den N° 4293. 1890. BINNENLAND. Zaterdag 9 Augustus. JWieuws- en FEUILLETON. Een raadselachtige Geschiedenis. iekten Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. De inzending van advertentiön kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave. Drogist, nerievinkel* het beste ereld. m emeu-zeep, ■ansparsnt- a, nen. snaamde migraine iid, slape ten die door agen, on- 1 der ge- van ge- r de bekende baden, ge n Hen voor 1 angstig keringen aorhoofd, i handen e meisjes tan jonge omen, wordt age kOSte- 4» 9 (Uit het Franech.') VIII. De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prjjs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. Bovendien worden alle Ad vertentien gratia opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’t welk des Maandags verschijnt. indpjjn, out- onaangename roeden zeker Üks gebruik de 71. teeg 1. F. 160. n’sche ge- eepen, welke ■eeg brengen. Mondwater tijd, -w Kruis," ■oote publiek n wanhopige ingen uit de tuigeehriften r aan de jseerend ath. Ur. )r. P. Fo- irath Dr. er-direo- trijs, rue Busbach, t; Dr. C. Ine et de i, trotseeren tijd komt de id, eene phy- •eld verbreid eldaad blijkt door den ge- ng opgedaan worden uwgestel egen, en fjj GOUDSCHE COURANT. AD VERTENTIEN worden geplaatst van 1—5 regels a 50 Centeniedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. over 1889 zijn zamen belast erin odwater, chen, f 1.75, Br. POPP’i tanden ge- i Tandplotn- tegen eiken Blijkens het Provinciaal Verslag 158 gemeenten in deze provincie te met een schuld van 49,562,458.85*. Op Vrijdag 15 dezer hoopt de zeereerw. heer C. P. Verhaak, pastoor te Bergschenhoek het zilveren feest zjjner priesterwijding te vieren. tot verbrei- I f den of plaatsen zijn aangevoerd, maar waarvan bij den in- of doorvoer voldoende blijkt, dat zjj van elders afkomstig zijn en niet in gemelde landen of plaatsen in- of overgeladen zijn. Bagages door reizigers medegebracht, zijn onder het verbod niet begrepen. Bagages door reizigers per mailboot te Marseille aangebracht, en van daar di rect afzonderlijk naar Nederland doorgezonden, wor den gelijkgesteld met bagages door reizigers mede gebracht, en zijn mitsdien niet onder het verbod van in- en doorvoer uit Marseille begrepen. Men schrijft uit Scheveningen aan het N.v.d.D.: Als een bewijs, dat het spuien in zee te Scheveningen op het water bij de plaats op het strand waar men baadt, hoegenaamd geen vervuilenden invloed heeft, vernamen wij, dat zeer onlangs bij de spuiing de badmeester, in dienst van het Kurhaus, door een man in een witte glazen flesch water beeft doen scheppen en er daarna zelf een slok van gedronken heeft, zonder dat eenige vreemde smaak of eenige onreinheid er aan bemerkt werd of gepreefd. Evenals nu was de zon juist ondergegaan, zoo heb ik hem eens verhaald. Ik hoorde Rosalie komen om mij naar bed te brengen, en ik trachtte haar te ontloopen om nog eenige oogenblikken op te blijven. Tusszhen de heg door hoorde ik haar eenige woor den prevelen Ik ging stil achter de haag staan en ik hoorde: .Vervloekt zij de dag en vervloekt de nacht vervloekt zijn de moeder, het kind en de vader I” Ik werd bang. Zij greep mij ruw bjj den arm, zonder iets te zeggen en nam mij mede. Het kostte mij Veel moeite, dien nacht in slaap te komen. Zij was gek, zeide mevrouw Montclar opstaande. Wat is er van baar geworden Ik geloof, dat zij naar haar geboorteplaats is teruggekeerd, ergens in Bretagne, en dat zij zich bij de eene of andere geestelijke orde heeft aangesloten dat was altijd baar wensch. Toen zij den hoek van eene laan omsloegen in den donkeren doolhof, deden zij een groeten nachtvogel opvliegen, die met een klagenden kreet wegvluchtte. Beiden sidderden en mevrouw Montclar nam Estelle bij den arm. Gij hebt mij angstig gemaakt met uw verhaal, zeide zjj. Het verwondert mij, dat gij niet angstig van aard zjjt geworden. Dat ben ik ook geweest en zelfs zoo, dat het niet erger kon, maar ik heb het nu afgeloerd. GOUDA, 8 Augustus 1890. Mej. R. van Os, Directrice van het Israëlitisch Oude mannen- en vrouwenhuis alhier, herdenkt den 15 Augustus den dag waarop zij voor 25 jaar ge noemde betrekking aanvaardde. De heer R. Reinders alhier heeft de benoeming tot hulpprediker te Saxem (Prov. Groningen) aangenomen. Benoemd tot burgemeester te Buiksloot de heer J. E. Immink, ambtenaar ter secretarie te Haastrecht. Tot onderwijzeres aan de openbare school te Oudewatet, benoemde de Raad dier gemeente Mej. A. M. Haentjes Dekker, waarnemend hoofd der school te Papekop. Een der werklieden op de bj Oudewater gelegen fabriek «de Tijdgeest," had dezer dagen een leelijk ongelukzijn linker hand raakte onder de machine- sohaaf, terwjjl deze in beweging was, waardoor een drietal vingers deerlijk verminkt werden. Te Utrecht is o. a. geslaagd voor de acte Engelsch (L. O.) de heer G. C. Vredendaal van Schoonhoven. Een onderzoek naar den toestand der hooibergen in de gemeente Zevenhuizen heeft doen zien dat het hooi dit jaar weinig of niets aan broei onder hevig is. Op een verzoek van eenige arbeiders te Win schoten, die geverbaliseerd werden wegens het ver richten van veldarbeid op Zondagmorgen, heeft de Minister geantwoord, dat die processen-verbaal geen aanleiding geren tot een strafrechterlijke vervolging, doch dat aan hun geen vergunning kan worden verleend om des Zondagmorgens tot 8 uur zoo luidde het verzoek op den akker werkzaam te zijn. De ministers van binnenlandsche zaken en van financiën brengen ter algemeene kennis, dat krachtens het koninklijk besluit van 29 Juli 1890 (Staatsblad no. 147,) met ingang van 12 Augustus 1890, de in- en dóórvoer van lompen, gebruikte kleedingètuk- ken en ongewasschen lijf- en beddegoed uit Porto- rioo, Rio de Janerio, Venetië, Marseille en Spanje verboden is. Onder dat verbod zijn ook begrepen goederen, bohoorofide tot de bovengemelde artikelen, die, hoe wel niet uit bovengemelde landen of plaatsen af komstig, toch aldaar zijn in- of overgeladen maar onder het verbod zijn niet begrepen goederen (mits behoorlijk verpakt,) die wel via bovengenoemde lan- IX. Op het oogenblik toen Bol vin nadrukkelijk Theodore Benoist had aangeraden do enveloppe te bewaren, vond de jonge man dit eene zeer natuurlijke zaak. Immers, van al de vrienden van Raymond was hij de eenige die getracht had de reden voor den zelfmoord op te sporende familie werd wel is waar door nie mand meer vertegenwoordigd dan door zjjne weduwe en door mevrouw Montclarde eenige mannelijke verwanten die men kende, waren zeer ver verwijderd en zoo onverschillig als de welvoegeljjkheid het hun veroorloofde. Mevrouw Montclar was niet in staat, het onderzoek voor hare rekening te hervatten of voort te zettenmevrouw De Beaurand Daar was het zwakke punt van de redeneering mevrouw De Beaurand had de eerste moeten zijn, niet alleen om de voortzetting van het onderzoek aan te raden, maar om het te eischendoch Benoist had geen lust om die zorg aan mevrouw De Beaurand toe te vertrouwen. Hij had er geen lust in en hij werd er woedend omtegelijkertijd wenschte hij van ganseber harte, dat de jonge vrouw hem beval de taak die hij op zich genomen had, voort te zettenhij wenschte hot Voor wie? Voor hemzelvenHij had geen bevelen noodig om ijverig aan die taak voort te werken en bovendien een zeker verlangen om te weten, dat een deel van zijn karakter uitmaakte. Voor ,i») Was Rosalie een slechte vrouw? Neen, zij was zonderling; strikt eerlijk, zeer streng voor zich zelve en belangeloos tot in het be lachelijke. Hoe weet gij dat? Dat heeft mevrouw De Polrey mij verteld. Nauwgezet in de waarneming van godsdienstplichten, zoowel voor haarzelve als voor anderen, nam zij mij meermalen des avonds mede naar de kerk; ik sliep geregeld op mijn stoel in en zij schudde mij aan houdend wakker. Daarentegen brandde er, ook in de strengste winters, geen vuur in de kamer waar zij met mij sliepals ik ’s morgens de oogen open deed, dan zag ik haar, meest in haar hemd en met bloote voeten, op don houten vloer op hare knieën liggen, hare gebeden opzeggende. Hebt gij dat niet eens aan Raymond verteld? vroeg mevrouw Montclar, haar geheugen raadplegende. De rechtbank te Amsterdam heeft gisteren voor den ramp aan den Binnen-Amstol tot experts benoemd de heeren H. Leguyt, bouwkundige le kl. afdeeling B (technisch gedeelte) van Publieke Werken, Z. Deenik timmerman en makelaar, en W. Meijer, architect. Deze zijn op het oogenblik (4 uur) bezig een voor- loopig onderzoek in te stellen. Dit wordt bijgewoond door den wethouder van P. W. en de bouwcommissie. Met vrij groote zekerheid kunnen wij mededeelen, dat de fout zal gezocht moeten worden bij den lin- kerzymuur. Deze toch is op de hoogte van het sous- terrein geheel naar binnen gespat. Langs deze muur moet een riool loopen, dat men wilde ruimen en waarvan de verdekking was afgenomen. De rechtermuur staat nog flink overeind. Een massa puin verhindert echter nog een verder onderzoek. Nu alles tot het sousterrein is gesloopt, waarop nog de vloer van de eerste verdieping ligt, blijkt duidelijk dat de materialen en de verankering deug delijk zijn geweest. Gisteravond te 11 uur zijn de lijken der veronge lukte werklieden door de politie uit de woningen op de Egelantiersgracht en de Noorderstraat gehaald, van waar zij naar de cellulaire gevangenis zijn ge bracht om een lijkschouwing te ondergaan. Ja, zeide Estelle levendig; ik heb aan Ray mond medegedeeld, welk eene treurige jeugd ik had. Welnu, ja dan, voor haar! Was het niet haar

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 1