EEWE BEKENTENIS. ►gne TO, I, ER. BINNENLAND. Woensdag t October. 1690. aarln FEVILLETO X. 1890. 'ING leweg. I0T. BOONM, at !N. SEN. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. ng. De inzending van advertentlfin kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. DIE. (Naar het Italiaaneck.) VI. het bedrog niet H 'au De uitgave deiei Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prjjs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. Bovendien worden alle Advertentien gratie opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD 't welk des Maandags verschjjnt. der Zelf- s uitepat- TJES 8.10 8.45 8.57 9.10 9.15 9.30 9.40 10.15 goudschecourant was nog treuriger dan de eerste. AD VERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. OROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. 10 ■10 •17 - 25 ons land vijf jaar. AN DUK. Isohe Cow den door het VKMAN en tfb. Prjjs rerschrik- □gd Ijjdt, enng, die m van een het Ver- larkt 34, >t bedrag, en boek- voorstel en wal met het oog op den finantieelen toestand der gemeente. Waar die toestand zoodanig is, dat B. en W. bij de begroeting voor 1891 meenden te moeten voorstellen den post voor pl. dir. belasting met 12000 to verhoogen, daar is zuinigheid een eerste eisch en deze verbiedt volgens spr. uitgaven als de voorgestelde. De heer Hoefhamer constateert dat de muziek der schutterij in den laatsten tijd veel is vooruitgegaan, en het ia wenschelijk dat die vooruitgang blijvend zjj, daartoe kan een toelage van 300 medewerken. Voorts moot men niet uit hot oog verliezen dat ar hier ter stede een publiek is, dat nooit anders in de gelegenheid is muziek te hooren dan als de mqoor- commandant zoo goed is het muziekcorps meê te doen gaan naar het exercitie-terrein. Dan blijkt het duidelyk hoe gaarne dat publiek muziek hoort en nu verdient het, volgens spr. aanbeveling, om het volk wat meer muziekaal genot te verschaffen. Den majoor-oommandant wordt natuurlijk de beschikking gegeven over genoemd bedrag en is uitgaaf dier som niet noodig, dan zal het natuurlijk in kas blyven. De heer van Iterson is bet met den heer van Vreumingen volkomen eens dat zuinigheid vooral in de toekomst een eerste plicht is voor onze gemeente. Op het oogenblik zou spr. over dat bedrag van f 300 wel kunnen heenstappen zoo die uitgave nuttig besteed was, maar wat is bet geval Hier in de stad misschien is dat elders ook het geval gedraagt de aankomende jeugd zich overal waar volksophoopingen plaats hebben, zeer onbe hoorlijk. Zoowel op de Markt als op de Hoogstraat zijn vaak tooneelen waar te nemen die «schandalig* moeten genoemd worden. Eveneens is dit het geval in de nabijheid der sociëteit «Ons Genoegen* alsdaarcon certen worden gegeven. Spr. gelooft dat de politie al het mogelijke doet omdergelykeaanstootelyketooneelen tegen te gaan, maar zij zijn nu eenmaal, naar het schijnt, niet te beletten. Welnu, openbare muziek- onze beproevingen. De storm hield aan, vervolgde ons, en slingerde ons voort. Altijd moesten wij vreezen, dat wij tegen eene onzichtbare kust zouden aangeworpen worden, daar alles rondom ons in duis ternis gehuld was, en de bliksem niets aan onze blikken vertoonde dan wolken en nevelmassa’s, opeen gestapeld alsof het dreigende rotsen waren. Acht dagen lang duurde die angstige toestand. Soms scheen de zee eensklaps vlak te worden, maar plot seling bruischte zij weer op, en op nieuw verhief zich een waterberg met schuim bedekt. Des nachts schenen de golven vlammen te spuwen, zoo menig vuldig waren da fosforische diertjes, welke zich aan de oppervlakten vertoonden. Een ganschen dag, en een ganschen nacht doorploegden bliksemstralen den hemel die een onmetelijke vuuroven scheen, terwijl de zonderlinge geluiden, die zich paarden aan het gehuil van den wind, door de zeelieden gehouden werden voor noodkreten van lotgenooten, die op ’t punt waren verzwolgen te worden door den oceaan. En gedurende al dien tijd stroomde uit den hemel, niet een stortregen, maar een zondvloed op ons ne der, zoodat mijne lieden bijna verdronken op het schip, en velen met luider stemme den dood inriepen, alsof die alleen een einde kon maken aan zooveel lijden en sooveel martelingen. In een dier helsche nachten hadden wij een nieuwe reden tot onrust Het schip was niet meer omringd door den bliksem, in gevaar van uiteen te slaan; er heerschte eene dikke duisternis, en de donder rolde JEN Horlog», en. ran af Waarheen wij het oog ook wendden, wij ontdekten niets dan de zee, en de zee scheen een slagveld met lijken bezaaid, nog dorstende naar bloed, terwijl de zwarte wolken, dig door het luchtruim vlogen, in bliksemschichten en donderslagen nieuwe bevelen scheen te brengen tot een voor ons noodlottigen stryd, op het woelende watervlak. Toch gaven wij den strijd niet opzwijgend en wanhopig verrichtten wy onzen arbeid. Onze waak zaamheid kon onzen ondergang vertragen en elk uur, dat wij aan den dood ontwoekerden, kon het uur onzer redding zijn. Zóó gingen drie dagen voorbij, verschrikkelijke dagen van uitputting en slapeloosheid en vertwijfe ling. Macham werd somberder. Ik geloof dat hij plan had om, in geval van schipbreuk, een einde aan zijn leven te maken, om geen nog akeliger dcod te sterven. Soms kwam hjj op het dek en vraagde my, of de doodstrijd van een schipbreukeling lang duurdedan weder beschouwde hij de punt van een dolk, dien hij altyd in zijn gordel droeg. En Anna? wanneer ik mij aan haar vertoonde, dankte zij mij voor mjjne bescherming, en betreurde het, dat ik om harentwil in zulk een groot gevaar ge raakt was. Ziet gij Madonna zoide ik om haar gerust te stellen alweder een dag voorbij. De Ventura, ofschoon een speelbal der golven, biedt weerstand aan hunne slagen, en vervolgt haren weg. Maar wij zouden niet spoedig het einde zien van wat hot eerste gedeelte betreft nl. het verzoek ter verlichting ter afdoening en wat het laatste gedeelte betreft om den raad te dienen van bericht en raad. Daarop was aan de orde: de begroeting der schutterij voor 1891. De commissie, belast met bet nazien dier bo grooting, bestaande uit de hh. Hoefhamer, Lotsy en van der Post, had voorgesteld daarop 300 uit te trekken om door het muziekkorps der schutterij een tiental openbare muziek-uitvoeringen te doen geven tusschen 1 Mei en 1 October. Over dit voorstel werd een uitgebreide discussie gevoerd. De heer Fortujjn Droogleever verklaarde zich tegen dat voorstel omdat de administratie over de Schut terij, die de begroeting had ingediend, geen verhoo- ging had aangevraagd. Achtte zij die niet noodig of gewenscht, dan bestond er voor den Raad geen reden daartoe over te gaan. De heer Noothoven van Goot gaf de Commissie in overweging haar vdéntel WA* trtkkea en de zaak ter sprake te brengen by de behandeling dar ge- meente-begrooting. Immer», bij die begrooting be hoorde bet voorstel thuis en wel by den post «publieke vermakelijkheden en feesten”, daar het hier niet zoozeer eene uitgave gold voor de schutterij als wel ter wille van de ingezetenen, om die open bare muziek-uitvoeringen te verschaffen. De heer Lotsy stelde in het licht dat de bedoe ling der Commissie niet uitsluitend was het publiek muziek-uitvoeringen te verschaffen, maar tevens de muzikanten een prikkel te geven tot ernstige oefening en dus den lust bij hen aan te wakkeren tot ont wikkeling. Als zoodanig behoorde het voorstel wel degelijk bij deze begrooting t’huis. Bij de behan deling der gemeente-begrooting kon dan in bijzon derheden worden getreden en nader de plaats bepaald worden waar die uitvoeringen zouden geschieden. De heer van Vreumingen verklaart zich tegen het 12) Het land bereiken zonder fokkezeil, was bijna onmogelijk, en wat vermochten de roeiers bij dien gestadigen schok, en die rustelooze, ongeregelde be weging der tegenstrijdige golren, die van alle kanten kwamen aanrollen, naarmate de grillige wind die voortzweepte. Daarby was ’tniet mogelijk te bepalen in welke streek wij waren; de sterren wared niet te zien, de afgelegde weg was niet te berekenen. Wij gingen, ja, maar naar onbekende streken, en menscheiyke voorzichtigheid bleef hierin buiten spel. De Ventura dwaalde over de golven, de wind draaide rechts en links, en slingerde het arme schip uit alle macht met Ijzingwekkende snelheid in de rondte. Hoe dan hopen, hoe dan verwachten dat wij eene haven zouden bereiken? Maar helaas I arme vrouw 1 was eene weldaad? De tweede dag GOUDA, 30 September 1890. In de hedenmiddag gehouden vergadering van den gemeenteraad, die floor 15 leden werd bygewoond, (afwezig waren de beeren Oudyk en Usael de Schep per, de eerste wegens afwezigheid uit de gemeente, beiden met kennisgeving) kwam een voorstel in van Burg, en Weth., waarbij medegedeeld werd dat Dijk graaf en Hoogheemraden van Schieland de gemeente Gouda, nu deze niet bereid is de som van/7541.25, besteed voor de verzwaring van den Hoogen Zeedijk, terug te geren, tegen den 6n October a. et. voorde Arrondissements-Reohtbank te Rotterdam hebben ge dagvaard, zoodat Burg, en Weth. den Raad roorstelden zich in rechten te verdedigen en die verdediging op te dragen aan Mr. Vlielander Hein, Advocaat by den Hoogen Baad te ’s Grarenhage. Zonder hoofdelyko stemming werd dat voorstel aangenomen, zoodat de goedkeuring van Gedepu teerde Staten tot hot voeren van een proces tegen het Hoogheemraadschap Schieland, zal worden aan gevraagd. Voorts kwamen nog bij don Raad in 1. Eene aanbeveling van B. en W. ter benoe ming van een Regent voor het Hoffmans-gesticht, daar Dr. H. Usael de Schepper de benoeming wegens zijne vele bezigheden niet had aangenomen. Daarop staan de heeren 1. Dr. F. H. G. v»n ITERSON. 2. Mr. J. FORTUUN DROOGLEEVER. Ter visie en benoeming in eene vol gende vergadering. 2. Een adres van A. L. Lafeber, F. van Dam en anderen, verzoekende de door hen bebouwde laan van gemeentewege met gas te doen verlichten, die tot straat te verheffen en een naam te geven. Dit adres wordt gesteld in handen van B. en W.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 1