Rawlings Son, Bankiers, Buitenlandse!) Overzicht. Chicago, Illinois. uit Amsterdam een schrijven, met verzoek haar uitvoerige inlichtingen te geven omtrent een zekere familie, die vódr 18 a 20 jaar te H. woonaohtig was. Met behulp van den gemeentebode, den klerk ter secretarie en eenige ingezetenen werd hjj in de gelegenheid gesteld haar al de gevraagde inlichtingen te verstrekken en zette zich dan ook terstond neder haar brief franco te beantwoordenaan het slot daarvan deed hij haar echter opmerken, dat de beleefdheid had gevorderd een 5 ets. postzegel voor antwoord in te sluiten, terwijl hy het aan haar overliet een kleine vergoeding over te maken voor den bode of klerk, voor de gedane moeite. Zijn dienstvaardigheid werd op de vergende wijze be- antwoord. Hjj ontving eon op zeer onbeleotden toon ge schreven antwoord, waarin do dame begon met hem te verzoeken haar dank aan zijn klerk over te brengen en daarop liet volgen «Van èon vergoeding is geen sprake. Ik betaal daarvoor de opcenten voor het Rijk aan personeel» belasting. Het verwondert mij dat het zoo nadeelig werkende fooienstelsel zich zelfs heeft uitgebreid tot de secretarieën der gemeenten", en verder „Van beleefdheid is hier geen sprake: ik behoef u volstrekt geen beleefdheid te bewijzen door het zonden van een postzegel Mijn plicht was het u in beleefdo termen het vervullen van een ambts plicht op te dragen, en dat heb ik gedaan.' Deze wijze van handelen is zeker niet geschikt om burgemewters veel werk te doen maken van hunne „welwillende inlichtingen." Staten-generaal. Tweede Kamer. Zitting van Woensdag 2 Juli. Voor iemand, die iflet bekend is met de regeormgs- medodeclingen in comité-generaal en de geheime stukken, is het uiterst moeilijk een oordeel te vellen over de heden gevallen beslissing. Het gold het wetsontwerp tot goedkeuring vau de op 28 April jl. te Parijs uitgewisselde verklaring aangaande de be voegdheid van den scheidsrechter in het aanhangig ge schil betreffende de grensscheiding tusschen Suriname en Fransch-Guyana. Zooals men weet, was de zaak reeds vroeger in de kamer geweest, doch de arbiter (de keizer van Rusland) had dc onzerzijds gestelde voorwaarde niet willen aanvaarden en wenschte volledige vrijheid om naar eed en geweten over het grensgeschil uitspraak te doen. De vraag was nu of door het toegeven aan dat verlangen, onze Regee ring de eer en de waardigheid des lands behoorlijk Anderen verdedigden het beleid der betrokken ministers b. v. de heeren v. Nonen, Brandtsen v. d. Zijpe en Van Bijlandt. De hoeren Veegens en Van Houten wraakten vooral de houding der Fransehe regeering, die hangende het verschil het status quo had geschonden. En nu liet zeker de verdediging dor wetsvoor- dracht door de Ministers van Boitenlandsche Zaken en van Koloniën aan vuur niets te wenschen over, maar over de groote vragen werd eenvoudig heen gegleden. Veel hoorde men van de noodzakelijkheid om het geschil op te lossen en van de onpartijdigheid van den scheidsrechter, maar niets om te verklaren, hoe de „verklaring" in het leven is gekomen, niets om te bewijzen, dat langs dezen weg het belang des lands het best is gediend. In comité-generaal schijnt, blijkens hetgeen de heer Van Houten daarop zeide, de zekerheid te zijn verkregen, dat de Franscho regeering het status quo zal herstellen. Intusschen wilde de heer Van Houten, nu dit herstel nog niet heeft plaats gehad, zijn stom aan 't wetsontwerp niet geven. Anders daoht do heer Schaepman, die voor 't geval het' herstel niet spoedig plaats vond, aan de Eerste Kamer wilde overlaten te handelen. Ten slotte schijnt deze vraag de stemming te hebben behoerscht. Verklaarden nog 21 leden zich tegen het tractaat, de verklaringen in comité af gelegd schijnen velen tot voorstemmers te hebben bekeerd, zonder dat echter het beleid des Ministers door hen werd goodgekeurd. Intusschen is door den loop, dien de disoussie genomen heeft, niet helderder geworden, dat 's lands belang door de aanneming dezer verklaring zou zyn gediend. In den loop der zitting werd besloten, dat nog in deze zitting de legerwet in handen zal worden gesteld eener commissio van voorbereiding, bestaande uit 7 leden, welke heden door den Voorzitter zullen worden benoemd. De eerste oplaag der Engelsche uitgaaf van Stan ley's boek In Darkest Africa, waartan Zaterdag de eerste duizouden en heden de ovorige verspreid wor den, is van 20,000 exemplaren (de prachtuitgaaf daaronder begrepen). In de laatste maanden moeten 11,000 personen, (mannen, vrouwen en kinderen) daaraan gewerkt hebben. In Engeland alleen werkten 80 zetters, 17 correctors en 12 assistent-correctors, alsmede 200 d rakkers, magazijnknechts, pakkers ent. Bij het binden van de 40,000 doelen deden 500 mannen en 600 vrouwen dienst. Voor het drukken van de Engelsche en de buiten- landsehe uitgaven daar zijn er tien moeten 268 drukpersen gewerkt hebbende hoeveelheid verbruikt papier wordt geschat op 262,000 kilogram. Over de zevon-cent-gaarkeukon te Amsterdam schrijft het Sociaal Weekblad: Herhaaldelijk reeds hebben wij gewaagd van de instelling in de hoofdstad, welke in den wandel als de zeven-cent-gaarkeuken wordt aangeduid, omdat de porties waarvan intusschen een stevig vol wassen werkman er wel twee verorberen kan daar voor dien prijs geleverd worden. De opening dezer iuriohting, in Mei 1887, hebben wij destijds met warme ingenomenheid begroet. Genoegen deed het ons later, melding te kunnen maken van aan- vanknliik mm-o— ."Rlurauten. Eil. wie thans ter Mtoonstelïmg 15 het Paleis voorVofksvlqt do trap- pen opklimt naar de gaanderij, kan daar, op een bord tegen den wand, eenige gegevens vinden, die bewijzen, dat de verwachting der oprichters, na een tijdsbestek van drie jaren, reeds zoo goed als geheel verwezenlijkt is. Hunno verwachting in tweeërlei opzicht. Vooreerst ten aanzien van het geldelijk resultaat. Wat door do ontwerpers werd beoogd, was niet een philanthropische instelling, boven water gehouden door milde giften, maar een gaarkeuken op econo- mischen grondslag, ziohzelve bedruipend. Wel werden toenmale de oprichtingskosten bestreden met geschonken geld. Maar dat geschiedde, omdat men met de proefneming stond voor een vmagteeken. Men hoopte door de feiten te kunnen aantoonen, dat wel degelijk aan het in zulk een keuken gestoken kapitaal eene matige rente kan worden toebedeeld; en op grond van eene driejarige ondervinding kan nu worden gezegd, dat zulks inderdaad het geval is. Natuurljjk hangt dit voor een zeer groot deel af van het gebruik, hetwelk van de inrichting wordt gemaakt. Was in het jaar der opriohting het ge middeld aantal dagelijks afgegeven portioB niet meer dan 188, geleidelijk is het gestegen, zéódat het in de maanden Januari tot Mei van dit jaar 460 be dragen heeft. Welnu, nog slechts met 16 behoeft het te klimmen, en alle kosten zullen zjjn gedekt, met inbegrip van eene rente van 3 pet. voor het kapitaal. Eu wat voorzeker niet minder betcekentindien het debiet blijft toenemen, gelijk tot dusver, zal het eerlang mogelijk wezen, mot twee rations (due voor 14 cent) ten vollu te voldoen aan hooge eischen, die uit cep wetenschappelijk oogpunt aan de voedings waarde van het middagmaal voor oen volwassen man mogen worden gesteld. Dit blijkt uit de Nauwkeurige berekening, die door dr. Pareau te 's-Hago van (lo voedingswaarde der verschillende, in deze keukon verstrekte spijzen is gemaakt. Wordt dagelijks, bij elke zioh daartoe leeneude .spijs, 25 gram ossevleesch per portie meer gevoegd dan tot beden, dan zal geleverd worden vorteerb. verteerb. eiwitvet 's Maandags in twee porties erwtensoep. 70,66 40,32 's Dinsdags capuojjaders 90,78 47,16 's Woensdags groenten ra. aardappelen 25,18 86,60 's Donderdags erwtensoep. 70,56 40,32 's Vrijdags n stokvisoh.87,44 20,54 's Zaterdags capncijnders 90.78 47,16 425,30 232,10 Dat is dus gemiddolil por dag 80,90 eiwit en 38,68 vet. Wel is waar blijft dit oiprit 0.98 beneden den wetenschappelijken eisch van 81,88 doch ruim schoot? wordt dat tekort vergoed door het surplus van koolhydraten, vooral waar hot geldt de voeding van den arbeidersstand. Wij hebben hot uit ervaring en wie deze be vestigd wil zien, kan er zichzelf van gaan overtuigen, dat de spijzen in die Amsterdamsche gaarkeuken uitmuntend smaken. Trouwens, het toenemende bezoek getuigt het voldoende. Dat hoeft dan ook reeds genoopt tot het beramen van "plannen, ora een tweede keuken te vestigen in een ander gedeelte der stad, terwijl de eerste in do Laurierstraat op dit oogenblik wordt verbouwd en vergroot. Aan de deputaten van de christelijke gereformeerde kerk, benoemd in haar jongste Synode te Kampen, voor de zaak der hereeniging van alle gereformeerde kerken in Nederland, is door de voorloopigu synode der doleerenden een schrijven gericht van den vol genden inhoud De voorloopige synode van de Nederdmtsche ge reformeerde kerken, te Leeuwarden vergaderd, gevoelt zich gedrongen uitdrukking te geven aan de smar telijke teleurstelling, die uw stilzwijgen baar berok kend heeft. Do voorloopige synode te Utrecht had juist met het oog op het besluit uwer synode, om een volgend maal ie Leeuwarden saam te komen, ook harerzijds besloten, de eerstvolgende synode naar Frieslanda hoofdstad sa&m te roepen, ten einde daardoor de' zjjn legger en gaf die aan den ouden heer. De telegrammen luidden als volgt: Gelieve het bedrag mijner rekening en de zes Aandeelen Vereen, Staten, bij u gedeponeerd, ter beschikking te stellen van kolonel Feyton Todhonter en hem daarvoor te crediteeren. James Dillingham. II. Kolonel Pekton Todhunteb, Milwaukee, Wisconsin. Ga dadelijk naar Chicago. Neem alles bij Rawlings op. Ik ontmoet u op 6666. Gij hebt! gemist. Hij is hier. J. D. „Zijt gij nn overtuigd 1" fluisterde John Dent, nadat hij in ademlooze spanning over zijn ooms schouder heen de stukken had golezen. „Ik begrijp dat laatate telegram niet recht; maar het schijnt, dat uw vriend kolonel Peyton Todhnnter de vriend is van uw waar- digen vriend Ds. James Dillingham; nu 't is dan ook een mooi paar, als ik dat zoo zeggen mag, zon der u te hinderen. „Hij is hier" ziet natuurlijk op mij; maar wat beteokeot: „Gij hebt gemist, „6666" is blijkbaar een bekende plaats, waar ze samenkomen." „Jack," fluisterde mijnheer Dent, heel ontsteld, „ik kan mijn oogen niet gelooven!" „Ik wil niet," zei Jack. „Ik boud nog vol. Ik zend nn maar eerst dit signalement weg en dan gaan we naar het hotel terug. Hij is zoo overhaast heen gegaan en heeft misschien brieven of papieren ach tergelaten, die mij nuttig kunnen zjjn. De jonge man ging zitten en schreef na een oogen blik nadenken de volgende depêche, die hij aan zjjn oom gaf. Rawlings 8on, Chicago. III. Heeft kolonel Todhuntor de fondsen opgenomen als per order van gisteren Zoo niet, houd alles in tot nader order. J. D. „Dat is goed bedacht," zei mjjnheer Dent terwijl hij als het ware ontwaakte nit zijne verdooving. „Als het nog niet te laat is, zullen we daar beslag op laten leggenmaar is dat niet een valsche hand- teekening als je Dillingham's naam zoo gebruikt?" „Ik heb zijn naam niet gebruikt," antwoordde Jack lachendeik heb mjjn eigen voorlettors er onder gezat. Ben je klaar vroeg hjj, zich tot den telegrafist wendende, „sein dat dan maar over!" Hjj ging weer aan den lessenaar zitten en schreef een nauwkeurig signalement van George Nevins. Dit had nog al moeielijkheid in, het moest zeer duidelijk en nauwlettend worden uitgedrukt en dat ging niet gemakkelijk. Hef duurde meer dan een half nor eer John Dent het portret naar zijn zin voltooid had. Hij was halverwege met zjjn depêche, toen de tele grafist een telegram van Rawlings Son kreeg, dat hem in verlegenheid scheen te brengen. „Dit ecbjjnt een antwoord op uwe depêche te zijn, mijnheer, maar ze is aan mijnheer Dillingham ge adresseerd." „Dan hebben zij zich ginder vergist," zeide mjjn heer Dent haastig. „Wat zeggen ze?" vroeg John Dent, terwjjl hij vooroverboog om de strook papier uit de hand van den telegrafist aan te nemen. Kolonel Todhunter had alles opgenomen. Rawlings Son meenden, dat alles in order waa, zjj hadden zich volkomen aan hun orders gehouden. „Juist zooals ik dacht," zei Jack, terwijl hij het strookje papier naar zijn oom schoof, „ik ben ook voor 't ongeluk geboren." Toen schreef hjj weer voort vijf voet acht of negen duim; oogen: blauw; haar: licht, waarschijnljjk kort afgekniptbaard geen enz. enz. „Het is allersohandeljjkst," prevelde mjjnheer Dent, en terwijl hij zenuwachtig het kantoor op en neer liep, dacht hjj aan dien achtermiddag, toen hij Dil lingham aan koloael Todhunter voorstelde, en hoe zij elkander groetten alsof ze elkander nooit gezien had den en schenen elkander niet te kunnen uitstaan, zoo zeer verschilden zij in alle opzichtentoen overwoog hij iveer, dat vooral door zijn toedoen die schande over Rivermouth gebracht wasen toen dacht hij weer aan Pruo en hjj werd beurtelings koud en heet en verbleekte en kreeg een kleur. Wordt vervolgd.) mogelijkheid te doen geboren worden, dat beide synoden, in eenzelfde plaats vergaderd, de aange knoopte onderhandelingen te gereeder tot een goijd einde mochten brengen. Ze nam dit besluit, niet als zag ze voorbjj dat uwe synode niet elk jaar pleegt saam te komen, ma^r omdat ze kennis droeg van het besluit der Kampeq- sche synode, dat, zoo ook maar tweo provinciaje synoden uwerzijds voortzetting der onderhandelingen wenschton, de saararoeping der Bynode zou wordqn vervroegd. Eu zie, nu komt onze synode te Leeuwarden safun, en er is uwerzijds niets. Er is geen synode; dus waron er ook geen twee provinciale synoden, die voortzetting der onderhan delingen wenschten. Er is evenmin eene aanbieding uwerzijds als depu taten, om de onderhandelingen, zoo al niet voort t|e zetten, dan ten minste do voortzetting er van voor te bereiden. Er is zelfs geen onkel broederlijk woord, om ons de aanleiding tot zoo ernstige teleurstelling althans te verklaren. Geen deputaat uwerzijds meldde zioh aan, en geeft schrift wierd van u ontvangen. Toch meende de voorloopige synode, dat deze pijnlijke teleurstelling voor ons geen oorzake kon nooh mocht zijn, om ooi maar één enkel oogenblik bet groote oogmerk, dat bij onze onderhandelingen doelwit was, uit hot oog te verliezenen ze begreep, dat zelfs deze droeve ervaring voor haar geen aan leiding mocht worder,, om zich eveneens in eon veelbeteekenend stilzwijgen terug te trekken. Onze kerken spraken ên te Rotterdam ên te Utrecht een overtuiging des harten uit, toen ze voor Gods aangezicht u verklaarden, een voor God zondige! toostand te zien in ons gescheiden leven. Zo gave! slechts uiting aan wat op den bodem des harten loeftl toen zo voor u haar schuld beleden over zoo jaren lange ontrouw, als waarvan onze gedeolilheid in niei geringe mate een gevolg was. En het was haar niol een woord der lippen, maar een wonsch der zieloj als ze u betuigden, to dorsten naar hereeniging mei alle gereformeerden in deze landen; ook omdat eeft deel des lichaams nooit gezond kan worden, zooiand het van zijn wederdeel gescheiden blijft. - Ook op deze voorloopige synode spraken daarom de vergaderde kerken met eenparigheid van stemmer nogmaals haar ernstige bedoeling uit, om hoe eet hoe beter tot hereeniging met uwe korken over tg gaan. Slechts waren zjj van oordeol, dat het tot niets leiden zon, om de onderhandelingen, die de synode van Kampen afbrak, na uw stilzwijgen, op den ouden| voet te hernieuwenvooral daar niet mag ontveinsd, dat het jaar, dat over deze onderhandelingen heenüop, deze heilige zaak eer achter- dan vooruit bracht. Ook al bljjven onze korken gestand doen, wat ze te Kampen verklaarden, en al zijn ze bereid, om nog steeds op het toen aangebodene een geordend verband met uwe kerken aan te gaan, toch waren ze van oor deel, dat ze u den weg moesten ontsluiten, om do toen beproefde hereeniging nogmaals te zoeken, maar nu op breederen grondslag. Het is daarom dat onze synode u thans komt ver klaren dat de vergaderde Nederduitsche gereformeerde kerken niet alleen bereid zjjn, maar or hartelijk naar verlangen, ja, het plichtmatig achten, om zich, hoe eer hoe beter met uwe kerken classicaal en synodaal te vereenigen op don grondslag van eenheid in ge reformeerde belijdenis en in gereformeerde kerkre- geering. Harerzijds stellen zjj dus thans geen ander beding, dan dat de vereen igde kerken de drie formulieren van eenigheid der gereformeerde kerken als accoord van kerkelijke gemeenschap zullen eeren, en dat deze gemeenschap geregeld zal worden naar de beginselen van geretormeerde kerkregeering, gelijk die in onze oude kerkenordening zjjn uiteengezet. Niet wetende, of wellioht gij reeds als doputaten over eene hereeniging op zulk een grondslag zoudt kunnen onderhandelen, heeft do synode harerzjjds do deputaten voor deze aangelegenheid gecontinueerd, met wie uwerzjjds gecorrespondeerd kan worden, onder het adres van prof. dr. F. L. Rutgers te Amsterdam. Zelfs besloot de voorloopige synode nog een stap verder te gaan, en niet alleen dezen nieuwen grond slag voor onderhandelingen u aan te bieden, maar om ook met de ernstige bede tot a te komen, dat door uwe kerken toch even warm als door hare kerken naar eene spoedigs hereeniging mocht wor den gestreefd. Een bede, dis ze als uw mindere in getrouwheid, u brengen komt in den naam onzes Heeren; want de eere Zjjns naams is het, die bjj onze gedeeldheid schade ljjdt. Een bede, die ze n op het harte bindt, omdat zoowel uwe als onze kerken een hoogeren zegen derven, zoolang de zonen van een zelfde huis niet samenwonen. En een bede eindelijk, die ze u niet minder voor de consciëntie legt met het oog op de toekomst van ons volk en vaderland, omdat de overtuiging bij haar vaststaat, dat ons volk niet weer kan opbloeien, tenzij de gereformeerde beginselen weer veld winnen, en het veldwinnen dezer gereformeerdo beginselen ge stuit en belet is, zoolang de belijders van deze be ginselen zelfs kerkelijk tegenover elkander bljjven staan. En hiermede ddbe heilige, teedere zaak aan de gunste onzes Gods en uwe broederlijke liefde aanbe velend», bljjven wij met heilbede, enz. De 55e algemeene vergadering der Nedorlandseho Vereeniglng tot afschaffing van Sterken Drank, Don derdagavond met eene openbare bijeenkomst in het ^Broederhuis te Zeist geopend, werd Vrijdag in „Het Jagertje" te Zeist voortgezet. Nadat de voorzitter, de heer E. J. W. Koch, een woord van welkom had gesproken, en een gebed gedaan, deed de secretaris mr. C. C. E. d'Engel- bronner eenige mededeelingen in verband met het jaarverslag. Hierna gaf de ponningmeester, dr. H. Fabius, een uitgebreid overzioht van de financiën; een batig slot van 46.72'/s is overgebleven. Door den heer Bos van 's-Gravenhage, werd hem eene gift van 25 toegezegd. De Donderdag in het Broederhuis gehouden in zameling heeft 44.63 opgebracht. Prof. J. P. Th. van der Lith, aftredend lid van het hoofdbestuur, werd tot eere-lid benoemd. Tot ledon van het hoofdbestuur werden gekozen de hee ren dr. D. L. van Wely le 's-Gravenhage, voor de 'vacature van wijlen dr. J. B. Burkens; jhr. mr. J. C. Roynst te 's-Gravenhage, voor de vacature, ont staan door hot aftreden van dr. F. van Gheel Gil- demeosterJ. A. M. Chumaceiro te Amsterdam, voor do vacature V. d. Lith, en herkozen tot lid der commissie van redactie voor de kleine geschriften en den Almanak, ds. J. Montague Azu., te Vlis- singen. Behandeld werd daarop het voorstel der afd. Rot terdam om het orgaan der Vereeniging voortaan niet meer als weekh\u&, maar wederom als maandblad het licht te doen zien. Op voorstel van den heer Van den Berg, van 's-Gravenhage werd verklaard, dat bezuiniging aan neming van dit voorstel wonschelijk maakte, doch daar hierdoor bijzondere belangen zouden worden gekrenkt, de tijd daartoe niet geschikt was. De vergadering besloot daarom dat het voorstel van Rotterdam jaarljjks op den beschrijvingsbrief zal worden gebracht, totdat de tijd gekomen is om eene beslissing te nemen. Bovendien is eene commissie benoemd bestaande uit de heeren Breyer (Arnhem), Grelinger (Zeist), Beerling (Amsterdam) en Brutel de la Rivière (Rot terdam), die zal beraadslagen over de beste wijze om aan De Volksmrimd meer beteekonis te geven. De heer d'Engelbronner zal deze oommissie voor lichten. De afdoeling Haarlem stelde voor dat de vereeni- giug aan bekondo, groote on nuttige maatschappijen zou verzoeken niet te dingen naar of gebruik te maken van bet recht der vergunning. Dit werd overgelaten aan de prudentie van hot hoofdbestuur, terwjjl ook de provinoiale correspon denten toezicht zullen houden en bijzondere gevallen ter kennis brengen van het hoofdbestuur. De afdeeling Leeuwarden wenscht aan het hoofd bestuur opgedragen te zien pogingen aan te wonden om van de Regeering te verkrjjgen eene algemeene beperking ten opzichte van het openen en sluiten van tapperjjen op Zondag. Het hoofdbestuur zal zich wenden tot de plaatse lijke besturen, met verzoek die maatregelen te treffen, die wenseheljjk geoordeeld worden door Leeuwarden. Na nog enkele huishoudeljjke zaken besproken te hebben ging de vergadering uiteen. a Hot protocol der conferentie tot bestrijding van den slavenhandol in Afrika is gisterenmiddag te Brussel onderteekend. De Engelsche gemachtigde, lord Vivian, deed echter uitkomen, dat het algemeene protocol geen kracht heeft, wanneer het niet door alle vertegenwoordigde mogendheden is onderteekend. De Nederlaudsche gezant, baron Gericke, weigerde het protocol te onderteekenen. Op voorstel van den voorzitter, baron Lambermont, werd echter aan den Nederlandsohen gemachtigde nog zes maanden tijd gegeven om met de Neder- landsohe regeering in overleg te treden. Dat Nederland het protoool niet heeft geteekend, verwekt te Brussel groote ontevredenheid. De Londensche internationale conferentie tot be spreking van de belangen der visschery nam giste ren een resolutie aan, waarin do wenschelijkheid wordt uitgesproken van het houden eener internatio-1 nale conferentie der Europeesche zeemogendheden, ten einde een overeenkomst te sluiten, waarbij het vangen en verkoopen van niet-vol wassen vich wordt verboden. De Nederlandsche gezant, graaf Van Bylandt, woonde niet-officieel de vergadering by en betuigde de groote belangstelling, welke hij persoonlijk in deze aangelegonheid stelde. Nederland is ter conferentie vertegenwoordigd door dr. P. P. C. Hoek. Heden komt keizer Wilhelm op zijn reis naur het Noorden te Christiania. Toen de keizer in het vorige jaar koning Oscar bezocht, geschiedde dit to Stok- holm, maar Oscar is koning van Zweden en van Noorwegen en daarom brengt de keizer hem nu het bezoek te Christiania. De Noren zijn natuurlijk zeer tevreden over deze onderscheiding, want zij zien in het eerste bezoek, dat een buitenlandsch vorst hun hoofdstad brengt, de openlijke erkenning, dat Christiania dezelfde rechten als hoofdstad van het Vereenigde Koninkrijk heeft als Stokholm. De-Noorsche bladen doen dit vooral uitkomen, omdat het in andere landen wel eens over het hoofd wordt gezien. Zweden en Noorwegen hebben niets dan denzelfden vorst gemeen en overigens heeft Noorwegen een geheel zelfstandig bestuur, ten eenenmale onafhankelijk van Zwedon. Vandaar dat de Noren niets verzuimd hebben om den keizer oen schitterende ontvangst te bereiden Koning Oscar ontvangt zyn gast namens het Noorsche volk, terwijl de burgemeester van Christiania, Christii, die Noorwegen ter Berlijnsche arbeid-conferentie. vertegenwoordigde, den keizer namens do hoofdstad des lands zal begroeten. Politieke boteekenis heeft dit tweede bezoek van den Duitschen keizer aan koning Oscar alleen in zoover, dat het weer kan dienon om de goede betrekkingen tusschen beide vorsten te versterkon. Een redacteur der Kölnische Zeitung had te Christiania oen onderhoud met den koning zei ven en toen hij over de politieke quaestie sprak, zeide Oscar//Duitsch- land heeft geen beteren vriend dan mij, maar ik ben en blijf ten allen tijde mijn eigen meester. Mocht Duitschland in oorlog komon, dan zal ik onzijdig blijven, zoolang het mogelijk is, ja zelfs nog een oen beetje langer, maar ik zal, wanneer ik gedwongen mocht worden de wapens op te vatten, deze nooit tegen Duitschland keeren. Tusschen Duitschland en mij zal nooit tweedracht ontstaan." Voorloopig kunnen de Duitschers met deze verze kering tevreden zijn. Over do geruchten aangaande een verbond tusschen Frankrijk en Rusland wordt in de Russische bladen niet veel gezegd, wat ook kan worden opgevat als een indirecte bevestiging. Hetzelfde zou men kunnen zeggen van de wijze waarop de Nowoje Wremja er zich over uitlaat. Het blad meent zich eenige op merkingen te moeten veroorloven en zegt dan dat zulk een verbond zonder twijfel van defensieven aard zou zijn en Rusland alleen in tijden van gevaar zijn toevlucht er toe zou Deinen. De vredelievende poli tiek van Rusland, gaat het blad voort, ia duidelijk, even duidelijk als de toenemende wapeningen van Duitschland en zijn streven bondgenooten te winnen tot completeering van de krachten van het drievou dig verbond, teneinde in de toekomst een politiek te volgen zonder Rusland noodig te hebben dit is echter een geheel nieuwe politiek, volstrekt niet meer die welke Willem I op zijn sterfbed aan zijn opvol ger heeft aanbevolenvan het standpunt van deze nieuwe politiek heeft men te Berlijn alle krachten ingespannen om Duitschland den zekeren steun van Engeland te verzekeren. De Fransche Kamers gaan eerstdaags ook naar huis, zonder de begrooting te hebben afgedaan. Voor de heeren naar huis gaan, wacht men nog de ioter- pellatie over Zanzibar. Er wordt nog steods met En geland onderhandeld. Over het Helgoland-tractaat duurt de strijd nog altijd voort en men vindt in sommige kranten stoeds bewijzen van ontevredenheid. Wy herinneren ons niet in Duitsohe bladen ooit zulk een scherpe taal tegen een handeling der Regeering te hebben aan getroffen. Nieuwe gezichtspunten of argumenten worden echter niet bygebracht. Alleen wordt iu een Zuid-Duitsch blad betoogd, dat de Oost-Afrikaansche regeling wel degëlyk een zaak is, die ook den Bonds raad en den Rijksdag aangaat, niet uitsluitend den Keizer, voornamelijk op grond dat het hier niet al leen een zaak van volkenrechterlyken, maar ook van staatsrechterlyken aard geldt. Daarover kan nog lang getwist worden. Wellicht verbaast men zich over de snelheid waar mee de Duitsche Rijksdag de verschillende supple mentaire kredieten goedkeurde, zonder er zelfs veel woorden over te gebruiken. De 73 millioen voor nieuwe strategische sporon en de oefeningen van de reserve werden m een oogwenk toegestaan als een zaak, die van zelf sprak, tot groot genoegen natuurlijk van den reizenden Keizer. Men moet tot de verklaring van dit feit in aanmerking neraon, lo. dat de heeren

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 2