Bultenlandscii Overzicht.
334steS taats-loterij
Burgerlijke Stand.
Reeuwijk
Vreesden zij, zelf komende, misschien uitgemaakt
l'te worden voor «bedelaars"? (Anut. Ct.)
Onder den titel «Uit het soldaten-leren", komt
in het «Dbl. v. Ned." de volgende klacht voor van
den oud-soldaat B. G. Kameraar, te Amersfoort.
Aangenaam zou het mij zijn, onderstaande regelen
in uw liberaal veelgelezen blad opgenomen te zien.
Ëen oud-soldaat merkt dat de soldaat tegenwoordig
wordt mishandeld, en dat ook in den inwendigen
toestand (uitrusting) groote fouten zijn.
In den avond van den 17n Juli 1890 woedde boven
Amersfoort een zwaar onweder, dat, zooals meestal,
maar toen in 't bijzonder, met zware regenbuien ge
paard ging.
Te S uur n.m. rukten kolonnes van het aldaar
gestationneerde le bat. 5e regt. inf. onder commando
van dqn overste Weiman tot oefening uit, ten ge
volge waarfan die troepen door- en druipnateenige
uren later weder het kwartier rejoigneerden.
Ik sprak van door- en druipnat, en die uitdruk
king is niet figuurlijk of overdreven, neenhemden
onderbroek waren om uit te wringen.
Officieren en onderofficieren hadden voldoende on
der- en bovengoed om zich te verkleeden, maar de
arme soldaat, helaasHij moest met een druipnatte
onderbroek blijven loopen, wilde hij niet de blooto
boenen in de natte pantalon steken. En waarom
kon ook de soldaat zich niet verkleeden?
Wel! omdat zijn uitrusting bestaat uit slechts 3
hemden en 2 onderbroeken, waarvan toen 1 hemd
en I onderbroek in de wasch waren, en waarvan hij
1 hemd en 1 onderbroek aan had, zoodat hem dus
restte slechts 1 hemd, om dit tegen een kletsnat te
verwisselen.
Maar wat is nog erger?
Den daaropvolgenden morgen van den 18n rukten
de troepen weer uit en* werden weer druipnat, kon-'
den zich in het geheel niet verkleeden, wegens gebrek
aan ondergoed en bleven dus in utte kleeding loopen.
En nog erger.
Den daaropvolgenden avond rukten ze weeruiten
werden ten derde male kletsnat. Ik behoef niet ver
der te detailleeren, hoe met die natte kleeding is
omgesprongen en hoe zij gekleed zijn geweest.
En ik spreek nu maar alleen van het ondergoed
maar of het dragen van natte bovenkleederen ook wel
goed op de gezondheid werkt, geloof ik niet, ten
minste vernam ik den 22 Juli uit goede bron dat er
o. a. zeven man in 't hospitaal werden opgenomen.
Nu is mijn vraag Bemerkt de chef zoo iets niet,
en wanneer dat wèl 't geval is, tolereert hij dan, dat
aldus in strijd met de voorschriften wordt gehandeld.
In vroeger jaren waren dergelijke toestanden
in vredestijd, ook in Indic zelfs, ondenkbaar.
Wijders is mij gebleken dat een minderen militair
bij ziekte- of stërftegevallen in zijn familie niet wordt
vergund, onmiddellijk met verlof te vertrekken, zelfs
dan niet wanneer brieven de waarheid bevestigen.
In mijn tjjd had in genoemde gevallen een ieder
het recht, onmiddellijk met verlof te gaan. En alles
wettigt een dergelijke bepaling.
Wat heeft zich nu te Amersfoort voorgedaan?
De moeder van den tamboer Langeler, van hot
le bat. 5e reg. inf., te Amersfoort werd den 17n
door den bliksem doodelijk getroffen.
Tot den overste Wellau, commandant van de in
fanterie te Amersfoort, werd een schrijven gericht,
om voor dien tamboer verlof te verzoeken.
vermoeden, dat de schrijver van den brief betrekkin
gen heeft te Laval.
Raymond kende niemand in die stad, zeide
mevrouw Montclar. Is er niet een garnizoen
Jahet onderzoek wordt thans in die richting
voortgezet.
Benoist hield hardnekkig de oogen op Estelle's
gelaat gevestigd.
Wat denkt gij, mijnheer, zeide deze, van dien
brief? Gij moet eenig vermoeden hebben omtrent
hetgeen hij kon inhouden.
De jonge man draalde een oogenblikde koel
bloedigheid van Estelle bracht hem in de war.
Wij vreezen, dat de inhoud eene openbaring
was, waar of valsch, van zoodanige feiten, die het
voor hem noodzakelijk deden schijnen, het pas ge
sloten huwelijk door den dood te verbreken.
Welke feiten, vroeg Estelle somber.
Benoist zweeg.
Mijnheer Benoist, antwoordtzeide mevrouw
Montclarvalt men mijne nicht aan
Nog niet, mevrouw.
Maar men zal haar verdenken
Dat is waarschijnlijk. Vele lieden weten reeds,
dat er een brief ia geweestdat heb ik hun niet
gezegd, dat verzeker ik u. Men tracht uit te vor-
schen wat er in dien brief kan gestaan hebbenvan
daar tot beleedigende gissingen, is de afstand niet
groot.
Estelle dacht«Gisteren mevrouw De Polrey, die
Deze overste stond dit niet toe, bewerende dat hjj
aan de doodstijding in den brief geen geloof hechtte.
Deuk u het lot van den jongeling, die kennis heeft
gekregen van den dood zjjner moeder, eu die, omdgt
de autoriteit er geen geloof aan hecht, zich niet van
't korps mag verwijderen.
Toen twee dagen later de oouranten de doodstij
ding vermeldden, toen kon de zoon verlof bekomen,
om op den derden dag na 't voorgevallene zich naar
't ouderlijk huis te begeven, om daar het ljjk zijner
moeder voor het laatst te aanschouwen.
Het is duidelijk, dat er nog verschrikkelijker ge
vallen zich kunnen voordoen.
Er wordt bijv. verlof gevraagd voor den zoon,
omdat zijn moeder op sterven ligt. Hij krijgt geen
verlof, en ziet daardoor zijn moeder niet meer in leven,
maar eerst dan wanneer de courant haar overlijden
vermeldt.
Er moeten, mijns inziens, zoo spoedig mogelijk be
palingen in het leven worden geroepen, om te be
letten dat gevallen als boven vermeld plaats vinden.
Omtrent do verantwoordelijkheid betreffende do
ontploffing in de kruitfabriek van Corvilain is thans
door den vrederechter Gallet, te Antwerpen, uit
spraak gedaan.
De Heer Giesen, die den Staat, de stad en de
provincie verantwoordelijk stelde, is van zijnen eisch
ontheven.
De vrederechter verklaart, dat de stad, als eige
nares van den grond en als politie, voor de gevaar
lijke, ongezonde en hinderende gestichten niot ver
antwoordelijk zijn kan.
De provincie is het ook niet, omdat do handel
wijze der deputatie de provincie niet verbindt, daar
zjj enkel handelt als gedelegeerde van den Staat.
En de Staat is evenmin verantwoordelijk, daar de
bestendige deputatie door hare handelingen den Staat
noch diens ambtenaars kan verbinden en dezo laat-
sten op eigen verantwoordelijkheid gehandeld hebben
in zake van den entrepot fictief.
Een althans voor liefhebbers van visschen
niet onaardige quaestie werd dezer dagen voor het
kantongerecht te Haarlem behandeld. Het gold hier
de vraag, of een «peur» of een «poer» in de pro
vincie Noord-Holland al dan niet een geoorloofd
vischtuig is.
B. v. Z., schipper, te Haarlem, was gedagvaard,
ten einde terecht te staan ter zake«dat hij in de
gemeente Spaarudai». op den 27u Mei, des namid
dags omstreeks II uren, en alzoo tusschen meer dan
één uur voor zonsopgang van den 28n Mei 1890,
in het zijkanaal C heeft gevischt met in de pro
vincie Noord—Holland verboden vischtuig, zijnde
een zoogenaamde peur, poer of pooiers, bestaande
uit een aan een hengel of stok met een touw be
vestigde tros pieren of wormen (zonder angel of
haak), welke tros door hom tot het vangen van
aal of andere visch werd te water gebracht en daaruit
weder opgehaald.»
De beklaagde was ter terechtzitting verschenen
cn bekende dat hjj op den bij de dagvaarding ver
melden tjjd en plaats in het zijkanaal C. had ge
vischt met een hengel of stok, waaraan een touw
met een tros pieren was bevestigd, en dat hij daar
mede getracht had aal of paling te vangen, en
voerde voorts tot zijn verdediging aan, dat hot
mijne vriendin washeden deze man, dien ik niet
ken
Mijnheer, zeide zij overluid, heb ik zonder
het te weten, iemand gegriefd Welk belang kunnen
menschen, die ik niet ken er bjj hebben mijn goeden
naam door bet slijk te halen?
Ik weet het niet, mevrouw.
Vrees niets, mijn kind, zeide mevrouw Montclar,
als men u aanvalt, zal ik u verdedigen. Uw ongeluk
is al groot genoegniemand zal iets durven zeggen,
indien men ziet dat ik met mijne eer voor de uwe
borg sta. Men zal u beschermen en, is het noodig,
dan zal men u wreken, niet waar, mijnheer Benoist
Hij boog zwijgende. De blik van Estelle rustte
een oogenblik in den zijnenzij scheen te vragen
«Wat heb ik u gedaan, dat gij mijn vijand zijt?"
De blik van Benoist antwoordde«Waarom heb
ben wij uw portret verscheurd onder de asoh ge
vonden
Maar zij begreep hem niet, omdat zij daar niets
van wist.
VI.
Voor het bureau in hare kamer gezeten, was Es
telle in gedachten verzonken.
Zij was daar gaan zitten om aan iemand te schrij
ven, ten einde haar leed aan een ander mede te
deelen en een woord van sympathie te vragen, maar
toen zij haar schrijfgereedschap voor zich had neder-
visschen met dit visohtuig, al moge het wel eens
„peur" of „poer" worden genoemd, niets anders is
dan het visaohen met den hengel, hetwelk een m.
oorloofd vischtuig is.
De ambtenaar van het O. M. achtte het (sit
wettig en overtuigend bewezen on eischte de schul
digverklaring van beklaagde en zijn veroordeeling
tot een boete van 6, subs. 2 dagen hechtenis,
met verbeurdverklaring en bevel tot vernietiging ran
de in beslag genomen peur eu in de kosten van
het geding.
De kantonrechter, in deze zaak Woensdag uit
spraak doende, overwoog o. a. het volgende
«dat het den rechter door bezichtiging van hst
in beslag genomen vischtuig is geblekon dat dit
bestond uit een rieten hengelstok, waaraan een touw
was bevestigd, aan het eind van welk touw een tros
pieren zonder haak was bevestigd
«dat door de bekentenis van den beklaagde, be
vestigd door den inhoud van het gemelde proces-
verbaal, het den beklaagde ten laste lelegde feit
overtuigend is bewezen
„dat alsnog zal behooren te worden ondorzooht,
of hel door beklaagde gebezigdo vischtuig is eon in
de provincie Noord-Holland verboden visohtuig.»
Dienaangaande overwoog de kantonrechter, „dst
onder de in art. 2 van het reglement op de uitoefe
ning der jacht en vissoherij in do provincie Noord
Holland genoemde vischtuigen, waarmede het geoor
loofd is te visschen, o. a. voorkomen de «hongels;»
«dat in het gewoon spraakgebruik onder «hengels"
moet worden verstaan stokken, waaraan een touw of
ljjn is gebonden, aan welk uiteinde voor de visch-
vangat bestomd aas kan worden gehechtdat daarbij
echter niets afdoet, of dat aas door middel van een
angel, haak of hoek of op andere wijze aan het
touw wordt gehecht, daar zulks het begrip van vis
schen met den „hengel" niet kan wijzigen, en hoofd
zakelijk hierbij moet in het oog gehouden worden,
dat de hengel, waarmede gevischt wordt, kunne wor
den in de hand gehouden
„dat bet door den beklaagde gebezigde vischtuig
geheel overeenkomt met het hierboven aangegeven
begrip van „hengel," en dat het mitsdien niot kan
worden besohouwd als te zijn een visohtuig, waar
mede het in de provincie Noord-Holland verboden
is te visschen, en dat derhalve het den beklaagde
ten laste gelegde en als bewezen aangeuomen feit
niet daarstelt een overtreding van een der bepalingen
van de wet van 18 Juni 1857 Staatetlad n° 87.)
terwjjl dat feit evenmin bjj eenige andere wettelijke
verordening is strafbaar gesteld, zoodat de beklaagde
te dezer zake behoort te worden ontslagen van alle
rechtsvervolging.»
Op deze gronden werd beklaagde van alle rechts
vervolging ontslagen.
Uit Londen schrijft men aan het Handelsblad
Wanneer ik mjj niet vergis, heeft een zekere
Columbus Amorika ontdekt, doch dit ia voor het
oogenblik van uiterst weinig Iwlang. Gedurende de
eerste eeuwen na de ontdekking, stelde men orzioh
in Engeland mede tevreden te weten, dat het nieuwe
land zeer groot was, voornamoljjk bewoond werd
door colonels, spoorwegkoningen en journalisten.
In 1867 echter ontdekte de prins van Wales
het Amerikaansche meisje en sedert begon men
wat moer aandacht aan het nieuwe werelddeel te
schenken. Vooral was dit het geval toen de nieuwe
gelegd had zij bemerkt, dat zij niemand had om
aan te schrijven.
Estelle, die geene andere relation had gehad dan
die van de barones Polrey, bemerkte eensklaps dat
zij geheel alleen stond op de wereld. Geono vrouw
die zij deelgenoote kon maken van hare smart, geen
man bjj wien zjj steun kon zoeken. Mevrouw Mont
clar had haar van den aanvang af beschouwd als
bestemd om de vrouw te worden van haren neef en
haar bijna als hare schoondochter aangenomen,
maar die vriendschap was nog van jonge dagteeke-
ning; zouden de laatste gebeurtenissen daarin geen
verandering brengen?
Niemand bij wie zij haar hart kon uitstorten.
Mevrouw Montclar was nu juist eene vrouw met wie
het alleronmogelijkst was vrij uit te spreken over
de dingen die de jonge weduwe kwelden. Hoe zou
zij zelfs maar kunnen zinspelen op de vragen, die
het vreeselijk geheim omringden?
Nooit had Estelle behoefte gevoeld aan steun.
Hare droefgeestige jeugd, bij eene ziekelijke, steeds
in zich zelve gekeerde moeder, had haar van jongsaf
gewend, op eigen betaen te staan.
In het klooster had zjj overal vermaak in gehad,
in alles smaak gekregen, ook in de studie, en zich
een goede kameraad betoond, doch, zeer gezien bij
hare gezellinnen, had zij evenwel geen dier innige
betrekkingen van de jeugd aangeknoopt die eene zoo
groote rol spelen bij den aanvang van het leven.
Wordt vervolgd.)
°ntdekking te Londen en in andere Europeesche
»teden werd geïmporteerd, bjj welke gelegenheid zjj
den meesten bjjval vond. Op het oogenblik is zjj
met den phonograaf een der eigenaardigste geschen
ken der Nieuwe Wereld aan de Oude.
Soms heet bet Amerikaansche meisje „the Hono
rable Phoebe Venus Vanderdecken," dochter van
colonel Lincoln Washington Vanderdecken, senator
en hoofd van een der beste Knickerbocker-familie
van de Vijfde Avenue. Soms ook noemt zjj zich een
voudig miss Poohahontas Smith van Pochahontas
City, County Poohahontas, Texas, U. S. A. Maar
het verschil bestaat steods alleen in den naam.
Beiden zjjn slank, blond en levendig beiden hebben
schitterende oogen, een fraaien neus en een lief
mondje met witte tandjesen beidon bezitten teint,
taille en esprit. Beiden gaan naar Europa, brengen
de hooiden van dat goede, oude werelddeel op hol
en koeren terug naar de States met den Right
Honornble Sir Peacock Blunderburry of seine
Durchlaucht von und zu Pumpenstiel zum Grossen-
thal tot eohtgenoot, of althans minstens een Vicomte
tot fiancé....
Ja, waarde lezers, de Amerikaansche is op het
oogenblik de belangrijkste verschjjning in „London
Socioty". Zij is het ideaal onzer mannenwereld, de
spil waarom alle matrimonisohe gedachten draaien.
Zjj is jong, sbhoon, beminnelijk, geestig en rijk. Zij
stelt hare Europeesche zusteren verre in de schaduw.
Tot dusverre heeft zij slechts op Engeland, Frank
rijk, Homburg, Ems, Wiesbaden, do Riviera en
Italië hare aanvallen gericht en ten uwent kent men
ze nog niet. Dooh zeer zeker zal zij komen zoodra
een uwer een ingezonden stuk in de New-York
Herald plaatst, waarin hij zegt, dat er veel goede,
oude familiesin Holland zijn en namen zooals baron
Van Korenbloem tot Klaversteijn, of wanneer een
«jongmensch, uit goeden huize, niet onbemiddeld,
langs dezen meer en meer gobruikeljjken weg," enz.
Het zal dan geen jaar meer duren of miss Psyche
June Robinson, de rijke erfgename uit Yankee Doodle
City heet mevrouw do baronesse van X. Mij dunkt,
een land zoo vol namen, die sprekend op die der
oudste New-Yorksche patriciersfamilièn gelijken, is
een der vruchtbaarste velden voor de Amerikaansche
schoone.
Hier in Engeland zjjn de dames niot erg op
Yankee Girls gesteld, doch de heeren vergoeden dit
gemis aan sympathie ruimschoots en dat is voor de
Amerikaansche de hoofdzaak. Zij beweegt zich
overal vrij, gewoon sla zjj is aan den overdreven
eerbied der Amerikanen voor alle vrouwen. Zjj gaat
gerust alleen op straat, rookt nu en dan oen cigarette
en hoeft veel takt, onverschillig of zjj uit Denver of
Boston komt. Ze is niet stijf of loom. Ze spreekt
even goed over do Silver Bill en de Bland Act als
over Schopenhauer, Herbert Spenoer, Zola en Vol
taire. Ze heeft een uitgebreide kennis, is belezen,
en heeft verfijnde denkbeelden. Ze kleedt zich met
smaak, kortom, ze is een aardige en innemende
vrouw.
Mevrouw John Sherwood schrijft in de North
American Review van Juni een zeer belangwekkend
opstel over dit wondermeisje, onder het motto
„Venit, vidit, vicit". Het is van het begin tot het
einde eniogie, en ik wil niet verzuimen er u een
kort uittreksel van te geven. De bekwame schrijfster
zegt:
„En waaraan dankt nu het Amerikaansche
meisje haar ongeëvenaard succes in Europa In de
eerste plaats aan het beste wapen der vrouwver
rassende schoonheid.
„Het schijnt dat wij eene nieuwe epoque in de
geschiedenis van het monschenras naderen, wanneer
wjj te Parijs, Hamburg of Nizza een blondine ont
moeten, zoo schitterend schoon, of een brunette z66
slank, heerljjk, aantrekkelijk en met zulke handen
en voeten dat de attraits der spreekwoordelijke her
togin die tot dusverre hot monopolie had, in het niet
zinken bjj de bekoorlijkheden van een meisje uit
Denver of Kansas City. Er bestaat geen twijfel,
dat kruising der rassen, atmosfeer en nog meer de
veredeling van het menschenras in Amerika bevor
deren.
„Doch persoonlijke attractie ie niet de eenige.
Hun talent is even verrassend als hun schoonheid,
de eigenschappen van den geest even bewonderens-
wArdig als die van het liohaam. Wij behoeven niet
eens te denken aan de belangrijke rol, dio onze Ame
rikaansche vrouwen in de eerste kringen^an Europa
spelen, om aanstonds door het Amerikaansche meisje
zelve te worden overtuigd, dat „talent for society"
haar is aangeboren en dat zij veel verstand in haar
fraai hoofd heeft. Mag het ons verwonderen, dat de
Amerikaansche de beste „partijen" in Europa maakt
Dus mevrouw Sherwood, en de laatste vraag moet
ontkennend worden beantwoord. In Engeland onder
schat de dameswereld de gevaren niet waarmede
zij door de Amerikaansohe wordt bedreigd. Tegen
de eenvoudige natuurlijke dochter van Texas of
Colorado is die van Belgravia, die van af hare ge-
r
boorte vodr het huwelijksleven wordt opgeleid, niet
opgewassen en beide weten het. De laatste is te
conventioneel, te loom, te weinig belangwekkend.
Zjj weet dat zjj zich niet met de Amerikaansche kan
meten, zij weet dat de laatste haar meerdere is. In
de huwelijksmarkt men vergeve mjj die cynische
dooh juiste uitdrukking trekt de Amerikaanscho
de meeste aandacht en bewijst daardoor, dat tij het
meest in den smaak valt. De Engelsche dames-
wereld bereidt zich daarom langzaam voor op een
strijd tegen de Amerikaansohe, op herovering der
godeelteljjk verloren controle over de huwelijksmarkt.
In de opvoeding onder meisjes komt langzaam ver
andering, verbetering, het product komt geleidelijk
in groote harmonie met de vraag. Of het Engelsche
ras er ooit in zal slagen de „Yankee girls" te ver
driegen, is intusschen nog de vraag. Mevrouw
Sherwood betwijfelt het en hij, die in de „drawing-
rooms" van Mayfair, Kensington of Belgravia ooit
gelegenheid had het contract tusschen de electrioe-
rende Amerikaansche en hypnotiseerende
Engelsche gade te slaan, schaart zich zeker aan hare
zijde. De Amerikaansche vormt een te eigenaardige,
verfrisschende verschijning om niet aanstonds opge
merkt te worden. Doch zij heeft één fout, althans
in het oog van den Engolschman. En om niot
partijdig te schijnen sluit ik dezen brief met de
opmerking, dat zij door haar bevalligen neus
spreekt I
Naar zich laat denken geeft oen reis van den
l)ait8chen keizer naar Rusland altijd veel aanleiding
voor vermoedens en voor onderstollingen. Tot deze
rubriek is ongetwijfeld eveneens een inededeeling
van de XIX Siècle te rekenen, volgens welke de czaar,
indien keizer Wilhelm de kwestie eener algèmeene
ontwapening te berde brongt, oeu voorstel zal doen
tot het benoemen van een internationaal scheidsge
recht ter regeling van de kwostiën betrekkelijk
Elzaa-Lotharingen en Boelgarije. Alexffider III zal
zich bereid verklaren, indien eenmaal deze kwestiën
geregeld zijn, keizer Wilhelms plannen ten gunste
van een ontwapening der Europeesche mogendheden
te steunen.
Het zou cn den czaar cn den jongen Duitschen
keizer ongetwijfeld tot eer verstrekken, indien zij
elkander bij hun naaste ontmoeting zulke verstandige
en humanitaire voorstellen deden in plaats van door
groote revue's en troepen manoeuvres blijk te geven
van een even dwaze als misdadige vorstelijke ijdeiheid,
waarvan de volkeren ten slotte slechts de kosten
dragen. Wanneer1 dan keizer Wilhelm ten overvloede
den Russischen autocraat wist over te halen tot zijn
mensohlievendo denkbeelden ten opzichte van de
plichten der Souvereinen tegenover hun volk, in het
bijzonder tegenover de lang onderdrukte arbeiders,
en ten slotte den czaar overtuigde, dat de Siberischo
gruwelen een onuitwischbare vlek op zijn regeering
zijn, dan zou keizer Wilhelm met de grootste
voldoening op zyn reis naar Rusland kunnen terug
zien eu aanspraak maken op de dankbaarheid der
Russen in het bijzonder, op de erkentelijkheid aller
menschen vrienden in het algemeen.
Aan de onderwerpon ter bespreking, welke hun
belang inboezemen, zal het overigens den beiden
machtigen heerschers niet ontbreken. Om te beginnen
met den gang van zaken op het Balkan-schiereiland,
en indien de voorspellingen uitkomen dan zal vooral
Boelgarije stof tot een interessant onderhoud geven.
Voor deze eerste dagen van Augustus zijn toch hoogst
gewichtige gebeurtenissen te Sofia aangekondigd.
Gelijk men weet wordt prins Ferdinand in zijn
hoofdstad terugverwacht en zou dan de onafhankelijk
heid van het vorstendom geproclameerd worden.
De uitbarsting der revolutionnaire partij te Buenos
Ayres heeft geen ontspanning gebracht. De politieke
en fiuancieele toestand is er, zoo mogelijk, nog meer
gespannen dan voor een week. Het succes heeft
president Celman daarenboven overmoedig gemaakt.
In een opgeschroefd manifest tot het volk herinnert
hij aan de zegeningen zijner bewind voering en doet
hij het voorkomen alsof de opstand bewerkt is door
een politieke partij te Buenos-Ayres, die naijverig
is op zyn gezag en zich nu aan het geheele land
wil opdringen.
Men zietpresident Celman wil den indruk
maken, alsof hij de belangen der provincie verdedigt
tegenover een oppositiepartij, die alleen in de hoofd
stad eenige aanhang bezit. Niemand zal echter van
deze voorstelling van zaken de dupo worden. Men
wil president Celman eenvoudig weg hebben omdat
hij de verpersoonlijking is van den windhandel en
het geknoei, waardoor de republiek te gronde dreigt
te gaan.
Ieder ziet dat trouwens in, behalve Celman en
zijne vrienden, die veinzen, dat het tweedaagsche
bombardoment der hoofdstad met zijn duizend dooden
en vijfduizend gekwetsten slechts ten doel had een
ander troepje mannen aan goede baantjes te helpen.
Waarschijnlijk zal de regeering thans door draco
nische maatregelen haar gezag trachten te vestigen.
Een eerste stap in die richting is reeds gedaan door
herstelling der censuur. Monden snoeren is altijd
het eerste werk eener zwakke regeering.
Of de revolutionnaire partij zich dit echter zal
laten welgevallen is een tweede. Men vergeten
niet,- dat in den strijd van deze week de omwente-
lingspartij zeker de overhand behouden had, indien
ze niet eensklaps voor leege patroonkisten had ge
staan. Ligt het nu niet voor de hand, dat zij een
tweede póging zal wagen toodra zjj een nieuwen
krijgsvoorraad zal hebben verzameld? De Times,
die de zaken te Buenos-Ayres nauwkeurig heeft
gevolgd, acht dit niet onmogeljjk.
2e Klasse. Trekking van Maandag 4 Augustus 1890
No. 16848 1500
No. 5036 en 11359 1000.
No. 5890 en 12985 400.
No. 9035 en 11276 200.
No. 10471, 10696, 16911, 19027,20624 en 20811
100.
1 2187
12 2214
13 2221
65 2230
74 2234
94 2285
105 2294
107 2327
212 2385
225 2393
235 2594
264 2617
297 2654
332 2665
401 2672
#03 2693
502 2786
561 2830
577 2858
633 2870
710 2880
725 2892
753 2918
761 2927
804 2945
846 2947
898 2977
969 2979
1023 3068
1043 3189
1074 3242
1204 3257
1269 3268
1307 3299
1334 3351
1335 3490
1840 3527
1389 3614
1398 3627
1444 3721
1484 3774
1586 3897
1603 3946
1660 3969
1663 3978
1684 3988
1748 3996
1760 4034
1789 4046
1817 4141
1842 4157
1873 4179
1924 4319
1947 4353
1976 4359
2008 4360
2014 4372
2036 4379
2094 4481
2111 4486
2138 4549
4576
4613
4670
4697
4889
4905
5050
6101
5160
5166
6349
5373
5375
5448
5450
5454
5669
5593
6605
Prijzen van
4570 7736 9928
7754 10031
7756 10207
7784 10244
7795 10271
7809 10291
7871 10297
7898 10425
7958 10465
7968 10524
7999 10551
8109 10591
8118 10663
8173 10690
8205 10848
8221 10995
8307 10997
8310 11003
8350 11011
8456 11054
8515 11118
8551 11153
8553 11155
8605 11172
86l8 11174
8632 11262
8662 11315
8734 11463
8744 11489
8750 11509
8773 11526
8825 11629
8841 11704
8867 11737
8874 11773
8878 11782
8887 11893
8890 11992
«925 12017
9107 12125
9115 12165
9191 12260
9193 12264
9231 12305
9247 12396
9308 12448
9560 12479
9565 12545
9588 12621
9630 12716
9651 12824
9693 12935
9703 12964
9710 12981
9794 12991
9811 13007
9827 13016
9872 13107
9878 13148
9901 13185
9916 13228
6780
5792
5824
5978
5985
6048
6108
6145
6163
6338
6370
6447
6609
6612
6673
6688
6712
6722
6732
6734
6746
6796
6803
6809
6817
6821
6892
6909
6967
7014
7194
7210
7260
7272
7449
7453
7672
7632
7686
30:
13236 15878 18517
13263 16030 18559
13298 16027 18565
13316 16125 18571
13325 16143 18643
13355 16153 18648
13362 16235 18676
13424 16237 18712
13439 16342 18723
13472 16378 18733
13485 16426 18765
13598 16431 18961
13723 16491 19197
13742 16512 19246
13750 16554 19259
13757 16642 19263
13775 16666 19603
13837 16669 19638
13963 16689 19644
13970 16805 19679
14058 16950 19685
14255 16954 19741
14299 16976 19747
14335 17019 19795
14407 17087 19798
14480 17094 19830
14487 17129 19994
14516 17138 20095
14535 17185 20096
14538 17197 20097
14568 17344 20111
14599 17350 20133
14641 17367 20225
14679 17369 20257
14694 17601 20293
14717 17612 20316
1471S 17676 20395
14727 17692 20405
14761 17703 20449
14836 17724 20479
14920 17794 20512
14948 17797 20576
15064 17802 20604
15116 17827 20672
15178 17910 20723
15182 18117 20725
15262 18130 20734
15287 18148 20764
15326 18156 20774
15358 18211 20778
15403 18256 20789
15416 18261 20853
15426 18263 20856
15469 18275 20883
15563 18352 20896
15571 18377 20920
15618 18394 20923
15706 18409 20927
15769 18#81 20978
15798 184(83 20986
15835 18492
CORRESPONDENTIE.
Het stukje van ,Een getrouw lezer" is niet voor plaatsing
geschikt.
De Redactie.
GEBORENTennis Willem, onders P. Scheer en J tan
der Heeden. Jacobu9 Petro9, ouders A. Verkleij en M.
Klever.