N° 4258.
1890.
BINNENLAND.
VG.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
2”
Maandag 30 Juni.
;erwijk
?IE.
FEUILLETON.
>oot uit
OUDA
ÏSDAG
aar aan
300.
Afzonderlijke Nommera VIJF CENTEN.
De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags
van den dag der uitgave.
BU deze Courant behoort een Bijvoegsel.
TV UB.
[Uit het Fngelsch^)
XVI.
f
GOUDSCHE COURANT.
bet schier
volksklasse
De uitgave dezer Courant geschiedt dageljjks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
leer J. J.
r, Dubbele
mjjn moeder kon
[niet spinnen;
Bovendien worden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
't welk des Maandags verschynt.
issie,
G, Secret.
JLE.
rrienden en
air orgaan,
[evestigd te
GOUDA, 28 Juni 1890.
Aan de Universiteit te Amsterdam is met goed
gevolg het le 'natuurkundig examen afgelegd door
den heer L. A. Mijnlief.
Gisteren avond omstreeks 7’/, uur is in de vierde
Kade een kind van ongeveer 7 jaar te water geraakt,
de moeder het ongeval ziende, sprong te water en
greep haar kind beiden zonken in de dieptevrouw
Heerkons eveneens daar wonende, het ongeval be
speurende, stak de drenkelingen eene ladder toe,
welke door de moeder, die inmiddels bovenkwam,
werd gegrepen, zoodat moeder en kind met den
schrik en een nat pak vrij kwamen.
De collecte voor den gewapenden dienst te Haas
trecht heeft 26.80 opgebraoht. Te Vlist 2.50».
3e kl.
ƒ1.95
- 1.80
- 1.65
- 1.50
a 45 ets.
akbiljetten
GOÜDA
JWATER
Hrecht 8.4,
•wijk.
itions ver-
's middags
t bepaalde
justitie vorderde voor één
en 6 maanden, voor den
O, zoet was de groet, we zeiden menig woord
Wij kusten elkaar en hij vloog weer daadlijk voort
O, was ik maar dood
Prudence wist er niets van, dat zij zoo volmaakt
den geest en de melodie van het lied weergafwant
hare gedachten waren verre weg van de plaats, waar
zij zong. Het was een dag in het midden van den
zomer; nauwelijks deed een koeltje de kamperfoelie
ritselen, die heen kronkelde over den luifel van een
klein huisje in Horseshoe-LaneJohn Dent sprak
haar van zijne plannen, van zijne verwachtingen, van
zijn liefdehet was zonneschijn en schaduw en er
was iets droevigs inweer hield hij hare handzij
voelde den druk zijner lippen op haar wang; toen
hoorde zij het hek dichtvallen en de roodborstjes in
den tuin snateren, en de tranen kwamen Prue in de
oogen terwijl zij zong, juist als op den dag, toen dat
wezenlijk gebeurde. En zij zong verder:
AD VERTENTIEN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GR00TE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Plotseling scheen er iets bij Prudence in de keel
te zwellen, het dubbelzinnig bestaan, dat zij leidde,
liep ten einde en de zang verstierf op hare lippen.
Met leedwezen vernemen wij, dat de heer J. A.
Kwast, de bekende organist van de Amstelkerk, een
bekwaam toonkunstenaar, gisterenmiddag op bijna
70-jarigen leeftijd is overleden. (Hand.)
Een Reuter-telegram uit Falmouth meldt, dat
aldaar van Taganrog is aangekomen de stoomboot
Marpessa, met den gezagvoerder, de bemanning en
93 passagiers der Nederlandsche stoomboot Prins
Bij de korpsen infanterie ontbraken den 15den
Juni jl. nog 124 korporaals, terwijl daarbij aanwezig
waren 138 sergeanten-titulair en 298 korporaals,
geschikt om tot sergeant of fourier bevorderd te
worden.
Den 141
houtzagerij
van zijn 1
opengebrokehr
lessenaar en
rolletje centen en verschillende kleedingstukken.
De brandkast, welke mede in het kantoor stond,
vertoonde geen teekenen van braak.
Beklaagd dien diefstal met biaak bedreven te
Frederik aan boord, welke gezonken is ten gevolg®
van eene aanvaring met de Marpeua bij mistig weder-
Een luitenant en vijf soldaten, behoorende tot het
detachement troepen, aan boord van de Prins Frederik
zyn bij deze ramp verdronken.
Men verneemt dat de Prins Frederik o. a. één
millioen specie aan boord had en dat zij voor één
derde aan de Amsterdamsche befirs verzekerd was.
Nader wordt dienaangaande nog het volgende
gemeld
Volgens berichten van kapitein Visman uit Fal
mouth van gisteren middag, zijn alle ontscheepten
van de Prins Frederik welvarend, de militairen opge
nomen in de kazerne, het scheepsvolk in het Zeemans
huis. De bij de ramp verdronken officier is de 2e
luitenant der infanterie H. van Wijk. De namen
der zes omgekomen manschappen een korporaal
en vijf minderen zijn aan het ministerie van
koloniën opgegeven. Het plan bestond, om de
militairen en de passagiers hunne reis te doen voort
zetten met het stoomschip Suihatru, kapt. Droog-
leever Fortuqn, dat den 5n Juli van Amsterdam naar
Batavia vertrekt. Tengevolge van het spoedige
zinken van de Prins Frederik is er geene gelegen
heid geweest voor de opvarenden om iets te redden.
Het stoomschip Marpessa, dat met het stoomschip
Prins i reder ik in aanvaring was, is eene geheel
nieuwe stalen boot, ongeveer 2500 ton groot, en in
1889 gebouwd te Newcastle bij de firma Palmer Co.
tijen Juni jlA vond de eigenaar van een
j onder de g&meente Zoeterwoude de deur
ijantoor op 4e houtwerf met een koevoet
keh; zoomede een zich daarin bevindende
kast, waaruit ontvreemd waren een
Zij zag op en ontmoette den gloeienden blik van den
jongen geestelijke, die op haar gevestigd was.
//Ik ik kan het toch niet zingen, zei ze met
een uitdrukking van wanhoop. Z/Ik zal het later wel
zingen.”
Toen stiet zij haastig de piano-kruk weg, aarzelde
een oogenblik en gleed snel de kamer uit.
Mijnheer Dillingham volgde haar met de oogen,
verbaasd, en niet zonder reden, over Prudence’s on
verklaarbare aandoening en gejaagdheid. Hij leunde
tegen de piano, wachtende, dat zij terug zou komen
maar zij kwam niet weer in de kamer terug.
Weinige minuten later kwam mijnheer Dent en
deze was buiten zichzelven van verbazing toen hij
den jongen dominé alleen vond.
Het was voor mijnheer Dent zoo zeker als een en
een twee is, (hoewel ze soms niet bij elkaar gevoegd
willen worden), dat. de zaak gedurende zijn afwezig
heid het hoogste punt bereikt had. Hij had dit
voorzien; maar er was iets buitengewoon drukkends
in den dampkring, waarop hij niet was voorbereid.
Hij durfde niet vragen, wat er gebeurd was.
Mijnheer Dillingham was niet op zijn gemak, en
na een paar alledaagsche opmerkingen, zei hij werk
tuigelijk goeden nacht en ging heen.
«Ze heeft hem een blauwtje gegeven, die malle
meid!” pruttelde mijnheer Dent 'dien avond, terwijl
hij somber naar boven ging met zijn nachtkaars in
de hand, wen het spijt mij verduiveld.”
Ik voor mij houd het er voor, dat het gelukkig
hebben stonden gisteren voor de arrond.-rechtbank
te ’s-Gravenhage terecht een gewezen knecht
die 16 jaren bij de eigenaar der werf gewerkt had
en een sjouwer uit Amsterdam, die beiden bekenden
zich aan het hun ten laste gelegde te hebben schuldig
gemaakt, terwyl verschillende getuigen de door hen
gedane ontdekkingen mededeelden en inlichtingen
gaven omtrent do ligging van het kantoor en den stand
van lessenaar en kast.
De subst.-officier van
der beklaagden l jaar
andere 2 jaar gevangenisstraf.
De toegevoegde verdediger mr. Van Harencarpsel
achtte het groote verschil in de vordering der straf
niet gemotiveerd, wees op de onzekerheid die bestond
omtrent den persoon die den braak gepleegd had en
omtrent hetgeen zij eigenlijk ontvreemd hebben.
Uitspraak 4 Juli a. s.
’k Was nog geen volle maand met Rob getrouwd
[geweest,
Toen zag ik voor de deur mijn Jamie’s geest,
’kHad veel om hem gedacht; maar wachtte hem niet
[nou,
Tot hij zeiwIk kwam weer, en maak je mijn vrouw
nen aldaar, voorkomende in i
verzoek ik beleefdelijk eene j
voor de volgende rectificatie.
Het ingezondene wemelt van onwaarheden.
Vooreerstbij het classicaal bestuur van Gouda
bestond niet het minstevoornemen om te//schorsen”
of te //ontslaan."
Aan dit bestuur was ter oore gekomen, vooreerst:
dat ds. IJnzonides van den kansel op oudejaarsavond
de gemeente had aangeraden om, evenals ZEw. zelf
deed, de kaarten der volkstelling in rubriek 8, in te
vullen //van gereformeerde gezindheid
2o. dat diakenen dier gemeente eene buitengewone
De N. R. Ct. bevat het volgende stuk naar aan
leiding van een door ons eergisteren overgenomen
bericht uit die courant.
Mijnheer de Redacteur!
Naar aanleiding van een bericht uit Ouderkerk a/d
Usel, betreffende handelingen van het classicaal be
stuur van Gouda, tegenover den predikant en de diake-
uw blad van 26 Juni jl.,
plaats in uwe kolommen
88)
«Mijn vader had geen werk en
Ik werkte dag en nacht, maar hun brood kon ik
[niet winnen;
Oude Bob gaf hun den kost en diep bedrukt zei hij
Och Jenny, om je ouders, o trouw met mij!
Mijn hart dat zei neen; want ’k had Jamie wel verstaan,
Maar de wind die stak op en het schip dat was vergaan;
Het schip dat was vergaan waarom niet Jamie mee?
En waarom leef ik en roep: wee mij! o wee?
Mijn vader zette m’ aan; en mijn moeder, die niet sprak,
Die keek mij zoo eens aan, dat mijn hart er haast
[van brak
En zij gaf hem mijn hand, maar mijn hart was in
[de rouw
En zoo werd ik oude Robin Gray zijn vrouw.”