SHEN.
s
BINNENLAND.
Dostel,
EEN ONGELUKKIGE.
Vrijdag 20 Maart.
ng
FEVILLETO5.
1891. VrUdag 20 Mas». R? 4481.
Nieuws- en Advertentieblad Door Gouda en Omstrekena
07.
«ntz.
De inzending van advertentiön kajj, geschieden tot een uur des namiddags van den dag der uitgave.
Afzonderlijke Nommere VIJF CENTEN.
(Dagblad.)
nden Nota-
(Aaar het Fransch.)
VIII.
'J
De uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prjjs per drie maanden is 1.25, franco
per post 1.70.
,n des voor-
iddags van
Roland
meer
Bovendien worden alle Advertentien gratia
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD
't welk des Maandags verschgni.
den slaap een
achtend
N-, BLIK-
SREN LE-
et ZILVER
P:
'e bevragen
j te Gouda
’RIL 1891,
Jen van de
ida in het
viel weldra in
drie uur thuis
zijn uiterlijk. Wat was
In den slaap
GOUDSCHE COURANT.
AD VERTENTIEN worden geplaatst
van 16 regels a 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
raden
ELS, SP1E-
•É’s, LIN-
KANTEN,
PENDU-
IPETTEN,
1MPEN en
wijze waarop bij gelegenheden als deze elders vaak
gedebatteerd wordt.
quaestie der landsverdediging betreft mocht spr/s
gevoelen bekend worden geacht, als zijnde hij vóór
de afschaffing der dienstvervanging.
Toon spr. geëindigd had werd hem door den
Voorzitter van «Burgerplicht”, den heer Mr. J. For-
tuijn Droogleever, een woord van dank gebracht voor
de uitnemende wijze waarop hij gesproken had en
daarop werd gelegenheid gegeven tot debat. Daarvan
maakten gebruik twee antirevolutionnairen, de bh.
H. M. Dercksen, uit Gouda en G. K. Eger, uit
’s Hage. Eerstgenoemde was het niet met spr. eens
dat de tegenwoordige regeering het verwijt verdiende
te weinig te hebben gedaan, een man als Prof. Buijs
zelfs had verklaard dat al was aan deze regeering
niets anders te danken dan de Schoolwet, zij daar
voor alleen reeds den dank der natie verdiende,
voorts wees spr. op de omstandigheid dat het feit
dat de Eerste Kamer nog steeds liberaal was, belem
merend werkte, waartoe spr. weet op de verwerping
van de begrooting van den minister Keuchenius om
redenen buiten die begrooting, terwijl ook in zake
oplossing der sociale quaestie nie* alleen de liberalen
het hunne hadden gedaan, maar Dr. Kuyper reeds
in 1874 als afgevaardigde voor het district Gouda
eene «regeling van den arbeid" had gewild.
De heer Eger hield vervolgens een uitvoerig be
toog om aan te toonen hoezeer de heer Smeenge z.
i. verkeerde gevolgtrekkingen had gemaakt en C
liberalen in den langen tijd dat zij aan het bewind
waren zóó weinig hadden tot stand gebracht dat
het onbillijk was de tegenwoordige Regeering,die
slechts sedert, enkele jaren het roer i
te verwijten dat zij te weinig deed.
Nadat Mr. Smeenge beide sprekers had beant
woord werd de vergadering gesloten.
Het debat kenmerkte zich door een
toon en zekere waardeering van het gevoelen van
andersdenkenden dat, zooals de heer Smeenge
met erkentelijkheid opmerkte, gunstig afstak bij de
Staten-Generaal. Tw eede Kamer. Zitting
van Woensdag 18 Maart.
Naarmate He week verder vordert, levert vde Ka
mer steeds vlugger werk. Vandaar ook dat de post-
wet is afgehandeld en heden de tweede lezing en
eindstemming kan plaats hebben.
De minister gaf een nota van wijziging, Waarbij
o l »»nge-
zal worden, tot welk gewicht brieven worden
Gedurende de bittere, slapelooze nachten vonden
deze booze gedachten steeds meer ingang bij Roland.
Indien hij op eens in de gelegenheid kwam, zich-
zolven rijk te maken, zou hij zoo dom niet zijn te
aarzelen. In dit ondermaaosche ie goedheid een
lokvogel en deugd bedriegerij. Do eerlijke man
strijdt, zonder dat anderen het bemerken, en sterft
in wanhoop over zijn nederlaag, terwijl de vermetele
metgezel, dio met opgehesen hoofd voorwaarts schrijdt,
allen die hom hinderen uit den weg ruimt en zich
stoutmoedig meester maakt van het geluk on de
fortuin.
Sedert twee maanden vervulde Roland zijn moei
lijke betrekking. Die twee maanden waren voldoende
geweest om op zijn gelatlt den stempel te drukken
van hardheid. Als hij enkele uren aan d""
ontstal, om zich naar de rue Cardiuet te spoeden
en zijne zuster te gaau bezoeken, poogde hij zijn
geest een weinig te ontspannen. Maar Alice zag
wel, dat sombere gedachten hem vervulden. Zij
durfde er hem niet naar te vragen, en een geheime
angst kwelde haar. Zij vermoedde de verborgen
smart, waarover hij zich niet beklaagde de geheime
vernederingen, die hij verdroeg zonder oogenschijn-
lijk verzet. Het onverdiende maatschappelijk verval,
dat baar broeder trof, pijnigde haar even wreed als
hem. Enkele uitdrukkingen, aan Roland ontsnapt,
joegen haar vrees aan. Vroeger beschuldigde bij
bet noodlot, niet de mensohcn. Thans keerde de
I toorn van den miskenden man zich tegen de geheele
50 ets.
Coiffeur.
TOIJLL.
<an Zoon.
i niet te
>per dan
itstekend
13)
Loopon de gemeens misdadigers, de gewone die
ven dan geen enkel gevaar? Hebben die dan niet
kans op de guillotine of op de gevangenis Dus
zijn de goddelijke wetten eeuwig en rechtvaardig,
terwijl die door menschen gemaakt slechts verdedi
gingsmiddelen zijn, 4n het leven geroepen door de
zelfzucht der maatschappij.
Eertijds zou Roland die redeneeringen door anderen
hebben weerlegd. Daar de maatschappij in werke
lijkheid van alle kanten een stelsel heeft saamge-
steld, dat haar bescherming verleent, is het beter
zich daar niet tegen te verzetten. De mensch op
zichzelf heeft altijd ongelijk tegenover de menigte.
De maatschappij is slecht ingericht, dat valt niet
te Ontkennen, maar daar men nu eenmaal niet
buiten haar kan le^on, moet men haar nemen zoo-
«ls zij is. Ja, hij die rijk en gelukkig is, verdraagt
de nadeelen van het stelsel, omdat hij ook de voor-
dee.en geniet. Maar waarom zou de mindere het
aannemen hij geniet er niets van
Het overleg tusschen de regeering en de com
missie uit de Tweede Kamer voor de legerwet is
afgeloopen.
Zijn wij wel ingelicht, dan zou do regeering van
geen toenadering, in hoofdzaken, hebben blijk ge
geven.
Het verslag wordt nu afgedrukt.
In het kerkgebouw der Nederl. Herv. Gemeente
te Krimpen a/d IJsel zal weldra een orgel met 3
klavieren en vrij pedaal worden geplaatst door den
heer J. Proper, orgelmaker te Kampen. Tot organist
is benoemd de heer Gerard van Krieken, te Rotter
dam, aan wien tevens de plechtige inwijding van
het nieuwe instrument is opgedragen.
KuideeU9
dagen tgd
ste pjjn te
gevoeligste
uitvoerig be-
dat de i bepaald wordt, dat bij algemeenen maatregel
1 Wezen 2
aangenomen.
Bij de pogingen om den Zondagdienst wettelijk
in banden had, te beperken bleek, naar de heer Sehaepman het
1 uitdrukte, hoe moeilijk het is edelmoedige bedoelingon
I in wetsbepalingen te formuleeren.
Allerlei amendementen en denkbeelden werden
humanen aan de hand gedaan, doch op aandrang der Regeering
ingetrokken, omdat zij juist het tegenovergestelde
zouden tot stand brengen van hetgeen iedereen wil.
En aangezien iedereen met den minister beperking
WWWIW WWHHI lb—IFI. 'U A J LM ->r
wereld.
Roland kwam op zekeren ochtend, dat hij van
Bazel terugkeerde, moedeloozer en toorniger dan
gewoonlijk in de rue Cardinel aan. Alice was naar
de kostschool om les te geven de jonge man was
alleen. Hij legde zich te bed en
diepen slaap. Toen zijn zuster tegen
kwam, verschrikte zij van ";i~
hij veranderd in die enkele weken
verraadt de gelaatsuitdrukking van den mensch al
de onrust, al de kwellingen van het geweten. De
van tegenwoordig geleek in geenen deele
op den Roland van voorheen. Een diepe
rimpel doorgroefde dit voorhoofd, dat in de gelukkige
dagen slechts schoone en edele gedachten koesterde
zenuwachtige glimlach plooide zich om de min-
saamgeknepeu lippen. Als door Alice’s
blik gewekt, opende hij de oogen, en loosde een
diepen zucht, alsof het hem leed deed te bemerken,
dat hij nog in leven was, na eenige oogenblikken
van vergetelheid.
Heb je goed geslapen? vroeg Alice vriendelijk.
Zeer goed. Ge ziet er bedroefd uit, lieve;
hoe komt dat?
Gij alleen zijt de oorzaak van die droefheid.
Is het anders niet? Ik begin mij te gewonen
aan mijn nieuwe betrekking. En dan krijg ilf ook
weder meer .vertrouwen. Men kan niet altijd onge
lukkig zijn. Ik zal wel evengoed mijn Keurt krijgen
als de anderen, en ik zweer je dat ik, als de gele-
GOUDA, 19 Maart 1891.
Gisterenavond ten 8 ure had in de sociëteit
«Ons Genoegen" alhier eene openbare vergadering
plaats der Kiesvereeniging «Burgerplicht," waarin de
beer Mr. H. Smeenge, Lid der Tweede Kamer, de
aangekondigde politieke voordracht hield.
Spr. ving aan met zijn leedwezen te betuigen dat
andere Leden der Kamer zoo vaak voor eene uit-
noodiging om in eene vergadering als deze als spre
ker op te treden bedankten, zoodat spr. zelfs z. i. te
dikwijls optrad, dat hy echter niet wilde weigeren,
daar het ongetwijfeld zijn nuttige zijde had, bijeen
komsten als deze te houden. Spr. sloog vervolgens
een blik op het verleden, het heden en de toekomst
onzer politiek. Allereerst stond spr. stil bij de
verkiezingen van het jaar 1888. Wat was de reden
dat deze zoo geheel anders waren uitgevallen dan de
liberale party had verwacht Eensdeels was dat een
gevolg van den maatschappelyken toestand, ander
deels van het verbond der Antirevolutionnairen on
R. Katholieken, waarbij zelfs de Volkspartij werd
opgenomen. Nadat spr. in eene ontwikkeling daar
van was getreden betoogde hij hoe de tegenpartij,
eenmaal aan het bewind gekomen, niet alleen niet
was nagekomen de beloften met de stembus in het
vooruitzicht gegeven, maar evenmin de zaken tot
stand had gebracht die de Regeering zelf bij de
eerste Troonrede had in het vooruitzicht gesteld.
Ten slotte gaf spr. te kennen wat z. i. in de
naaste toekomst vóór alles moest worden ter hand
genomen nl. belasting-herziening, vooral belasting
van het roerend vermogen en regeling van het kies
recht, op welke punten intusschen van de tegenwoor
dige meerderheid in de Kamer niets te verwachten
was, zooals bleek uit verschillende verklaringen van
anti-revolutionaire en katholieke sprekers. Wat de