Californië van hem ge
hoord ^n daar heb ik hem van plaats tot plaats
vervolgoV soms was hij mij geen uur meer voor.
Eens kwam ik een mijnwerkers-kamp in,'net toen
de gladdie kerol er aan den anderen kant uitliep 1
Ik heb hem naar Texas vervolgd en van daar weer
naar Montana en vandaar naar Mejiko, waar ik zijn
spoor kwijt raakte. Als ik het alles op kon schrijven,
zou geep raensch gelooven, wat ik lichamelijk en%,
geestelijk op die dolle jachton te lijden had! hoe ik
van stad tot stad en van kamp tot kamp voorttobde en
slechts hier en daar stilhield om een paar dollars te
verdienen om verder te komen. Wordt vervolgd.)
„Het is als een droom, niet waar zei Prue zacht
bij zichzelveop dat oogenblik meende ze inderdaad
geheel alken te zijn.
Mijnheer Dillingham boog zich voorover zonder te
spreken en lei zachtjes zijne hand op Prudence's
band, die zonder handschoen op de zwarte manen
van haar merrie rustte.
Haastig sloeg het meisje haar oogen op naar het
gelaat van den jongen geestelijke en trok toen hare
hand langzaam terug.
Zachtjes fluisterde mijnheer Dillingham „Prue
XIII.
Mynheer Joseph Twombly zat op zijn hoogen kruk
aan den lessenaar in het kantoor van de heeren Raw-
lings and Sons, bankiers te Chicago. Het was na
kantoortijd en Joseph was alleen. De grijze eerste
boekhouder en de wilde jonge klerken, die de andere
lessenaars bezetten, waren al meer dan e< n uur weg.
Het eentonig getik van den chronometer, die boven
de kolossale ijzereu geldkist aan een spijker tegen
den muur hing, was het eenige geluid, dat de stilte
van den avond verbrak, behalve als Tworably onge
duldig zijn voet verzette op een der dunne sporten
van zijn kruk, of haast zonder het zelf te weten met
zijn vingers een deuntje trommelde op den rand van
zijn lessenaar.
Voor hem lag een open brief en daarnaast een
enveloppe met het postmork Shasta en geadresseerd
aan Joseph Twombly te Rivermouth. Deze brief
was juist aangekomen, ingesloten in een van zijn
vader en luidde als volgt:
Shasta, Cal., den 31 Oct. 186
Beste Joe,
Het zal je zeker verwonderen eindelijk een brief
van me te ontvangen na zooveel maanden of lie
ver jaren stilzwijgen; want 'tis haast drie jaar
sints we van elkaar gingen. Ik heb geen hoofd ge
had om eerder te schrijven en geen lust ook, en dat
ik nu schrijf, is alleen, omdat ik misschien niet licht
weer gelegenheuWal hebben, je over mijn lot geryst
te Btelleu^Wkam me voor, dat ik verplicht
was ik voor een dag of wat be
sloot, liilr mijn hopjfefeze pogingen op te geven en
dienst te nemen. Als je in de eerste maand of vijf,
zes niets van mij hoort, kun je 'ter voor honden,
dat mijn ongeluk, dat in Montana begon, ergens^ui
het Zuiden zijn toppunt bereikte. Dan kunt gij dezen
brief aan oom Dent laten zien, of ook eerder als
gij wilt; dit laat ik geheel aan U over.
Misschien zal ik in den oorlog nog wat kunnen
uitrichten wie weet Het wordt tijd voor mij, dat
ik wat doe. Tot dusverre is er nog niet veel van
mij terecht gekomen. Ik f weet niet of ik moed ge
noog heb maar ik heb zooveel afkeer van h«t Jeven,
dat ik wel in staat ben als een wanhopige te strijden
en sints de laatste drie jaar heb ik vaak genoeg
als een wanhopige gestreden, Joe.
Vaa den dag af, dat we Red-Roek vaarwel zeiden,
voldoen nam de Raad een plan in behandeling om
de voormalige Gasthuiskerk op de Oosthaven tot
gymnasium te doen verbouwen. Teraiddon van de
behandeling van dit plan kwam in de zitting van
den Gemeenteraad van den 20n Februari eeno
missive in van den heer G. J. Steens Zijnen waarin
hij een aanzienlijk gebouw op de YVestbaven aan
de Gemeente ten geschenke aanbood, ten einde
daarin het Gymnasium te vestigen, door welke schon
king hij meende aan do bestaande ffinantieele en an
dere bezwaren tegemoet te komen.
Met erkentelijkheid werd dit gQsënenk aanvaard,
waardoor de Heer Steens Zijnen eèn treffend bewijs
gaf vau zijne belangstelling in het gymnasiaal onder
wijs en van zijne liefde voor de stad zijner inwoning.
Nu werd besloten'do organisatie van het Gymna
sium zoo spoedig mogelijk ter hand te nemen, opdat
het bij het begin van don nieuwen cursus zou kun
nen worden geopend.
Nadat de minister van Binnenlandsche Zaken ver
gunning had verleend benige Leeraren der altier ge
vestigde Rijks Hoogero Burgerschool tevens als
Leeraren aan het Gymnasium te verbinden en ton
behoeve van het onderwijs in de natuurwetenschap
pen voor de leerlingen dezer Inrichting gebruik te
maken van de voor dat onderwijs bestemde lokalen,
kabinetten en instruments de* Rijksschool, werd
door den Raad eene regeling vastgesteld betreffende
het getal en tie jaarwedde der te benoemen Leeraren.
De Minister verleende weldra zijne goedkeuring
aan die regeling.
Daarop werd tot oproeping van sollicitanten voor
de betrekkingen van Rector, Conrector, twee Leera
ren in de oude talen en verwante vakken en een
Leeranr in de natuurkunde en de wis- en natuur
kundige aardrijkskunde (gecombineerd mot do betrok
king van Leoraar in- de wiskunde en do mechanica
aan de Hoogere Burgerschool) overgegaan, terwijl de
Heeren M. J. van Dugteren, H. W. F. Bonte, Th.
'G. G. Valetto, J. H. van der Voort, A. F. Cremer,
Dr. F. W. Raabo en A. L. van Uven door Curato
ren werden uitgenoodigd zich beschikbaar te willen
stellen voor eene oventueele benoeming aan het
Gymnasium.
Mot goedkeuring van den Mirpter worden ver
volgeus benoemd tot Rector Dr. T. H. Slothoubcr,
Conrector te Gorinchem, tot Conrector Dr. L. A.
Kesper, Conrector aan het Progymnasium, tot Leeraren
in de oude talen en verwante vakken Dr. R. A. M.
Stavenirse do Brauw, leeraar aan het Progyranasium
alhier en de heer R. K. Boekmeijer, doctorandus in
do klassieke letteren en ly del ijk Leeraar aan het
Gymnasium te Groningen, terwijl vijf van do boven
genoemde Heeren, Leeraren aao de Rijks Hoogere
Burgerschool, opnieuw benoemd werden tot Leeraren
in de door hen tot nu toe aan het Progymnasium
onderwezen vakken.
Later bekrachtigdo de Minister de benoeming van
de inmiddels nog tot Leeraren aangestelde Heeren
F. Sieverdink, doctorandus in de wis en natuurkunde
eu vroeger tijdelijk Ij eeraar aan hot Progyranasium,
tot Leeraar in do wiskunde, Dr. F. W. Raabe, tot
Leeraar in do schoikunde en de natuurlijke historie
in de 5e on 6e klasse on A. L. van Uven tot Leeraar
in de natuurlijke historie in de eerste en tweede klasse.
Aan de benoeming van een Leeraar in de wiskunde
en de wis- en natuurkundige aardrijkskunde onthield
de Minister zijne goedkeuring.
Op den bepaalden tyd aanvaardden al de benoem
den hunne betrekkingen met uitzondering van den
Rector Dr. J. H. Slothouber, die te Gorinchem niet
voor den 23n October zijn ontslag kon bekomen.
Dr. A. L, Kesper belast to zich iutusscheu met de
waarneming van het Rectoraat.
Op den 2n September werd het Gymnasium nog
in het oude gebouw geopend, dnar over het door
den Heer Steens Zijnen geschonkene nog niet kon
worden beschikt.
De cursus ving aan met 20 leerlingen over vijf
klassen vordeeld, en wel 6 in de eersto, 7 ifi de
tweede, 2 in do derde, 2 in»de vierde en 3 in do
vijfde klasse. Het aantal leerlingen bleef tot aan
het einde van het jaar onveranderd.
Waarschijnlijk zal de zesde klasse eerst met den
volgenden cursus worden bevolkt, in verband waar
mede dan nog een Leeraar in de oude talen zal
moeten benoemd worden.
Nog voor dat de nieuwe Rector zijne betrekking
had aanvaard ontviel hy ons door een onverwachten
dood. Eeno ziekte van een paar dagen maakte een
einde aan zijn leven, waarop hier voor den bloei van
het Gymnasium zoo groote verwachtingen waren
gebouwd.
Weinige dagen te voren hadden wij den dgotj te
betreuren van den inspecteur der Gymnasia, J)r. J.
G. van Eijken, die Curatoren en het Gemeentebestuur
zoo uitstekend met zijnen raad en voorlichting had
ter zijde gestaan.
Beide zijn groote verliezen, die door ons zeer
worden betreurd.
•Ter verpnging van den heer DE Slothouber werd
door U op den ln November tot rector benoemd
Dr. A. van IJsendijk, conrector te Amersfoort, en ter
vervulling van de betrekking van leeraar in do na
tuurkunde en in de wis- en natuurkundige aardrijks
kunde, waarvoor indertijd do benoeming niet was
goedgekeurd, Dr. H. A. W. Speekman tijdelijk leeraar
aan het gymnasium te Groningen. Beide benoemin
gen erlangden de goodkeuring der Regeering, maar
de benoemden konden voor het einde van het jaar
niet in functie treden.
In de zitting van den Gemeenteraad van den 29 n
November werd een reglement voor het gymnasium
vastgesteld, waarvan het ontwerp door Curatoren was
ingediend. Gelijktijdig werd bepaald dat het gebouw
op de Westhaven na de aanstaande Kerstvacantie in
gebruik zou worden gesteld en het gymnasium daar
heen overgebracht.
Iu verband met deze ingebruikneming werd door
Curatoren tot benoeming van een Concierge overge
gaan, waartoo werd gekozen de Ageut van Politie
der lo klasse alhier J. P. Delchambro, vroegeronder-
officier bij het Regiment Grenadiers en dagers.
Do uitgaven t n behoeve van het gymnasiaal onder
wijs bedroegen f 19169.55l/a waarin voor /?7Ul3.66,/a
door het Rijk werd bijgedragen.
Aan schoolgeld werd ontvangen 891.70.
Het schoolgeld voor het Gymnasium werd bij
Raadsbesluit van 28 Juni vastgesteld op 75.per
leerling.
Staten-generaal. Tweedb Kameb. Zitting
van Woedsdag 18 Juni.
Het gewicht der zitting ligt in de gevallen be
slissing. De spoorwegovereenkomsten «ijn goodge-
keurd met 48 tegen 37 stemmen. Yan de lin
kerzijde stemde ten slotte niemand voor dan de
heer Van Kerkwijk, van de rechterzijde niemand
tegen dan de heer Bahlman. Tegen ook de heer
Nieuwenhuis.
De voornaamste sprekers voerden nogmaals het
woord, doch brachten weinig nieuws te berde.
Trouwens de opinies waren gevestigd en wijziging
daarvan was niet meer te verwachten. Wij toekenen
alleen aan, dat de heer Van Houten zich in de
spoorwegpolitiek zeer conservatief toonde. Teeke
nend, maar ondeugend was de opmerking \an den
hoer Rutgers, dat een lid der rechterzijde hem ge
zegd had tegen de contracten te zijn, jaaar dat
ditzelfde lid, zooals do spreker hem trouwens voor
speld bad, er voor zou stemmen, ja dit zelfs twee
maal had verklaard.
Wat de linkerzijde betreft, poogde de heer Van
Kerkwijk blijkbaar nog een paai', wankelende leden
te bekeeren, door bijzonderen nadrujc to leggen op
de verbeteringen in het binneulandsch verkeer. Een
dier leden was de heer Schepel, die zich heden in
't debat mengde, om zijn stem tegen de voordracht
te motiveereu, maar daarbij puu de beginselen der
regeling uitdrukkelijk zijn adhaesie schonk. Dat het
Noorden te weinig profiteerde, was zijn voornaamste
grief. „Daar wordt het stelsel van libre paroours niet
duorgevoerd, daar de Kxploitatiempij. Harlingen
Nieuwe-Schans behoudt en de Hollandsche spoor
StavorenLeeuwarden krijgt. Intusschen zal het
Noorden, naar werd aangetoond, toch ook het voor
deel hebben ^an do verbeteringeu, die door 't nieuwe
stelsel kunnen en zullen worden aangebracht, terwijl
het verkeer volgens den Minister er niet groot ge
noeg is voor libre parcours. Wat daarvan zij, al
was het mogelijk geweest het Noorden meer te doen
dóelen ia de voordeolen van het nieuwe stelsel, het
was niet iu te zien, dat het ontbreken daarvan eeu
redeu mocht zijn om de geheele regeling af te
stemmen. o
De minister van Waterstaat hield met klem zijn
standpunt vol en toonde rich volkomen doordrongen
vaB de verantwoordelijkheid, die hy op zich nam.
Langer wachten achtte hij onverantwoordelijk, waar
zoo groote econoraischo belangen op het spel staan.
Voor déraillement op dezen weg vreest hij niet, wel
voor het te laat aankomen de plaats van bestera
ming. De portefeuillequaestio stelde hij niet, waar
schijnlijk omdat hy vau den steuu der ^°eh torzij de
zeker was.
Bij gelegenheid van de Lustrumfeesten te Leklen
zullen van 23 tot 28 Juui a. s. aan alle stations
van den Rhynspoorweg van Rotterdam tot Oude
water en van Amsterdam en Harmeien tot Emmerik
retourbiljetten tegen de enkele reisvracht naar Leiden
woiden verkrijgbaar gesteld, welke geldig zijn voor
den dig van afgifte en den volgenden dag op alle
treinen.
Tevens zullen den 24enJ3uni van Amsterdam en
Utrecht extra-treinen loopmi uaar Leiden en terug
welke aansluiting geveu op de treinen van en naar
Arnhem.
Uit Apeldoorn schryft men
Reeds in den vroegen morgen kwamen gisteren
uit de nabifrige plaatsen tal van belangstellenden
om het zangersfeest bij te wonen. De locaahreinen
waren overvol, terwijl de beide expres-treinen uit
Rotterdam eu den Helder meer dan SüüO reizigers
aanvoerden.
Het weder was uitstekend. Het geheele dorp is
iu feestelijko stemming, terwijl schier overal de
Noderland8che driekleur wappert.
De Koningin en de Prinses vertoefden 20 minu
ten op het feestterrein.
De Voorzitter overhandigde de programma's, waar
uit o. a. het Bondslied werd gezongen. Daarna het
„Princessenlied" van Volmar, met groot enthousiasme
den duizenden hoera's. Ten slotte de PsalmDat
'8 Heeren Zegeu op u daal'."
De Koningin betuigde aan deu Voorzitter hareu
vriendelijken dank voor het schooue gezang. Vervol
gens vertrok H. M. en de Prinses, mot de hond
Swoll, in een landauer. Het gevolg zat iu een vol-
gond rijtuig.
Men is in de Duitsche hoofdstad de militaire
commissie bijna vergeten ten gevolge vaji het onver
wacht bekend worden van een nationale zaak. Eer
gisterenavond publiceerde de officieele Reichsanzeiger,
het eenige orgaan van den Keizer, een overeenkomst
met Engeland, waarbij de JaafeweA Mogendheid het
eilandje Helgoland aan Duit»ch|&|(^ >pfstaht. Duitsch-
land doet in ruil belangrijke concessies in Oost-
Afrika. Engeland krijgt het protectoraat over Witu
en Soraali-land, alsmede over het sultanaat van
Zanzibar, mot uitzondering van de kuststreek, welke
verpacht is aan de Duitsch-üostafrikaansche Maat
schappij. De Duitsch Oost-Afrikaansche Maatschappij
zal een zuur gezicht trekken, maar in nationale
kringen is men buiten zichzelf van vreugde over
het herkrijgen van Helgoland. Herkrijgen, want
Helgoland is Duitsch en de inbezitneming door
Engeland dagteekont nog uit den tijd, toen do
Engelschen als de eenige meesters der zee op
traden, en zoo zij al niet den goheelen plas konden
inmmen, toch overal des noods den toegang wilden
kunnen versperren. De zaak kan haar beslag eerst
krijgen, wanneer het Engelsehe Parlement de over
eenkomst heeft goodgekeurd, waaraan echter niet
getwijfeld wordt; daarvoor is de .koop te voordeelig.
Helgoland is bewoond door 2001 Friezen. Jaar
lijks komen er 8500 zeebadgasten, do voornaamste
bron van inkomsten, want do grond is meest rots
achtig. In vroeger eeuwen behoorde het eilandje
aan de hertogeq^Jfcan Holstein-Gottorpvan
1714 tot 1807 was het Deenseh eu in den Fran-
schen tijd den grooten rooftijd voor de Engei-
echen, werd het Engelsch en is dat gebleven. De
Duitschtrs hebben altijd veel aan het eiland ge
hecht, niet alleen uit nationale behoefte», maar
ook omdat het stategisch voor Duitschland vau
gewicht is de Duitsche kust zal mot kanonnen vau
Helgoland een heel eind beschermd worden eu de
belangrijke steden Hamburg en Bremen zullen zich
geruster gevoelen.
Men verwacht, dat het militaire ontwerp Dinsdag
a. s. in den Rijksdag zal worden behandeld. Men
maakt zich over 't geheel over de aanneming van
het ontwerp niet ongerust meer, daar Windthorst
de zaak wel in orde zal brengen een deel van het
Centrum $al voorsteramen, een deel worden ver
zocht niet op de zitting te komen en een deel, dat
er om zijn kiezers niet buiten kan, zal tegen mogen
stemmen. Zoo komt in 't eind alles in orde, men
weet dikwijls niet hoe.
Bij het openen van de zitting van den Franschen
haudelsraad hield de minister van handel, de heer
Jules Roche, een toespraak, waarin hij wees op de
taak, .welke de raad te vervullen had.
Wel is de meerderheid der personen, wier adviezen
zijn ingewonnen, 'vóór de opzegging der tractpten,
maar daarom is men het nog niet enns over de
handelsstaatkunde, welke Frankrijk dan zal volgen.
Er zijn er die vertangen, dat weer nieuwe verdragen
zullen worden gesloten met matige invoerrechten,
maar anderen weer willen, dat Frankrijk zich niet
verbindt en steeds vrij blijve wat betreft de vaststel
ling der invoerrechten.
Evenwel ontveinzen ook de tegenstanders der
handelstractaten zich het gevaar niet, dat gelogen is
in eene volkomen afzondering van Frankrijk. Daarom
eiscben zij niet, dat er een algemeen tarief van
invoerrechten worde opgemaakt, geldig voor alle
waren van waar zij ook komen, maar tij stellen zich
tevreden met het vaststellen van twee tarieven, een
hoog en oen laag. Het la£3 tarief zal dan worden
toegepast op waren afkompng uit landen, die bereid
zijn Frankrijk voordeelen toetestaan.
Den weg aan te wijzen, dien de regeering in deze
zaak moet volgen, is de ta^k van den raad. De heer
Roche hoopte, dat het work zoo snel mogelyk zal
worden verricht^ want de rogeering moet haar ontwerp
nog in het najaar bij de kamer indienen. Op 's mi
nisters voorstel begon de raad ^et hot benoemen van