EE^iE BEKENTENIS. BS 8,” Huldeelt, Irukte MOL BINNENLAND. egen.” leer!!! ES. en Zn. 1890. Donderdag 9 October. Bp 4345. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken* ’ER. -H 1 FEUILLETON. door NUS 1 De inzending van advertentiën kan geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave, .rf"- Afzonderlijke Nommere VIJF CENTEN. .gelijk M gaat ikker De uitgare dezer Coarant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prjjs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. falverstr. 23, >M.» Bovendien worden alle Advertentien gratis opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’t welk des Maandags verschijnt. ingespannen of waaruit it ontloopt, die mij zou kunnen te aanval van het dier, trol iders, Leide. Voorburg. :el. [Naar het Italiaanech^ X. isch. g 71/, uur. ijzen. 1 dagen tjjd nste pijn te gevoeligste goudsche courant. men de uit enen. Prjjs 60 Ct. Ver- ief 50 ct». 4, Coiffeur. r. TÜIJLL. AD VERTENTIEN worden van 1—5 regels a 50 Centeniedere rege meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Zooals reeds gemeld is, is Zaterdag namiddag, na eene korte ongesteldheid, op zijne buitenplaats «Wes ter hout”,' aan den Wagenweg, onder Heemstede, overleden mr. D. Visser van Hazerswoude, een man die zoowel op staatkundig gebied, als op ander ter rein, met name in landbouwzaken, zijne beste krach ten aan de bevordering van de belangen die hij vertegenwoordigde, heeft gewijd. In 1882 werd de heer Visser van Hazerswoude dat bijzonder sterk was, met twee glinsterende slag tanden, die een geduchten strijd voorspelden. Nau welijks had het monster mij door het geritsel der afgevallen bladeren bespeurd, of het begon te brom men, en sprong ter zijde om te vluchtenmaar in- tusschen had ik gemikt, mijn pijl vloog fluitend door de lucht en trof hem in den rug. Ik gaf terstond een schreeuw, opdat mijne metge zellen zich haasten zouden om mij te hulp te komen, terwijl het gewonde zwijn, dat van pijn ineen kromp, en nu op zijne beurt aanvaller werd, woedend op mij aankwam. Ik had dus geen tijd om nog eens te schieten maar, zonder den kruisboog weg te werpen, pas komen bij den eersten >k ik mijn jachtmes uit de denaar en zijn slachtoffer, te dragon. Toen ik op eene ruwe baar van takken bij onze hut aankwam, heerschte er zulk een verslagenheid, dat wij geen woord konden zeggen. Allen weenden alsof zij het ergste vreesden. Anna kwam bij mijn leger, en wilde mijne wonden reinigen. Lanzorotto, die eensklaps in een heelmeester scheen herschapen, bevochtigde dezelven, naar de gewoonte der zee lieden, met vischlym, hetgeen in vele gevallen zeer heilzaam is. Gelukkig was de wond meer breed dan diep, en had, behalve het bloedverlies, weinig te beteekenen. Dien geheelen dag, en ook den volgenden bleef ik uitrusten. Daar Macham niet anders kon, ging hij met de anderen op de jacht om onzen gewonen voorraad wild op te doen, en ik smeekte hem om geene wilde zwijnen meer te jagen. Hij beloofde het, nadat ook Anna het hem gevraagd had, maar hij scheen te veronderstellen, dat ik voor mij alleen hetvoorrecht wilde hebben van gevaarlijke tochten te ondernemen. Hieraan stoorde ik mij echter niet; ik zorgde dat Lanzerotto hem vergezelde, ofschoon de tegenwoordigheid van den bootsman anders op het strand zeer noodig was. Anna hield mij gezel schap gedurende die lange uren van rust. Wat was zij schoon, zooals zij mij daar, met moederlijke liefde bewaakte. Zij vermeed echter zorgvuldig alle lange gesprekken. Misschien was zij ongerust over mij, misschien doorzag zij waarop het gesprek zou uit- geloopen zijn. En ik zweeg; ’t was mij genoeg haar lijk om hen in het kreupelhout te vervolgen, maar mijne manschappen waren reeds aan die jacht ge woon, en hadden er mij zooveel van verteld, dat die mij opwekkender toescheen, dan het schieten van vreedzame geiten, of pauwen, die op de rotsen in de zonneschijn pronktenen dus had ik mij naar hun verlangen geschikt. ij giogon het bosch in langs welks zoom wij reeds twee of drie mijlen ver gegaan waren, en be gonnen de jacht met ons te verdoelen, doch niet zoo ver uiteen, of wij konden, zoo ’tjioodig was, elkander te hulp komen, als een onzer een zwijn opjaagde. Nu wilde het toeval, dat juist ik er een ontdekte, 1890. leelieten. isch. bestuur van den sociaal-democratischen jongelings- bond te Rotterdam. Pleiter achtte ten deze art. 132 van het wetboek van strafrecht geschonden of ver keerd toegepast, omdat lo. in het arrest indirecte en voorwaardelijke opruiing wordt strafbaar gesteld, en 2o. de woorden //Strafbaar feit” in verkeerden zin zijn geïnterpreteerd. Z. E. G. wees er op, dat de inhoud der verspreide geschriften op toekomstige toeaUmden ziet, daar de lotelingen nog niet in mili tairen dienst waren. Zij konden daarin komen, en later, in tijd van oorlog, kon hun een bevel gegeven worden. Voorts betoogde hij dat in het bewuste stuk geen feiten, en dus veel minder strafbare feiten worden genoemd. Er wordt ook niet gezegd tegen wie men wil dat de wapenen gekeerd zullen worden. Er wordt gesproken van onderdrukkers, maar niet gezegd wie dat zijn. Pleiter meende voor zijn ge voelen steun te kunnen vinden in het arrest in 1887 door den Hoogen Raad gewezen in de zaak van Fortuijn, alsmede in een onlangs door de rechtbank te Rotterdam gewezen vonnis, hetwelk naar hij meende te weten, door het gerechtshof te ’s Hage was bevestigd, en waarbij voor de strafbaarheid van het feit, waartoe wordt opgeruid, uitdrukkelijk ver langd wordt, opgave van tyd en plaats. Ook beriep pleiter zich op de schrijvers mr. Simons en mr. Limburg. Adv.-gen. mr. Patijn zal den 20sten October a. s. in deze zaak conclusie nemen. VEGEN der SELWERK. J, D. 4. >NDON ii staande par- i haar binnen yerdwjjnen, irjjk en zacht 85 cent per son. Alleen 3AT8 en J. 1») Op den laatsten dag waren wij naar de plaats gegaan, waar de wilde zwynen overvloedig waren. Zy gelijken volkomen op die van de Afrikaansche kust, hebben scherpe klauwen, puntige ooren, en langer en fijner borstels dan die van Europa. Zonder scheede, en zoodra het zwijn op mij aankwam, stootte een koppel goede jachthonden, was het vrij’bezwaar- ik hem het lemmer in de borst. Maar tegelijkertijd viel ik onder het zwijn, en ’tzou mij ónmogelijk geweest zijn om mij te bevrijden, zoo Lanzerotto mij niet spoedig was te hulp gesneld. Hij kwam haastig uit het dichte kreupelbosch, sprong op den rug van het zwijn, dat mij reeds ge ducht had toegetakeld, en maakte het af met één stoot in den hals. Toen kwamen ook de anderen, en sleepten het doode en bloedende dier van mij af, welks woedende beten mij boven de knie hadden gewond. Met hunne vriendelijke hulp gelukte het mij, of schoon met veel moeite, om weer op de been te komen, doch het was noodig ons, dat is don moor- Voor den Hoogen Raad werd gisteren door mr. W. A. Paap, advocaat te Amsterdam, gepleit in de zaak van een drietal personen uit Friesland, die bij arrest van het gerechtshof te Leeuwarden, gewezen op het hooger beroep tegen een vonnis der recht bank te Heerenveen, tot 6 maanden gevangenis werden veroordeeld, wegens het verspreiden van een geschrift, waarin tot eenig strafbaar feit wordt opge ruid, met het oogmerk om daaraan ruchtbaarheid te geven. Zij hadden namelijk in Februari jl. onder lotelingen voör de nationale militie, of onder anderen, onder opdracht om ze aan lotelingen te geven, ge schriften verspreid, waarin de lotelingen werden uit- genoodigd om, wanneer zij in militairen dienst zijn, niet te voldoen aan een eventueel door hunue meer deren tot hen in hunne betrekking te richten bevel om de wapenen te richten tegen wie dit wordt be volen, maar in dat geval ze te keeren tegen anderen, onder welke geschriften stondnamens het hoofd. In de Staate-Ct. zijn opgenomen de statuten dar veroenigiog onder de zinspreuk .Moed, Beleid en Trouw", beschermheer Z. M. de Koning, gevestigd te Amsterdam, wier doel is de bevordering van de belangen der ridders van de Militaire Willemsorde beneden den rang van officier, en dat wel door: lo. hun behulpzaam te zijn bij het verkrijgen van eene maatschappelijke betrekking bij het verlaten van den dienst2o. hen te ondersteunen, wanneer zij in be hoeftige omstandigheden mochten verkeeren3o. hunne weduwen en weezen te ondersteunen in geval van behoeftigheid4o. wanneer zij betrekkingen nalaten, waarvan zij de kostwinners waren, dezen een onderstandspenning te verzekeren. Het bestuur kan onder zeer buitengewone omstandigheden zijne bemoeiingen uitbreidena. tot officieren, begiftigd met de Militaire Willemsordeb. tot hen (officieren en minderen), die, ofschoon niet begiftigd met de orde, eervol zijn vermeld. GOUDA, 8 October 1890. De rechtbank te Botterdam veroordeelde gisteren H. B., courantenventer te Gouda, wegens diefstal van geld, tot eene maand gevangenisstraf. In den nacht van 15 op 16 Augustus jl, ontmoette H. P., 19 jair, arbeider te Bergambacht, onder die gemeente 0. Kortland, met wie bij vroeger verkeering had gehad, thans in gezelschap van C. Noorlander. Hierover waarschijnlijk verstoord, had hij zijne vroe gere beminde met een ongeopend knipmes eenige stooten in den rug gegeven on O. N. oen zoo hevigen duw, dat deze in eene sloot was terechtgekomen. Ofschoon dit alles bewezen was ontkende beklaagde, die zich te dier zake gisteren te verantwoorden had, zich daaraan te hebben schuldig gemaakt, in dier voege dat hij K. met een knipmes zou hebben ge- stootenhij zou dit met zijn vuist hebben gedaan. Het O. M. noemde het een zeer eigenaardige manier van bekl., om zijne liefde te toonen voor een meisje, door haar te mishandelen, en vorderde zijne veroor- deeling tot drie maanden gevangenisstraf. Voorts stond terecht D. de G., koopman te Gou- derak, beklaagd van mishandeling en beleediging van den kleermaker Manschot. Eisch 7 dagen gevange nisstraf. Ten slotte stonden nog terecht twee 17-jarige jongens uit Gouda, J. v. d. B. en H. B., die op 11 Augustus klappen hadden uitgedeeld aan de agenten van politie Bosman en Tissing. Eisch 21 dagen gevangenisstraf. Uitspraak Dinsdag 14 October a. st. Te Berkenwoude is tot wethouder in plaats van den heer W. Verdoold Kz., gekozen de heer M. van Dorp Wz.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 1