tl AZEN, geschilderde Janskerk te mis der St. mingen enz. ■lyk levens- Gebroeders »DE. EEN PLEEGKIND. Sffl hooger. N° 4370. Vrijdag 7 November. 1890. 1 N: OWE, betb, Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. De anti-liberale bondgenooten. IJN, rjjn. ■i i vitz. 3GDE mnellen.) EBAS. lts. es BS X» passende BS e ond^- warte De inzending van advertentiön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. 'n f III. '■V. UNKMAN. dan het fleach. GOUDSCHE COURANT. ordige wordt DNSTÖODE aar. Adres De uitgave dezer Courant geschiedt dagelyks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prjjs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. 4) Wel verscheen mevrouw de 8t. Vire nog aan de speeltafel, doch onopgemerkt door de weinigen, die haar in haar glans en grootheid hadden gezien, en gemeden afs eene verlorene. Slechts twee maanden waren voldoende geweest om eene der meest schitte rende, eene der meest époque makende verschijningen te doen afdaler tot het duistere bestaan dergenen, die, roofgierig, de bank tot het. uiterste belegerden en werden afgeslagen. Vervlogen was de glans, die nog zoo kopgeleden deze zeldzaam schoone vrouw omgaf. Èen versleten zwart gewaad omhulde de eens zoo vorstelijke ge stalte; een eenvoudige dunne mantel beschutte haar vopr den kouden wind, die door het L’ahndal blies. Onachtzaam was het schoone donkere haar onder een smakeloos hoedje weggestoptmager, bleek, d«or den haar verterenden hartstocht verhjt, met ingezbnken en blauw omrande oogen, vermagerde handen en ge scheurde handschoenen, zich aan de blikken der om standers onttrekkend en schuw voor zich heenziende, ADVERTENT1EN worden geplaatst van 15 regels a Centen; iedere regel meer 10 Centen. GR00TE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Brandhuilde de torenklok van het stadje aan den Rijn, over de in diepe rust onder den grauwen nach- telijken hemel aan zijn oevers gelegen omgeving. Brand’ wees de lantaarn aan de pal naar het wes ten uitgestoken ijzeren stang. Brand! bonsde en dreunde het tegen de flanken der bergen, die het geluid, gebroken en verdubbeld, afschudden en neerwierpen in de kloven en afgronden aan hunnen voet. Brandloeid^het door de bosschen, die alom de oevervlakte bedekten. Brandschreeuwde eindelijk, nadat de groote klok zich reeds een kwartier uur lang had doen hooren, de kleine klok, wier schelle,, keffende stem en korte’ maatslag verloren gingen in de diepe, geweldige bas galmen, die met plechtige statigheid door de lucht weerklonken» Brandgij slaapkoppen daaronder/ riep een stem, wanneer de stórm voor enkele ©ogenblikken bedaarde’, uit het open gebindte van den toren, waar de klok’ hare alarmkreten naar het* oosten en het westen uit zond, terwijl haar ijzeren tong het metalen verhemelte lekte. Brand1f klonk het ten laatste door de enge straten van het stedeke'en honderden hoofden ver toonden zich slaapdronken voor de kleine vensters, en zagen met ontsteld gelaat op naar den roodge- tinten hemel en den door een vuurgloed beschenen kerktoren. In het licht van dien gloed, wierp de dediging der Regeering? Er wordt gewezen op eene reeks van wetten, die in dit legislatief tijdperk in behouden haven zijn gebracht. Nie mand zal dat ontkennen, maar waar ‘zijn de wetten, die (den stempel dragen van den nieuwen geeet, die ons staatsbestuur zou doordringen? De pensioenwet lag gereed en zou door ieder minister zijn aanvaard, omdat zij berustte op1 een langdurig onderzoek, dat de meest prac- tische oplossing had a&n de hand gedaan. De arbeidswet was niet dan Je voortzetting van een door de liberalen met suctes aangevangen werk, dat in denzelfden geest werd verbeteid en uitgebreid. De spoorwegwetten zijn een belangrijke economische maatregel, maar staan geheel buiten de staatkundige beginselen van het kabinet, dat ze voordroeg, of liever zij zijn het werk uitsluitend van een uitnemend des kundige, die wist wat hij wilde en de kracht bezat om zijne meening door te zetten. Alleen de schoolwet hepft eenigermate voldoening ge geven aan he* zoogenaamd christelijk volks- i ze lang niet heeft gegeven, wat men zich aan die zijde had voorgesteld. Toch draagt deze het merk der tegenwoordige meerderheid en daarom zijn dan ook de ge moedsbezwaren der tegenstanders van de open bare school voorloopig opgelost. Daarmede is de lijst gesloten. Het overige kan allerminst gezegd worden de beginselen te belichamen van de tegenwoordige meerderheid. Dit droevig resultaat was te voorzien en is door ons, gelijk door zooveel anderen, voorspeld by het optreden van dit ministerie.’ Het ver bond van Rome en Dordt moest vanzelf met ls De algemeene beschouwingen, die over de Staatsbegrooting zyn gehouden, dragen de dui delijke sporen van teleurstelling, ook bij de ministerieele leden, over hetgeen tot stand is gekomen gedurende den tjjd, dat het tegen woordig kabinet het roer in handen heeft ge had. Drie jaren van ongestoorde werkzaamheid is een geruime tijd, doch wat is de oogst op wetgevend gebied vergeleken bij het vele, dat aan de kiezers in 1888 is voorgespiegeld Er zou een tijd aanbreken van ongekende werk zaamheid, verzekerde men, want de mannen der rechterzijde hielden steeds voeling met het volk en kende dus zijn nooden. De liberalen vormden een zekere kliek van ^bourgeois satis- faits*, die alleen voor zich zei ven zorgden, alle politieke actie ging eigenlijk om buiten het volk. Dat zou wel anders worden, als maar de mannen van «de Standaard> zich konden wyden aan de tenuitvoerlegging van het program van actie. Hoe geheel verschillend is fbewustzijn, schèon echter de werkelijke loop van zaken geweest. Zelfs de organen der regeeringspartij weeklagen somtijds in hun buien van oprechtheid, dat zij zich de dingen zoó geheel anders hadden voorgeste^fDe beginselen der Regeering raken beklemd, in het raderwerk der administratie en de party in de Kamer is eenvoudig geworden eene ministeriele partij, die geen andere roe ping schijnt te kennen dam het kabinet boven water te houden. En inderdaad, er is reden te over om te klagen. Wat wordt er in dezelfde algemeene beschouwingen aangevoerd tot ver- L t .V. - (Naetr het Duiisch.) II. kon zij urenlang den loop van het spel volgen, luiste rend naar het rollen der goudstukken en den klank van het zilver op het groene kleed. Zenuwachtig trilden hare verbleekte lippen, wanneer het toeval zijn dolste luimen den teugel vierde; begeerig rustten de weggezonken oogen op de winst, waarmede nu en dan een gelukkig speler triomféerend de speelzaal verliet. Ten laatste zag men haar niet weder in de al meer en meer verlaten speelzalen. s Niemand zocht haar. Niemand miste ook het kleine meisje, dat aan dé hand van een onzindelijk gekleed dienst meisje, door een dun verschoten en hélf gescheurd zomerjurkje niet voldoende tegen den koelen herfst wind gedekt, aan den oever van de Lahn de speel genootjes zocht, die of reeds vertrokken waren, of haar ontleken. Op zekeren avond was de schoone vreemdelinge uit het onaanzienlijk logement vertrokken, waar zij gedurende de laatste weken met haar kind gehuis vest was geweest. Niet lang had de nood met haren trots behoeven te strijden, toen zij, na honderd duizenden in den muil der onverzadelijke hyena’s van het spel te hebben geworpen, de bank om het gebruikelijke reisgeld -voor geruïneerde spelers ging vragen. Met eenige weinige goudstukken in de bevende handen, had zij bij nacht en duisternis de badplaats verlaten, waar zij met zooveel glans was gekomen en waar haar verschijnen zooveel opzien had gewekt. Bovendien worden alle Ad vertentien, g r a t i opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD ’t welk des Maandags verschijnt, o lamheid zijn geslagen, als het aankwam op gemeenschappelijk handelen. Haat tegen al wat liberaal is, was de eenige band, die hen samensnoerde en bleek een uitstekend middel om de kiezers aan te vuren tot een verwoeden en onweerstaanbaren aanval op de liberale veste, maar toen de overwinning behaald was, moesten de moeilijkheden voor den dag komen. Bepaalde afspraken waren niet gemaakt en konden ook niet gemaakt zijn, want over geen enkel groot volksbelang is men het eigenlijk onder de hee- ren ter rechterzijde eens. Alleen is men er‘- met kunst- en vliegweren geslaagd de eenheid in de gelederen te bewaren bij de behandeling der onderwijswetdaarmede schjjnt\alle wet gevende kracht der bondgenooten uit^put te zijn. Mep* klaagt thans, dat de liberale meer derheid in de Eerste Kamer belemmerend heeft gesterkt; doch dit is niets dan eene laffe uit vlucht, wier onwaarheid den onnadenkendste in het oog valt. HeWt de Eerste Kamer zich verzet tegen de schoolwet, heeft zij niet aan de spoorwegwet haar zegel gehecht Geen enkel bewijs is er voor de stelling, dat ons hoogste staatslichaam pen beletsel is geweest voor de geregelde werking onzer staatsinstel lingen, ook nadat de meerderheid in den ande ren tak der volksvertegenwoordiging was ver plaatst. De fout zit eenvoudig in de regee- ringspartjj zelf, waarin eenheid ontbreekt, zoodat werkelijk krachtsbetoon onmogeljjk is. Deze overweging is voor ons liberalen de beste troost. Hoe grooter de verwarring in de gelederen der tegenpartij, hoe gunstiger onze stelling wordt bij de stembus van den volgenden zomer.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 1