DIENSTBODE
AZIJNFABRIEK
Dirk Laurens Jongerheld
en
ADVERTENTIËN
Maandag 16 Februari 1891,
Half Februari
Openbare Vrijwillige Verkooping
te GOUDA,
op MAANDAG den 9 MAART 1891.
„<a.e Sol,"
een dier jongena werd uitgeaoholden, hun verzocht
eenigains ruimte te laten. Sohoon dit op teer kalme
wqre geschiedde, gaf een der heihameis hem een
slag in het aangelicht, dien hij door de tweede liet
volgen, waarop de schildwacht sjjn geweer relde en
den aanrander, een steek met de bqjonct in het dij
been toebracht. De gewonde werd door de politie
naar het bureau vervoerd.
De plaatselijke commandant beeft nu bepaald, dat
bq de aflossing de wachten voortaan tegenover elkaar
in plaats van naast elkaar zullen plaats nemen.
8taten-GeneraalTweede Kama. Zitting
van Vrijdag 6 Februari.
De mailcontraclen zijn onder de welgerichte scho
ten der tegenstanders bezweken. En tot die tegen
standers behoorden niet alleen de liberale heeren
Cremer en öeortsema.maar ook de anti-revolutio
naire hoer A. van Dedem, terwijl behalve de mini
sters Harelaar en Maekay, die de wet hadden voor
gedragen ook de oud-minister Keuohenius als ver
dediger optrad; hjj had indertijd de grondslagen
voor deze contracten gelegd. Van liberale zijde bleef
de heer Guyot de aanneming aanraden, doch zonder
gevolg. Met 40 tegen 38 stemmen werd de wet
verworpen. Van de liberalen waren er drie leden
voorde heeren Guyot, Tak en De Beaufort, tegen
wier stemmen die van drie katholieke tegenstemmers,
De Ram, Van Vlijmen en Van Nunen opwogen.
Het waren ten slotte twee anti-revolutionaire leden,
de gebroeders Van Dedem, die de schaal ten ongunste
van het ministerie deden overslaan.
Het zal dunkt ons niet moeiolijk vallen, nieuwe
contracten met de betrokken directies te sluiten.
Met de maatschappijen was de Minister van Water
staat overtuigd, dat zjj voor de concurrentie beter
gewapend moeten zijn, en met de maatschappjjon
was hij ook overtuigd, dat zij daarvoor meer subsidie
noodig hebben. Men kan zeggen, dat noch het een
noch het andere in bet debat werd betwist, en de
Begeering kan er dan ook zeker van zijn, dat zij
steun zal vinden, al zij met ecu contract komt, dat
hooger subsidie toekent dan het tegenwoordige con
tract. Maar men moet waar hebben voor zijn geld,
en dat het voorgelegde contract de waarborgen geeft,
dat men verkrijgt wat beoogd wordt, is in geenen
deele aangetoond. De heer A. ran'Dedem had geec
ongelijk, dat als men gaarne kou willen conourree-
ren in raartsnelheid en daarvoor subsidiën noodig
xijn, die boren onze macht gaan, wij dan met een
▼eertiendaagschen in plaats ran een wekelijkscheu
dienst genoegen moeten nemen. Wil de fiegeering
meer, dan zal sty verstandig doen zich te houden
aan de wenken van de heeren Cremer en Geertsema.
Ik elk geval mag men contracten verlangen, waarbij
de verplichtingen klaar omschreven zijn en de staat
weet wat hij verkrijgt
Overigens was er vóór het reces der Kamer, die
minstens voor 14 dagen uiteenging, groote opruiming.
Tal van zaken gingen onder den hamer door zonder
debat. Alleen dat omtrent het inkomen der kroon
gaf den heer Domeis Nieuweuhuis de goedkoope
gelegenheid om zijn socialisme to doen blijken. Hij
stelde voor 150000 te korten gedurende do min
derjarigheid der koningin, doch hij bleef alleen staan.
Trouwens dit voorstel was ongrondwettig, daar het
inkomen voor den geheelen duur der rogeering van
H. M. wordt vastgesteld..
In een slop in"wjjk C te Utrecht woont een gezin,
bestaande uit man, vrouw en 6 kinderen, van welke
het oudste 14 jaarhet was den heer S. Wesselink Jr.,
adjudant-hoofdinspecteur van politie, speciaal met
den gezondheids dienst belast, ter odre gekomen,
dal in die woning eon ergelgken toestand van ver
vuiling aanwetig was. Met het oog op den algemeene
gezondheidstoestand vond de heer Wesselink het
wenschelgk een blik in die woning te werpen en
wat hjj toen sag deed hem verbaasd slaan. Het ge-
heole gezin, behalve de man, zat met eenige lompen
bedekt om een pot warm water, zoo het schjjnt om
daarin de banden te warmen. Door verarming waren
de vrouw en kinderen zoo vuil en weinig gekleed,
dat zjj niet meer buiten kwamon en een tweede
vertrek daarnaast werd gebruik sla een soort mest
hoop!. De man verdiend» een klein weekloon, waar
van eerst de huur moest betaald warden en verder
juist geld genoeg {overschoot om brood te koopen.
De kinderen, onder welk een meisje, waarvan bljjkbaar
slecht ontwikkkeldde oudste kon men uiet alle
leerlingen ergens in dienst zenden,omdat zjj geen
kleeren hadden.
Die toeatand was dus te wjjten, misschien wel aan
zorgeloosheid, maar niet bepaald aan onwil. Op ver
zoek van den heer Wesselink werd, met toestemming
van bet gezinf de gemeente-reiniging aan het werk
gezet. Verder verleende de oommissie ven kleeding
en dekking en de aalmoezenierakamer hulp, terwjjl
ook meergegoede buren iets voor bot gezin afzonder
den. Op deze wijze kan zeker een gunstige wending
komen in het leven dozer menscbeu die thans nog
slechter gehuisvest waren dan de varkens, wier hokken
althans in deze gemeente, volgens politiemaatregel
steeds behoorlijk schoon gemaakt moeten 'worden.
V. D.
De bankier Bleichröder, te Berljjn, een vertrouwd
vriend van Bismarck, die niet met den Rjjkskaose^
Her in ongenade viel, wordt thans niet meer aan bet
Hof ontvangen. Hjj heeft zich, naar meu verhaalt,
'a Keizers ougenoeg en opden hals gehaald door Z. M.
in do jongste dagen van geldverlegenheid 35 roillioon
ter leen aan te bieden, onder voorwaarde dat de
hofpreker Stöcker ontslagen zou worden. Kr was
toen reeds tot dat ontslag besloten. Maar keizer
Wilhelm achtte zulk een aanbod, waarbjj hem een
voorwaarde werd gesteld, een beleediging en ontzeide
den rijken bankier den toegang tot het Hof.
Als bewijs van hondentrouw meldt men het volgen
de Vóór eenige weken werd door een bewoner van
Weslkapelle een hond aan iemand op Zuid-Beveland
verkocht. Kenigen tjjd later kwam 's morgens vroeg;
toen het nog donker was, het dier bjj zijn ouden
meester zeer vermoeid aan de deur.
Binnengelaten, liep hg naar ieder der huiagenooten,
met bljjkbaar welgevallen hen begroetende, tot hjj het
bed, en eerst daarna nam hij voedsel en legde zich
op zijn oude plaats te rusten.
Hoe hij zonder begeleiding den geheelen weg te
roggevonden heeft, ia nog een raadsel.
Gisteren morgen vóór 6 ure vertoonde de Maas
voor Rotterdam nog nagonoeg blank water, doch
geruisch in de verte deed denken dat er een massa
ijs in aantocht was. Verschillende gezagvoerders
van atoombooten en een ligtersohip die aau h0t
'Oude Hoofd en Oosterkade gemeerd lagen, namen
voorzorgen om hun vaartuigen zoo goed mogeljjk
tegen den verwachtendo ijsgang te verzetten.
Allenga werd het jja talrjjker en om 7 ure waz
van de Willemsbrug af in de riehting naar boven,
zoo ver het oog reikte de Maas bedekt met een ijs
korst. Tegen de pjjlers van de Willemsbrug werd
het in zijn gang geatuit eu sohoof het op elkander
tot een boogje van oiroa 2 meter.
De Maas zit van daar tot het Kralingache Veer
vast. Kr ia geen doorkomen aan, aan laatstgenoemde
plaats is het jjs op sommige plaatsen tot 8 a 4
meter opgeschoven. Ongelukken, zoover bekend,
hebben zich niet voorgedaan.
Van het Kraliugscheveor tot Slikkerveer open
water; te Gorkum en Hardingsveld ia de toeatand
onveranderd. Het jjs in de Nieuwe Merwede ia los
gekomon drijft geregeld af.
Het jjs dat zich vóór deze atsd heeft vast gezet,
wordt vermoed te zjju dat van de Lek.
Door dezen zwaren ijsgang moesten de plannen
van verschillende stoombootondernemingen om met
Kunne stoombooten de vaart te heropenen worden
opgegeven.
Men vorwanht dat het jja met hoog water los zal
laten. Veel nieuwsgierigen bewogen zich aan den
kant doch de dikke mist die op het water of liever
op het jja hing, belette bun veel te zien.
De aankomende en vertrekkende treinen aan%et
station Maas te Rotterdam, ondervonden gisteren
veel vertraging, daar op de ljjn de locomotief, die
op een wagen is geloopen, nog niet is opgeruimd.
Kr is slechts óón spoor in de richting van Gouda
vrij, en de treinen moeten elkander passeeren aan
bet station Nienwerkerk. De trein die ten 10 ure
aan het station Maas verwacht werd, kwam eerst
ten 11.80 aan.
Het Vaderland gaf gisteren het volgend bulletin uit
«Onze correspondent te Paramaribo seint ons
«Kr is een openlijk conflict uitgebarsten tusschen
den gouverneur en mr. Kalff, die wederzijds bun
beklag zullen indienen bjj den minister van koloniën."
Bij de Regeering ia van dergelijk conflict, volgens
het Dagblad, niets bekend.
De onverwachte dood van den Belgisohen Kroon
prins Boudewjjn beeft het Fransehe dagblad „l'Kvè-
nemen;" aanleiding gegeven eeno opgave te doen
van gelijksoortige gevallen, die zich in den loop der
laateto 150 jaren hebben voorgedaan, en dat zijn er
nogal eenige. Merkwaardig mag het genoemd wor
den, dat in Frsnkrjjk sedert bjjna twee eeuwen de
kroon geen enkele maal op rader ej zoon overging.
De zoon van Lodewjjk XIV stierf onder zonderlinge
omstaudighedeu, evenals zijn neet, zoodat de kroon
van hem direct op zjjo achterneef overging. De zoon
van Lodewjjk XV stierf eveneens jong; zoo ging
het ook met den zoon rau Lodewjjk XVI; de zoon
van Karei X, de hertog van Berri, werd door Louvel
vermoord; de zoon van Napoleon I atierf als hertog
vau Reichstadt in ballingschap; de zoon van Loui*
Philippe, de hertog van Orleans, kwam ongelukkig
om het leven, terwjjl de zoon van Napoleon III in
Afrika door de Zoeloe'i werd vermóórd.
In Rusland verloor Alexander II zijn oudsten zoon
op den leeftijd van 22 jaren.
rechts een blik in het rond, waarmede hij als bet
waro een ieder uitdaagde hem een held ala Placide
aan te wijzen.
Ware de jonge man jjde) geweest, misschien zou
men hem spoedig met geen goed oog hebben aan
gezien maar zijn beleefd, rondborstig eu vriend
schappelijk optreden verzachtte den minder gunstigen
indruk door Lorin's eenigszins aanmatigende houding
teweeggebracht, zoodat de onder-officier genade vond
in de oogen der over het algemeen allesbehalve wel
willend gezinde dorpelingen.
Men bewonderde zijne militaire houding en zei
Op mijn woord, een ferme kerel, die er niet
uitziet als had hij viaachenbloed in de adereneen
flink soldaat, dat ia waar
Men ging zelfs zoover van te zeggen, dat de
oude Lorin alle reden bad om trotsch op zijn neef
te zijn.
Pascal leidde zijn neef zoowat overal op de markt
rondhij bracht hem bij de schapen, bjj de varkens
en bjj het gevogelte, bij kramen met linten en snuis
terijen en liep met hem tusschen de boeren en boe
rinnen door, die zich blijkbaar gestreeld gevoelden,
wanneer de brigadier in het voorbijgaan voor hen
aansloeg.
Hij ging zelfs do pastorie binnen. De pastoor be
groette den jongen man op de meest vriendschappe
lijke wijze, complimenteerde hem met het ridderkruis,
bood hem een snuifje aan eu sprak met hem over
den tijd toen Placide jong was en hij hem allesbe
halve als een heilig boontje had gekend. Maar, zeidé
de waardige man, ik ben het die u de eerste heilige
communie heeft laten doen, mjjnheer de ridder van
het legioen vau eer,
Vandaar misschien wel bjj wijze van contrast
begaf vader Lorin zich naar het koffiehuis. Op den
muur waren ongeveer een dozijn fresco's geteekend,
voorstellende verschillende episoden uit den oorlog
in Afrika. Placide was zoo goed niet, of hij moest
voldoen aan het verzoek van zijn oom en vertellen
hoe het was toegegaan bij de gevechten, die door oen
rondtrekkend kladschilder op de wanden van het „Café
du Cbhteau-Vieux waren afgebeeld.
Placide gaf zoo $5ed en kwaad als het ging een
verbaal der laatste veldtochten van de inneming van
de Smala, van den slag bjj Ialy, van de bestorming
van El Aghoust en van nog andere gevechten in de
woestijn en hij verwierf zich de algemeene bewonde
ring van zijn talrijkgehoor. De oude papa Lorin ge
noot en gaarne zou 'hij zijn neeftajmanschouwe van
allen hebben omhelsd, want bij deugd, dat
bij Placide om Placide beminde.
In het kort, de onder-officier behaalde dien dag een
volledige overwinning, tot groote voldoening van zijnen
oom, die er zich op kon beroemen, dat het geen ver
loren dag voor hem geweest was, en dit te minder,
men moet altjjd op nummer óón letten aangezien
hij met den koop en verkoop der os9en een aardig
winstje gemaakt had.
Het was bijna nacht, toen vader Lorin er aan be-1
gon te denken, dat hot meer dan tjjd was naar La
Queyrie terug te keeren.
Al dio bezoeken houden ons lnng op, zeide hjj
tot Placide; en nu hebben wij nog niet eens alles
afgedaan. Ik had nog met je naar mijnheer Pradel
willen gaan, den geneesheer die je behandeld heeft.
Je weet het nog wel, al is bet lang geledon?
Goed, zeide Placide, dat doen we dan een an
deren keer.
Zeker, een anderen keer, herhaalde de boer.
Zij gingen Coco halen aan der, stal, Pascal zette
zich'in den zadel en gaf het paard do sporen. Zjj
hadden nog geen tien minuten gereden, toen zij op
een sukkeldrafje een jongen man zagen aankomen,
die ala boer gekleed was en in wien Pasoaj, niette
genstaande den mist, al spoedig Pierrille herkende,
Vriend, zeide hg tot Placide, daar heb je nu
de bedoelde Pierrille.
Pierrille was erg bleek en zag or ontdaan uit. Hg
hield zijn hoofd over den hals van zjjn paard gebogen
zonder op te zien.
Toen hij de beide reizigers voorbijreed riep vader
Lorin
Hola, Pierrille!
De jonge man draaide het hoofd om en hield zgn
paard met vaste hand in.
Waar ga je heen? vroeg de boer.
Naar Saint-Alvère.... O weet ge, mjjn moeder
sterft.... Mijnbeer Pradel moet méégaan.
(Wordt vervolgd.)
Koning Willem III van Holland zag zjjn beide
zonen in het graf dalen. Het lot van den Oosten-
rjjkschen Kroonprins ligt nog versch in het geheu
gen en Koning Leopold II van België heeft evenals
Koning Willem III twee Kroonprinsen verloren, eerst
zjjn eigen zoop en daarna zjjn neef, den nu overledeu
Kroonprins Boudewjjn.
De Duitsohe Kroonprins Frederik Willem, die
slechts drie maanden als Keizer regeerde, behoort
ook thuis in de treurige lijst der Kroonprinsen, die
bewjjst, dat 'a werelds noodlot zelfs niet voor de
vorstelijke tronen halt houdt.
Men schrijft aan de „Zutpb. Ct." van Donderdag
uit Dinksperloo
Eindeljjk, nu zjj voor de zesde maal opgeroepen
waren, hadden de leden neen, óón lid, de heer
Ovink aan de roepstem van den voorzitter gehoor
gegeven. Volgeps art. 49 der gemeentewet kon die
heer nu alleen beslissen.
De secretaris zoekt 'de nummers 2, 3, 4, 5, 9 en
7 uit de bus, waarna de voorzitter voor den heer
Ovink het alleen overgebleven no. 1 trekt.
De voorzitter Ik verzoek den secretaris de no
tulen te lezen.
De heer OvinkIk vraag het woord.
De voorzitter; Na het lezen der notulen, mjjn
heer Ovink.
De heer OvinkMnar ik heb eene motio van
orde voor te stellen, en dat geschiedt beter nu.
De heer Ovink stelt nu voor het lozen der notulen
en de behandeling der ingekomen stukken uit te
stellen tot de volgende vergadering. Dit voorstel
wordt met algemeeno stemmen (die van den heer
Ovink) aaogenomen.
De heer Ovink vraagt opnieuw het woord.
De voorzitter: Nog woer een motie van orde?
De heer Ovink: Neen, eene toelichting.
Hierop leest do heer Ovink een stuk voor, waarin
hjj, ook namens zijne medeleden, verklaart dat de
Raad niet langer kan samenwerken met den burge
meester, maar desniettegenstaande toch wel middelen
zal weten te vinden om den burgemeester bij de
regeering aan te klagen, en dat hqt zeker menigeen
bevreemd heeft, dat de raadsleden nog zoo lang ge
komen zijn.
De voorzitter meent, dat in deze verklaring, evon-
als in alle voorstellen van den heer Ovink, verdacht
making en onwaarheid schering en inslag zjjn.
De heer Ovink stelt voor den heer Harders te
vragen, of deze geneigd is tjjdelijk als gemeentege
neesheer op te treden; on zoo js, op welke conditiën.
Met algemeene atemipen (die van den heer Ovink)
wordt aldus besloten.
Daar de wethouders evenmin op de vergaderingen
van het Dageljjksch Bestuur verschenen zijn als in
de raadsvergaderingen, ia de voorzitter niet bij maohte
in zake schoolgeldheffing een voorstel van B. en W.
te doen, waarom hij zelf een dergeljjk voorstel doet.
De heer Ovink stalt voor om deze zaak aan te
houden, waartoe met algemeens stemmen (die van
den heer Ovink) besloten wordt,
Hiermede was de comedie uit.
Iu „de Tjjd" goeft Jan Holland „ook een formule
tot verzoening" aan, in den strijd tusschen anti-revolu-
onairen en katholieken over de Legerwet. Hjj stelt
voor „de militaire jjveraars, zoowel theologische als
niet-theologiache", volkomen hun zin te geven. Hjj
wil algemeenen dienstplicht, geene vrijstelling, goen
broederwisseling, geen keuring, geen loting, niets van
dat alles. De kreupelen en gebrekkigen zullen dienst
doen als regimeuts-kleermakers, schoenlappers, oppas
sers, niemand is er zoo ellondig aan toe of bjj kan
in de militaire huishouding wel nuttig gebruikt wor
den. Hij wil al de mannen de volle acht jaren in
dienst houden. Eu nu do voorwaardeHij wil dood
eenvoudig dat deze honderdduizenden landsvoedelingen
zullen arbeiden, allen te zaraen. Van een werkdag van
8 uur kunnon zjj 2 uur aan schietoefeningen beste
den, en de rest van den tijd doorbrengen met han
denarbeid ten algemeenen nutte. Hierdoor zal verbroe
dering ontstaan tusschen rjjken en armen. De rjjke
heeft de nooden en belangon van den minderen man
grondig leeren kennenoplossing van de socialo
quaestie. De staat is dan eigenlijk de werkgever en
werklooner. Het ideaal van Bellamy en van meer
volksvrienden.
„Maar waar moet het heen, ais de studiën van onzo
beschaafde standen acht jaar lang worden afgebro
ken „Geen zorg, mjjn waarde I In 't artikel van
advocaten, dokters, professoren, schoolmeesters is de
markt meer dan voldoende voorzien. En tegen dat de
voorraad is opgeruimd, leven wij weer in een anderen
tijd. Dan bolwerken wij op nieuw aan doode strijd
krachten, en de levende weten als van oudsher aller
lei middeltjes uit te denken om bij moeders pappot
te hokken. Of des Keizers profetie is uitgekomen,
dat het met de oorlogen gedaan is, als de kruitdamp
niet langer het moordtooneel in ondoorzichtbare
nevelen hult."
Gaarne verleende „de Tjjd" ean plaatsje aan deze
boutade, waarin naar de Redactie zegt „het onzinnig
miiitairisme met eigen wapenen wordt bestreden."
In de laatste dagen ziet men te Rotterdam 'a avonds
een man in de kracht van zijn leven, zich in ver
schillende straten van de stad ophouden, in gezel
schap van drie jeugdige kinderen, armoedig gekleed.
Twee worden door hem aan de- hand gehouden,
terwijl hjj er een draagt. Bljjkbaar is het zijn doel
het medelijden van het publiek op te wekken. Hij
vraagt aan menigeen een aalmoes, voorgevende reeds
lang zonder verdienste te zjjn.
Het sobijnt dat hjj reeds lang deze practijk uit
oefent, en daardoor aan de kost komt. N&ar gezegd
wordt, zjjn de kinderen die in zijn gezelschap zjjn,
niet van hem, maar door anderen voor een kleine
vergoeding aan hem afgestaan om er mee te bedelen.
Een merkwaardig middel tot bevordering van
schooltuoht vinden wjj in de Wiser Zeit. vermeldt
uit het tijdschrift van het duitsch geneeskundig staats
toezicht. Km schoolmeester, die als bij baantje de
tandheelkunde uitoefende, maakte van do verkregen
vaaadigheid gebruik om zjjn leerlingen te tuchtigen.
Aan acht van ben trok hij een tot drie tanden of
kiezen uit. De Justutie meende daarin strafbare mis
handeling te zien, en stelde een onderzoek in. De
onderwijzer beweerde toen dat hij eakel melktanden
en holle kiezen had getrokken en du9 den kinderen
veeleer gebaat dan hun sohade toegebracht had.
Do rechteljjke macht won nu bet oordeel in van eeu
doskundige, die bevond dat althans bij drie kinde
ren gave tanden waren verdwenen, maar er bijvoegde
dat hun gezondheid erop verbeterd was. De vervol
ging werd gestaakt, maar het schooltoezicht trok zioh
de zaak aan en was van oordeel dat dit tuchtmiddel
de grenzen van bet geoorloofde wol eenigermato te
buiten ging. De treklustige onderwijzer werd daar
om op groud van de Schoolwet gestraft.
(Hbl.)
Heden overleed ons jongste Eindje
WILLEM, in den ouderdom van bjjna 7 maanden.
A. W. tan BERKEL.
A. M. H. tan BERKEL—
Kla verwijden.
Gouda5 Februari 1891.
Heden overleed onze Echtgenoot, Vader
en Behuwdvader de Heer GERRIT FRANQOIS
van de VELDE, in den ouderdom van 73 jaren.
Wed. G. F. van de VELDE—
VAN CaPPELLÏN.
HENRI van de VELDE.
P. S. A. van de VELDE
Hubricht.
CORN». WITTE van de VELDE.
I. P. van de VELDE—Smits.
Uiden, 1 6 Febraari 1891'
Bezoeken worden niet afgewacht.
25- JARIGE
VAN
Gebrtruida Maria Webldknburg.
Gouda, 7 Februari 1891.
Hunne dankbare Kinderen
V Verloofd
Dr. P. J. A. LEVEDAG,
Arts,
EN
JOHANNA P. de JONG.
Heden overleed, zacht en kalm, mjjne
geliefde Moeder, Mejuffrouw de Wed. W.
VUUREN8, geb. A. van Tuiji., op bjjna 91-
jarigen leetljjd, op den Bleekersingel alhier.
G. J. VUfJRENS,
Amsterdam.
Gouda, 7 Februari 1891.
Eenige en algemeene kennisgeving.
Heden overleed zacht en kalm onze ge
liefde Grootmoeder Mejuffrouw de Wed. W.
VUURENS, geb. A. van Tüijl, op bjjna 91-
jarigen leeftijd.
J. PETERI.
A. W. PETERI—
Vuurens.
W. J. C. VUURENS,
's Bosch.
C. J. VUURENS,
Soerabaija.
Gouda7 Februari 1891.
Eenige en algemeene kennisgeving.
Voor de bewijzen van deelneming ont
vangen bjj het overigden van zjjne Huisvrouw
JOHANNA GIJSBERTA DIEDERICA COR
NELIA NIJHOFF betuigt de ondergeteekende,
ook namens zjjne kinderen, harteljjk dank.
Gouda, 7 Februari 1891.
W. J. FORTUIJN DROOGLEEVER.
COMMISSARISSEN v/d. straatweg Gouda—
Bodegraven zullen op
des voorm. 10'/8 nur, in bet Logement «van
Esveld» te Bodegraven, in het openbaar VER
PACHTEN, voor* den tjjd van één jaar
a. het GRASGEWAS, groeiende op
de bermen van gezegden weg in
7 perceelen;
b. de VÏSSCHERIJEN in 4 perceelen.
EEN
gevraagd P. G. Turfmarkt H 81.
's voorm. 11 uur in het gebouw der R. C.
Leesvereeniging aan de Westhaven te Gouda,
ten overstaan van den Notaris MON'TIJN
aldaar, van:
De van oude gerenommeerde en met
ruim debiet werkende
bestaande in een hecht en sterk FABRIEKS
GEBOUW, met SCHUUR, OPEN LOODS en
ERF, benevens den geheelen INVENTARIS,
zeer gunstig staande en gelegen aan de Spie
ringstraat, Wjjk F. No. 84 te Gouda, kadastraal
Sectie 0. No. 1903, groot 2 Aren 92 Centiaren.
Grondbelasting over 1890 12.53.
Aanvaarding en betaling: 1 April 1891.
Te bezichtigen op alle werkdagen van 912
en van 24 uur, waarvoor men zich gelieve
te wenden tot de eigenaars, de Erven P. ROST
en den Heer W. FURRER te Gouda.
Nadere inlichtingen verstrekt voornoemde
Notaris.
Breeder bjj biljetten.