BINNENLAND.
Bultenlandscb Overzicht.
uitbreiding van het aantal kiezers in de hand;
strenge handhaving beperkt dat aantal ginds.s
Voor deze bezwaren heeft de rechterzijde
geen oog, omdat de met kiezers het rjjkst
bedeelde streken in hnnne macht zijn, terwijl in
de grootere plaatsen velen worden uitgesloten die
vermoedeljjk liberaal denken. Wel weetzjj allerlei
schjjnargumenten te vinden voor de splitsing der
steden. De minister Heemskerk was indertijd te
gen 't in mooten snjjden eener samenhangende ge
meente, die een historisch geworden organisme
vertegenwoordigt. Dwaling roept de heer
Lohruan uit, «districten zjjn alleen verzame
lingen van individuen, van losse staatsburgers.»
Toch is het ontegenzeglijk, dat de kiesdistric
ten alle een uiteenloopend aantal inwoners heb
ben, juist omdat men geen gemeenten heeft
willen doorsnijden. De geheele voorloopige
kiestabel ademt den geest van Heemskerk.
Zoolang niet overal aan elk district juist even
veel inwoners wordt gegeven, zonder op de
gemeentelijke grenzen te letten, zoolang kan de
heer Lohman niet eisohen, dat thans opgron
den van billijkheid ook de groote gemeenten
worden doorgeknipt.
De hoofdfout van het ontwerp is echter ge
legen in de éénzjjdige wjjziging der kieswet
in het belang van ééne partij. De eerlijkheid
gebiedt, dat het geheele vraagstuk der kiesre
geling, dat aan den gewonen wetgever is over
gelaten, in een ontwerp aan de orde worden
gesteld, jopdat er kunne worden gestreefd naar
bet verleenen van kiesbevoegdheid aan allen,
die, op welke plaats des lands ook gevestigd,
denzelfden graad van geschiktheid en maat-
schappeljjken welstand hebben.
Wij twjjfelen niet, of de rechterzijde zal dit
ontwerp aannemenzjj heeft er blijkbaar haar
zinnen op gezet. Zij moet en zal beproeven
het vóór de aanstaande verkiezing in te voeren.
Maar voor even zeker houden wij het, dat
de Eerste Kamer, die in laatste instantie ook
deze wet moet behandelen, er haar veto over
zal uitspreken. Zij kan niet gedoogen, dat
partij-drift zoo alle beginselen van goede trouw
nit het oog verliest.
GOUDA, 27 Januari 1891.
Van de gratis-uitdeeling van brood en warmen
drank (aan de volwassenen koffie, aan de kinderen
melk) werd heden gebruik gemaakt door 309 kinde
ren en 189 volwassenen.
,De Sociëteit der Onderofficieren alhier, die ge-
gewoonlijk jaarlijks ter gelegenheid van 'sKonings
verjaardag eene uitvoering in besloten kring geeft,
is voornemens om, wanneer de vereischte toestemming
en medewerking daartoe wordt verleend, ditmaal in
de Sociëteit «Ons Genoegen" een tooneeluitvoering
te geven, waarvan de opbrengst in haar geheel zal
worden ter hand gesteld aan het bestuur der NIJsclub
tot ondersteuning van minvermogendenom te strek
ken als extra bedeeling aan mingegoeden. Daar reeds
gebleken is dat het plan voel bijval vindt, neemt de
Onderofficieren Sociëteit /.Eensgezindheid" zich voor
de kosten der uitvoering geheel uit eigen middelen
te bestrijden. Van ruime deelneming der ingezete
nen houdt zij zioh met reden overtuigd.
In de Volksgaarkeuken //Hoffmans-stichting" alhier
werden gedurende het jaar 1890 verkocht en ver
bruikt 76191!/i portiën (zegge zes en zeventig dui
zend één honderd een en negentig en een half).
Wg vernemen, dat weldra een begin zal worden
gemaakt met den aanleg van eene voor publiek ver
keer bestemde telephoonlijn van Baarn of Hilversum
tot Groningen, en zulks in aansluiting met de be
staande intercommunale telephoon-verbindingen. Met
de uitvoering van het werk, zoowel als met het be
drijf dezer nieuwe lijn, zou de Nederlandsche Boll-
Telephoou-maatschappij zich belasten, en wel op
gelijke voorwaarden als voor de bestaande lijnen met
het rijk is overeengekomen.
Tot nog toe is deze Maatschappij, men weet het,
de eenige particuliere onderneming die in qns land
intercommunale telephoongeleidingen exploiteert.
Zijn wij wel onderricht, dan wordfcn ook pogingen
in het werk gesteld om een telephoonverbinding
tusschen Arnhem en Nijmegen in het leven te roepen
waardoor ook laatstgemelde plaats direct zou kunnen
telephoneeren met Amsterdam, Rotterdam, enz.
Het telephoonverkoer tusschen onze beide grootste
koopsteden schijnt voorts dermate te zijn toegenomen
dat tot het bijspanuen van een derden draad besloten
is. Met deze vermeerdering van het aantal gelei
dingen tusschen Amsterdam en Rotterdam zou terstond
worden begonnen, wanneer het weder gunstig daartoe
wordt. - {Stoompost.)
Uit Zieriksee meldt men van 24 Januari:
Na de geheele week van alle verkeer met het vaste
land verstoken geweest te zijn, ontvingen we heden
ochtend de posten van Dinsdag, Woensdag en Don
derdag. Dagelijks werd met levensgevaar de over
tocht StavenisseViane beproefd, doch zonder goed
gevolg. Eindelijk heeft men gisteren den te Stave
nisse opgehoopten voorraad zakken en paketten
weder naar Bergen-op-Zoom teruggebracht en van
daar over St. Philipsland en het voer te Zjjpe hier
heen gevoerd. Ook te Zijpe was de overtocht meestal
ondoenlijk, doch de post heeft althans nog een ge
lukkig kansje getroffen.
Voor vele neringdoenden en niet minder voor
huisgezin en familie is het treurige isolement, waarin
deze eilanden verkeeren, een groot ongerief en voor
den handel in vee eene oorzaak van enorme schade.
Nu wordt er genoeg geklaagdde gemeenteraad
van Brouwershaven heeft zelfs een adres aan de
Tweede Kamer gezondendoch als er, zooals hier,
reeds dertig jaar lang geklaagd is, waartoe zou dan
het langer lamenteeren dienen? De spoorboot, die
hier sinds weken ingevroren ligt, wendde heden
den geheelen dag pogingen aan om het ijs in de
haven op te breken en er uit te komenzij is echter
nog slechts weinig gevorderd.
In den Pargschen Dierentuin, den Jardin dee
Plantenhebben uitheemsche dieren zeer veel te
lijden gehad van de felle koude, en er zijn veel
kostbare exemplaren gestorven. In de eerste strenge
dagen bezweken verscheiden zeldzame dieren, ter
gezamenlijke waarde van 15,000 frank, en later
volgden nog veel andere: twee indisohe buffels, een
gestreepte hyena, een wilde geit, twee zeldzame
herten, een aap uit Panama enz.; ook veel vogels,
o. a.arenden, gieren, een Australische ibis en een
kagou uit Nieuw Caledonië.
Voorts zijn er nog dieren, die door de koude aan
het kwijnen zijn geraakt en, naar men vreest, later
zullen sterven.
Er werd, natuurlijk, al het mogelijke gedaan om
de dieren tegen de koude te beschermende hokken
werden aan alle kanten met stroo dichtgestopt, en
in de afgesloten ruimten weró flink gestookt; maar
met dat al kon men toch niet overal een behoorlijke
warmte verkrijgen; in de rotonde waar de olifant,
de neushoorn en het nijlpaard zijn, was de tempe
ratuur soms zelfs 1° R. boven het vriespunt.
Er is dan ook thans ernstig sprake van lang ge-
wenschte verbeteringen, waardoor den uitheemsohen
dieren in den winter een beter verblijf zal worden
verschaft.
De Pruisische staatsspoorwegen zullen op de ge
zamenlijke hoofdlijnen verwarming doorstoom invoeren.
Men is reeds ijverig bezig met de personenwagens
daarvoor in te richten. De verwarming door stoom
heeft, behalve de goedkoopheid, nog het voordeel
dat zg bg een voorkomend ongeluk gevaarloos is.
De tot verwarmiug noodige stoom wordt direct uit
den ketel der locomotieven met een druk tot twee
atmosfeeren in de onder den geheelen trein loopende
geleiding gedreven, en verlaat den trein weder aan
het einde.
Bg deze wijze van verwarming heerscht er gewoon
lijk in de eerste wagens achter de locomotief eene
ondragelijke hitte, die trapsgewijze naar het eind
van den trein vermindert. Doze ongelijkmatige
werking is echter gemakkelijk te regelen bij buiten
gewoon lange treinen, waarbg de werking der stoom-
verwarming voor de laatste wagens slechts eene zeer
geringe is, wordt aan het eind dor trein een wagen
aangehaakt, waarin stoom opgewekt wordt die in
tegengestelde richting in de geleidingsboisen gevoerd
kau worden.
Te Londen heeft een blinde pianist, die niet
wachtte tot men hem voor het middagmaal kwam
halen, maar alleen naar beneden wilde gaan, zich
vergist en is in plaats de trap af te gaan, in den
koker van den opstijger gevallen, zoodat hij een
val van wel 10 Meter deed. Wonderlijk genoeg
kwam de man er zonder letsel afhg was volstrekt
niet ontsteld, en verhaalde, dat hij onder den val,
nieuwsgierig wns hoe lang zijn zwevende positie wel
zou duronOm te toonen, dat hg geheel wel was
liep hg, nadat hij door een geneeskundige onder
zocht was, al de trappen van het hooge gebouw op.
Twee gevallen van origineele galanteiie in Amerika.
Een Ëngelech kolonel had op een reis door het
westen van de Vereenigde Staten eene jonge dame
▼an buitengewone schoonheid onder zijn geleide
genomen. Aan het station stapte een Califomisch
Je hebt gelijk. Ga maar
Zij sprak zacht eenige woorden tot haren jongen
Trieod en zonder dat iemand het opmerkte, verwijder
den zij zich.
Komaan, zei Millette, toen zij ver genoeg van
het huis verwijderd waren om niet beluisterd te kun
nen worden, zeg me nu eens waarom je zoo droef
geestig bent en waarom je daar staat als iemand die
iets op het hart heeft?
Dat is ook zoo, Millette, zei hij, ik heb iets
op 'thart!
Heb ik je misschien boos gemaakt, zeg
Volstrekt niet, Milette. Jij nog iemand anders.
Men heeft mij niets in den weg gelegd. Ik was
zelfs niet zoo teneergeslagen vóór het sonper, maar
daarna
Waarlijk, Pierrille, ik begrijp je niet. Wat is er
dan gebeurd na het souper?
Niets.
Waarom ben je dan zoo stil?..... Waarom?.....
Ach, Millette, dat kun je niet weten en ook
niet begrijpen
Zoo, nu Pierrille ik moet je wel bedanken
Waarom kan ik niet begrijpen wat je neerslachtig
maakt? Je verbergt me dus wat je denkt, juist alsot
ik niet van je hield.
Ah, Millotte, dus houdt je van me?
Wat een vraag 1Is er dan iemand van wien
ik meer houd dan van jou
Is dat waar?
Dat weet je wel.
Ja, ik weet het; maar ik wilde gaarne datje
't me zei. Omdat ik je zoo lief heb, zie je, wil ik dat
je mij liefhebt, zooals geen ander I Als ik je vriend
schap niet meer bezat, zou ik het besterven.
Pierrille
Ik spreek oprecht, Milette. Wat ik zeg, is de
waarheid. Ik heb je even lief als mijne moeder, en
je weet hoeveel ik van haar houd, mijn arme oudje 1
Om over mijn dag tevreden te kunnen zjjn, moetik
je gezien hebben. Maar dat is niet allesik droom
van jeik wenschte dat ik je altjjd bij me had
Maar, Pierrille, dat zou ik ook willen. Je bent
mjjn broer, mjjn vriend. Ik ben altjjd gelukkig als ik
je zie, en ik gevoel soms lust tot schreien, aft je me
verlaat.
Beste Millettoun 1 als je eens wist, hoe gelukkig
je me maakt.
Des te beter. JMaar waarom haal je dan die
ideeën van scheiden in 't hoofd
Waarom zei Pierrille, waarom Kjjk, dat is
het nu juist, waarin .je me niet begrijpt, Millette 1
Waarom Omdat we misschiep eens moeten schei
deneens.... ik weet niet wanneermisschien
morgen
Morgen
Neen morgen1) nog niet.... maar later...." Ah,
Millette, ik word gek als ik er aan desk.... Ik ben
ziek.... ik heb de koorts....
Pierrille I
Begrijp je, wat ik ie zeggen wilde, Millette
Neen, dat begrijp niet.
Je merkt het wel.... Ik ben er zeker van.....
Luister naar me. Heb je gehoord, wat iedereen je
gezegd hoeft op het feest?
Jawel, ik heb gehoord. Maar wat heeft men
dan eigenlijk gezegd?
Men vroeg je.... luister goed naar me, Millette,
men vroeg je, of je dacht.... of je wildet trouwen....
men heeft je gesproken over bruiloft houden, over een
bruidschat en weet ik wat meer, en Je hebt gelachen 1
Natuurlijk, Pierrille, denk ik dau aan trouwen?
Wie weet, je zoudt er aan kunnen denkenJe
bent nu zestien jaar oud. Je' bent niet leelgk. Daar
heb je Pierroune, van la Dreyrio, daar heb je Placial
van Numa Germain, voor wie men een vrouw
zoekt.... Het zou kunnen zijn, dat je er aan dacht
een eigen huishouden op te zettenik denk er ten
minste wel aan, ikl
Jij, Pierrille?
Ja, ik! En waarom niet.
Millette keek hem een oogenblik met verbazing aan.
Toen zeide zij, de schouders ophalend:
't Is waar, waarom niet?
{Wordt vervolgd.)
ïcudzraver iu den trein, die de dame onophoudelijk
aanstaarde, zoodat de kolonel woedend werd en hem,
als ziine gezellin hem er niet van teruggehouden had,
rekenschap zou gevraagd hebben. Na oen langdurige
reis stapte de onverschrokken bewonderaar van vrou
wenschoonheid uit; maar vóórdat hij vertrok, nam
hij den hoed af voor het jonge meisje, tastte toen in
zijn vestzak, en haalde er een groot stuk goud uit,
dat hij haar in de schoot wierp, met de woorden
De hemel zegene uw lief gezichtHet is het mooiste
dat ik ooit gezien heb. Neem dat ter gedachtenis
aan Jack 1"
Te Boston werd een jongman op een partijtjo
doodelijk verliefd op een jong meisje. De gastvrouw,
die hem goed gezind was, gaf hem, toon hij heen
ging, geheimzinnig een pakje met do woorden
Miss N. heeft haar overschoenen vergeten, hier
zijn ze, dan hebt ge een voorwendsel om er een
bezoek te brengen." De jongman profiteerde van
den wenk, vervoegde zich bij zijne aangebedene en
overhandigde haar het pakket. Zij bedankte, maar
vond er tot hare verwondering maar één overschoen
in. «Den ander heb ik nog thuis," zeide de jonge
man blozend, «ik breng hem u morgen. O waart
u maar een duizendpoot
Toen de welbekende Afrika-reiziger, Dr. Robert
Felkin, verblijf hield bij den bloeddorsligen koning
Miesa van Uganda, vele jaren geleden, verlangde de
de koning, tot dankbaarheid voor de medische be
handeling van zijn bezoeker, diens hoofd af te hou
wen. Door Dr. Felkin's verzekering dat de behan-
doling nog niet geëindigd was, en dat, wanneer hij
haar Btaakte, dit Mtesa's dood zou veroorzaken, stond
deze hem een uitstel toe, totdat hij geheel genezen
zou zijn. Toen echter baatte niets meer, en de te
rechtstelling was bepaald. Emin Pacha die een vriend
van Dr. Pelkin was, had hem nauwkeurig omtrent
den staat van zaken te Uganda en aan het hof van
koning Mtesa onderricht, en hom een belangrijk
staatsgeheim geopenbaard namelijk, waar het kruit
magazijn van Mtesa verborgen was. Dr. Felkin her
innerde zich dit juist bij tijds, en als een laatste
toevlucht dreigde hij, dat als Mtesa hem doodde, hij
een bliksemstranl op zijn kruitmagazijn zou doen
neervallen. Mtesa antwoordde ongeloovig„zeg mij
waar het is;-' waarop Dr. Felkin hem in het oor
fluisterde; «het is onder uw harem verborgen."
Msesa werd bleek, en stond Felkin en zijne metge
zellen het leven toe. De macht van den bliksem-
maker vermeerderde nog, toén den volgenden dag toe
vallig eau bliksemstraal naast den harem neerschoot.
In een brief van een officier bij de Wiszmanin
expeditie wordt daarvan de volgende merkwaardige
beishrijving gegeven:
«Welk een verschil tusschen een tropisohen nacht
en de nachten in onze gematigde luohtstreok, waar
met zoneondergang elk dierlijk leven op veld, in
bosoh en stad ophoudt eu diepe rust in de slaponde
natuur heerscht 1 Hoe geheel anders is het in de
tropische gewesten 1 Zangvogels zijn hier nietde
eenige geluiden, dio den reiziger van alle kanten in't
oor dringen, zijn het gekras der roofvogels, het
klokken der wilde duiven en het afschuwelijk ge
schreeuw der vechtende en elkaar vervolgende apen.
Maar is eoamaal de zonsolijjf achter den gezichts
einder verdwenen en wordt de lucht koeler, dau
schijnt de geheele natuur, die tot dusverre in een
doodslaap heeft gelegen, te herademen, en dan be
gint er oen concert van millioenen kleine en groote
muzikanten, dat iemand hooren en zien doet vergaan.
Het begint met' het koor der kikvorBchen als bas
zangers, dsn komt het talloos heir der krekels en
andere insecten als violen, cimbalen en klarinetten;
verscheideno kleine nachtvogels spelen de fluit; en
de buifele, niet zelden ook de koning der dieren,
nemen do rol van de alt, de pauken en de bazuin
op zieb, kortom, zjjn de geweldmakers in 't groot.
En de mensehen blijven ook niet rusten. Overal
hoort men "den doffen klank der negertrommen, op
de maat waarvan de zwarten den geheelen nacht
door dansen."
De benoeming van den heer Van Son, deurwaar
der bij de directe belastingen en een der hoofden
van de anti-revolutionnaire en doleerende partij in
de plaats zijner inwoning, tot burgemeester van
Nieuwer-Amstel, wekt in niet geringe mate de ver
bolgenheid van De Ametelbode. Dit blad sehrijft o. a.
Wanneer het voorstel tot die benoeming plaats
hadde gevonden op den ln April, dan zou men in
Nieuwer-Amstel gemeend hebbenwij hebben met
een grap te doen.
Nu is het volle ernst.
H. M. de Koningin-Regentes heeft het besluit
der benoemiug geteekend, en het koninklijk gezag
dient geëerbiedigd.
Maar de daad van den minister der Kroon, die de
Koningin adviseerde, aan het hoofd der derde ge
meente van Noord-Holland te plaatsen een man,
die een zeer inferieure staatsbetrekking bekleedde,
met voorbijgang van zooveel waardige sollicitanten,
vordert een woord van protest.
Wat eischte het belang der gemeente?
Wij hebben het reeds meermalen gezegd: de be
noeming van een burgemeester die door zjjn maat
schappelijke positie, zijn verleden, zijn fortuin de
plaats kan innemen, die wij het recht hebben te
eisohen dat hjj inneemtdie door zijn persoon, zijn
levenswijze, zijn voorgaan prestige heeft tegenover
den Raad en de burgersiemand, tegen wien wij
opzien als tegen der burgeren meesterin ieder ge
val niet iemand, die door zijn stand, zijn betrekkiug,
zijn levenswjjzo gelijk staat met de meest alledaag-
sche burgerij, ver beneden duizenden ingezetenen.
Wij geloofden niet aan de mogelijkheid, dat de
minister van Binnenlandsche Zaken den treurigen
moed zon hebben, een deurwaarder der directe be
lastingen tot burgemeester van Nieuwer-Amstel te
benoemen, anders zouden wij voor een adres gezorgd
hebben, waarin de voornaamste ingezetenen ver
klaarden, den heer Van Son niet als hun burge
meester te willen.
Voor minister Lohman woog een verzoek van een
tweetal fijnen uit don Raad zwaarder dan dat van
de twaalf overige raadsleden 1
Minister Lohman gaf don Raad van Nieuwer-
Amstel een slag in 't aangezicht, brak door de be
noeming van een deurwaarder tot het burgemeesters
ambt met de traditie, hield geen rekening met de
belangen der gemeente, evenmin met de politieke
verhoudingen, en trad de rechten van zooveel bur
gemeesters, die aanspraak mochten maken op be
vordering, met voeten.
Minister Lohman beeft een stoute daad verricht.
Hij heeft een zeldzamen moed getoond, maar een
moed, die hem zal verzwakken als minister der Kroon,
want zijn stoute daad was een groote politieke fout,
die men niet ongestraft begaat, zijn moed een over
moed, die in de politiek, evenals in 't maatschap
pelijke, het begin is van den val.
De tgding van het plotseling overlijden van prins
Boudewijn van Vlaanderen heeft ook buiten België
algemeene deelneming verwekt. Van allo hoven ont
ving de koninklijke familie telegrammen van rouw
beklag. Tot de eersten, dio Jtoning Leopold hun
deelneming betuigden, behoorden de Paus en prins
Bismarck, die uit Eriedrichsruhe terstond een tele
gram naar Brussel zond. De meeste vorsten zullen
zich bij de teraardebestelling door bijzondere ge
machtigden doen vertegenwoordigen. Keizer Wil
helm heeft hiervoor reeds zgn broeder, prins Hen
drik, aangewezen, en koningin Victoria zal door den
prins van Wales worden vertegenwoordigd. Koning
Karei van Rumenië, de broeder der gravin van
Vlaanderen gaat zelf naar Brussel, evenals koning
Leopold's schoouzoon, prins Philips van Saksen-Co-
burg'Gotha.
Natuurlijk komt door dit sterfgeval vanzelf ook de
quae8tie der troonsopvolging in België ter sprake.
Daar in België do Salische wet gevolgd is, zijn de
drie dochters van koning Leopold van de troonsop
volging uitgesloten. Een zoon heeft de koning niet,
en derhalve is de graaf van Vlaanderen, 's konings
broeder, de naaste erfgenaam tot den troon. Offi
cieel heeft de graaf van Vlaanderen nimmer afstand
gedaan van zijn aanspraken op den troon, maar toch
werd zgn oudste zoon, prins Boudewgn, ateeds ah
den kroonprins beschouwd. Ook koning Leopold
besohouwde den prius steeds als zijn opvolger en
toonde dit vooral bij plechtige gelegenheden. Zoo
o. a. werd bg' de jongste feesten tot herdenking van
's konings 25 jarige regeering taan prins Boudewijn
als kroonprins de eerste plaats na den koning en de
koningin aangewezen. Naar men beweerde, behoorde
het tot de lievelingsdenkbeelden van koning Leopold,
dat prins Boudewijn met zijn jongste dochter, prin
ses Clémentine, in het huwelijk zou treden.
tHoe dit ook zij, in elk geval komt, indien de
graaf van Vlaanderen zijn aanspraken laat varen, zijn
tweede zoon, de 16-jarige prins Albert, in de eerste
plaats in aanmerking. Van de dochters van koning
Leopold heeft alleen 's konings oudste dochter prinses
Louise, die gehuwd is met prins Philips van Saksen-
Coburg, een zoon. Deze prins kau bovendien nog
een tweede aanspraak doen gelden. Wanneer men
teruggaat in de mannelijke linie van het huis Saksen-
Coburg, koraon van de mannelijke afstammelingen
van de broeders van koning Leopold I het eerst in
aanmerking de zonen van koningin Victoria en prins
Albert, dan het Portugeesche koningsbuis, dat af
stamt van prins Ferdinand van Saksen-Coburg en
ten slotte de kinderen van prins August van Saksen-
Coburg en prinses Clémentine van Orleans. Do
oudste van de zonen uit dit huwelijk is prins Philips,
die met prinses Louise is gehuwd. De zoon van
prins Philips en prinses Louise is dus niet alleen de
kleinzoon van koning Leopold II, maar ook de achter
neef in de mannelijke linie van koning Leopold I.
Daar koning Leopold en de graaf van Vlaanderen
nog krachtig zijn, is het niet waarschijnlijk, dat de
troonsopvolging spoedig aan de orde zal komen, maar
toch geeft de limes der Belgische regeering den raad
de troonsopvolging te regelen, ten einde alle gevaar
voor eventueele moeilijkheden to vermijden. Het
waarschijnlijkste is dan, dat 's konings dertienjarige
kleinzoon prins Leopold van Saksen-Coburg tot troons-
opvolgor zal worden aangewezen, in het geval prins
Albert mocht oventijden, zonder mannelijk oir na
te laten.
In den Pruisische» Landdag is de strijd over de
z/Sperrgelder" aangevangen. Nadat aan elk der par
tijen bij de algemeene beraadslagingen de gelegen
heid was gegeven, haar standpunt toe te lichten, is
het ontwerp, gelijk gewoonlijk geschiedt, tot nader
onderzoek naar de commissie verwezen. Of het ont
werp evenwel nog levend uit de handen der com
missie zal te voorschijn komen, wordt zeer betwij
feld. Ten minste de nationaal-liberale bladen vinden
in den uitslag der algemeene beraadslagingenreden
om te hopen, dat het ontwerp door de commissie ter
narde zal worden besteld.
Boter staan de kansen voor het ontwerp betreffende
de hervorming der gemeenten in Oost-Pruisen, waar
tegen de conservatieve grondeigenaren zich zoo heftig
hebben verzet. Naar alle waarschijnlijkheid zal tus
schen den minister Herrfurt en de conservatieven een
schikking worde getroffen. Ten minste de leiders
der partij hebben zich bereid verklaard toe te geven,
indien ook de andere ministers voor den minister
van binnenlandsche zaken partij kiezen. Vermoede
lijk zal de strijd dus ten gnnsto van den heer Herr
furt worden heslist.
De moeilijkste taak wacht echter den minister van
onderwijs en eeredienat, den heer Vpn GossIer. Be
halve het ontwerp over de „Sperrgélder", waarbg hij
het Centrum tot bondgenoot heeft, moet deze mi
nister ook do schoolwet, die door het Centrum met
alle kracht wordt bestreden, tot stand brengen. Ook
over dit ontwerp zal nu weldra de strijd jiervat
worden. Vermoedelijk zal dan wel spoedig blijken
wat er aan is van de geruchten, dat domheer Windt-
horst «oor het nieuwe «Sperrgelder-ontwerp der
regeering in andere opzichten concessiën heeft ge
daan.
Uit Mexico word geseiud, dat President Balmace-
da zijn ontslag-aanvraag opstelde, maar dat zijn par-
tijgenooten hem beletten die in te dienen. Als de
Regeering niet spoedig wordt geholpen, is haar ral
zeker.
Het South American-Journal van New-York zegt,
dat de revolutie te danken is aan de groote macht,
vooral over de binnenlandsche politiek, die de Chi-
leensche wetten aan den President toekent. Ofschoon
van nature een democratisch land, is Chili in de laat
ste jaren feitelijk door eenige aristocratische families
geregeerd. Men gaat zelfs niet te ver door te be
weren, dat de President zijn opvolger diest, wat fei
telijk met de laatste zes Presidenten het geval was.
Zoolang de President een man van talent en takt
was ging alles goed, maar Balmaceda mist een ver
eischte voor een Staatsman, nl. de kunst van geven
en nemen. En daardoor verloor hg allengs den
steun van alle verstandige mensehen. De grootste
onzekerheid begon meer en meer te heersohen in
alle takken van Staatsbestuur. Reeds in Jnni nam
de Kamer een voor de Begeering dreigende motie
aan, maar de Ministers namen daarvan geen noti
tie. Daarop besloot de Kamer van de Regeering
het recht tot het innen der belastingen te weigeren.
Toen ontstond een groote financioele verwarring,
die aanleiding gaf tot opstootjes in de provincies.
De troepen werden onder de wapenen geroepen,
maar vóór er harde slagen ware gevallen, maakte
het Ministerie plaats voor een verzoeuings-Kabinet.
De revolutiegeest sliep daarna weer in. In Augustus
werd een nieuwe kieswet aangenomen en President
Balmaceda beloofde bg die gelegenheid plechtig, dat
de Regeering voortaan geen invloed op de verkie
zingen zou trachten uit te oefenen. Maar deze be
loften bleken ijdel. De President intrigeerde niet
alleen op de sterkste wijze, maar hij werd zelfs
openlijk beschuldigd 4 millioen pesos, door de Kamer
voor publieke werken toegestaan, voor de verkiezin
gen te hebben misbruikt. Een indrukwekkende mee
ting to Santiago sprak daarop vonnis over den Pre
sident, die echter maar doodbedaard zijn gang bleef
gaan*
In de eerste dagen der revolutie werd een strenge
censuur over de telegrammen uitgeoefend, zoodat
weinig vertrouwbaars kon worden vernomen.- Het
S. A. Journal ziet in de revolutie niets dan een
protest van verontwaardiging van een flink en wel
varend volk tegen het ongrondwettig beheer van den
President. Het blad voorspelt, dat de strijd kort