r
i
li
BINNENLAND.
0
IS
N° 4252.
Maandag 23 Juni.
FEUILLETON.
90.
1G RAVEN
aven,tegen
volgenden
n, van een
1S90.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
w’
1890
sten
y.
texx,
EJV:
IWVEEN,
DA,
JM
ferdIm,
DA.
I
OEftD
V
1 JULI begint een hieuw kwartaal
i van de Goüdsche Courant- Nieuwe
Abonhés ontvangen de vóór dien tijd
verschQnende nummers GRATIS.
B(j déze Coulant behoort eenïiyvoegsel~
.dvertentiön kan geschieden tot £én uur des namiddags van den dag der uitgave.
De Insending van a<
Le Goüdsche Courant
Lés ontvangen de vóór
ii
c
het Huis
2018, aan
l
eene collecte gehouden
het tot stand komen van
DB.
(Jjit het Engelsch.)
XIV.
‘1
nder Koet,
SE
Een expediteur te Harlingen had zekeren J. F
te Groningen aangesteld als agent en belast met he
aanwerven van passagiers naar de Transvaal enz
j
goüdsche courant.
Naar men vernoemt zal ie Bseuwijk de R. K. kerk
van .Petrus en Paulus” die hare voltooiing nadert,
zoo mogelijk Zondag don 29en Juni, plechtig worden
ingewijd. (Schoonh. Ct.)
Heden nacht ia <jndar 4e gamaante Bavg-Ambaoht
in Zuidbroek de bouwmanswoning van den heer A.
van den Heuvel afgebraqd. Do bewoners hebben zich
gelukkig gered, terwijl eenige varkens en kippen zijn
verbrand.
ADVERTENT1EN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GHOOTE LETTEB8
worden berekend naar plaatsruimte.
ITBJflDA^
qversjihe-
isclie Ifoott
IDA vaan,
ir 15 mir$
iG
ilfd
TIË
,i
De gunstige toestand der hooi- en weilanden in
de Krimpener waard is van invloed op de verpach
tingen en verhuringen. Zoo bracht die van de lan
den, behoorende aan het Burgerlijk Armbestuur te
Berg-Ambacbt ditmaal 724 op, tegen 805 in
1889, en 1059 in 1888.
zitter, den heer N. Scheltema, de catalogus in druk
is verschenen, vestigt zij de aandacht op de door den
heer F. J. P. Trousselot te Rotterdam vervaardigde
brandkast voor den zoo kostbaren beker van Jacoba
van Beijefen. Reeds lang meende zij, dat bedoelde
beker eene betere en veiligere bewaarplaats moest
hebben dan hij had, totdat het haar eindelek na on
derling overleg gelukte een ontwerp voor eene brand
kast aan te nemen, die als vaste bewaarplaats dienst
zou doen en waarin de beker tevens aan de bezoekers
kon worden tentoongesteld. In den heer Trousselot
vond de commissie eenen belangstellenden industrieel,
die niet alleen tot hare volle tevredenheid zich met
de uitvoering belastte, maar aan het ontwerp nog
enkele bijzonderheden toevoegde om de inrichting der
brandkast zoo doelmatig mogelijk te doen zijn.
Vervolgens gewaagt zij niet zonder voldoening, dat
zij door de welwillende medewerking van den Ge-
meefiteraad, die de noodige gelden toestond voor het
aanbrengen van een glazen afdak of marquise op de
binnenplaats van het gebouw,’in staat werd gesteld
om aan de in het museum aanwezige oude merk
waardige gevelsteenen eene goede blijvende plaats te
geven, waardoor zij zoo goed als gevrijwaard zijn
voor de nadeelige invloeden van vocht en vorst.
De commissie acht zich gelukkig, dat zij tot nog
toe zonder aanvraag eener buitengewone subsidie de
gewenschte verbeteringen heeft kunnen tot stand
brengen; zij hoopt echter niet van onbescheidenheid
te zullen worden beschuldigd, als zij eene volgende
begrooting tot een hooger bedrag dan anders voor
draagt, daar zij de middelen moet trachten te vinden
om zonder aan de uitbreiding van het museum te
kort te doen de betalingstermijnen voor de uitge
voerde werken des te spoediger te kunnen aflossen.
Ten behoeve van het Burgerlijk of H. Geest-Arm-
bestuur te Berg-Ambacht is eene collecte gehouden
die 287.55 opbracht.
De heer A. T. J. Hofman, distillateur te Woer
den, en de heeren J. W. Clant Zn., kalkbranders
T7 GOUDA, 21 Juni 1890.
Naêr wij uit goede brim vernemen zal hier ter
stede binnen kort qene nieuwe Courant verschijnen,
waartoe reeds sinds eenigen tijd het voornemen bestond.
Bovendien worden alle Ad vertentien gratie
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
’t welk des Maandags verschjjnt.
Wat Prudence thans echter ook denken of gevoelen
mocht, deze brief kon niet anders, dan haar in de
war brengen. Het zou haar aan het verledens doen
denken en dat was niet wenscheljjk. Maar waarom
zou hij haar nu den brief laten zien? als hij er
van sprak moest hij hem ook laten zien; waarom
kon hij niet wachten, totdat hij weer wat van Jack
hoorde; diens plannen hingen toch immers nog in
de lucht! Hij kon nog geen bezit nemen van de
erfenis van Ds. Hawkins, hij mocht zelfs nog niet
weten, dat hij erfgenaam was; want het jaar, in het
testament genoemd, was nog in geen maanden om.
Bovendien kon hij den brief om verschillende redenen
niet aan Prudence laten zien; er was daarin sprake
van haar huwelijk als van een afgedane zaak;
dat was de beste manier om alles in de war te
brengen; en wat had Jack dan ook te gaan ver
tellen, dat er dingen in de wereld waren, die een
mensch meer aanpakten dan honger en kou. Wat
een onpleizierige manier van redeneeren was dat nu.
Al die gedachten gingen mijnheer <Dent door het
hoofd toen hij aan het hek hoefgetrappel hoorde.
Hij kdeep den brief ineen en haastte zich de voor
deur te bereiken, terwijl hij den brief in zijn zak
stak. Midden in den gang herinnerde hij zich, in
welk een treurigen toestand zich zijn enkel bevond
en legde de rest van den weg hinkende af.
„Blijf j'e geen thee drinken, Dillingham?” vroeg
hij, toen hij den jongen dominé zag staan met een
voet in den stijgbeugel, nadat hij Prudence geholpen
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco
pet1 post 1.70.
Aizonderljjke No turners VIJF CENTEN.
82)
Toen hij Twombly’s handschrift erkende, scheurde
hij onverschillig de enveloppe open, maar hij veran
derde toch een beetje, toen hij de hand van John
Dent zag. Hij liep haastig de bladzijden door, met
een mengeling van gewaarwordingen, hoewel ik vrees,
dat sympathie voor Jack’s vroeger en tegenwoordig
lijden, daarbij niet zoo sterk uitkwam, als bij Twom-
bly het geval was geweest.
In elk geval was het hem echter eene verlichting
te wetetf; dat Jack leefde en gezond was; maar het
was een beetje ongelukkig, dat de brief nu juist
kwam, terwijl alles net zoo goed op weg was. Mijn
heer Dent werd volstrekt niet opgevroolijkt door de
gedachte, dat Jack wel eens in zijn hoofd kon krijgen,
naar Rivermouth terug te keeren en volstrekt Prue
te willen trouwen. Eens had hij zijne toestemming
daartoe gegevenhij had de armoede van zijn neef
voorbij gezienmaar sedert dien tijd had John Dent
zich niet netjes tegenover Prue gedragen.
had af te stijgen.
wNeen, toch niet, dnnkja; je weet, ik moet van
avond mijn preek nog maken.”
Met deze woorden lichtte mijnheer Dillingham zijn
hoed voor juffrouw Palfrey, groette mijnheer Dent
lachende, met de hand en reed weg.
Toen Prudence het kiezelpad opkwam met den
sleep van haar rijkleed over haar arm, terwijl zij een
paar keurige bronzen laarsjes liet kijken, was zij te
zeer met haar eigen gedachten bezig, om mijnheer
Dent nauwlettend gade te slaan; anders zou ze wel
gezien hebben, dat er iets was, dat hem in de war
gebracht had. Mijnheer Dent keek scherper en hij
zag, dat Prudence onder den indruk van een hevige
gemoedsbeweging lag. Zou Dillingham eindelijk ge
sproken hebben en zoo ja, hoe had Prue het dan
opgenomen? Hij durfde geen vermoeden uitspreken;
want hij Voelde, dat het een bittere teleurstelling
voor hem zou zijn, als zij Dillingham had afgewezen.
«In elk geval,” zei mijnheer Dent bij zichzelven,
/ris die brief van Jack volstrekt niet geschikt ofn nu
voor te lezen.”
Na het thee drinken vertelde Prudence aan haar
voogd, wat er tusschen haar en den heer Dillingham
was voorgevallen. Hij had haar ten huwelijk ge
vraagd; maar zoo plotseling en onverwacht, dat by
haar meer had doen ontstellen, dan haar aangenaam
was. Hij had zich ineens voorover gebogen en hare
hand gegrepen, terwijl zij in het bastion van het oude
fort naar de ondergaande zon keken; toen was hij
te Oudshoorn, hebben hunne arbeiders verzekerd te
gen ongelukken bij de eerste Nederlandsche verze
keringsmaatschappij op het leven, tegen invaliditeit
en ongelukken, gevestigd te ’s-Gravenhage.
-- -* -
Aan het Verslag van den toestand der gemeente
Gouda over 1889, ontleenen wij nog het volgende
Museum van Oudksden.
Gedurende het afgeloopen ja»r nam het aantal
merkwaardige voorwerpen in het Museum wederom
toe, hoewel niet in die mate ais in vorige jaren.
Ten geschenke werden ontvangen o. a.
een houtvesterszwaard;
eene bark genaamd „Uit verwling” vervaardigd
door een gevangene in het voormalig huis van be
waring alhier
oen hoeksteen met het jaartal 1649
eene vlag versierd met het wapen van
Oranje-Nassau, enz. met wimpel.
Door de Commissie werden voor de verzameling
aangekocht
de eeresabel met zilveren scheede en gevest, den
Luitenant-Admiraal J. A. Zoutman uit Batavia ge
schonken na den slag bij Doggersbank, en
een portret van Kamay, gegraveerd door Persijn.
Het Museum werd door 610 personen bezocht,
van welke 409 de gewone entree van 25 cents en
101 den verminderden toegangsprijs van 10 cents
betaalden. Onder de bezoekers telde men 66 vreem
delingen en wel 89 uit Engeland, 1 uit Rusland,
6 uit Duitschland, 5 uit Erankrijk, 5 uit België, 1
uit Portugal en 9 uit Amerika.
Ook bezochten de kunstschilders J. Mesdag en C.
Bisschop het museum.
In het jaarverslag der commissie voor het museum
wordt melding gemaakt van
eenige belangrijke zaken.
Na te hebben herinnerd, dat door de welwillende
en niet genoeg te waardeeren hulp van haren Voor-