Bultenlandscb Overzicht. vergeefs naar Delft gekomen, hij heeft van den stoet niets hoegenaamd gezien. Ken belangrjjke diefstal is op den spoorwog tus- schen Ostende en Antwerpen gepleegd. Een post pakket met 730.000 francs aan geldswaardig papier, dat door een Londensche bankiersfirma verzonden werd naar haren vertegenwoordiger te Amsterdam, en dat te Ostende in den waggon was, werd b|j de aankomst te Antwerpen vermist. De diefstal is waarschijnlijk weer het werk van de internationale dievenbende die al verscheidene dergelijke diefstallen pleegde, maar tot dusver nog niet ontdekt werd. Er worden ijverige nasporingen gedaan. Volgens een nader bericht uit Antwerpen is het waarschijnlijk,, dat de diefstal op Nederlandsch ge bied gepleegd is. De Congregational-Clubte Boston, heeft het plan gevormd, in Nederland een gedenkteeken op te richten als teeken van waardeering van de afstammelingen der Pelgrim-father8 voor de gastvrijheid welke hunne voorvaderen hier te lande genoten. De Holland- Society te New-York en een aantal afstammelingen der „Pelgrims" hebben zich bereid verklaard mede te werken tot de uitvoering van het plan Het monument, waarvan de kosten op 400,000 dollar8 worden geraamd, zou geplaatst worden in den Maasmond, te Delfshaven. Staten-Generaal. Tweede Kamer. Zitting van Dinsdag 9 Dec. De Indische begrooting was aan de orde. Aan de algemeene beraadslaging daarover namen deel de heeren Levyssohn Norman, Van Vlijmen, Van Nuuen, Bool en Geertsema. Over het algemeen was men teleurgesteld over de werkzaamheid des ministers, terwijl daaientegrn de goede maatregelen en inzichten van den gouverneur-generaal geprezen werden. riet heele tweede deel der zitting (na de pauze) was gewijd aan een wijdloopig debat over de regeling van werkzaamheden. Besloten werdlo. de wijziging der kieswet (zoo genoemde stedenwet) van de agenda af te voeren So. enkele spoedeischende kleine ontwerpen af te doen3o. daarna over te gaan tot de behandeling der Staatsbegrooting4o. daartoe ook 's Zaterdag en 'sMaandags te vergaderen; 5o. geen vaste dagen aan te wijzen voor avondzittingen, zooals de Voor zitter wenschte. Hoe zal het nu in de practijk gaan De Indische begrooting zal den meesten tijd in beslag nemen, terwijl verschillende spoedeischende ontwerpen zullen worden afgedaan, en wellicht met de Staatsbegrooting zal worden begonnen. In elk geval zal het grootste deel der Staatsbegrooting in Januari behandeld moeten worden, een onregelmatigheid zeker, maar door de omstandigheden onvermijdelijk. Wordt er trouwens in Januari goed gewerkt, dan kunnen de begrootingen in het Staatsblad komen, ongeveer op denzelfden tijd als thans reeds gewoonte is. Inmiddels zal, alvorens Hoofdstuk I kan worden voorgesteld, naar de heer De Beaufort terecht opmerk to, een wet tot vast stelling van het inkomen der Kroon moeten komen. Door de redactie van Androclee, Maandblad aan de belangen der dieron gewijd, is aan *het Neder- landsche volk" de vraag gericht: //zullen w|j nog langer l(jdel|jk bl|jveh tegenover de gruwelen der vivesectie" P Z|j deed dit in een lyvige brochure, waarin na oen uitgebreide inleiding z\jn afgedrukt voorloopige statuten van den Nederlandschen Bond ter bestrijding der vivesectie en de vertaling van een Duitschen dialoog 'usschen een voorstander en een tegenstander der vivisectie ouder den titel Verborgen gruwelen, feiten en redelijke gronden tegen de vivesectie door H. Stein. Dat Duitsche geschrift schijnt van geheel gelijke strekking als een vroeger van E. von Weber (de Folterkamers der Wetenschap), waarvan eene Nederlandsche vertaling werd toegezonden aan de leden der Tweede Kamer, tijdons de behandeling van het wetboek van strafrecht. Het Wr. h. Rherinnert naar aanleiding hiervan, dat de viveseotie bjj de toelichting van art. 264 van dat wetboek, de daarover gewisselde schrifturen en daarover gevoerde discussie in het breede is bespro ken. De wetgevende macht heeft zich ton slotte, blijkens de geheels gfschiedenis van het artikel, ne- dergelegd bij deze uitlegging, daaraan door de re geering gegeven de mem. v. toel. en in het antwoord op het Verslag der Tweede Kamer in eenigszins andere woorden gehandhaafd Het opzet moet mede op de wreedheid gerieht zijn. De physiologische proeven, het snijden van dieren, en in het algemeen elke handeling, die eene reebtmatige geoorloofde oorzaak heeft, waarbij het toegebrachte leed slechts middel is, valt buiten het voorschrift, Alleen noodo- loos aangedane smart, die niet door eonig maat schappelijk of wetenschappelijk belang geboden wordt, is strafbaar". Met deze uitleggiug van het artikel, vallen zeker de gruwelen, in de mededeelingen van Androde* geschetst, voor verreweg het grootste ge deelte daaronder, of, juister gezegd, zij zouden er onder vallen, indien zjj in Nederland werden gepleegd, wat echter niet wordt beweerd. Een dierenbeul blijft een dierenbeul, al is hij een geleerd physioloog. Versterking der repressieve bepaliugen van de Neder landsche strafwet, met het oog op de misbruiken' der vivesectie, acht het W. v. h. R. dus voor het oogenhlik niet noodig. .Eend andero vraag ia, of eene bijzondere wettelijke regeling der viviseotie, die vooral preventief zoude moeten werken, waarover ook bij de behandeling van het wetb. van strafr. ia gesproken, nu reeds aanbeveling verdient. Over die vraag echter, die veel meer is van physiologi- schen en anatomischen dan van juridischen aard durven wij geen advies uit te brengen. Of men, pm het noodige licht daarover te doen opgaan, vooral door verzameling der vereischte feitelijke ge gevens en inlichtingen, het veel verder zoude bren gen met .een Nederlandschen bond tot bestrijding der vivisectie», schijnt voor het minst twijfelachtig. Een veel beter middel om eene goede oplossing van het inderdaad hoogst gewichtige vraagstuk voor te bereiden, ware dan eene parlementaire enquête. Dr. N. P. Kaptejjn van Amsterdam hield dezer dagen te Utrecht een voordracht over de bereiding van ijs, waaruit het volgende zeker onze lezers inte resseeren zal. De kunstmatige bereiding van ijs heeft eene groote beteekenis in onze hedendaagsche samenleving. IJs is een artikel geworden, dat niet meer gemist kan worden in het maatschappelijk levenniets natuurlijker dus, dan dat men 't er niet meer op laat aankomen of het in den winter vriezen zal, maar toestellen heeft uitgedacht, om ijs te be reiden op eiken tijd en zooveel als men noodig heeft. Verleden jaar kon men op de groote tentoonstel ling te Parijs, in een galerij, waar het snikheet was, maanden achtereen rauw vleesch, afkomstig uit Argentinië en Nieuw-Zeeland, zien uitgestald, wel een bewijs, hoever men 't heeft gebracht in de kunstmatige afkoeling. Landen, waar vleesch in overvloed wordt voortgebracht, hebben daardoor een dobouché gekregen voor hun vleesoh naar streken, waar men behoefte heeft aan vleesoh. Uit Australië komt thaus 1'/, million ton (d. i. 1200 millioen kilogrammen) vleesoh in bevroren toestand in Eu ropa ter markt. In 1887 reeds bezocht de spr. in een der dokken te Londen een schip, dat van Sydney met een lading schapenrleesoh 112 dagen onderweg geweest wasnadat het schip half ontladen was, werd de nog overige helft door het departement van oorlog aangokocht. Dit gedeelte der lading werd midden in den zomer met hetzelfde schip, naar Alexandrië vervoerd en in Egypte werd het vleesch gegeten voor versch. In de bierbrouwerijen wordt ijs op groote schaal aangewend. Het is haast eene onmogelijkheid ge worden, bier te maken zonder ijs. In de brouwerij van Heineken, te Amsterdam, is eene machine, die 60,000 KG. ijs per dag kan maken in de Deli— brouwerij wordt eene ijsmachine geplaatst, die 70,000 kost. In ziokenhuizen is ijs onmisbaar. En talrijk zijn de verdere toepassingen van ijs in de nijverheid en in het dagelijkach leven. Even goed als wjj 't in de hand hebben bij scherpe koude onze h'uizen te verwarmen, bobben, wjj 't ook in onze maeht, zelfs in den heetsten zomer de loca len te houden op eene temperatuur, die wjj naar goedvinden kunnen regelen. Hoe dat in zijn werk gaat, werd door den Spr. op bevattelijke wjjze en met behulp van een aantal proefnemingen opgehel derd. Hjj wees daarbjj op de natuurwet, die den grondslag uitmaakt van de kunstmatige afkoeling: de wet, dat bjj den overgang eener stof van den vasten tot den vloeibaren eu van den vloeibaren tot den gasvormigen toestand warmte gebonden wordt, en omgekeerd bjj den overgang van gas tot vloei stof en van vloeistof tot vaste stof warmte vrjj wordt. Terwjjl er 100 warmte-eeuheden noodig zijn om water van het vriespunt tot het kookpunt te ver warmen, worden er 80 warmte-eenheden gevorderd om jjs van 0 graden in water van die temperatuur te doen overgaan, en 640 warmte-eenheden om water van 100° in stoom van die temperatuur te verwijderen. Omgekeerd wordt een gelijk getal warmte-eenheden vrjj wanneer stoom overgaat in water en water overgaat in ijs. Om een vast lichaam vloeibaar te makon, is due warmte noodig. Die warmte moet van buiten wor den toegevoerd, en wanneer dit niet geschiedt, dan wordt zjj onttrokken aan het voorwerp, dat de ver andering van aggregaatstoestand ondergaat, en aan de naaste omgeving er van. Zoo kan oen kunst matige afkoeling teweeg worden gebracht en in veel sterker mste nog geschiedt dit door een vloeistof in gasvormigen toestand te laten overgaan, omdat daardoor een veel grootere hoeveelheid warmte ge bonden wordt. Daarop, nu berust de kunstmatige ijsbereiding. Van de machines, waarmede jjs in 't groot langs kunstmatigen weg verkregen wordt, werden er drie verschillende door den spr. ver klaard. dan ook alleen op warme, zonnige dagen, onder ge leide van Doortje, een kleine wandeling placht te doen, De overste leed als gewoonlijk door de gedurige afwis seling van het herfstweder. Met de opgeruimdheid, die hem eigen was, en een soort van galgenhumor troostte hjj zich over zijne «in flanel gewikkelde p$M|p." Slechts nu en dan hield hjj toezicht over den arbeid van zjjn werkvolk. Jan was haast nog minder zichtbaar. Een zaam en gram, onvriendelijk jegens een ieder, door kruiste hjj de omgeving. Alleen Doortje was dezelfde als altjjd. Zwjjgend en in zichzelf gokeerd, verrichtte zij haar werk. Uren lang bracht zjj in de kamer van hare meesteres door, om deze voor te lezen. Onaange namer stemming had er misschien nooit en nergens in eenig huis geheerscht, dat, naar het uitwendige beoordeeld, slechts een verblijfplaats van gelukkigen wezen kon. Eu eerst op den laatsten dag van den oogst, toen het gebruikelijke oogstfeest gevierd zou worden, ver gaten de Barnevelds hunne pijnen en bekommernissen. Er was een klein gezelschap uit de stad ter deelne ming aan de landelijke feestvieriug uitgenoodigd. In het salon wilde het niet tot de rechte stemming komen. Mevrouw van Barneveld govoelde zich lijdend, zoodat het haar moeite kostte zich rroolijk voor te doen. Jan bekommerde zich geheel niet om de gasten. Hjj bevond zich met den rentmeester buiten onder de arbeiders. (Wordt vervolgd)- uit. Zijn bleek gelaat getuigde van bet opbruisen van zijn heftig temperament. «Er is een tijd geweest, toen je mij gaarne mocht lijden! Wie waren er in de wereld beter vrienden dan wij!" Do blik van het meisje ontmoette den zijne. Zij las wat er omging in zijn gemoed en wat haar bedreigde. Met gebiedend handgebaar wees zij hem terug. Maar des M' vaster omklemde zjjne hand haren arm. «Eer zal dezen boom ons beiden verpletteren, eer wij weder goede vrienden worden 1" riep zij met hef tigheid uit. Je waagt het mij aan te raken. Jan, maar jij zult mij leeren kennen. Laat mij den weg vrij, zeg ik je!" Een geweldige windvlaag voer door de takken van den boom, zoodat zijn wortelen kraakten. «Je ziet, de storm is even verwoed als jjj, maar dezen boom overweldigen kan hij niet; en dat kan jij mij evenmin'. En opdat je het wete: ja, ik heb je liefgehad 1 Mijne zaligheid was me niet liever den jij me geweest bent. Maar dat is voorbij, sinds je me weggeschopt hebt toen ik je op mijne knieën om ver geving bad, toen je me aan de veldwachters hebt over geleverd En nu, laat me los, of je zult zien, dat ik tegen je opgewassen ben, al schijn ik je misschien zwak toe." Jan liet zijne hand van haren arm los. Met een onverschillig gebaar keerde zjj zich van hem af. «Doortje 1" riep hij uit, met zooveel smart en wan hoop in de stem, dat zjj bleef staan. «Doortje, ik wil je op mijne knieën om vergeving smeeken, maar stoot me niet van je af; ik kan 't niet overloven!" En door zijn hartstocht overmand, wierp hjj zich aan hare voeten, omvatte hare knieën en drukte het voor hoofd tegen haar kleed. «Jan, wees verstandig 1" hoorde hjj haar zeggen, maar rostig, koud, zonder een toon van medelijden in hare stem. «Je bent de pleegzoon en erfgenaam van den rjjken en voornamen mijnheer van Barne veld ik ben het kind van een landloopster, en nie mand die wjjgjient vergeet den vloek, dien ik van mjjn vroegste jeugu af, met mjj omdraag. Ik wil het leed, dat je me hebt aangedaan vergetenik wil het je vergeren maar je liefhebben, dat kan ik niet meer. Laten we elkaar dus uit den weg blijven I" De vloek, de schande. Jan's armen waren neer gezonken. Hoe sterk hjj zich ook door zjjn harts tocht geloofde, die woorden waren genoeg, om hem machteloos te makon. Met gebogen hoofd lag hjj geknield. Zonder om te zien verdween het meisje door eene opening in den muur, die de wijnbergen omringde. XX. Het gaf dit jaar niet veel wjjn. Ook bjj de Barne velds was men dus spoediger met den oogst gereed dan in voordeeliger tijden. De laatste dag van het oogsten viel toevallig samen met den verjaardag van de vrouwe van Barneveld, die sinds eenigen tijd lijdender dan ooit was en die i De eerstbesohrevene machine bestaat uit een ci linder, gevuld met amtnoniakwaler, ammoniakgas heeft namelijk de eigenschap bij de gewone tem peratuur gretig door water te worden opgenomen. Door dien cilinder heofi lloopt spiraalsgewjjs een buisquvaurdoor stoom wordt gejaagd. De hitte van denlloom deelt zich mede aan het ammoniakwater, ten. gevolge waarvan het ammoniakgas vrij wordt. Het komt terecht in een stel buizen, omgeven door een bak, met water gevuld, jdat door aanhoudende verversohing steeds op eer, lage temperatuur gehou den wordt. De gestadige afkoeling, gepaard gaande met de samenpersing ton gevolge van de voortdu rende ontwikkeling vau ammoniak in den cilinder, doet het gas ten slotte overghan in vloeibaren toe stand. Na staat het buizenstelsel in den koelbak in verbinding met een stelsel buizen in een tweeden bak, den bevrieziugsbak, het uiteinde van dit laatste bui zenstelsel staat in verbinding ,-tnet een pomp, die, door een stoommachine in beweging gebracht, aan houdend wegzuigt wat zich jn de buizen bevindt. Het vloeibare ammoniak gaat daardoor weder tot den gasvorm over, doch wjj! dbnrdoor een aanzienlijke hoeveelheid warmte gebondenl wordt, daalt de tem peratuur van het vloeibare ammoniak en van de omgoving, zoodat er in den bevriezingsbak, die met een sterke zoutoplossing is gevuld, een temperatuur ontstaat ver beneden nul. Die temperatuur deelt zich mede aan bussen met wajter, die in den bevrie zingsbak worden gehangen, zpodat dit water al zeer spoedig overgaat tot jjs. Het. weggepompte ammo niakgas komt neder terecht in een met water gevuldon cilinder en wordt door dit water opgenomen wan neer het water van ammoniak verzadigd is, kan het weder tot hetzelfde doeleinde [worden aangewend. Op hetzelfde beginsel berust ook eeu ander toe stel, waarbjj echter in plaats Van in water opgelost ammoniakgas, vloeibaar ammejniak gebruikt wordt daardoor wordt een veel krachtiger uitwerking ver kregen. Uiterst eenvoudig, maar vernuftig van vinding is het toestel, waarmede in de varkensslachterij te Éde de afkoeling verkregen wordt jn de koelkamer, waar de geslachte en voor de afiovering gereed zjjnde boes ten het tjjdstip der verzending afwachten. Een stoommachine drijft een luchtpomp, die de damp kringslucht perst in een buizenstelsel, dat door een koelbak omgeven ia. De warmte die door do samen persing van de lucht ontstaat, wordt afgestaan aan het water in de koelbak, dat voortdurend vereischt wordt. De samengeperste luoljt nu laat men uit- stroomeu in de koelkamer, en dan gebeurt juist het omgekeerde van wat bjj de samenpersing geschiedt; de lucht zet zich uit in de' koelkamer en koelt daarbjj af. Zoo aanzienlijk is die afkoeling, dat het vleesch in de koolkamer in stijf bevroren toestand geraakt. Als een bewijs dat nog verdere toepassin gen van dit laatste denkbeeld aangehaald, dat in de straten vo|n liggen, die samengeperste lucht ren, ten einde die in de warme te houden. Een Zutphenaar, die te Berljjn in het Augusta- Hospitaal is opgenomen, schrjjflj aan de Zutf. Ct, Brrrl Wat is het verblijf in mogeljjk zijn, werd New York buizen naar de huizen voe- zomermaanden koel qf in zoo'n hospitaal ver velend. Ik weet soms werkelijk niet hoe ik den dag zal doorkomen. Do verpleging is hier anders uit stekend, het bed gemakkeljjk eji helder, eten en drinken zjjn zeer goed, terwjjl ik soms wel eens een beetje ongeduldig wordt onder het voortdurend tongaitsteken, polsvoelen, waaraan ik drie maal per dag onderworpen ben. Ook protesteerde ik er in 't eerst wel eens togen, zoo vroeg 'gewekt te worden, daar zonder pardon 's ochtends om'half zes de kachel aangemaakt wordt, met groot g&raas van kolen- uithalen, rooster-omkeeren enz., terwijl het dweilen en afstoffen dan tot half acht wordt voortgezet, zoo dat aan weder-inslapen niet te denken ia. Men geraakt daar echter te eer aan gewoon, omdat om half negen 's avonds alles reeds in diepe rust ge- Ik kan werkeljjk van geluk spreken, dat ik deze plaats open gevonden heb, want pp het oogenblik zjjn alle gasthuizen overvuld met patiënten, terwjjl hier bjjv. bjj den portier een ljjsti hangt van meer dan 50 personen, «clie gekooht werden wollen", zooals de ziekenoppasser laatst opmerkte1, en die dus elk vrjj wordend bed direct in beslag nemen. Minder aangenaam is het voor de patiënten, dat de professor eiken ochtend vergezeld wordt door f? vreemde doctoren, van velerlei natiën, die hier zijn om de geneesmethode te ohderzoeken. Men wordt dau gedurende een half uur van alle kanten bekeken en betast, en had ik het feit niet reeds eenige malen in- den spiegel waargenomen, dan zou ik zeker thans wel moeten gelooven j dat mjjn thorax lung en smal is, nu ik het eikenochtend in alle talen door zooveel geleerde monden hoor verzekeren. Gelukkig heeft de professor nu geep tijd meer om eiken dag bij iederen patient een redevoering van een half uur te houden, zoodat voor het vervolg alleen Maandags eu Donderdags vreemde doctoren worden toegelaten, en de «groote gala-voorstelling van patiënten" dan in de gezelschapszaal zal plaats hebben. Trouwens begrijp ik niet wat voor nut die dootoren van hun reis zullen hebben, daar niet één lang genoeg blijft, om werkelijk het verloop der be handeling bij eenige zieken te kunnen nagaanalleen om het inenten, of liever het inspuiten te zien, is het niet de moeite waard, zoo'n verre reis te maken, daar dat een zeer eenvoudige bewerking is. Wat de heeren nu in hun boekje noteeren "kunnen zij even zoo goed en uitvoeriger in de «Medicin. Wo- chenschrift" in de mededeelingen van dr. Cornet en professor Fraenzel vinden. Ik denk echter dat het er den meesten wel om te doen zal zijn, een paar gezellige daagjes „en garyon" te Berlijn door to brengen, en zoo'n geleerde onderzoekingstocht is daartoe een gesohikt voorwendsel. Wat nu het inspuiten-zelf betreft, heb ik er tot nu toe, gelukkig, niet veel last van gehad. Naast mij echter ligt een patient, die eergisteren-nacht op een stoel heeft doorgebracht, daar de rug geheel was opgezwollen en het hem dus onmogelijk was te gaan liggen. Zooals u bekend zal zijn, wordt niet de lyrapbe-zelve, maar een één percentige verdun ning ervan ingespoten. Op de twee eerste Analen, dat ik ingespoten werd (0,001 en 0.003 gr.) volgde geen reactie; toen mij echtereen dosis van 0.005°gr. toegediend was, gevoelde ik mjj 6 a 7 uren daarna zeer mat in de ledematenik werd huiverig en verloor allen eetlust. De lichaamstemperatuur steeg tot 89,2, en het was mjj alsof ik de „influenza" in den slimsten graad te pakken had. Toéh de koorts na een uur of acht gedaald was, sliep ik uitstekend toe den volgenden ochtend en voelde mij dien dag zeer normaal. Het hoesten nam echter zeer toe; bij de volgende inspuitingen, die om den anderen dag plaats hebben, deden zich telkens in meerdere of mindere mate deze verschjjnselen voor. Mijn meening over de inenting (men vergete niet, dat het de meening van een leek is), is, nu ik die sedert een 12tal dagen reeds ondergaan heb, nog steeds zeer gunstig. Ik heb bepaalde hoop, dat de kwaal zal afnemen, al is het, volgens de verzeke ring van den professor, niet waarschijnlijk, dat ik geheel genezen zal. Ten minste, nadat de koorts, die op elke inspuiting volgt, geweken is, gevoel ik mij steeds zoo frisch en lekker, dat het wel niet anders kan, of ik moet dien opgewekten toestand aan de gedane inspuiting toeschrijven. Nu kan het wel zjjn, dat ik door de hoop, die ik voed, zeer optimistisch oordeel, maar daar hier wol 40 tot 50 patiënten in behandeling zijn, die allen hetzelfde zeggen, mag men tooh wel aannemen, dat er reden bestaat om te gelooven dat de Koch- sche genees wjjze een weldaad zal zijn voor de mensch- heid. Met zekerheid valt er echter nog niets te zeggen. Waren er reeds gevallen van genozing ge constateerd, de bladen zouden er wel melding van gemaakt hebben. Trouwens, het is te begrjjpen dat genezing, mocht ze al plaats hebben, bij tering niet zoo lioht te bereiken is, en ei minstens één jaar aohter ons zal moeten liggen, alvorens met eenigen grond het resultaat van de veelbesproken ontdekking vastgesteld kan worden. In het Augusta-Hospitaa) is nog steeds genoeg lymphe voorhanden, ten minste de professor gaat geregeld voort met inspuiten. Respectievelijk kreeg ik een dosis van 0.007, 0.01 en 0.015 gr., terwjjl mjj vandaag 0.02 gr. ingespo ten werden. In afwachting van do koorts kruip ik maar weer in mijn mandje en zal u, om niet voorbarig te zjjn, binnen een week of twee mjjn bevinding over het al of niet beter worden der kwaal mededeelen. De Nederlandsche Schaatsenrijders-Bond heef! het programma openbaar gemaakt van de internationale bardrjjderijen om het meesterschap dor wereld, te houden door de Amsterdamsche IJsclub in den winter van 1890/1891, op twee nader te bepalen dagen, op hare baan achter het Rjjks-Museum te Amsterdam. Eerste dag. 1. Internationale haidrjjderij voor hh. liefhebbers, afstand Eng. mjjl, le prjjs gouden medaille, 2e prjjs, zilveren medaille, 3e en 4e prijs, bronzen medailles. Aanvang 11 uur 's morgens. 2. Internationale hardrijderij voor hh. liefhebbers, afstand 2 Eng. mijl. lo prijsgouden medaille, 2e prijs, zilveren medaille, 8e en 4e prijs, bronzen medailles. Aanvang 11 uur 's morgens. Tweede dag. 1. Internationalo hardrijderij voor hh. liefhebbers, afstand 1 Eng. mjjl. le prjjs gou den medaille, 2e prjjs, zilveren medaille, 3e en 4e prijs, bronzen medailles. Aanvang 2 uur 's middags. 2. Internationale Hardrjjderij voor hh. liof hebbers, afstand 5 Eng. mijl. lo prijsgouden medaille, 2e prjjs, zilveren medaille, 3e en 4e prjjs, bronzen me dailles. Aanvang 1 uur 's middags. Wie op drie van de vier afstanden overwinnaar is, verwerft den titel van Kampioen der wereld en ont vangt de sjerp van het meesterschap der wereld. Als „heeren-lief hebbers" worden beschouwd 1. Zij, die nooit in een openbaren wedstrijd om geld, hetzij, als prijs, hetzij als inzet of inleggeld, gerede hebben. 2. iQ!ij, die van 31 Maart 1881 of nooit, voor zoover hun bekend, met of tegen een beroepsrjjder om eenigen prijs gereden hebben. 3 Zij, die nooit ter wille van een geldelijk voor deel, in de uitoefening der athletiek onderricht -re- geven, dezelve uitgeoefend of daarbij als helper dienst gedaan hebben. Algemeen Artikel. De hardrijderjjen worden ge houden onder leiding van het bestuur van den Nederlandschen Sohaatsenrijdersbond en van die per sonen welke genoemd bestuur aanwijst. Tevens is het programma uitgegeven van de inter nationale hardrijderijen en der nationale hardrijderij op schaatsen, te houden door de IJsclub «Thialf» m den winter van 1890/91 op twee nader te bepalen dagen, te Heerenveen (Friesland), aanvang 11'/. uur s morg. Eerste dag. 1. Meesterschap van Nederland In ternationale hardrijderij voor schaatsenrijders van be- r°eP' ifs,and.1 "i'j1- le prijs 600, 2e prijs 300 3e prijs 60, 4e prijs 30, alle met diploma. 2 Meesterschap van Nederland. Internationale hardrijderij voor hh. liefhebbers, afstand 1 Eng. mijl. le prjjs gouden medaille, 2e prjjs zilveren medaille 3e en 4e prijs bronzen medailles. Tweede dag. 1. Meesterschap van Nederland In ternationale hardrijderij voor hh. liefhebbers, afstand 3 Eng. mijl, 5 keerp. le prijs, gouden medaille 2e prys, zilveren medaille, 3e en 4e prijs, bronzen medailles. - Vim Nederland. Internationale hardrijderij voor schaatsenrijders van beroep, afstand li. E"g- ®'j| (Pi- m. 402 M.) le prijs 250 2e prijs 100, 3e prijs f 50, alle met diploma. 3 Nationale hardrjjderij voor jongens van boven de 14 en beneden de 18 jaren, afstand miil (pl. m. 603 meters), 1 keerp. Afdeeling A. Liefhebbers lo en 2e prjjs, zilveren medailles, 3e en 4e prijs, bronzen medailles. Afdeeling B. Rijders van beroep, le priis f 25 2o prjjs 10, Se prijs ƒ5. Als „heeren-lief hebbers» worden beschouwd 1. Zij die nooit in eon openbaren wedstrijd om geld, hetzij als prijs, hetzij als inzet of inleggeld, gereden hebben. 2 Zij die van 31 Maart 1886 af nooit, voor zoo ver hun bekend, met of tegen een beroepsrijder om eenigen prijs gereden hebben. 3 Zjj die nooit ter wille van een geldelijk voor deel, in de uitoefening der athletiek onderricht ge geven, dezelve uitgeoefend of daarbij als helper dienst gedaan hebben. Algemeen Artikel. De hardrijderjjen worden ge houden onder leiding van het bestuur van den Neder landschen Sohaatsenrijdersbond en van die personen welke genoemd bestuur aanwijst. De handel in Kerstboomen tegen den tijd van het Kerstfeest is verbazend groot. De grootste markt daarvan in Duitschland is te Berlijn, waar men rekent, dat ruim 400,000 kerstboomen, in hoogte afwisselend van 2 tot 30 voet, worden verkocht De tweede gewichtige markt is te Dresden ongel veer 200.000 dezer kleine sparreboomen komen direct uit den Harz in de Saksische hoofdstad en men ver zekert, dat er nog ruim zooveel uit andere streken worden aangevoerd. In het groot worden de boomen verhandeld by het Schock of 60 stuksgroote en kleine boomen door elkander gemiddeid tegen 20 tot 22'/, mark het Schock. De kleinhandelaars verkoopen Kerstboompjes van 2 voet en daaronder voor een hal ven mark; die van 3 voet loopen tot 75 pfennig (ƒ0.45.) Het meest gewild zjjn boompjes van 7 tot 10 voet hoogte, die voor 1 h 2 mark te krijgen zjjn. Fraaie boomen van 20 voet kosten 10 somtijds zelfs 15 mark. Do potten, waarin de kleine boomen staan zijn altjjd in den koop begrepen. In de Fransche Kamer is de strjjd om de I,p grooting nog niet beslist. De regeering beh.Jui een voordeel door de verwerping van het voodoo Pelletan tot afschaffing van de belasting van 10 Ct op het vorvoer van reizigers met spoorwegen hZ ten en omnibussen en op het vervoer van LZ" en goederen met passagierstreinen. De heer RA vier kon deze belasting niet missen, en behield h*T ook, maar slechts met een meerderheid van vier stemmen, daar Pelletans voorstol met 233 te-ren 29Q stemmen werd verworpen. 5 Daarna begon de strjjd over de kerkeljjke goe,!» ren. De minister stelt in zijn begrooting hfTbT drag, dat door de geestelyke vereenigingen beZn moet worden op 3,125,000 francs, maar dhLee/phf

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1890 | | pagina 2